Doodemans rots D. TESKE, 70ste Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 8 Juli 1929 Derde Blad No. 21261 BINNENLAND. UIT DE PERS. RECHTZAKEN. FAILLISSEMENTEN. KERK- EN SCHOOLNIEUWS. GEVEILDE PERCEELEN. FEUILLETON. DE OVERVAL op WILLEMSTAD Een commissie van onderzoek naar Cnracao. Op 19 Juli s. vertrekken naar Curasao ide heeren A. Hoorweg, oud-hoMJ van dc algenieene politie in "NeJerlandsch-Jndie, en A. R. Bennewitz, oud-kolonel van het Nederl.-Indische leger, oud-militair com mandant van At.jeh (aan wie toegevoegd wordt de inspecteur 1ste kl. der Haagsche politie W. A. Rieken), ten einde ter be schikking van den gouverneur te worden gesteld voor een administratief-technisch onderzoek naar het optreden van de mili taire en politioneele autoriteiten op Cu rasao tijdens den overval in de vorige maand en aangaande de functionneering van den inlichtingendienst over dit inci dent. Blijkens mededeeling van het Departe ment van Defensie zal de torpedobootja- ger ,,Kortenaer" heden uit West-Indië naar Nederland terugkeeren, nu door de aanwezigheid van het pantserschip „Her tog Hendrik" het aldaar blijven van eerst- genoemden bodem niet meer noodig wordt geacht. HUISBRANDSTOFFEN. Een voorstel om huisbrand onder de Warenwet te brengen. De algemeene vergadering van den Bond van Nederl. handelaren in brandstoffen, het vorig jaar zomer te Zwolle gehouden, besloot het bestuur op te dragen te onder zoeken langs welken weg de kolen onder Ge Warenwet gebracht zouden kunnen worden. Een commissie uit het bestuur heeft thans rapport uitgebracht, dat in het orgaan van den Bond is opgenomen en waaraan het „H bid." het volgende ontleend: De commissie, die deze zaak o.m. met 'den directeur van het Rijks Instituut voor Brandstoffeneconomie en vooraanstaande mannen in de kolenproduclie en kolenhan del heeft besproken, komt tot de conclusie, dat een wettelijke regeling (het brengen van huisbrand onder de Warenwet) vooralsnog niet tot stand kan komen. Niettemin acu» zij een controle op den detailhandel in brandstoffen gewenscht, die dan in de plaats van een wettelijke regeling zou treden en die in het belang wordt geacht èn van het publiek èn in dat Van handelaren» importeurs en producenten. De uitvoering van die controle had de commiséie zich als volgt gedacht: Er woixJ© een commissie ingesteld, waar in zitting zullen hebben de leden van hat hoofdbestuur van den Bond van Nedem. bandelaren in brandstoffen, benevens een gelijk aantal Nederl. importeurs en/of produ centen van huisbrandkolen. Den betreffen- den minister zal worden verzocht, iemand aan te wijzen, die namens hem het voorzit terschap der commissie zal uitoefenen en die tevens een stem heeft. Alle leden van den Bond zullen zich moeten verplichten hun verkoop van huis- brandkolen te onderwerpen aan de controle van deze commissie; de bond verstrekt hun dan een gevelplaat, die duidelijk aangeeft dat de firma zich aan de controle onder werpt. De kosten der controle de commissie zal over de noodige fondsen maeten be schikken om een of meer deskundigen aan tp kunnen 9tellen om die contróle door te verren zullen worden gedragen door de leden van den Bond en door de Nederl. importeurs en producenten van huisbrand kolen en zoo mogelijk door een rijkssubsidie. Détailhandelaren, die zouden worden be trapt op onrechtmatige handelingen, be talen een nader vast te stellen boete en ontvangen van de commissie een berisping Bij herhaling der overtreding verbeurt do betreffende firma wederom een nader vast te stelleji boete en wordt voor een door de commissie nader vast te stellen tijdperk als lid van den Bond geroyeerd. De uitspraak van de commissie is bindend; hooger be roep bestaat niet. Bij herhaalde overtreding die het roye ment als bondslid van de betreffende firma medebrengt, zal de in bruikleen gegeven gevelplaat worden teruggenomen en zullen deze maatregelen publiek worden gemaakt. Het voorstel is geplaatst op de agenda van de jaarvergadering van den Bond, -raar het echter waarschijnlijk niet aan de orde zal komen. Het ligt in het voornemen, om het dan in een in de eerstvolgende maanden te beleggen buitengewone vergadering te doen behandelen. Uit het zeer uitvoerig rapport vernemen wij nog, dat in de kringen van belangheb benden verschil van meening bestaat over dp gedachte van controle Voelde men eonerzijds niets voor particulier initiatief en gaf men voorkeur aan overheidsbe moeiing. anderzijds werd het geheele prin cipe van contróle verworpen. TWEEDE-KAMER- VERKIEZINGEN. Allen gekozen verklaard. In de Zaterdag gehouden zitting van het centraal stembureau voor de verkie zing van leden van dc Tweede Kamer zijn alle leden, die reeds in de voorloopige op gaven genoemd zijn gekozen verklaard. OPENING VIJFDE CONGRES der INT. KAMER V. KOOPHANDEL In tegenwoordigheid van Z. K. S. Prins Hendrik, Z.Exc. jhr. F. Beelaerts van Blokland, minister van Buitenlandsche Za ken, leden van het corps diplomatique, vertegenwoordigers van stad en provincie en van vele anderen, heeft hedenmiddag in de groote zaal van het Concertgebouw te Amsterdam de plechtige openingszitting plaats gehad van het Vijfde Congres van dc Internationale Kamer van Koophandel. De vertegenwoordigers der vijfentwintig bij de 1. K. K. aangesloten landen, alsmede dc afgevaardigden van verschillende sta ten, die nog niet. tot de Internationale Kamer toetreden, waren bij de plechtig heid aanwezig en vormden met elkaar de kopstukken uit de internationale wereld van handel en industrie. Het woord werd gevoerd door de heeren E. Heldring, H. Rud. du Moseh, Alberto Pirelli, en jhr. Beelaerts van Blokland. DE TUCHT-UNIE. De Tucht-Unie hield in ..American Ho tel" te Amsterdam haar 18de algemeene jaarvergadering onder voorzitterschap van ds, H. Janssen, leger- en vlootpredikant te Den Haag. Tot algemeen voorzitter werd gekozen ds. H. Janssen, die de benoeming aan vaardde. Als bestuursleden werden herkozen de heeren rar. P. R Blok, prof. dr. J. M. Gun ning Wzn., C. E. Hogendijk en mej. mr. C. Frida Katz Van dl'. P. H. Ritter Jr. was een schrij ven ingekomen waarin hij mededeelde, dat zijn gezondheid hem dringt zijn werkzaam heden in hooge mate in te perken en zich daarom genoodzaakt ziet een „offer van zelftucht" te brengen en als bestuurslid te bedanken, In Je plaats van dr. Ritter werd tot bestuurslid gekozen gen er aal-majoor C. G. van Everdingen, directeur der Kon. Militaire Academie. Er vólgden eenige besprekingen, o.a. hoe op de beste wijze contact te krijgen met de gemeentebesturen en de on derwij sautori- teiten. De geopperde denkbeelden zullen nader onder de oogen gezien worden. UIT DE TEXTIELNIJVERHEID. De textielarbeidersbonden te Enschedé hebben besloten hun leden te adviseeren het vacantievoorstel der fabrikanten voor den tijd van één jaar te aanvaarden, on der voorwaarde, dat de werkgevers de andere voorstellen der arbeidersorganisa ties in behandeling nemen. Het. is echter vrij zeker, dat de.leden van „Dc Een dracht" dit niet .willen aanvaarden. RECLAME. 'Otc 8148 NU DE STEMBUS HEEFT GESPROKEN. In verband met het artikel in de „N. R. Ct.", waarin een Kabinet steunend op de drie reehtsche partijen uitgesloten werd geacht en zulk n-i. Kibnet vierkant in strijd werd verklaard met de goede trouw tegenover de kiezers, met na-me voor zoo veel de Christolijk-Historische partij be treft, wijst „De Nederlander" er op, dat de C.-H. LTeie mnir er het verkrijgen van een bepaald Kabinet als doelwit van haar verkiezingscampagne stelde. Het C.-H hoofdorgaan laat daarop dan o.m. volgen: Wij volgen de Nieuwe Rotterdamsche Courant niet in haar voorbarige beschou wing over de oplossing der Kabinetscri sis. Wij willen eerlijk bekennen ten deze het licht nog niet te zien doorbreken. Maar de volstrekt onjuiste voorstelling ten aanzien van het verband tusschen het gebeurde in November 1925 en het ver trouwen door 354 000 kiezers in de Chris- telijk-Historische Unie gesteld, mogen wij niet zonder verzet laten voorbijgaan. Het rechtvaardig en weldadig leiden van een volk van bepaald protestantsch karak ter, krachtens geboorte en historie maar niettemin in getal voor ruim een derde deel Roo-mseh is een zeer moeilijk pro bleem. God plaatst de Nedevlandsehe staatslieden voor dit vraagstuk. Hetgeen van Christeliik-Historische zijde gedaan werd op 10 en 11 November 1925, was niet een „dwars zetten van den voet aan de Roomsch-Katholieken". Het. aftreden van het. reehtsche Kabinet werd door de Cbristelijk-Historisohen ze ker niet bedoeld. Dit aftreden had liuns inziens niet behoeven en zelfs niet mogen volgen. Wij gaan op de historie der Kabinets crisis van November 1925 niet dieper in. Slechts zij herinnerd aan de woorden van den heer Snoeck Henkemans. in de Kamer gesproken, in den nacht van 10 op 11 No vember 1925: „Daarom stel ik er prijs op, in dit ver band te zeggen, dat nog altijd, ook door ons, de samenwerking, die er op 't oogen blik in Nederland bestaat, wordt be schouwd en aanvaard als de beste voor den gang van zaken voor de toekomst van ons land en volk. Maar, al bestaat die overtuiging, dan mag zij ons niet weerhou den, om te doen datgene, wat wij naar ons geweten meenen te moeten doen." Dit woord, van November 1925, gespro ken in overeenstemming met Artikel 7 van het beginselprogram der Unie, en de op dit woord gevolgde daad gelijk ook de ver klaringen, uitgesproken tijdens de verkie zingscampagne, in overeenstemming met de openingsrede van dr. Schokking op de Algemeene Vergadering der Unie kun nen alle slechts één beteekenis hebben. En deze beteekenis, die aan de 354.000 Christelijk-Historisch stemmende kiezers volkomen duidelijk was, kon niet deze zijn dat de Unie „aan de Roomschen den voei dwars zou zetten" noch deze, dat de Unie nooit meer, met de Roomschen te zamen, een Kabinet zou willen steunen. Deze beteekenis kan slechts zijn, dat oc Unie „ook bij de samenwerking met. an- dere partijen" in de eerste plaats heeft te letten op het beginselzoodat ten slotte alles ook de samenwerking tot vorming van een Kabinet en het steunen van zoo danig Kabinet terugwijkt, indien do Kamerleden uit de Unie geplaatst worden voor een beslissing, die, naar hun mee ning, het beginsel raakt. Wij erkennen, dat deze regel aan de samenwerking met de Unie voor hem. die deze samenwerking in 's lands belang mocht zoeken, eischen stelt, wellicht te zware eischen. De A.-R. „Standaard" schrijft Een linksch Kabinet komt niet in aan merking. Nog afgezien van de onderlinge verhoudingen aan die zijde, maakt reeds het getal zetels (39) dit ondoenlijk. Een saamwerking van R.-K. met S. D. A. P. en Vrijz. Dem. zou 61 man in het veld kunnen brengen, maar het ziet er niet naar uit, dat hier ook maar de ge ringste kans van slagen is. Dan blijft dus alleen nog maar de mo gelijkheid van saamgaan tusschen de voor malige coalitiepartijen. Wij althans kun nen geen andere combinatie bedenken, die een meerderheid zou kunnen opleveren tot steun aan een te vormen Kabinet op par lementaire basis. Wanneer men derhalve oordeelt, dat aan een parlementair Kabinet, de voorrang moet worden toegekend dan ligt het voor de hand, dat de vorming van zulk een Kabinet dient te worden beproefd. En hoe zullen wij dan tegenover zulk een poging moeten staan Wij rekenen ons zonder reserve tot de genen, die aan een parlementair Kabinet de voorkeur geven boven een extra-parle mentair. Het laatste doodt allo politieke leven. Deze verkiezing is er het afdoend bewijs voor. Ondanks veel lawaai en heel veel actie, die ver beneden peil was, ble ken de ongeveer 3.5 millioen kiezers, die zich naar het stemlokaal begaven, niets beters te weten dan alle partijen onveran derd naar het Binnenhof terug te zenden. De enkele verschuiving van een zetel van ons naar de S. G doet aan dien algemep. nen regel niets af Een stembusuiting, als thans verkregen werd, moet op den duur leiden tot een hoogst ongewensohten toestand en doet den volksinvloed te niet gaan Wii dienen ons derhalve berpid te ver klaren om, indien daartoe namens de Kroon aangezocht, medewerking tc ver leenen bij de vorming van een parlemen tair Kabinet op reehtsche basis. Dat daarbij groote bezwaren te over winnen zullen- zijn, ontveinzen we ons niet. Nadere aanduiding van dio bezwaren lijkt ons in dit stadium ongewenscht. Ze zijn er. Ze zullen onder het oog moeten worden gezien. Ze te overwinnen lijkt ons niet reeds van te voren buitengesloten. Zou een parlementair rechtsch Kabinet ten slotte evenwel toch onmogelijk blijken, dan zouden wij dc eenige andere parlemen taire formatie nog verkiezen boven een extra-parlementair Kabinet. Maar dat »s ten slotte niets dan een theoretische wensch, want bij zulk een formatie zouden we slechts toeschouwers zijn. Practisch zal het echter wel hierop neer komen, dat er. bij mislukking van een par lementair rechts Kabinet, niets anders opzit dan een extra parlementair Kabinet te vormen, dat zich dan in de toekomst niet zal onthouden van maatregelen, die op principieel terrein liggen. Ook daaraan zijn zeer groote bezwaren verbonden. O-a. dit, dat men er zich a's Regeering aan went om zich eenvoudig neer te ieggen bij afwijkende beslissingen van de Staten-Generaaldat dus het zwaartepunt bij de leiding van 's lands is- ken verlegd wordt van de Regeering naar dc Volksvertegenwoordiging. Of dat men, om dit te ontgaan, in het eind zich toch weer onthoudt van voorstellen, die in de principieele zone liggen. Maar ten slotte zal men zich bij zulk een Kabinet hebben neer te leggen, als het botero niet bereikbaar blijkt. Vcfcl wijsheid zal in de komende weken noodig zijn, om de klippen te omzeilen, om het parlementaire stelsel ook in ons land voor nog dieper verval te bewaren. Wie geen verantwoordelijkheid te dragen hebben, maken zich daarover niet warm. Maar in die positie zijn wij niet. Wij kun nen ons aan verantwoordelijkheid niet ont trekken. En moeten daarom partij kiezen. Beginseltrouw noodzaakt daartoe. RECLAME. TE NIEUWER-AMSTEL. DE MOORD Naar gemeld wordt is inzake den moordaanslag op een oude vrouw te Nieu- wer-Amstel, gevolgd door diefstal, door den rechter-commissaris een onderzoek naar de geestvermogens van de beide ver dachten bevolen Als deskundigen zijn be noemd drs. H. J. Overbeck cn S. P. Bak ker. De openbare behandeling dezer zaak, waarin nvrs. Zeldenrust en Schorlesheim als toegevoegde verdedigers zullen optre den, is in verband hiermede tot een late- ren datum opgeschort. In de week van 16 Juli 1929 zijn in Nederland uitgesproken 29 faillissementen. AGENTSCHAP ELECTRO TECHNISCH BUREAU DOEZASTRAAT 5 - TEL. 2164 "SGEWENSCHT GEMAKKELIJKE BETALINGSCONDITIES. 8120 NED. HERV. KERK. Beroepen: tc Haarlem (vac. L. J. van Leeuwen)A G. B. ten Kate te Brussel; to Groningen (10de pred. plaats), J. A. Wormgoor te Bussumte Rceuwijk, L. Zwaan, cand. te Den Helder; te Breede- voort, ds. J. J. H. Visch, directeur Jon gens-Internaat te Doetinchem; te Kolder veen (Dr de heer H. Drost. cand. te Driebergen; tc Nieuw Buinen, ds. A. H. Hellemans tc Rottumte Ovezandc-Drie- wegen, ds. K. Engelsma te Zwartsluis. Aangenomennaar OudegaKolderwoldo (H.O.N.) ds. H. L. A. Feykes te Colijns- plaat. Bedankt: voor Nyehaskc, ds. E. Groene- veld te Dalfsen. GEREFORMEERDE KERKEN. Tweetal: te Wageningen. ds. D. J. B. Allaart te Kollum en ds. H. J. Rouwen-1 hoven te Leidsehendam. Beroepen: tc Reemvijk de heer L. Zwaan, cand. in Den Helder. Aangenomennaar Anna Jacobapolder de heer J. Spoelstra, cand. te Medum. CHR GEREF KERK. Beroepente Boskoop, ds. S. van der Molen te Lisse. GEREF. GEMEENTE. Beroepente Goes, M. He.vkoop, cand. te Den Haag. Bedankt: voor Aagtekevke, Genemuiden en De Lemmer, W. C. Lamain, cand. te Voorschoten. Gehouden verkooping in het Notaris huis te Leiden op Vrijdag 5 Juli 1929, ten overstaan van 1. B. H. Stumpel, notaris te Leiden Sophi astraat 17, kooper J. Krcbs qq. voor f. 52.90. 2. TI. M. Markusse, notaris te Leiden een complex panden, c a. Plesmanlaan 7, 6. 5, 4, 3. 2, 8, 9, 10, 11, 12, 13 en 14, N. A. van Zijp qq. voor f. 20.765. Naar het Engelsch van A. T. QUILLER—COUCH. 67) Hij deed één stap vooruit en toen sloeg hij de oogen op en keek mij aan en hij deinsde terug en sloeg de handen voor zijn gezicht. Langzaam terugdeinzende met opgeheven handen en opengesperde oogen, zag ik zijn oogballen verstijven, bevriezen en in twee steenen veranderen, terwijl een schor, knar send geluid over zijn lippen kwam, zonder woorden, zonder beteekenis. En toen. terwijl ik hem bleef aanzien, met moorddadige plannen duidelijk zichtbaar op mijn gelaat, hoorde ik een verschrikkelijke gil. een schreeuw die de meeuwen in hun sluimering deed opschrikken en meermalen door de echo's herhaald werd een schreeuw met geen enkel ander geluid te vergelijken een onmenschelijke, ontstel lende gil. Toen volgde stilte; de laatste echo stierf "weg en hij viel. Toen hij neerviel in den kuil, deed ik een stap vooruit en keek over den rand. Hij lag nu op handen en voeten voor de kist en wroette met de handen in den schitterenden hoop kostbare steenen. hij nam ze op met volle handen, en terwijl zij als schitterende regendroppels door zijn vingers stroomden, mompelde hij onverstaanbare woorden en neuriede een liedje. ..Colliver Simon Colliver!" riep ik. Hij lette er niet op maar ging voort met zijn diamanten en robijnen en hij zag ze aan met gretige blikken en liet ze weer neer vallen bij den hoop. ..Simon Colliver!" Ik sprong in den kuil naast hem cn legde mijn hand op zijn schouder. Hij bleef een oogenblik staan, toen keek hij op en met een afwezigen blik in zijn diepe oogen. „Colliver. ik moet een woordje met je spreken." „0 ja. ik ken je wel. Je bent Trenoweth, dat spreekt van zelf; Ezechiel Trenoweth komt terug om zijn schat. Maar je komt te laat. te laai. te laat! Je bent dood ha. ha! dood en vergaan. „0 ja!" ging Colliver een oogenblik later voort, terwij! hij de oogen opsloeg, o ja. ik ken je we!, Ezechiel Trenoweth. natuurlijk Of is het Amos of Jasper? Het doet er niet toe, ze zijn allemaal dood. Ik heb den laat ste van jullie verleden jaar gedood o neen. het wa9 gisternacht; allemaal dood. Hij strekte zijn hand uit naar den Groo- len Robijn. Maar ik greep hem bij de vuist. Hij was mij echter te vlug af en met een scherpen gil en een knarsend geluid van zijn tanden maakte hij zijn hand los en hield hem op zijn rug. En toen, eensklaps, terwijl ik met hem vocht, wierp hij mij achteruit met zijn lin kerhand en met een zwaai wierp hij met zijn rechterhand den grooten juweel in het water. Ik zag hem in de hoogte vliegen en met een langen zwaai, als een vlammende boog nederdalen, als een regen van vuur in de golven. Een plof, een lichtstraal en hij was verdwenen verdwenen misschien tusschen de verrottende overblijfselen van hetgeen eenmaal de „Belle Fortune" was ge weest of tusschen de doodsbeenderen van het scheepsvolk. Daar ligt hij nog heden, zoover ik weet. daar onder het water zal hij zijn helsche schoonheid en liefelijkheid voor altijd bewaren. Éénmaal heb ik in zijn roode hart geke ken en dit was het wat ik las; verraad. b«»- geerigheid .roofzucht; strijd en moord en plotselinge dood: middernachtelijk getier pn vergif in den beker^ een vloek die luidde: Evenals het hart van den Robijn rood is als bloed en de oogen als een vlammend vuur, zoo zal het wezen voor hen die er zich van willen meester maken: Vuur zal hun deel wezen en bloed hun erfdeel voor immer. Van dien vloek waren wij de beide eenige overlevenden. En wat waren wij. dien nach» toen wij daar stonden aan den oever der zee met dien laat9ten helleglans nog schit terend in onze oogen? De eene een eenzame en gebroken man, de andere. Ik keerde mij om en kc-ek naar Colliver. Hij zat gedoken tegen den rand van den kuil. Met zijn donkere oogen keek hij mij peinzend aan. Er was niet meer gezondheid van geest, niet meer verstand in die ooger- dan in het hart van den grooten Robijn Hem aanziende begreep ik dat hij ongenees lijk krankzinnig was en ik begreep eveneens dat mijn behoefte aan wraak voor altijd van mij was afgenomen. Zoo stonden wij nog toen een golfje legen de kust sloeg en het schuim vloeide over den rand van den kuil in de kist. Ik keerde mij om De vloed kwam snel op en zou ons over een paar minuten overstroomen. ik greep Colliver bij den schouder, wees naar het water en trachtte het hem aan het ver stand te brengen* manr de krankzinnige was weer begonnen met de juweplen te sp"- len. Ik schudde hem. maar hij bleef maar wouwelen en zingen. En nu stroomde de eene golf voor en de andere na over on3 heen, maakte ons door en door nat en vorm de lichtende plasjes tusschen de juweelen. Er was geen tijd te verliezen. Ik trok den waanzinnige achteruit, stampte het deksel dicht, sloot de kist en haalde er den sleutel uit; toen pakte ik Colliver in mijn armen, lichtte hem op uit den kuit en zette hein neer. Daarna sprong ik er zelf uil. greep de spade en maakte de vochtige aarde zoo goed vast als ik maar kon, nadat ik het gat aan gevuld had; en toen was het tijd om heen te gaan, want de vloed kwam opzetten. Col liver bleef rustig al dien tijd naast mij staan, terwijl de schat langzamerhand uit het ge zicht verdween; alleen sprak hij nu en dan eenige onsamenhangende woorden en begon dan weder kalm 'e kijken naar hetgeen ik uitvoerde Toen dat alles was afgeloopen. vatte k mijn métgezel bij de hand. bracht hem de duinen op, zoodat de vloed ons niet bereiken kon en bleef daar naast hem zitten totdat het dag werd. En daar vonden zij ons den volgenden morgen dicht bij de Doodemans Rots terwijl de flauwe klank der klokken van Polkimbra tot ons kwamen die het Kerst'epst inluid den „Vrede op aardel in menschen een we'- behagen!" (Slot volgt.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 9