Humor uit het Buitenland
UW BOEKHOUDING IN 0RD£
MET Dr. VAN DER SLEEN
OP REISL
VOETANGELS EN KLEMMEN
OP BELASTINGTERREiN.
Toeschouwer „Waar vlscb Je naar, baas T
Pessimist„Salm".
Toeschouwer „Maar der is geen zalm hier in het water-,
Pessiro>sc„Er ls heelcmttaJ geen vlsch in die beroerde rivier, dtii
ik kan net zoo goed naai- zalm vlssohen, ais naar wet aiMerer'.
{Hu moils
Bc Icwam vanavond speciaal om aan Je te vragen of Je genoeg
öm me gaf om met me te trouwen.
Is d&t alles. En Dc dacht nog wel, dat Je me mee naar de bioscoop
eou nemen.
(Passing Show)
Tante, streng: ,Jk vind toch wel, dat Je wat erg veel Jongelui
aanhaalt".
Nichtje„Goed, zoekt dan eens een Jongmensch, voor me, dat
tennis, golf, dansen, motorrijden en zeilen kan offreeren".
(London Opinion)
Advocaat.Nu, als U m*n eerlijke meening vraagt....*
Cliënt; „Nee, nee, ik vroeg uw rechtskundig advies".
- {London ppiutoai.j
Dame„KDk eens, een stuk wrakhout. Wat interessant".
Roeier (In consternatie) „Oommie, da's de kiel van deze Jol".
{Humorist).
Aanhangster van de terug-naar-de-natuur-beweglng„Kun Je
geen tafel vinden, Theobald
Haar gezel„Nee, nog niet. Niemand schijnt zich hier om me te
bekommeren".
.(Humorist)
wanneer het speeksel begint te vloeien uit
die afgrijselijke monden.
De scbool-vacanties beginnen hier niet
ook voor alle scholen op denzelfden lijd.
Terwijl de leerlingen van gymnasia, lycea
en hoogera burgerscholen reeds vrij zijn
vanaf den 13den Juli, moesten de kinderen
van de lagere scholen steeds doorwerken tot
den Isten Augustus, ondanks het vele pro
test, dat talrijke ouders reeds sinds lang
deden hooren.
Maar dit jaar heeft de administratie toch
getracht gedeeltelijk voldoening te geven
aan die ouders, en heeft de prijs-uitdeelin-
gen (waarmede hier het schooljaar altijd
besloten wordt) reeds doen plaats hebben
op den 13den Juli, maar met dien verstande,
dal de scholen geopend zullen blijven tot
den lsten Augustus, zooalö altijd, ten
behoeve van de arme stakkers, die niet, of
nog niet, met vacanfte naar buiten gaan,
en waarvan de ouders thuis niet zoo lang
last willen hebben.
Het aantal leerlingen is die laatste weken
dus maar heel gering. Toch heeft de ad
ministratie niet gewild, dat de onderwijzers
zelf ook wat profiteeren zouden van die
nieuwe instelling, en heeft geweigerd hun
toe te staan om beurten eenige klassen te
zamen te neimen, zoodat ieder op zijn beurt
eens een dag vrij hoeft. Het heele personeel
moet zooals gewoonlijk in de school tegen
woordig zijn, zelfs de onderwijzers of onder
wijzeressen, wier klasse gehéél leeg is. en
zoo tot den 3Jslen Juli toe, den tradilio-
neelen dag, waarop de lagere scholen va
cantia krijgen.
Op 1 Augustus en de eerste daaropvol
gende dagen is do groote uittocht naa^
huiten dan ook op zijn hoogtepunt gekomen.
Onderwijzers en leerlingen, winkeliers en
werklieden alles jA&gl dan naar huiten
toe, snakkend naar frissche lucht, ver van
het stoffige, onder de zon hrindend-heete
Parijs, dat zooals ieder jaar dan weer over
stroomd wordt niet alleen door buitenland-
sche loeristen, maar vooral ook door stra
tenmakers, die de wegen komen horstellen,
heele stralen afsluiten voor het verkeer,
pleinen ondersteboven gooien, en avenues
veranderen in renvelden voor een wedstrijd
met hindernissen.
M. DE ROVANNO.
Parijs, 28 Juli 1929..
BATAVIA—BUITENZORG—SOEKABOEMI.
De tijd nadert, dat wij verder moeten.
Het congre%is geopend door den Gouver
neur-Generaal. Zijne Excellentie heeft de
leden op receptie ontvangen en nu ver-
'huist de heele stoet naar Bandoeng, waar
de eigenlijke vergaderingen zullen worden
gehouden, met als pleisterplaats nog Bui
tenzorg, waar vele wetenschappelijke in
stellingen zijn gevestigd. Wij vertrekken
op eigen houtje. Onze Chevrolet is zwaar
belader met allerlei noodzakelijkheden en
ons beiden en een bediende, Ali, voor aller
lei duvelstoejagerswerk. De Hianokampeer-
wagen zweeft er echter, precies in het
spoor meerijdend en den laatsten avond
zitten wij met de vrienden bijeen, opge
monterd, eerst door Hoffmann's Erzahlun-
gen uit Batavia, dan door Haydn's sym-
pkonie, die uit Huizen, uit het moeder
land, duidelijk overkomt, zij het dan af en
toe verdwijnend om zachtkens weer terug
te komen, door de zoogenaamde lading.
Maar een feit is, dat de uitzendingen uit
Holland met ons draagbaar Philips toestel
zeer goed kunnen worden afgeluisterd.
In den vroegen morgen reeds nemen wij
afscheid van onze gastvrije vrienden, prof.
Delsman en edhtgenooie, dr. Verwey, den
koTalenduiker, hebben wij al tot weerziens
in Bandoeng toegeroepen, dan mijn oud<*i
vriemd Tideman, die de prachtige Genees
kundige Hoogeachool heeft gebouwd en nu
aan de Rechts Hoogeschool bezig is en...
nog een zestal oude bekenden, die op mijn
lijstje staan, zullen tot onze terugkomst
moeten wachten.
Asfaltstraten slingeren eeret door de
mooie Europeesche wijken der bovenstad,
dan nog langs een paar öhineescho winkel
straatjes en dan ligt Indië voor ons open.
Maar het is nog steeds druk langs den weg
met. komende en gaande inlanders mot
kleurig gewaad. Bii honderden wandelen de
vrouwtjes, het gitzwarte haar onbedekt,
een kleurig baadje om de schouders, dp
nauwe sarong meest in linten van bruin
en geel. Ongeveer zeventig procent draagt
een kind in de slendang, half zittend op
de heup, half hangend in den 6jerpachtig
omgeslagen doek. En meestal zoeken de
bruine bandjes onder het baadje naar
ander bruin, of de kleuter nu een half o?
twee en een half jaar oud is en kijken de
groote zwarte oogen angstig-nieuwsgierig
uit boven den steeds zuigen den mond. De
mannen hebben meer haast. Bij honderde-r
passeereri ze in een kalm veerend sukkel
drafje. Een bamboe horizontaal over
schouder en nek, aan weerskanten een
vracht steunend, welke bij eiken pas vee-
rend opwipt. Groote manden met bananen
of aardewerk, cocosnoten of straatsteenen.
een paaT leunstoelen of een gaarkeuken-
tje, alles wordt gepikold. Handkar en krui
wagen zijn totaal onbekend. De vracht
auto komt ook haast niet voor, waarschijn
lijk om de groote hellingen, die 6traks
komen cn ook omdat het vervoer per gro-
bak, dat zijn tweewielige karren, meest ge
trokken door twee paardjes, één tussehen
de leiboomen en één cr naast, hier zeer
goedkoop is. Tussehen die warreling van
dieren en inlanders door suizen de wagens
der Europeanen en rijke Chineezen en.,
de autobussen. Die vormen het gevaar van
Tndic. In razende vaart midden over den
weg, alle bodbten afsnijdend... geef ze de
ruimte
Aan den kant van den weg staan overal
de nette huisjes, van palmblad of bamboe-
matten vervaardigd, vol kleurige menschep
in de open voorgalerijtje», stoeds met war
pisang, cocospalm of andere cultuur er om
heen. Honderd meter zonder huis zijn een
zeldzaamheid en pas een 25 K.M. van Ba
tavia vandaan krijgen wij wat vrijer uit
zicht over sawah's cn klappertuinen, waar
tusschonin de kampongs of dessa's ligge#.
Gezellige klonters van rieten huisjes, altijd
in een oase van groen. Maar de weg i»
daarom nog niet leeg; overal i6 verkeer,
nu meest van veldvruchten. Wat ie dat
weer mooi. De rijstoogst is in vollen gang.
Rood is de aarde en geel het rijstveld,
waaruit tientallen kleurige baadjes opste
ken in voortdurende bukkende beweging
bij bet plukken der halmen. Handig woe
den ze tot bosjes aaneen gebonden, de
bosjes aangeregen aan een bamboelat en
dan naar huis gepikold. En dan dansen en
wuiven de losse gole aren op de maat van
het trippelpasje, waaxin het glanzend
bruine lichaam heelemaal meedeint. Want
de landbouwer laat overbodige kleedicg
nog rustig thuis bij zijn arbeid, die groo-
tendeeU in de stralende zonnehitte moet
gebeuren. Af en toe zien wij kleine troepjes
uitrusten onder de hooge eocospalmen, die
overal hun helder groene pluimen opsteken
aan den rand der rustvelden naast pisang
cn areknpalm, die immers de betelnoot
voor sirihkainven oplevert!
Het landschap wordt heuvelachtig, wij
der uit deint dan de horizon en krijgt een
nieuwe begrenzing door hooge bergen, die
blauw oprijzen boven geel rijstveld of
groen palmhout. Salak em Gcdeh, de twee
oude vulkanen, die soms uit de baai van
Batavia al heel goed zichtbaar zijn, maar
niet in de heete dagon van de kentering.
Nu komt ook het stroomende water groo-
ter rol spelen in het landschap. Zilveren
riviertjes stroomen in diep uitgesneden
ravijnen, steeds begeleid door rijstvelden,
sawah's, die met honderden walletjes en
watervalletjes oprijzen aa® de oevers en
op deze wijze elk hun deel krijgen var»
het eenig noodige. water! Daar langs de
riviertjes vinden wij ook de zaaiveldjes,
waal* de ,.bibit" als een dichte geelgroene
zode boven het hruine water uitgroeit.
Even verder wordt dit teeye goedje al uit-
geplant op velden, waar de oogst vroeg
rijpte, waar de karbouwen reeds de over
blijvende halmen opaten, waar de rest na
drooglegging-werd verbrand, de bodem be
werkt, het water weer toegelaten en waar
nu moeizaam plantje voor plantje op on-
goveer een voet afstand telkens in den
bodem wordt gedrukt.
Al meer en meer nadert het gebergte.
Het machtige groen van hel oerbosch breekt
door het blauwe waas heen, althans bij den
dichtbijzijnden Salak. De Gedeh begint
zijn kruin al in wolken te hullen, als wij
de geweldige rijen van toko's, winkeltjes,
binnenrijden, die het grootste deel Van Bui
tenzorg innemen. Maar alles groepeert en
concentreert zich om den Plantentuin en
zijn wetenschappelijke laboratoria, een
reeks instellingen, zooals er in de tropen
wel geen tweede te vinden is. Deze labora
toria hebben in samenwerking met de land
bouwproefstations, die over heel Java ver
spreid moeten liggen om de planten in hun
eigen klimaat te bestudeeren. Java gemaakt
tot het rijkste en mooiste tropenland, een
land van wonderen, zooals wij telkens de
buitenlandsche Congresleden hooren zeggen.
Wij hebben genoten van den plantentuin,
die in een prooien boog 't paleis van den
Gouvorneur-Gencraal omvat en ook alweer
tot de schoonste on rijkste der tropen gere
kend meet worden. \Vat hier in nog geep
honderd jaar is bijeengebracht, trekt elk
jaar honderden buitonlandsche geleerden en
duizenden loeken op botanisch gebied, die
alleen de prachtige lanen, de vijvers vol
bloeiende waterplanten en den heelen
weeldcrigen, echt tropisehen plantengroei
komen bewonderen. Wij komen hier tenig
op onze terugreis en dan hoop ik er meer
van te vertellen, ook van de onderzoekers,
die er huizen en liet werk. dat zij doen.
Nu nemen wij alleen een kijkje en genieten
van dc bewondering der buitenlanders voor
wat Hollandsche kracht daar geschapen
Jiooft.
En dan gaat hol verder door wat heuvel
achtiger landschap, maar de weg blijft goed
geasfalteerd, hoewel wat fcmal, vooral voor
de autobussen, die hier gelukkig nog model
en afmetingen hebben, die in Holland al
vijf jaar achter ons liggen. De weg is mooi
beschaduwd door hooge dammarboomen
en wij zien uit naar een rustig plekje om
een boterhammetje te eten. maar dat kost
moeiteI Ongelooflijk dicht bevolkt is dit
land. Maar zelden vindt ge een paar hon
derd meter langs de hoofdwegen, waar geen
hoornen staan. Enfin, 't lukt. al is er van
een middagdutje op een rustig plekje geen
sprake. In Soekaboemi weer groote vriende
lijke gastvrijheid, bij het kunstkringbestuur.
waar ik spreken moet. Vier Haarlemmers
duiken weer uit het publiek op. Die zijn dik
gezaaid in Indië en.de meesten hebben
een zeer goede positie en staan zeer goed
bekend. En land der toekomst!
En dan verlaten wij den prooien weg. De
Wijnkoopsbaai—Pelaboean Raloe, de Zuid
kust van Bantam is thans ons doel. Terwijl
het congres vergadert, gaan wij oude vrien
den opzoeken, die daar al een dikke twin
tig jaar leven en werken te midden der oer
bevolking van Java, visschers en landbou
wers. Prettig mooi goed volk. Maar wij zijn
zoover nog niet. Soekaboemi ligt op 400 M.
hoogte, maar voor wij aan de kust zijn,
moeten wij tweemaal tot 600 M. stijgen en
dus is het ais maar op en af en192
bochten! Dat is anders rijden als de Am-
sterdamsche vaart. En de weg is pas ge
deeltelijk geasfalteerd en gedeeltelijk ver
breed. Nu liggen de kampongs veel verder
uileen. Groote trajecten gaan door het
bosch, geen oerwoud, maar toch onbegaan
baar door plantengroei. Tot driemaal toe
probeerde ik een slang te overrijden, die
over den weg kronkelt, maar driemaal mis
ik hem. Met kippen gaat het beter. Ajnm
eigenlijk, want er is een groot verschil tus
sehen Ajam en kip. niet alleen in laaiheid,
maar ook in uiterlijk. De pooten van Ajam
zijn een decimeter langer en staan een
decimeter verder naar voren dan bij ons
nut-pluimvee. Kippen zijn er nog meer dan
inlanders in de kleine kampongs, welke
overal verspreid liggen, waar een berg
stroompje of meertje Sawahbouw mogelijk
maakt Dan weer bosch. meest volkomen
onbegaanbaar, maar ook wel netjes schoon
met allemaal even oude hoornen op onge
zellige rijtjes, dat is rubber. Dan meter-
hooge struiken vol frisch groen blad, thee,
die ijverig geplukt wordt en in groote man
den naar de drogerij gepikold Dan op een
bergrug opeens de zee, in de verte! En om
laag gaat het, zwaaiend en zwierend, over
smalle bruggen en langs afgrondjes, waar
de modderige sawah loert op den te roeke-
loozen automobilist! Tot de dadelpalmen
dichter gaan staan en de huisjes talrijker
worden, dan blauw doorschemert en plots
de zee voor ons ligt. als aan de Riviera met
bergen omgeven, maar nu heelemaal in
tropertkleed gehuld. Dieper blauw met
zware overstortonde rollers vlak aan hel
strand. En uit de op palen gebouwde geheel
open sociëteit komt mijn jeugdvriend mij
na vijf-en-twintig jaar met uitgestrekte
hand tegemoet. Hij is niet veranderd. Ik
ook niet.
VAN DER SLEEN.
RECLAME.
VANAF f.5.— PER MAAND.
Brieven Bur. van dit Blad onder No. 9334.
INDISCHE VERLOFGANGERS.
In geen zes jaar ha.d ik hem gezien en
ofschoon hij sinds ons laatste afscheid niet
veel verouderd scheen, toonde tooh zijn
diep bruine gelaatskleur, dat de tropen
zon, uiterlijk althans, zijn werk goed ge
daan had .Met zijn, een tikje opvallend
leverkleurig costuum en joviale manieren,
was hij een klassiek voorbeeld van den In-
disoben verlofganger.
Zooals het gaat bij zoo'n hervatting van
oude vriendschap, worden alle wederwaar
digheden sinds de repatriëering ondervon
den, onder een hortigen dronk, in één adem
verteld: van familieleden, die zoo belang
stellend waren naar de cadeautjes voot
hen meogebracht, van den jongsten zwager
die absoluut de la-atste tip wou weten op
't gebied van tabaksfondsen en dan... do
ervaring opgedaan met die vermaledeide
fiscus. Ik heb hem toen maar wat gesust
met de opmerking, dat, al moge de fii:;
in 't algemeen, zooals Tijl Uilenspie*
zei,,Het er naar gemaakt hebben", c
huidige regeling voot Indische Verlofga;
gers hier te lande nog zoo kwaad niet j
Daar die regeling, dateerend van Ap
1928, nog niet zeer bij het. publiek beker*
is, wil ik tot stichting mijner lezer6 hie
mededeelen, wat ik mijn ouden vriend ver
telde.
Tussohen Nederland en het Aziatied
overzeesohe Nederlandsche gebied is e*
regeling getroffen, waarbij werd bepaalt
dat. personen, die met hun gezin voor ni'
langer dan zes maanden met verlof
Indië gaan, geen ontheffing krijgen v.t
N.-Ind. belastingen en dan ook niet in X
derland worden aangeslagen. Blijft 1
gezin in N.-I. adhter, dan wordt deze t?
mijn verlengd tot een jaar. Aangezien mi
vriend acht maanden met verlof naar N
derland was gekomen, had hij ontheft
gekregen van de koloniale Inkomstenbeli
ting, doch was nu hier te lande aangek
gen en wel in die gemeente waar hij
opgespoord. Geluideig voor hem was zuli
te 's-Gravenhage gebeurd, alwaar de pl«
6elijke Inkomstenbelasting betrekke!',
laag js. Het is natuurlijk zeer goed nw{
lijk hieT te lande te verblijven zonder
een bepaalde gemeente te wonen, in
geval alleen Rijks-Inkomstenbelasting vr
sohuldigd is. Daar de Indische fiscus gtf
ontheffing verleent van belasting van t»
tièmen en winetaandeelen, komt de Ne<k
landsche fiscus nu clen verlofganger tffi
moet door de bepaling jn art. 99 der vr
dat de Inkomstenbelasting van een hier'
lande wonende belastingplichtige, die t
vens in Indië aan Inkomstenbelasting f
worpen :s. verminderd wordt met de h
lasting, berekend naar Nederlandsch 0
rief, over het Indisch inkomen.
Nemen wij b.v. a^n, dat een verlofgi-
ger een verlofsalaris geniet van f. 500 p'
maand en verder f. ÏOOOO tantième b«
gehad, voor welk bedrag hii in Indië bT
f. 50O belasting moet betalen, dan vorj
hij hier aangeslagen voor een jaarlijks
inkomen van f. 6000 en f. 10.000 is f. 16.^
tot een bedrag in hoofdsom groot f. 6®
tc verminderen met. de belasting vao b'
inkomen van f. 10.000 aan tantième,
f. 358, zoodat de jaarlijksche aanslag b*
draagt f. 310.
Voor de gemeentelijke belasting g"-
deze regeling niet, daar de gemeen'/
slechts in mindering van het inkomeD brt*
gen de werkelijk in Indië verschuldigd
belasting. Het bovengenoemde voorbed
nog even vasthoudend, werd deze verb-
ganger in de gemeentelijke inkcm&tent*
lasting aangeslagen voor 'n inkomen
f. 16.000 min f.500 of f. 15.500.
Dp totale aanslag zal geschieden or-
zoovele gehcele maanden als er nog m
belastingjaar, loopende van 1 Mei—30 Af-
over zijn na den datum van vestiging b'/
te landen.-
Komt een verlofganger dus hier in
dan wordt de aanslag berekend naar
van den gewonen jaarlijkschen
daar dc maand van vestiging, in dit g«Tt
Juni, niet meetelt.
Door de vorderingen der techniek i* J
verbinding met de koloniën steeds ge®1
keiijker geworden, waardoor de mogd'!
heid is geschapen, dat ook de fiscale
ministratie hier en in Ned.-Indië
kunnen samenwerken.
Met het oog hierop is het aanbeve.^
waard dat iedere verlofganger véér
vertrek naar Indië tijdig ontheffing
vraagt, en tevens aanzuivert wat hij
dig is. waardoor hem later in Indië T -B
moeilijkheden worden bespaard.