7(F Jaarranr WOENSDAG 6 NOVEMBER 1929No. 21364 STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. BOOMENPRACHT BLIJFT BEHOUDEN. Het koperen ambtsjubileum van den burgemeester van Hazerswoude. ILEIDSCH DAGBLAD DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN PRIJS DER ADVERTENTIEN 30 Cis. per regel voor advertentiên uit Leiden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd zijn Voor alle andere advertentiên 35 Cts per regel Kleine Advertentiên uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30 Incasso volgens postrecht Voor evenlueele opzending van brieven 10 Cts porto te betalen Bewijsnummer 5 Cts. Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postcheque- en Girodienst No. 57055 - Postbus No. 54 PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden 2.35, per weet011 Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per weet „0.18 Franco per post 2.35 portokosten. I nummer bestaat uit DRIE Bloden EERSTE BLAD. INAUGUREELE REDE VAN PROF. DR. DE ZWAAN. Hel Chrisiusgetuigenis van Paulns. Prof. dr. J. de Zwaan. •rimiddag heeft prof. dr. J. de Zwaan sd hoogleeraar in de godgeleerdheid is Universiteit alhier, zijn ambt aan- met hei uitspreken van een oratie ovengenoemd onderwerp. De Zwaan begon met er op te wijzen, gang der Nieuwtestamentische slu- in hoofdzaak wordt bepaald door in- facloren. Een van de belangrijkste nier is: het Christusgelmgenis van Spr. wil ontwikkelen, hoe, in den van jarenlang onderzoek, de vragen, die daaromheen groepeeren, centraal zijn rden en, daarna, hoe in de lijn van K. en le verwachten valt, dat zij dit nog zullen blijven owel Paulus als de Evangeliën brengen Christusgetuigenis. Uitgangspunt van Ie beschouwen gang van hel onderzoek hter de vraag geworden, of de „theolo- der eerste drie evangeliën juist op dit wel te vereenigen is met die van Pau- Spr. zette nu uiteen, hoe de negen- eeuwsche wetenschap Jezus en Paulus izeerde. Daarna, kwam de contra- e van W. Wrede, die (1905) Paulus tot den „eersten theoloog" en „den der. schepper van het Christendom", volgt een derde faze, waarin men nog den „Je-zus-pröfeet" der negentiende vasthoudt, maar het Christus-getuige- aat ontspringen uit den „cultus" van ische gemeenten, terwijl Paulus* ^mann en Bousset) als de „eerste mysti- wordt opgevat. Tenslotte Reilzenstein, godsdiensthistorisch-philologisch on derzoek het Christusgetuigenis in verband brengt met een Oostersch-Griekschen „Anthropos-leer". waarvan echter deze ge leerde zelf met nadruk verklaart, dat de inhoud van Paulus' boodschap daaruit niet is te verklaren. Men stuit dus tenslotte langs deze wegen op een dilemma, waarvan de noodzakelijke oplossing deze is, dat men tusschen 28 en 48 in den kring van Jezus* eigen apostelen en discipelen en onder de oogen van Joodsche kringen, die eigen ken nis hadden van Jezus' leven en leer, de wor ding moet constateeren van een „theolo gisch" Christusgetuigenis. Het beeld, dat de negentiende eeuw zich van haren „histori- schen Jezus" had gemaakt, sloot echter principieel alle aanknooping voor zoo iets uit. Het moet derhalve worden herzien. Langs dien weg is dus Paulus' Christusge tuigenis tot een centralen factor, tot een drijfkracht in de Nieuwtestamentische stu diën geworden. De revisie van dit „Jezusbeeld" en van de studiën, waarop het heette te rusten, is ook noodzakelijk gebleken langs de lijn, welke getrokken werd door A. Schweitzer. Zoowel Jezus als Paulus werden daarbij n.l. gezien in verband met het apocalyptische Jodendom, waarvan wij nog een gansche litteratuur bezitten De vraag naar het Christusgetuigenis van Paulus neemt dan dezen vorm aan: heeft Paulus of de kring, die achter hem stond, de Chnstusleer der Jeruzalemsche discipelen uit de apocalypti sche terminologie overgezet in Oostersch- Grieksche termen, die adaequaat waren en begrijpelijk voor wie boeken als b.v. de llenochlitteratuur niet kenden? Daarachter rijst als laatste vraag: of er verschil kan worden aangetoond wat Jezus' eigen uit- drukking geweest moet zijn voor zijn Mes- j siaansch besef en die aldus uit het „apoea- j lyptisclie taaleigen" vertaalde gedachten- j wereld. j In het tweede deel dezer rede merkte spr. op, dat de reden, waarom tegenwoor dig de vragen van het Chrislusgeluigenis door velen als centraal beseft worden, niet meer ligt in de sfeer van het historisch on derzoek, zooals dat bij bet bovenomschre- vene het geval was. Ook in de Nieuw testamentische studiën is een reactie gaan de tegen het „historicisme". Spr.'s voor ganger. Windisch, zeide daarvan, dat „de tegenwoordige theologen willen, dat de „Bibehvissenschaft" hun ook zoo maar „theologie" opdienen zal. Zij hebben de kracht met mper en de innerlijke rust om zich langs den moeizamen weg der ge schiedenis le laten leiden naar de theolo gie." Spr. meende, dat Prof Windisch daar bij wel eens riet alleen maar aan Duitsche toestanden kon gedacht hebben. Hij citeer de daarna uit dezelfde bron deze uitspraak: „unsere erste Aufgabe ist und bleibt das Gegebene in seiner gegebenen AtI zn pr- fassen". Over dien „eigen aard" van het „gegevene" gaat het nu echter juist bij K. Barth c.s.! De nieuwe richting beschouwt het dan ook als een radicale illuzie, dat historisch onderzoek in staat zou zijn door vaststel ling van het oorspronkelijke tevens het we zen van de „Sache", waar het in het Chris tendom om gaat. te bepalen. Spr. zette uit een. waarom volgens deze opvattingen die „zaak" volstrekt ontoegankelijk is voor wie zich aan haar qualitatief anders TERAARDEBESTELLING VAN Dr. H. T. TAVERNE. Nadat hedenmorgen in de H. Pelruskerk een plechtige II. Mis van Requiem was op gedragen voor de zielerust van dr. IT. J. Taverne, in leven oud-assistent aan het Chemisch Laboratorium en oud-leeraar aan de Gem. Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen is op de R.K. begraaf plaats aan de Zijlpoort zijn stoffelijk over schot ter aarde besteld Onder de aanwezi gen merkten wij o.m. op de heeren Bots. Noordman en Filbry, regenten van bet R.K. Weeshuis, den lieer Kok, leeraar aan de Kweekschool en prof. ICeesom als vriend. De gebruikelijke ceremonieën werden ver richt door pastoor Beukers. zijn onttrekt door b.v. met de mystiek of met het Duitsche idealisme overgangen aan te nemen tusschen het menschelijke en dit Andere, dat zich zóó openbaart, dat het bestaan van den religieuzen mensch is het ondergaan van eene voortdurende en dia- lectisch-dwingende „Enlwerlung", één voortdurende „crisis". Indien ik Barth goed versta, merkte spr. op. gaat het in de evan gelische geschiedenis slechts om een exem- plificatie van deze „crisis" zelfs aan Jezus, terwijl de „Auferstehung von den Toten" uitkomen zou, dat niet „het" andere, maar de Andere den mensch door de „Dialektikder Sac-'he" drijft in die voortdurende crisis, waarin het „neen!" op alles wat opge worpen wordt om zin te geven aan ons existeeren, onzerzijds wordt aanvaard als de keerzijde van een goddelijk „ja", waarin de ware, onkenbare z.in onzen existentie geborgen is. Dat aanvaarden van het „neen" is. volgens Barth, de aard van wat Paulus „geloof" heeft genoemd Die dingen acht hij belangrijker dan alle godsdiensthistorische commentaarstof. De radicale beteekenis van zulk een uitgangspunt blijkt wel uit het feit, dat men van rechts én van links zich bij Barth aansjuit In dal verband is bet een opmerkenswaardig feil, dat Barth bij de vraag b.v. naar de beteekenis van Jezus' dood en opstanding geen belangstel ling toont voor het historische. Toch richt zich reeds Paulus' Christusgetuigenis niet op een „Christusidee", maar op den liisto- rischen Jezus Christus. Wat de relatie tusschen geloof en geschie. denis in deze gedachten betreft dit probleem kan men niet doen verdwijnen door de be teekenis van de termen te wijzigen. Bezin ning zal hier niet kunnen uitblijven en weder moeten leiden tot centraal blijven van de vragen, die saamhangen met Pau- ïus' Cbristusgetuigenis óók bij deze „dialee- l sche" theologen Reed9 bij Reilzenstein viel op le merken, dat men Paulus niet zal verstaan zonder het begrip „zonde" Daarom breng- de „religieuze' criliek", die de nieuwe richting in liet spoor der Reformatie meent le geven, do vraag naar de betrekking tusschen wat zij „crisis" noemt en deze ge dachte van Paulus eveneens op den voor grond. Aan het slot van zijn t oratip, wees spr. nog op eenige merkwaardige analogieën tusschen deze posities en die. welke de (hegeliaansche) dialectische theologen in de negentiende eeuw hebben ingenomen. Prof. Dr. P. T. BLOK. t „Neerlandia" (Novembcr-afl.) schrijft bij het portret van wijlen prof. dr. P. J. Blok: „Met grooten weemoed staan ook wij aan het graf van dezen grooten, warmen, geleer den vaderlander Hij zag de belangen van zijn land zooals allen ze moeten zien, die niet bevangen zijn in bekrompenheid. Hij begreep, dat Nederland cultureel en econo misch alleen dan gezond en sterk kan zijn, wanneer het zich bewust is van zijn plichten als moederland der Nederlandsche bescha ving tegenover de Nederlandsche en stam gebieden daarbuiten. En zoo was hij vanzelf een oprechte vriend van ons Verbond en vele jaren, zoolang de kracht hem gelaten werd, onze trouwe medewerker, eenige jaren als lid van het hoofdbestuur, maar ook daarna altijd bereid ons met zijn heldere raadgevingen Ier zijde te staan. Het hoofdbestuur heeft dan ook geen ge legenheid laten voorbijgaan om professoT Blok van zijn groote waardeering te doen blijken. Zoo heeft het hem bij zijn aftreden als hopglceraar in April 1925 den eere-pen- ning van liet A. N. V. aangeboden en bij zijn uitvaart, *28 October, hebben de alge- meene voorzitter en de algemeene secretaris hem mede de laatste eer bewezen. Nederland treurt over het heengaan van een zijner beste zonen". ACADEMISCHE EXAMENS. Geslaagd is voor het candidaatsexamen Wis- en Natuurkunde letter J, mej. M. A. de Vries (Den Haag). BINNENLAND. Inaugureele rede van den Leidschen hoog- leeraai prof. dr. J. de Zwaan. (Stadsnieuws, le Blad). 12 1/2-jarig leest van Hazerswoude's bur gemeester. (Uit de Rijnstreek. 2e Blad). De besprekingen omtrent de verdeeling van den radio-zendtijd op het doode pnnt. (Binnenland, 3e Blad). De crematie van wijlen prof. Henri Ever». (Binnenland, 3e Blad). Op den straatweg AlkmaarEgmond ia een man overvallen en beroofd. (Gemengd, 3e Blad). Bij Doorn zijn twee trams tegen elkaar gebotst; een wagenbestuurder werd ernstig gewond. (Laatste Berichten, 1ste Blad). BUITENLAND. Prins Max van Baden is overleden. (Tel., le Blad). Mc Donald in het Engelsclie Lagerhuis ever zijn ïeis naar Amerika. (Buitenl. 2e BI.) Henderson overwint in het Engelsche Lagerhuis inzake de hervatting der betrek kingen met de sovjets. (Buitenl. 2e Blad). Weder cm een ernstige vliegtuigramp. Zeven deoden. (Tel. le Blad). De schoone Rijksstraatweg bij Endegeest zal binnenkort verbreed worden. De indruk wekkende hooge boomenrij, die een groot genot'9chenkt voor de natuurliefhebbers, zal zooveel mogelijk behouden blijven. Een groote geruststelling! Over de merken op het hout behoeft men zich niet angstig te maken: zij houden hoofdzakelijk slechts verband met diverse voorloopige plannen, die niet uitgevoerd zuilen worden. Foto Bleuzé. De enthousiaste zanghulde der schoolkinderen. Aanbieding van het huldeblijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 1