70ste Jaargang
MAANDAG 2 DECEMBER 1929
No. 21386
FICIEELE KENNISGEVING
StADSNIEUWS.
Het voornaamste nieuws
van heden.
LEIDSCH
DAGBLAD
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
J CU per regel voor advertenliên uil Leiden en plaatsen waar
ijentschappen van ons Blad gevestigd zijn Voor alle andere
sdvertentiën 35 Cts per regel Kleine Advertenliên uitsluitend
tij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cis. bij een
masimum aantal woorden van 30
Incasso volgens postrecht Voor eventueele opzending van brieven
10 Cis porto te betalen Bewijsnummer 5 Cts.
Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postcheque, en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden 2 35. per week
Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn. per week
Franco per posl 2.35 portokosten.
ƒ018
.,018
nummer bestaat uit VIER Bladen
EERSTE BLAD.
inenting en herinenting
tegen pokken.
rgemeester en Wethouders van Leiden;
erwegende dat zich in perceel Magda-
lloonsstraat No. 40 voordoet een geval
'ariola Major (Pokken);
mgen ter algemeene kennis dat in den
Ige weder op iederen Woensdag en
dag, van des namiddags 2 tot 3 1/2 uur,
mheid zal wordeg,gegeven tot inenting
irinenling te'gen pokken, en wel:
r volwassenen en kinderen van en
den leerplichtigen leeftijd in 't Elisa-
èot aan de Oude Vest;
voor kinderen beneden den leerplich-
leeftijd en hunne geleiders in het
tuut voor Praeventieve Geneeskunde
de Boerhaavestraat No. 22;
;ijl bovendien heden en morgenavond
_jdag en Dinsdag) van 7S uut ge
leid tot inenting en herinenting zal he
in de Openbare School aan de Hee-
traat. meer in het bijzonder voor de be
is van de Magdalena Moonsstraat en
i voorkoming van verspreiding der
i raden zij de ingezetenen aan zich
tijdie te doen inenten, respect, her-
8553
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEiN.
Burgemeester.
VAN STRIJEN. Secretaris,
den, 2 December 1929.
ROF. DR. G. A. I. HAZEU. f
den ouderdom van ruim 59 jaar i9 in
uacht van Zaterdag op Zondag na lang-
ongesteldheid te zijnen huize in
naar overleden prof. dr. G. A. J.
E'j, in leven -oud-hoogleeraar in de Ja-
Bsche taal- en letterkunde aan de Leid-
Universiteit.
sdard Arend Johannes Hazeu werd den
a Augustus 1870 te Amsterdam gebo-
Hij bezocht het gymnasium te Arn-
i, studeerde te Leiden in de Indonesische
*n en promoveerde den 30sten Januari
op een proefschrift getiteld: Bijdrage
kennis van het Javaansche tooneel,
werk, dat nog telkenmale wordt geraad-
hetzelfde jaar werd hij uitgezonden
Nederlandsch Indië als leeraar in de
tsche taal aan de toenmalige Afdee-
1 van het Gymnasium Willem III,
betrekking hij bekleedde tot 1903.
zette hij zijn studie voort, zooals
uit verscheidene uiterst degelijke pu-
Sies en voortdurend was hij in contact
de .Javaansche maatschappij, die hij
beter leerde kennen door herhaald
in de Vorstenlanden en ononder-
omgang >met Javaansche intellec-
!en in zijn standplaats,
genoemd jaar werd hij toegevoegd aan
adviseur voor Inlandsche en Arabische
Dr. C. Snouck Hurgronje dien hij in
-1 1907 als zoodanig verving. Dit over
drukke ambt verwisselde hij in 1920
*1 hooge ambt van directeur van On-
i)s en Eeredienst; gedurende de beklee-
Tan deze functie heeft hij ontzaggelijk
waarschijnlijk te veel voor zijn niet
gestel van zich zelf geëi9cht.
1914- ging hij met buitenlandsch
welke voor ontspanning hoog noo-
periode geheel met dienstwerk werd
waardoor het verlof, eigenlijk een
ing der adviseursfunctie met eenige
weid verlengd.
JwHè teruggekomen werd hij benoemd
•"-i^nngscommissaris voor Inlandsche
een uiterst gewichtig ambt, dat hem
taking bracht met tal van zaken en
en ^em den feilen maalstroom
i ln van de Inlander-politiek, waarbij
0 steun en het volle vertrouwen genoot
len Gouverneur-Generaal I. P. Graaf
iniburg Styrum. Zijn naam werd als
'e een symbool der zoogenaamde
- nchting. De bekende Garoet z^ak,
r,Jn meening bleek af te wijken'van
lis:, ail^ere autoriteiten werd aanleiding
I ^mepningsverschil met de hoogste in-
waaronder hij psychisch en phy-
I T4?eleden heefl-
l J0 werd hij na verkregen pensioen
in de Javaansche taal- en
de Rijks Universiteit te Lei-
de van wÖ'en prof.
moe^'e saf voot zoo
F.ïouderwijs dat geheel aan
l^'^rouwd was en alles deed om
fkj poerende Javanen tot zich te
hJJen9.de ve^e relaties'met Indië
V^-^aen, in zijn volle kracht heeft hij
a*n zijn taak kunnen geven.
'^hjk werd hij door ziekte belem
merd en na perioden van inzinking en tij
delijk herstel, waarvan tijdelijke vervan
ging het gevolg was, nam hij in September
1928 ontslag en ging zich al9 een voor zijn
leeftijd gebroken man te Wassenaar vesti
gen. waar hij, steeds achteruitgaand en ein
delijk geheel ziek geworden in den nacht
van Zaterdag op Zondag j.l. overleden is.
De overledene was sinds 1908 ridder in de
orde van den Nederlandschen Leeuw; voorts
lid van de Koninklijke Academie van We
tenschappen, afd. Letterkunde, lid der Maat
schappij der Nederlandsche Letterkunde en
eere-lid van het Batav. Genootschap van
Kunsten en Wetenschappen.
Als zijn voornaamste geschriften zijn te
noemen verscheidene waardevolle publi
caties in het Tijdschrift van het Bal Ge
nootschap van Kunsten en Wetenschappen;
een critische tekstuitgave van het rechts
boek Pepakem Tjirebon in de Verhande
lingen van genoemd Genootschap en zijn
voortreffelijk woordenboek der Gajotaal
(een monumentaal werk ook op ethnogra-
fisch terrein") verschenen in 1907 bewees
zijn uitnemende inaugureele rede: oud en
nieuw uit de Javaansche letterkunde.
De begrafenis zal plaats hebben op Don
derdag a.s. te 12 uur op de begraafplaats
Rhijnhof bij Leiden.
Ten teeken van rouw wegens het overlij
den van prof, Hazeu hangt de vlag van de
sociëteit Minerva, van het gebouw der ver-
eeniging voor vrouwelijke studenten te Lei
den en van dat der R. K. studentenvereni
ging Sanctus Augustinus half stok.
Ter gelegenheid van de begrafenis van
prof. Hazeu zullen het Academiegebouw de
voormalige Kweekschool voor Zeevaart en
alle andere collegegebouwen Donderdag a.s.
den geheelen dag gesloten zijn.
In verband met het overlijden van
prof. Hazeu is het concert van Semprei
Crescendo van morgenavond uitgesteld tot
Maandag 9 December a.s.
DE VEREEN. TOT BESTRITDING
DER TUBERCULOSE.
Oefent deze geen invloed uit op de
bestrijding van deze ziekte?
De heer H. W. Blote, arts te dezer stede,
die, zooals bekend, een belangrijk aandeel
heeft gehad in het wetenschappelijk onder
zoek betreffende de tuberculose, heeft zich
met een adres tot den raad dezer gemeentb
gewend, waarin hij opkomt tegen inwilli
ging van het verzoek van de Vereeniging
tot Bestrijding der Tuberculose tot verhoo
ging van haar subsidie.
In zijn adres zegt de heer Blote dat door
deze evreeniging een consultatie-bureau en
een instituut van huisobservatie wordt on
derhouden, dat echter deze instellingen niet
kunnen geacht worden eenigen invloed op
de tuberculoseslerfte uit te oefenen, dat de
gelden, tot de instandhouding dezer instel
lingen aangewend, voor de bevolking zeer
weinig voordeel afwerpen en dat het daar
om hem ontoelaatbaar toeschijnt, dat nog
langer aan deze vereeniging een subsidie
uit de gemeentekas wordt toegekend; dat
een verhooging van deze subsidie aller
minst geoorloofd is-, dat het hem bekend h»,
dat een gedeelte van" de aangevraagde sub
sidie zal worden aangewend als bijdrage
in de verplegingskosten in sanatoria; dat
naar zijn oordeel daartegen vooralsnog geen
bezwaar bestaat mits bij de distributie dezer
gelden geen bevoorrechting plaats heeft van
hen die zich bij het consulatiebureau heb
ben aangemeld.
Het adres gaat vergezeld van een uitvoe
rige toelichting, waaraan wij het volgende
ontleenen:
Een ieder weet. dat in Nederland de be
strijding der tuberculose als volksziekte,
9inds 25 jaar heet gevoerd te worden
De ontdekking van den Koch'sen bacil
als verwekker van de tuberculose, had
menigeen in den waan gebracht, dat door
het vermijden van de infectie met dit
microörganisme de tuberculose kon uitge
roeid worden
Er was een vereeniging opgericht die de
naam van Ned Cent. Ver. tot Bestrijding
der Tuberculose had aangenomen en aan
een vergadering van deze vereeniging iu
1908. werd door Prof. Nolen een uitvoerig
plan tot bestrijding voorgelegd.
Het doel van den strijd tegen de tuber
culose. de uitroeiing der gevreesde ziekte
zou onder den leus „La tuberculose est
évitable puisqu'elle est conlagieusé" wor
den nagestreefd. Bij de discussie die in aan
sluiting van de voordracht gevoerd werd,
bleek, dat vooral de practische uitvoerbaar
heid van hot plan van groote waarde werd
geacht
Tot de middelen, die in bet bestrijdings-
plan werden naar voren gebracht behoor
den in de allereerste plaatst de eonvillntie-
bureaux en het daaraan verbonden instituut
der huisbezoeksters zou worden opgedra
gen, bestond hierin dat zij kennis moesten
verspreiden omtrent de wijze waarop de
mensch met tuberkelbacillen wordt geïn
fecteerd, en zoodoende de bevolking te
leeren hoe men deze infectie kan vermijden
en ontloopen.
Het ontwerpen van een dergelijk bestrij-
dingsplan en vooral het ten uitvoerleggen
daarvan was een vraagstuk. Want hoewel
het bij oppervlakkige beschouwing aanne
melijk 9cheen, om door het vermijden der
besmetting met bacillen de tuberculose te
voorkomen en langs dezen weg tot een al-
geheele uitroeiing der ziekte te geraken, de
kennis omtrent de beteekenis van den
tuberbacil voor het totstandkomen der long
tering wa9 nog onbezonken en onvolledig,
daargelaten dat omtrent de verweermidde
len van het menschelijk organisme tegen
over de ingedrongen bacillen nog nagenoeg
niets bekend was Vooral de vermeerdering
onzer kennis betreffende de geographische
verspreiding der verschillende tuberculose-
vormen heeft geleerd, dat de ingeslagen weg
verkeerd was Want wanneer het werkelijk
eens mocht gelukken om door consulatie-
bureaux en huisbezoeksters door öputum-
prophijlaxis en woningdesinfectie een be
volking vrij te maken van tuberculose zou
het wel eens kunnen blijken, dat aan die
bevolking een slechte dien9t bewezen was
en zij veel vatbaarder zou zijn geworden
voor kwaadaardig verloopende rtiDerculose,
omdat zij de verweermiddelen, die zij juist
door het contact met de schadelijke agens
verkregen had, op den langen duur verliezen
zou.
De bevolking zou worden ontdaan van den
hoogen graad van immuniteit ten opzichte
van de tuberculose, zooals die bij de door
geziekte volkeren aanwezig is.
Togeg-wen dient te worden, dat dit on
gunstige resulataat van den arbeid der Ned.
Cenr. Ver. tot Bestrijding der Tuberculose
voorloopig nog niet te duchten was. Want
bc-halve het opleiden, examineeren en aan
stellen van huisbezoekstesr, het oprichten
van consultatiebureaux met toebehooren en
het verdeelen van de rijkssubsidie werd
door de vereeniging niets tot 9tand gebracht.
Te verwachten was dan ook, dat tal van
bekwame en tot oordeelen bevoegde man
nen over de werkwijze der vereeniging ont
stemd geraakten en het dient geprezen te
worden, dat het Bestuur dat anders ongaar
ne aan tegenstanders het woord verleende
om hun bedenkingen in het midden te
brengen, op 11 Nov 1917 een vergadering
uitschreef, waar het zich bereid verklaarde
van de bezwaren die men tegen de gevolgde
wijze van doen zou aan te voeren hebben,
kennis te nemen.
Op deze vergadering werd door Prof.
Nolen een rede gehouden en een zinsnede
daaruit verdient de volle aandacht. Zij
luidde als volgt;
„Ja ik houd het voor zeker, dat. als het
mocht gelukken de kinderen onbesmet te
houden, er dan ook veel meer gevallen van
vliegende tering zouden voorkomen dan
thans het geval is. Voor dat gevaar mogen
wij onze oogen niet sluiten, al is het grieze
lig er aan te denken. Maar dat gevaar zal
ook ongetwijfeld ten gevolge 'hebben, dat de
volwassenen zich meer dan thans, zullen
behoeden tegen gevaarlijke tuberculose-
infectie."
Het is niet gemakkelijk den grondlegger
der bestrijding der tuberculose als volks
ziekte in Nederland in zijn gedachtengang
te volgen, want het gevaar voor het uit
breken van de vliegende tering zou eerst
ontstaan wanneer de bevolking van de tu
berculose verlost was, doch dan zou er al
toos geen reden meer zijn voor de volwasse
nen om zich tegen gevaarlijke tuberculose-
infectie te behoeden.
Intusschen moeten wij het als een schrede
op den goeden weg beschouwen, dat erkend
werd. dat aan het uitroeien der tuberculose
als volksziekte groote gevaren verbonden
zijn. 1)
Te verwonderen is het zeker, dat na dez»>
vergadering waann felle kritiek werd uitge
oefend op het beleid van het bestuur, alles
bij het oude is gebleven. Ongestoord werd
voortgegaan met het opleiden, examineeren
en aanstellen van huisbezoeksters, het op
richten van consulatiebureaux met toebe
hooren, het verdeelen van de Rijkssubsidie.
Men zou kunnen meenen, dat deze feiten
slechts historische beteekenis hebben, ware
het niet dat in het onlangs verschenen ju
bileumnummer van het orgaan van de Ned.
Centr. Vereeniging tot bestrijding der Tuber
culose de volgende woorden door Prof. Nolen
neergeschreven zijn
„De Ned. Centr. Vereeniging tot bestrij
ding der Tuberculose heeft door haren veel-
zijdigen. onverpoosden arbeid van nu 25
jaar, krachtig er toe bijgedragen, dat bij hei
Nederlandsche Volk de belangstelling voor
den strijd tegen de tuberculose is gewekt en
is levendig gehouden. Daarbij heeft zij meer
en meer de weldadige overtuiging ingang
doen vinden, dat de tuberculose een gewel
dige volksziekte is, die echter kan en daar
om moet uitgeroeid worden."
Het loont de moeite dit bewijs van sym
pathie en hulde aan een nadere beschou
wing te onderwerpen.
1) Te betreuren is het dat men voor 25
jaar niet tot dit inzicht kon komen, er
zouden groote sommen gelds bespaard zijn.
Vooreerst is de opmerking over de belang
stelling van het Nederlandsche Volk er een,
die bij bijna geen enkelen huisdokter die
nog als bestuurslid bij de officieele tuber
culosebestrijding betrokken is, instemming
zal vinden Bovendien is zij in strijd met de
feiten, hierop zal nog worden teruggekomen.
In de tweede plaats is het van belang e»
op te wijzen, dat Prof. Nolen nog altijd de
uitroeiing der tuberculose als het einddoel
van het streven blijft beschouwen.
In verband met dit laatste zal menigeen
er vreemd van ophooren, wanneer hij er
vaart, dat de Leidsche Ver. het oorspronke
lijk plan v bestrijding sinds eenige jaren
heeft verlaten, en waarschijnlijk omdat men
toch de beschikking over 2 huisbezoeksters
had. aan die dames geheel andere werk
zaamheden heeft opgedragen, dan waarvoor
zij oorspronkelijk waren aangesteld.
Voortaan kunnen de huisbezoeksters zich
beperken tot het voorkomen van herhaalde
massale infectie en tot het verhoogen van
het weerstandsvermogen bij reeds geïnfec
teerde kinderen. Verder bemoeit de Vereen,
zich nog met de buitenschool en met de
verbetering der huisvesting Dit laatste heeft
stellig niet veel om het lijf, want op de Re
kening en Verantwoording van 1927 wordt
f 4000.uitgetroken als salaris der huis
bezoeksters, terwijl f. 950.voor de ver
schaffing van betere woningen beschikbaar
was.
Het streven om de herhaalde massale in
fectie te voorkomen is wetenschappelijk on
voldoende gefundeerd en practisch onuit
voerbaar. De opdracht aan de huisbezoek
sters om het weerstandsvermogen van reeds
geïnfecteerde kinderen te verhoogen stelt een
zeer zwaren eisch, omdat wij heden ten
dage nog niet met zekerheid weten, waarin
het weerstandsvermogen tegen de tubercu
lose bestaat. We hebben vernomen dat de
vereeniging de oorspronkelijke bestrijdings
wijze heeft verlaten, omdat zij geen kans
zag de besmetting met luberkel-bacillen te
voorkomen.
Ofschoon dit van te voren gemakkelijk te
voorspellen zou zijn geweest, treft te dezer
zake de vereeniging geen verwijt.
Aansprakelijk voor het gleden echec zijn
zij, die van meet af aan den verkeerden weg
gewezen hebben.
Om een juist inzipht te krijgen in de ge
ringe beteekenis die de Leidsche Vereeniging
voor de morbiditeit en mortaliteit aan tu
berculose kon hebben, dient men kennis te
nemen van de verhouding van het aantal
aan tuberculose overledenen eïi het aantal
daarvoor, dat onder toezicht der vereeniging
stond.
Zoo zijn in 1924 te Leiden 68 personen
aan tuberculose overleden terwijl 15 daarvan
onder toezicht stonden In 1925 waren d$ze
getallen 67 en 14. In 1926 resp 88 en 11.
in 1927 resr> 60 en 10. in 1928 110 en 14.
Deze ontstellende cijfers, waaruit blijkt, dat
de belangstelling der Leidsche bevolking ten
opzichte van de Ver. ter be9tr. der t.b -
zich steeds in dalende richting beweegt zijn
in lijnrechten strijd met de misleidende ju-
bileumkreet van Prof. Nolen. Het opgeven
van het oorspr be9trijdingsplan door de
Leidsche Ver. is er intusschen bevredigend
door gemotiveerd, maar men dient nimmer
uit het oog te verliezen, dat het werkplan,
dat mede uitdrukkelijk was aanbevolen op
grond der praktische uitvoerbaarheid, te
Leiden jammerlijk schipbreuk heeft ge
leden.
De slotsom waartoe men na deze be
schouwingen komen moet. kan wel niet an
ders zijn dan dat, hoe men de zaak ook be
ziet, het instituut der huisbezoeksters geen
redeit van bestaan heeft, en dat een vereen
die aan de instandhouding van een dege
lijk instituut jaarlijks f. 4000.t loor doet
gaan, niet langer aanspraak kan maken op
finantieele hulp uit de gemeente-kas.
UITBREIDING VAN DEN
DIENST DER N.Z.H.T.M.
Eind dezer maand zal het wagenpark der
Noord- Zuid-Hollandsche Tramweg-Maat
schappij met 11 rijtuigen (motor, en volg-
wagens) worden uitgebreid, welke bij
„Werkspoor" en de firma Beyes te Haarlem
worden vervaardigd. De uitbreiding van het
aantal rijtuigen maakt het vrij zeker moge
lijk dat het eindpunt te dezer stede dat tot
dusver gelegen wa9 bij de Barbarabrug zal
worden verlegd naar het station, waar dan
tevens de aansluiting wordt verkregen met
de trams naar Katwijk, Noordwijk en
Haarlem.
LEIDSCHE SPAARBANK.
Bij de Leidsche Spaarbank is in de vo
rige maand (November 1929) ingelegd
f. 379.074.61 en terugbetaald f. 430.62333;
165 nieuwe inleggers zijn ingeschreven en
92 boekjes werden geheel uitbetaald.
Het tegoed der 18.246 inleggers inclusief
1.190 deelnemers aan den Afhaaldienst, be
droeg einde November f. 7.351.657 64. In
4.929 posten is in deze maand door den
Afhaaldienst f. 9.396.50 ontvangen.
BINNENLAND.
De Leidsche oud-hoogleeraar prof. dr. 6.
A. J. Hazeu is te Wassenaar overleden
(Stadsnieuws, le Blad).
Te Middelburg is de Jaarvergadering van
den Vrijz. Democratischen Bond gehouden
(Binnenland, 3e Blad)
Zeer groote belangstelling voor de Jaar
beurs in Maart; het geheele Vreeburg te
Utrecht in gebruik? (Binnenland, 3e Blad).
De kwestie van het pensioenfonds der
typografen; een vergadering te Amsterdam;
oppositievoorstellen verworpen (Binnenland
3e Blad).
Doodelijke anto-ongelukken bij Hnis ter
Heide, Sittard en Roermond (Gemengd, 2e
Blad en Laatste Berichten, 1ste Blad).
Het slachtoffer van den moordaanslag te
Leeuwarden overleden (Gemengd, 2e Blad).
Het Nederlandsch hockey-elftal voor het
tournooi te Barcelona samengesteld (Sport,
4e Blad).
In verband met den overval op een bank-
looper bij Hilversum zijn twee personen
aangehouden (Laatste Berichten, 1ste Blad).
Majoor Slobbe van den Generalen Staf
wordt gouverneur van Curasao (Laatste Be
richten, 1ste Blad).
BUITENLAND.
De tweede zone van het bezette gebied is
ontruimd (Buitenl., 2e Blad).
De Duitsche Rijksdag verwerpt de
Dnitsch-nationale voorstellen inzake het
Youngplan (Buitenl. 2e Blad).
Naar een herstel van het afgetreden Bel
gische kabinet Jaspar? (Buitenl., 2e Blad).
Ernstige ongevallen te Marseille en in de
Vereenigde Staten (Buitenl. Gem., 2e Blad).
DE BOEMELBARON.
Een operette nit de onde doos.
Een heel oud paardje uit den operette-stal
is door het gezelschap Langenaken en Beuk-
man nog eens even opgetuigd, en het
draafde gisteravond op de Leidsche Schouw
burg-baan als in de gulden dagen van weL
eer.... Plet Kohier na z'n escapade
naar de revue tot zijn oude liefde terugge
keerd troonde als de Boemelbaron" in
den zadel en hij bleek de kunst nog bij
lange na niet verleerd te zijnl Lustig knalde
de zweep van zijn galgenhumor.... en tot
verbazing van de niet zoo heel talrijke toe
schouwers zette hij het paardje aan tot een
tempo dat de hoeven vuur sloegen bij de
aanraking met het plaveisel....
„De Boemelbaron" heeft eigenlijk zijn tijd
een beetje overleefd, maar toch; dat uit
stekende spel van Piet Kohier als Baron
van Kimmel - was een gang naar den
Schouwburg waard Die droge humor, dia
onverstoorbare opgewektheid van den zor-
geloozen landlooper en baliekluiver, die
angst voor werk, z'n kostelijke mimiek en
komische gebaren zij zijn waarlijk in
staat gebleken er kleur en leven aan te ge
ven en het publiek een aangenamen avond
te bezorgen Gorry Pinksen speelde niet on
verdienstelijk de rol van het jonggetrouwde
vrouwtje, evenals Arn. Schotanus die van
haar rampzaligen echtgenoot, die op het
dramatische plan kwam om Droogkeeltje
als baron te vermommen. Hun vertolking
van het eenmaal zeer populaire liedje van
de kleine meisjes, die moeten slapen gaan,
oogsite veel succes. Hendrik Kammeyer
speelde den huisknecht op de juiste manier:
ingetogen en hoovaardig en vormde zoo het
goede tegenviicht voor Droogkeeltje's bruta
liteit en uitbuitingsmanieren!
De muzikale begeleiding bestond uit....
een pianist. De man deed zijn werk naar
behooren, maar voor een operette is een
dergelijke samenstelling van een „orkest",
toch werkelijk wel buitengewoon pover.
LEIDSCHE
BELASTING-OPHAALDIENST.
Het aantal aangeslotenen bij genoemden
dienst nam in de afgeloopen Trunin*
belangrijk toe, nl. met 129, zoodat dit than9
3.719 bedraagt.
Aan den Rijksontvanger werd een be
drag afgedragen van f. 15 839 09
Belanghebbenden worden er op attent ge
maakt. dat er nog gelege^pM net
doen innen van de onlangs uitgereikte aan
slagen in de Inkomstenbelasting 1929 1930,
waartoe dan de biljetten ten kantore van
den dienst Bree9traat 81 moeten worden
ingeschreven.