Scheren Humor uit het Buitenland. DE STERRENHEMEL IN NEDERLAND BINNENLAND. ra ',*-u S '3^ - -'fTyTI De vissctien: O, je! Hii ■Agent, kunt D me ook den weg naar de zonnebaden zeg- slaapt I Dus vandaag geen ont- gen .(London Opinion) bijt 1 (Judge) „Moesje, Ik wfl trouwen met Arnold. Zijn oom beeft hem zoo pas een gulden gegeven", ZU «Je zei dat hU een fortuin maakte met een Insecten- verdelgingsmiddel. Wat voor soort man ls hU HU „O, een prachtkerel. Zou geen vlieg kwaad willen doen". «(Passing Show) „Gisteren weigerde lk een arme vrouw eeD kleine som gelds en ik heb er den heelen nacht niet vaD kunneD slapen. Steeds maar hoorde lk haar 6tem. die er om vroeghet was verschrikkelijk". „Wat een teeder geweten heb Je. Wie was die vrouw .Atyn vrouw", (Passing Show) Vader, mag: ik een sigaret rooken Waarachtig niet! Tabaks rook inademen is slechts voor ie. „U moét dit tofletjd ln die diepe moerbezie kleur nemen, dame. Het harmonieert zoo prachtig bij uw bleeke teint". .Maar lk ben niet altijd zoo bleek ik ben alleen maar geschrokken van den prijs". (Passing Show), ieft 1 :ht Een ieder heeft zoo zijn liefhebberij; do een houdt kanariepietjes, de ander verzamelt postzegels, een derde studeert voor z'n plei- zier wijsbegeerte of hoogere wiskunde en weer een ander liefhebbert wat in de oude geschiedenis, theologie of biologie chemie of psychologie, sociologie of pholografie, economie of ornithologie Maar er is geen een wetenschap, die zoo alom bij wijze van liefhebberij beoefend wordt en zich daartoe ook zoozeer bij uit stek leent als de astronomie ofwel de sterre- kunde. Het spreekt ook wel vanzelf. Om een be minnaar van bladmossen, postzegel mis drukken of abstracte vraagstukken te zijn daarvoor is öf een bepaalde aanleg, óf veel en some diepgaande voorstudie van noode. Maar wie zou ook zonder dat ontkomen aan den machtigen indruk dien de diepzwarte, met tallooze flonkerende sterren bezaaide, winternachthemel op den beschouwer maakt? Daar tellen ras noch geaardheid, religie noch levensopvatting, geleerdheid r.och eenvoud des geestes mede: tegenover der sterren pracht en macht kan de kleine mensch niet anders dan zwijgen en in oot moed bewonderen, wat en wie hij ook zij. Deze bewondering sluit echter naaere be schouwing en vermeerdering van kennis omtrent het aanschouwde niet uit inte gendeel. Met de kennis komt het inzicht en de dorst naar meer en dieper gefundeerd weten; en het mooie is, dal voortgaande analyse in dit geval het schoone niet vei nietigd en de bewondering niet doel ophou den: hoe dieper men, letterlijk en figuurlijk, doordringt in die bovenaardscho sterrenwe reld. hoe grooler het ontzag, hoe steviger en heviger de bewondering daarvoor wordt. Alle wetenschap heeft zijn begin en zoo ook de sterrekunde. Zij begint met.de door iedereen beoefende aslrognosie: de leer dei sterrebeelden Wie kent niet de Groole Beer? Velen weten ook nog wel, dat men, door de eerste twee sterren van deze slede naar boven te verlengen, de Poolster vindt: hel vaste punt aan den stasg wentelenden hemelbol. Het prachtige sterrenbeeld Orion met in het midden den Gordel, ook wel De drie Koningen geheéten wie zag het nooit op winteravonden? Er is echter voor den enkel maar gaarne naar den sterrenhemel kijkenden leek, nog zoo verbazend veel meer te zien. Er slaan nog een menigte andere merkwaardige, mooie en markante sterrenbeelden aan on zen Noordelijken hemelhelft (die, ondanks dat veel geprezen Zuiderkruis, heel wat fraaier is da nde Zuiderslerrenhemel!) en behalve de kennis der namen van die ster- rengroepen. valt er bij eenige opmerkzaam heid nog zooveel anders ook te zien en te waardeeren. Daar is in de eerste plaats het voortdu rend veranderen van de schijngestalten der maan allen welbekend maar ook de minder bekende plaatsverandering van de maan. die van West naar Oost tusschen de sterrebeelden doorloopt Dan zijn er verder de heldere planeten Venus, afwisselend avond- en morgenster, Mars, de roode pla neet, Jupiter de heldere, met z'n vier privé- maantjes, die in een heel klein kijkertje al te zien zijn, en dan nog Saturnus. de pla neet die in een iets grooleren kijker dat zeldzaam-schoone beeld van den vurigen bol met den lichtenden ring er om heen te zien geeftl Ook de loop dezer planeten door de sterrebeelden is belangwekkend en met het bloote oog te volgen: al dra zal men dan er meer van willen weten en dat kan, gelukkig. De astronomie behoeft voor nie mand. die lezen kan, een gesloten boek te blijven; geen enkele wetenschap leent zich zoo bij uitstek tot voortreffelijke popularisa- lie als de Sterrekunde en b.v. het boek van prof. Ant. Pannekoek: De wonderbouw der wereld, zal een ieder, stap voor stap, de ge heimen van aarde, zon, maan en planeten stelsel ontsluieren: Sterrekunde van dr J. van der Bilt is ook een uitstekend werkje. De Sterrenhemel van prof. Kaiser, de wer ken van den aan fantasie zoo rijken Fran- schen astronoom Flammarion. men kan te kust en te keur gaan op dit terrein! Hel eerste noodige is echter: kennis van den sterrenhemel; belangstelling en liefde voor de sterrenkunde volgen daaruit van zelf. Om onzen lezers het verkrijgen van die kennis van den sterrenhemel gemakke lijk te maken, om vooral de jongeren zelf aan het waarnemen van den sterrenhemel te -brengen.vaders in de gelegenheid te stellen een deugdelijk antwoord te geven op de vragen van een weetgierig kroost, zul len wij voorlaan eens per week een klein maar duidelijk kaartje van den sterrenhe mel in ons blad opnemen. Voor Januari Februari. Maart en Octo ber. November en December zullen deze kaartjes telkenmale den stand van oei» sterrenhemel, in de komende week. op des avonds 8 uur aangeven; voor April en September wordt dil 9 uur. Mei en Augus tus 10 uur en Juni en Juli 11 uur, 's avonds, middelbare tijd Deze tijdstippen zijn zoo gekozen, dat zij voor het grootste deel val len na liet einde van de zgn. astronomische schemering alle sterren zijn dan duide lijk te zien. Voor de maanden MeiAugustus geldt dit niet heelemaal, want daartusschen ligt een periode, dat de astronomische scheme ring den ganschen nacht duurt. Maar de heldere sterrenbeelden, die onze kaartjes vermelden, zijn dan ook nog duidelijk te zien. Behalve den elke week veranderenden sland van den sterrenhemel, zullen deze wekelijksche slerrekaarljes. ook o.m. bevat ten de plaats waar de maan aan den hemei staat, zoo zij er is, en dan derzelver schijn gestalte. terwijl eveneens de voor het bloote oog zichtbare en heldere planeten Venus, Mars. Jupiter, Saturnus, er geregeld in hun wisselende standen op voor komen. Wij nemen de kaartjes als regel zonder wijdloopige verklaringen op. omdat wal er uit te zien en te lecrcn valt, zich aan het oog des opmerkzamen beschouwers vanzelf voordoet: slechts eens per maand zullen we enkele verklarende opmerkingen ter toelichting bij „De sterrenhemel in Neder land" voegen. RECLAME. 9 geen stukgaan en pijn meer en ook geen naschrijnen der huid. als men vóór het inzeepen de huid even inwrijft met slechts een weinig CREMATIE ir. J. C. GRASé. Een groot aantal sprekers. Een zeer groot aantal personen had zich gistermiddag op Westerveld vereenigd om de laatste eer te bewijzen aan den vlieger en chef van den lechnischen dienst der Fokkerfabrieken ir. J. C G. Grasé. In de aula was voor allen geen plaats, zoodat velen het uitdragen van de baar afwachtten. De Fokkerfs&ri^jn was vertegenwoordigd door den gedelèce'éijd-commissaris, den heer G. G. Vatticr Kraane en den onder-direc teur den heer ir. B. Sféphan. voorts waren er alle procuratiehouders, de lieer Elekind, Platz en Rasch; er was een deputatie van het personeel der fabrieken en 'n deputatie van 'l personeel v. Schiphol. De K.L.M. was vertegenwoordigd door den directeur den heer Plesman. Voorts waren aanwezig ge neraal Snijders, de directeur der Kon. Ned. Indische Luchtvaart Mij de heer Steen- bcc-k; voor den Rijkssludiedienst voor de Luchtvaart dr Wollf, directeur, en ir. A. G. van Baumhauer onder-direóleur voor de luchtvaartafdeeling dr. Jongbloed en kapitein Van Weerden Poelman, voorts de oud-commandant van Soesteiherg Wallaardt Sacré, een deputatie van den Marine- vliegdienst; verder prof Kan. prof. Kern, jhr. Six en vele anderen. In de aula was de baar opgesteld, be dolven onder een groot aantal bloemstuk ken en kransen. Als eerste spr. trad de heet- Vattier Kraane naar voren. Met diepen weemoed en groot leedwezen, zeide spr. is het dat wij hier tezamen zijn gekomen om de laatste eer te bewijzen aan onzen Grasé. Tndien de heer Fokker in het land was zou hij zeker bier zijn gekomen Aangezien dat niet mogelijk is. zal spr thans in zijn plaats treden. Ongeveer acht of negen jaar geleden heb ben commissarissen der Fokkerfabrieken er bij den heer Fokker op aangedrongen het invliegen van vliegtuigen te slaken, niet alleen mei het oog op den tijd, die er mee gemoeid was. maar ook om de gevaren Wij drongen er op aan. zei spr een ver vanger voor liet invliegen te zoeken. Fok ker noemde dat invliegen een zeer belang rijke zaak, omdat de vlieger dan goed kan constaleeren. wat nog aan een vliegtuig ontbreekt. In het begin van 1923 zei Fokker, iemand te hebben gevonden, dat was ingenieur Grasé van den Rijkssludiediensl vai\ de Luchtvaart. Hij was op Soeslerberg gede tacheerd om daar het vliegen te leeren en hij leerde hel zoo goed cn vlug, da> Fok ker een vervanger in Grasé zag. Dat was dus in 1923, en nog zien wij hem voor ons. den vroolijken jongen man met het open gezicht Zijn groote rondborstigheid, zijn open hartigheid deden hem vele vrienden ma ken. En toen Fokker naar Amerika ging, kon aan Grasé als chef van den lechni schen dienst hel belangrijke werk ook van het invliegen worden overgelaten. Als de fabrieken van Fokker goede machines heb ben afgeleverd dan is dat niet alleen te danken aan den constructeur, maar ook aan Grasé. Zoo is liet eenige jaren gegaan, totdat zich bij Grasé een kwaa'l openbaarde. Hij is daarna nog eenige maanden naar de Balkanfanden gegaan, waar zijn prestaties ook groote bewondering wekten. Grasé was een van die helden van de Luchtvaart, die wij heinas weinig hebben en op wie wij zuinig moeten zijn. Wij moeten erin berusten, dat deze jonge man. die nog zooveel had kunnen doen en die niet gemakkelijk te vervangen zal zijn ons moest ontvallen. Een troost voor de familie en de vrienden is. zoo besloot spr., dat Grasé zijn plicht heeft gedaan en dat zij, die achterblijven, hem hoog vereeren. In de Fokkerfabrieken zal hij niet worden vergeten. Ds heer ir. SlcphaD wees op de groole kunde van Grasé. Hij was een uitzonder lijke figuur, zooa'ls er waarschijnlijk in enze luchtvaart geen tweede te vinden is. Met een schitterend verstand en een groote technische kennis toegerust wa9 geen op dracht hem te zwaar. De lieer Wolff bracht in herinnering Grasé's werkzaamheid bij den Rijkssludie- dienst en zijn medewerking aan de voorbe reiding daarvan. Grasé heeft een belang rijke rol gespeeld bij de ontwikkeling van dit wetenschappelijk werk. Het was een zeer moeilijke studie. Dat de heer Fokker hem voor invliegcr heeft uitgekozen is juist toe te schrijven aan Grasé's werk van wetenschappelijk ert prac- •lisch vlieger. De heer Roozenschoon van de Fokker fabriek gewaagde nflfe van Grasé's werk zaamheid aan deze fabriek, hij prees zijn moed en zijn wilskracht. De heer Von Baumhauer sprak als oud vriend. De heer dr. Jongbloed arts-vlieger to Soesteiherg, zei het voorrecht te hebben gehad Grasé' te hebben mogen opleiden als vlieger. Namens de zeven kameraden uit de fabriek bracht spreker een laatslen groet. Een hartelijk woord van genegenheid en hoogachting sprak tenslotte den heer H. Hoeven die als machanicien steeds met Grasé gevlogen heeft. Aan hel crematorium bracht de vader van Grasé allen dank voor liun belangstelling. ZIEKTEVERSCHIJNSELEN NA VACCINATIE. Van dwang is niets gebleken. Het Tweede Kamerlid de heer Kersten, heeft den minister van Arbeid, H. en N. de volgende vragen gesteld: Is het den minister bekend, dat na vac cinatie te Rotterdam zich ernstige ziekte verschijnselen hebben voorgedaan, waar van reeds met doodeijken afloop? Is de minister bereid, tegen elke uitoefening van dwang afdoende maatregelen le nemen? Acht de minister het om het belang Van liet volk niet noodzakelijk, tegen de ge varen, die de vaccinatie met zich brengt, te waarschuwen en. zoo noodig in overleg met zijn ambtgenoot den minister van Bin- nc-nlandsche Zaken cn Landbouw, B. en W. van Rotterdam onder het oog le bren gen, dat zij ziich hebben te onthouden van eiken dwang op schoolgaande kinderen uit geoefend? Op deze vragen heeft de ministers reeds geantwoord, n.l. dat het hem bekend is, dat zich te Rotterdam in een paar ge vallen. na vaccinatie ziekteverschijnselen hebben voorgedaan, waarvan een enkel ge val met doodelijkeri afloop. De minister is bereid om, indien hem mocht blijken, dat door de Overheid dwang tot vaccinatie wordt uitgeoefend, de be trokken autoriteiten te wijzen op de gel dende wettelijke bepalingen, die dwang tot vaccinatie uitsluiten. Van eenigen dwang, door B. en W. van Rotterdam op school gaande kinderen uitgeoefend, is den minis ter intusschen niets gebleken In de circu laires. gericht tot de hoofden van de open bare scholen en van de bijzondere scholen, voor zoover de besturen van laatstbedoelde scholen toestemming hebben verleend, dat op hun scholen op gelijke wijze wordt ge handeld als ten aanzien van de openbare scholen het geval is, alsmede in de cir culaires aan de ouders, wordt slecht»! wezen op de wenschelijkheid, de kin* ie laten vaccineeren of revaccineeren,i toe op de scholen de gelegenheid i® o gesteld. Van eenigen dwang is geen sp-ri dus er bestaat naar de meening vanl minister derhalve geen aanleiding eeni schrijving le dier zake tot het gemesl bestuur le richten. De minister acht het. met het i de alastrimgevallen, die zich den ImJ tijd voordoen, in het belang van <i>| volhing niet wenschelijk. om legen dtf cinatie, in verband met de daarbij a disch voorkomende ziektegevallen, led schuwen. Voorts heeft de heer Kersten den miri van Binnenlahdsc'he Zaken en Laaft gevraagd Is het den minister bekend, dat de gang tot openbare scholen te Rotten! aan leerlingen geweigerd is, die niet voccineerd zijn? Acht de minister dil t wijderen van de school niet in strijd de wet, die den dwang tot inentinz het dan ook lijdelijk) ophief? Is de nil ter bereid, maatregelen le nemen legen sluiten der school voor ongevaccinee kinderen en liet besluit van B. en W. Rotterdam, dat tot die sluiting leidde, vernietigen DE STAKING TE ZAANDAI Andere moeilijkheden. Gisterenmiddag vergaderden in de fo triëele Club te Amsterdam opnieuw de al vaardigden der patroons en de delegaties werknemers in het Zaansche Houtbedrijf, delegaties der werknemers zullen liet re» taac dezer onderhandelingen ernstig b#P ken in een Maandagochtend a.s. te Za3M te houden bestuursvergadering der wer» ïuersorganisaties. Deze bestuursvergader zal beslissen met welk advies het reen aan de zeer spoedig te beleggen algeme ledenvergadering der werknemers ol den voorgelegd -X Inmiddels zijn c-r andere moeilijkheden koinor. in verband met een nog niet berei overeenstemming tusschen de Sóbeepv^ vtreeniging „Noord" en de bootwerkers eeniging „Eensgezindheid" te Door de Scheepvaartvereeniging ..N©01 is een drietal voorwaarden gesteld voor hervatting van den arbeid der bootwerw die op 3 Mei 1.1. uit solidariteit met de zche houtbewerkers het werk staakten volgens de cargadoors daardoor contra breuk pleegden. Dc- gestelde voorwaarden omvatten arbitrage over de vxaag, of al dan niet f tractbreuk is gepleegd, wijziging in so®® tarieven en loonen en instelling een Centrale Arbeidsbemiddeling. „Eensgezindheid" heeft deze voorwaar in een ledenvergadering besproken, niet gevclg, dat, hoewel contractbreuk niet ff© erkend, toch arbitrage wordt aanvaard. dat in een verslechtering der loonen met worden getreden en dat een Centrale beidsbemiddeling is afgewezen. Inmiddels is „Eensgezindheid" te alle* 9 tot onderhandeling gaarne bereid öb j zq toegankelijk voor rechtmatige gri® welke mochten bestaan. j Het gevolg van dit geschil is, d3t, nu overeenstemming in zicht komt de betrokken partijen in het Houtcoml^^ staking nor niet kan worden beëindigd- o- de houtbew rkers thans op hun b^uri o dariteit moeten staken met de boot* en zij anders ..besmet hout" te zouden krijgen, door werkwillig© kers uit de schepen gelost.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 10