IINVIT ATIE-FEESTCONCERT HARMONIE „DE POST". Doodemans rots [p Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 19 Juni 1929 Derde Blad No. 21244 Een geslaagde autotocht voor ouden van dagen. KERK- EN SCHOOLNIEUWS. FEUILLETON. Toto W. Bleuzé Jr. De kranige „Post"-harmonie, die op het „Invitatie"-concert van gisteren een schoon programma ten uitvoer bracht. Ben waarlijk uitmuntend geslaagd con- Jsrtl De Leidsche Harmonie „De Post" ont wikkelt zich meer en meer tot een der beste- |i>zel schappen, die wij in ons land op het jpbied van fanfare-corpsen hebben: de pres- |aties van gisteravond leverden daarvan het •lidelijk bewijs. Men kwam met een vol J::rg gekozen programma, dat tot een hulde Jpwl aan het klassieke repertoire. Schubert, ■Mozart en Beethoven zijn in speciale har- Ironiezetting op bewonderenswaardige wijze |:t ons gekomen. Lang achter ons ligt de dat een fanfarecorps zich uitsluitend i^t marschen of goedkoope „schlagers" te- Ircden stelden. Men schroomt niet meer ons werken te brengendie ook de groote strijk- l^esten op het repertoire hebben: zoo oorden wij ditmaal het lieflijke andante uit eerste symfonie van den jongen Beet- oven, geschreven in den lijd toen de mu- aktitaan niet of even slechts gekweld |tera door de smarten der doofheid, de le- fQsbitterheid en de stormen der wrange Jatgoocheling nog niet over zijn moede loofd gewoed hadden. Beethoven's „Eg- fent"-ouverture vooral bewees het groote pnnen van deze dilettant-musici, die tfer de beheerschte leiding van den heer lolderdijk tot een prachtig ensemble zijn ligegroeid, dat klank-orgiëen van onge mene sonoriteit vermag te schenken. Het J een van de werken, die spreken van pethoven's vermogen tot het uitdrukken hu brandende geestdrift, waarin hij het Jodendom in de muziek heeft neergelegd het werd voor ons tot het hoogtepunt |;«n dezen avond. Wij zijn er den dirigent aar voor, deze werken te doen hooren |2 een zoo totaal andere bezetting als waaraan wij door de strijkorkesten gewoon PÖakt zijn: angst voor een desilusie werd l'^or zijn vertolking volkomen ontwricht. I SchubeTt's* „Marsch militaire" en Mo- JM's ouverture „Le Directeur de Theatre" Ijonnden een prachtige opening van een in- ant progamma, terwijl Tweik's opge likte Florentiner Marsch het opgetogen pu bliek in de meest prettige stemming huis waarts keeren deed. Lutgini's „Ballet Egyplien" viel wellicht ©enigszins uit den stijldoch mocht ook groot succes verwerven, dank zij de popu lariteit en bekendheid die het sinds lang bezit. Van de pompeuse klankenpracht en praal der blaasinstrumenten geluidsstroom vielen wij plotseling m de intieme sfeer der ka mermuziek, welk een sterk contrast, maar na even wennen toch niet hinderlijk. Het Residentie-kwartet, waarvan de pianist Ir. Santhagens ons de leidende en inspireeren- de kracht lijkt, speelde de beroemde onver gankelijke meeslerkwartetten van Mozart in g-mol en Beethoven's Es-dur. Het eerste verplaatste ons in dien lijd van nog Tustige en intense zelf-muziekbeoefening door ade- lijke bepruikte kavalieren, spelend onder schemerend kaarsenlicht, bezield met een heilige liefde voor de muziek en voor wie Mozart zijn gracieuse, van teederheid spran kelende quartetten schreef. Ook Beelhoven's quartet is aan dezen Mozart verwant: nog is hij niet volkomen de zelfstandige demoon. Naast weemoed spreekt de muziek uit deze periode van jeugdige zorgeloosheid waarvan de reden is zooals Romin Rolland het zoo schoon zegt, dat de ziel tijd noodig heeft-om aan smart le wennen. Zij heeft zoodanig be hoefte aan vreugde, dat zij deze scheppen moet als ze haar niet heeft. Vooral van Beethoven's opus gaven de heeren ir. J. T. Visser (viool), Th. S. F. j Scbeltus (alt-viool), W. Kreischer (cello) en I ir. J. C. Santhagens (piano) een veelszins j prachtige vertolking; onder de muzikale) stu- wing van den laatste kwam men tot losse zekerheid en tot krachtiger zich aan de i groote zaal aanpassend klankvolume. Het stormachtig applaus was een bewjjs, hoezeer men de prestaties dezer heeren, die met een lauwerkrans gehuldigd werden, heeft gewaar deerd. ,,De Post" kan dankbaar zijn voor deze welwillende medewerking, die dankzij ernstige studie een reeks van schoone oogen- blikken schonk. Ook de dirigent Bolderdyk haa een krans in ontvangst te nemen, ter- wijt de eere-voorzitter de heer, H. W. Metse laar tevens er nog een aan het corps zelf overhandigde, evenals een afgevaardigde van het Leidsch Collegium dat deed. Critiek, zoo die te geven was past niet op een feestconcert als dit. Men moet slechts groote bewondering hebben, voor het' kunst zinnige streven dezer postbeambten, die het in opgespaarde vrije uren zóó ver in de Kunst te brengen weten. Ondanks dezen tijd van radio-overheersching, waarin muziek op alle uren van den dag de huizen ingesmeten wordt, blijkt b\j deze heeren de zucht, om zelf muziek te maken wel diep geworteld. En naar wat wij gisterenavond hoorden, ge schiedt zulks even ernstig als liefdevol: ieoer lid van het corps speelde op een wjjze, die van groote overgave sprak en het is dan cok begrijpelijk, dat dit corps in de superieure en zelfs eere-afdeeling successen oogsten mag. Het corps heeft zich de hulde, die in deze jubileumsdagen betoond wordt, op dit geslaagde concert zeer zeker waardig be toond. Onder de talrijke aanwezigen bevon den zich burgemeester v. d. Sande Bakhuy- zen afgevaardigden van de 3-Octob er vereen, en van vele zustercorporaties, doon wie nieu we muziekpartijen en medailles aangeboden werden of reeds waren. Een speciaal woord van hulde onzerzijds aan den dirigent Bol- derdijk, die bet Post-ensemble gedurende een lange reeks van jaren tot een dusdanige hoog te heeft weten op te voeren, mag hier ten slotte niet ontbreken. Het was reeds laat in den avond toen de pestmuzikanten op straat stonden en zich naar huis spoedden, om er voor zorg te dragen, dat de Leidenaars weer den volgen den morgen vroeg op trouwei en regelmatige w£ze hun brieven in de bus zouden vinden: Gelukkig zij, die naast hun dagelijksche bezigheden uit kunnen zien, naar schoone muziekavonden als deze, waaraan zij zelve actief kunnen deelnemen en waarin zij hun hoogere gevoelens in de kunst kunnen uit leven: Kolossale drukte op Katwijk - 70-jarigen dansen als in hun jeugd - Een bijna 100-jarige in feestkleedij van de partij - Men geniet van strand en zee. De autotocht voor ouden van dagen te Katwijk a. Zee, waarvan eenige honderden intens genoten hebben. Gistermiddag werden wij verrast door de komst van ruim dertig auto's en eenige autobussen, waarin 232 ouden van dagen uit de gemeente Yelsen en 31 kinderen, waarvan de ouders onbekend zijn, eveneens uit dezelfde gemeente. Onder de 232 oudjes waren er 7 uit het „Tehuis voor ouden van dagen" te Veisen. De auto's waren alle gratis beschikbaar gesteld, evenals de auto bussen. De geheéle file stond onder leiding van den arts dr. de Weert te Velseroord, terzijde gestaan door den heer De Winter, welke heeren ons alle mogelijke inlich tingen verschaften. Voor eventueele onge makken. op de reis waren 4 pleegzusters medegekomen. Dat deze auto-optocht veel belangstelling trok, laat zich begrijpen. Op den Boulevard, bij „de Zwaan" werd halt gehouden en de politie had een zware taak om het drukke verkeer te regelen, wat haar goed gelukte. Op één na een dame, die zeer slecht ter been was gingen de oudjes met hun begeleidsters(ers) en de chauffeurs naar het „Hotel de Zwaan", waar men zich aan een verfrisschenden dronk te goed deed. Intusschen speelde de heer Nic. v. Beelen bekende, vroolijke muziek, waardoor al spoedig bij de jongeren „de beenen van de vloer" gingen en dit werkte op de ouderen zóó aanstekelijk, dat menig paartje van 7 en 8 kruisjes niet kon blijven stilzitten en ook in den kring meedansten. Onder het gezelschap bevond zich een gouden bruidspaar en een heer, die de 10 kruisjes naderde, want hij was bijna 97 jaren óud. Hij bleek de eenige passagier met „hoogen" hoed en wit vesll De bruid had een bloemtak op de borst, doch de brui degom was „ongedecoreerd". Op de foto zien wij van links naar rechts de heer Jan Stoker en zijn vrouw Trijntje Scholder, beiden van Egmond aan Zee ge boortig, doch woonachtig te Velseroord; dan, het gouden bruidspaar en daarnaast de nog zeer montere, 97-jarige heer Van Aken, eveneens aldaar woonachtig. De laatste ging nog „geheel alleen" van uit „de Zwaan" op avontuur uit en een kijkje op het strand nemenI Na een oponthoud van circa drie kwar tier werd weer verzamelen geblazen en stapten allen in hun wagens. Bij het vertrek werden zij door de dui zenden belangstellenden hartelijk toege juicht, terwijl zij zelf zich ook niet onbe tuigd lieten. Een korte poos was er een ongewone drukte te constateeren, na liet vertrek keerde de gewone rust spoedig terug De oude luidjes hebben van dit „dagje-uit" genoten: ze vonden 't „fijn hoor"! NED. HERV. KERK. Drietal. Te Sloterdijk (2de pred.pl.) (alph.) J. F. v. Duyne, te Zaandam; W. J. v. Eklen, te Aalsmeer; en W. A. 13. ten Kate, te Enschedé. Beroepen: Te Opende (Gron-de heer A. Drost, cand. te Utrecht. Te Den Haag (Vereen van Vrijz. Herv,): W. G. Reddingn'us te Dokkum. Te Huizen: (N.- H.) (vac. C. B. Ho*lla.nd)G. Alers, te Nieuwlekkerland. Te KollumerpompT. G. A. van Dijk te Garsfchuizen. Aangenomen: Naar Warns: C. A. Bouraan, cand. te Groningen. Bedankt: Voor Oosterhout (N.-B.): C. A. Bouman, cand. t-e Groningen. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Anna Jacobapolder: J. Spoelstra, cand. te Meedein (Gr.) Te Bolnes: J. B. v. d. Sijs, te Kollumerpont. Te ReitsumD. Veenstra te Borger, 'lts Ten Post: K. van der Heulen, te Kom- merzijl. CHR. GEREF. KERK. Tweetal: Te SoestJ. W. van Re« Barendreöht en J. Reesink te Noordeloos. Aangenomen: Naai AmersfoortP. de Grooft te Rotterdam. Bedankt: Voor VlassingenC. v. d. Zaal, te Deventer. GEREF. GEMEENTEN. Tweetal: Te KamperH. Heykoop", cand. te 's-Gravenhage em. W. C. Lamain, cand. te Voorschoten. DOOPSGEZINDE GEMEENTEN. Aangenomen: Naar Delft mej. ds.- H. van der Slooten, te 's-Gravenhage. Bedankt: Voor WieringenL. D. G. Knipscheer te Oudebiltzijl. lil) Naar het EngelscH van A. T. QUILLER—COUCH. ..Toen hij begreep, dat hij sterven ging, 1^2 hij naar je. Claire, als je wist hoe hij lUar je verlangt. Als je zijn oogen maar ge- |l!*ö had toen hij je hoorde kloppen! Je weet l'aarom Zij knikte ernstig. ./et is misschien beter dat wij niets ver leen van zei ze langzaam. -wen, zeker, niets, dat is veel beter. Als l^aan gene zijde van dit leven nog eenige IbU- 'S van hetgeen h'er gebeurt dan 'hij het spoedig genoeg weten." waire zweeg. A" stemde zij eindelijk toe, „dat is ook breng mij bij hem." 'k trad terug toen Claire het bed naderde, ïr.^e T°m niet aan te zien. Maar ik zag |b m haar mel °°gen welkom heette, in I& l van dankbare verrukking, en toen l&whm zijn oogen langzaam sluiten Ihij dat heerlijke vizioen niet ten volle 1 i1Cn..°P kon nemen. Ln.zi) was zoo innig lief toen ze zich over li!: heenboog en zijn zwakke hand in de |'W nam met eenig medelijden in haar |fcj?d3f1u 13 gekomen," zei de stervende ..God zegene u daarvoorI" „Ja, ik ben gekomen, maar o, het doet mij zoo innig, zoo veel verdriet." „Ik zag Jasper schrijven en begreep, dat hij het u geschreven had, maar ik durfde niet le hopen. Ik ben heel heel zwak en ga heel spoedig heen." Tot antwoord viel een traan van bitter medelijden op de witte hand. „U moet niet schTeien, dat kan ik niet zien. Het is het beste zoo. Ik weet wel dat ik hoopte, dat ik illusies had, maar ze zou den nooit werkelijkheid geworden zijn. Nu behoef ik niet te strijden. Het is beter zoo veel beter zoo." Een oogenblik bewogen zich zijn lippen onhoorbaar, toen sprak hij weder: „Het was zoo lief van u hier te komen; ik was er zoo bang voor maar u is goed. U hebt mijn stuk gisteravond gered, maar u kunt mij niet redden Een flauw lachje speelde even over het bleeke gezicht. „Het is beter zoo, want nu kan ik spreken en u kunt mij vergiffenis schenken. Weet u waarom ik u heb laten vragen hier te ko men? Ik wou u iets zeggen voordat ik ga sterven. Wees er niet boos om. Clarissa, o, heb medelijden met mij heb medelijden met mij indien ik spreek!" Hij sloeg de nogen smeekend op en zij zag hem vriendelijk aan. „Ik heb u lief gehad, ja ik had u lief. Kunt u mij dat vergeven? Het behoeft u nu niet meer te hinderen. Het was krankzinnig ja krankzinnig, maar ik had u lief, Jas per, kom hier." Ik kwam bij het bed. „Vertel haar dat ik haar liefhad en vraag haar het mij te vergeven. Zeg dat ik wel wist dat ik geen hoop kon hebben. Vertel haar dat," Ik kon die vertrouwende oogen niet aan zien, mijn wroeging kwelde mij, en zoo stond ik daar, ongelukkig, „Jasper is nu veel le zenuwachtig om !e spreken, maar hij zal u later wel vertellen. Hij is zelf verliefd. Ik heb haar nooit gezien, maar ik hoop dat hij gelukkiger zal wezen dan ik. Vergeef mij dat ik dit zeg. Ik ben nu gelukkig. U kent Jasper niet," ging de stervende man voort na een pauze, „maar hij heeft u gisteravond gezien en bewonderd ln>e kon dat ook anders? Ik hoop dat u vrienden zult worden om mijnentwil. Jasper is mijn eenige vriend Nu vertoonde zich een schaduw op zijn gezicht, de schaduw des doods. Hij moest het einde voelen naderen, want plotseling richtte hij zich een weinig op op zijn elle boog, en riep: „Achl ik was zelfzuchtig ik dacht niet na. Zij wachten u in den schouwburg ga naar hen toe. Ge moet uw best doen om mijnentwil. Vergeet maar wat ik gezegd heb als u het niet vergeven kunt." „Ach! waarom denkt, u dat?" „Vergeeft u hel mij? O, God zegene u! God zegene u daar voor! Clarissa, als dat zoo is doe mij dan nog één onuitsprekelijk groot pleizier. Kus mij één keer één kus maar op mijn lippen. Dan zal ik gelukkiger sterven. Wilt ge kunt ge dat doen?" Zijn oogen werden beneveld, die oogen, vroeger zoo vroolijk. maar toch was het een hartstochtelijke smeekbedde. Tot antwoord boog mijn geliefd meisje zich over het bed en drukte haar lippen op de zijne en toen met zijn hand in de hare knielde zij naast het bed neder. „Goddank 1 Mijn geliefde o, laat mij u zoo noemen ge kunt er niets aan doen dat ik u liefheb. Ik ben gelukkig en ze wachten op u!" Langzaam stond Claire op en wachtte op zijn laatste woord. „Zij wachten wachten. Vaarwel Jas per ouwe vriend en Clarissa mijn geliefde zij wachten ik kan niet mee gaan. Clar Langzaam boog Claire zich over hem heen, raakte nog eens zijn lippen aan sn toen zonder een woord meer te zeggen sliep hij voor goed in. Toen zij heenging, trad de Dond de kamer in en vond op het gelaat van zijn slachtoffer een glimlachje van verrukking. „Francesca" werd voor de tweede maal gespeeld en zooals de couranten den vol genden morgen vermeldden met nog meer geestdrift dan den eersten avond door het publiek ontvangen. Maar terwijl het stuk gespeeld werd ging het gerucht door de zaal dat de jeugdige schrijver gestorven was plotseling en op geheimzinnige wijze gestor ven. lerwij' zijn roem nog niet eens tot hem was doorgedrongen gedood .zooals sommi gen beweerden vlak buiten den schouwburg door een mededinger, terwijl anderen fluis terden dat hij vergif had ingenomen, maar niemand wist er iets met zekerheid van. Maar terwijl Claire het eene ontroerende tooneel na het andere speelde, vond dit ge rucht al meer en meer bijval, zoodat toen het scherm viel het publiek stilzwijgend en eerbiedig de zaal verliet. En al dien tijd lag ik geknield naast het bed van mijn vermoorden vriend. Een week daarna stonden Claire en ik samen bij het graf van mijn vriend Tora< Wij hadden elkaar reeds onfcmhet en gesprot ken bij de begrafenis, maar het was of on9 gesprek niet vlotten wilde. Ik voor mij was stil: ik had een gevoel of rk mijn broeder voor geld verkocht had en Claire vroeg mij niet naar de reden van mijn stilzwijgen. De lijkschouwer had de uitspraak ge daan: „Vermoord door een onbekend per soon" en nu was de politie bezig om den dader op te sporen met de weinige inlich tingen die ik geven kon. Alle dagbladen noemden diefstal als het motief van de misdaad en het verdwijnen van Tom's hor logeketting gaf eenige waarschijnlijkheid: aan dat vermoeden. Maar ik wist maar al te goed waarom die ketting verdwenen was en zelfs te midden van mijn diepe smart was het een zekere troost te denken aan Col- liver'9 machtelooze woede, wanneer hij zijn prooi bekeek. Ik had een beschrijving gege ven van het gezicht en het figuur van mijn vijand en had zelfs gezegd, dat hij de reeds lang te voren opgespoorde zeeman was. Georgio Rhodojani, zoodat zij meenden hem weldra in handen te zullen hebben. Maar het publiek wist van dat alles nipls af. H^t eenige effect van de couranten-berichten over den moordenaar was. dat het publiek steeds in grooter massa's toestroomde om het 9tuk van den dooden man te zien. Sedert de eerste opvoering van „Fran cesca" hadden Claire en ik elkaar alleen ontmoet bij Tom's bed en bij de begrafenis. Maar toen ik het sombere kerkhof dien mid dag inging, zag ik pen in hel zwart vekleede gedaante naast den grafheuvel zitten. Naderbij vekomen zag ik dat hol \Vag. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 9