DE 00LIJKE OESTERFAMILIE.
|oodemans rots
Cp+Vk*t;
'Otle Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 4 Mei 1929
UIT HET PARLEMENT.
n Buitenl. Weekoverzicht.
ACTUALITEITEN.
FEUILLETON.
Ma onzen parlementairen medewerker).
Pen H&a<, 3 Mei 1929.
I pe wijziging van on« strafstelsel. De
I koelinstallatie te Kootwijk en Bandoeng
I Hedenmiddag is de Tweede Kamer be-
knaeD 6(311 zoogenaamde regeling van
L-fczaamheden. In de eersle plaats heeft
j floten de huishoudelijke raming voor
volgende zittingejaar op 3 Mei a.s. te ba-
Indelen. Dat is altijd een aanwijzing, dat
V ten einde loopt met hare vergaderingen.
f:arna zijn nog enkele printen aan de
fpoda toegevoegd, .waaronder de wijziging
r Armenwet. de conclusie-Vrijman en le
A van de Louise-groeve.
Ipe heer Bijleveld (A R.) wilde er nog aan
Ijevuegd zien het ontwerp betreffende den
Vhtsloesland der ambtenaren. Hij wilde er
jsnuods een week langer voor vergaderen.
I heeft evenwel de Kamer afgewimpe.d,
het ook met niet meer dan 38 tegen 37
muien A narrow esc a pel
[Vervolgens is hol ontwerp op de finan
ce verhouding tusschen den staat en d-e
jneenten zonder stemming goedgekeurd,
hl de heer Van den Tempel (S. D. A P.)
verklaard, dat zijn partij, hoewel zij
stige bezwaren koestert, er niet tegen
v slemmen, omdat zij vreesde, dat een
?:e. haar meer bevredigende regeling na
Irerwerping lang op zich zou laten
Ichten.
ebegrooling van het Wegenfonds zal op
d avondvergadering van Dinsdag a.s. ver-
f behandeld worden.
a heeft de Kamer voortgezet de be
lling van de drie wetsontwerpen lot
:mg van on9 strafstelsel Men weet dat
bedoelen in de eerste piaats een betere
[ekng van de voorwaardelijke veroordel
en de voorwaardelijke invrijheidstel-
Daarbij is onder meer voorgesteld een
waarbij een straf voor een deel on
ordelijk, voor een ander deel voor-
elijk wordt gemaakt, een nieuwigheid,
e men in geen ander strafstelsel vindt,
ir in de Kaïmer nog al goed is opgeno-
de tweede plaats wordt voorgesteld
|ige verzachting van het celstelsel, waar-
de mogelijkheid wordt opengesteld om
Idee' van do vrijheidsbeneming in de ge-
Itzschap door te brengen, terwijl, wat
p meer beteekenis is, ook speciale jeu-gd-
fcngenissen zullen worden ingevoerd. In
prde plaats wordt voorgesteld een rege-
treffen, waarbij de gewoonte- en be-
misdadigers, de zoogenaamde on ver
dijken na afloop van hun straftijd, voor
jaren kunnen worden gelnter-
d in een soort van bewaringsgesticht te
[abuizen of elders. Terwijl de sprekers
f pflermiddag over het algemeen nog al
lelijk waren gestemd, aJ had men
3 wat anders gewild dan was voor
heeft heden de heer Heemskerk
R-), de oud-minister die feitelijk den
beeft gegeven tot verbetering van ons
plsel. ernstig bezwaar geopperd tegen
Nerneering van de on verbeterlijken. Hij
J dit een verzwaring van straf, welke
in een strafstelsel a-ls het onze thuis
M. Dan doet men beter wat strenger
hD op te leggen. De tegenwoordige
T-ra kunnen volgens hem gerust wat
pr zachtzinnig straffenl De heer Schok-
r'C. H.), die de rij der sprekers in eer-
I'inleg besloot, was hef op dit punt met
leens.
plve deze sprekers hebben we heden
den heer Van Sohaik, (R. K.),
Nr het algemeen we! met de voorstel-
I meeging, maar zich als een overtuigd
RECLAME.
3571
tegenstander van de cel deed kennen Lan
ger dan 6 maanden mag iemand niet cellu
lair zitten' (Thans is het maximum 5 jaarl)
De heer Van Rappard (Vrijheidsbwas
op vrijwel alle punten ingenomen met de
voorstellen Alleen betreurde hij het dat
niet opgenomen was de mogelijkheid van
combinatie van geldboete en onvoorwaarde
lijke straf
Mej F. Katz (C H.) heeft de Kamer meer
dan een uur onthaald op een uiteenzetting
van hare crimineele opvattingen, welke
goeddeels overeenkwamen met bet nu voor-
gedragene. maar waarhij zij zoo breed ov°r
alles uitweidde dat het den indruk maak'e
van een voorgelezen tijdschriftartikel en
we moesten denken aan het reglement van
den Duitschen Rijksdag, waar het verboden
i9 redevoeringen voor te lezen Als dit ook
een9 hij ons Parlement werd ingevoerd, zou
den de d"batten belangrijk bekort worden.
Bij wijze van intermezzo werd de rede
van mej Katz onderbroken door een aantal
vragen van den heer Kortenhorsl (R. K
tot den minister van Waterstaat het was
vandaag „Vragendag" in zake den bouw
van zendinstailaties Knotwijk-Bandoeng De
strekking was den minister aan den land re
voelen omtrent de rol wrike deze daarbij
aan de Nederlandsche industrie, in de eerste
plaats der firma Philips, zal toekennen.
Uit het antwoord van minister Van der
Vegte viel op te maken, dat de installatie op
het oogenblik met eigen krachten ge
schiedt. dat men wat noodig is gaarne bij
de binneninndsche industrie aanschaft, mits
bet even goed is als het buitenlandsche fa
brikaat en dat wanneer men den bouw van
een n;euwe installatie zal aanbesteden, ook
aan de firma Philips gelegenheid zal geven
daartoe mede te dingen.
Fn daarna kon mej. Katz hare rede vol
tooien.
Dinsdag is de minister van justitie aan
het woord.
Nog altijd Ontwapening en Herstel.
Ontwapening en Herstel, het zijn de
twee groote vraagstukken, die de wereld
en speciaal one werelddeel het meest in
tensief hebben bezig gehouden en dat nog
doen. Daaruit alleen volgt reeds als van
zelf, dat er totdusver weinig schot zat in
het vinden vao een oplossing en helaas 's
dat maar aJ te waar. Schakelt men de bJj
het vredesverdrag van Versailles afgedwon
gen ontwapening der vroegere Centra len
en de vlootovereenkomst van Washington
uit, dan mag zelfs de vraag gesteld wor
den, of, practisch gesproken, wel iets :s
bereikt in de ontwapeningsmaterie sinds
10 jaren! We bebben den Volkenbond *»h
het Kellogg pact om te gtuigen van de
vredelievendheid der volkeren op papier,
doch daarmede is alles gezegd. Zoodra
men bet waagt, om te probeeren de theorie
tot practijk te brengen, riet men een falen
over de gansche linie. Was dat geregeld
zoo, op de thans bijeen zijnde voorberei
dende ontwapeningsconferentie te Genève
let wel voorbereidende conferentie nog
maar is het niet anders. Goed beschouwd
kan men nu al wel spreken van een volsla
gen fiasco trots alle pogingen om in ieder
geval naaT buiten den schijn te redden.
Hoe droevig het ook is om vast te letrcen,
de groote mogendheden zrn bez;g elkaar
deo bal toe te kaatsen zonder een:ge reke
ning te houden met de ontwapenden en de
kleinere 6taten. Concessies op het terrein
der ontwapening ter zee worden uitgeruild
tegen concessies op het gebied der ontwa
pening te land en in wezen verandert er
zoo eoed aJs niemendal: zoo is het beeld,
dat de spiegel der waarheid te zien eeeft
Eind vorige week leek het een oogenblik,
alsof er aan den horizon eenig licht gloor
de: door het nieuwe voorstel van den
Amerikaanschen vertegenwoordiger G'bson
betreffende de ontwapening ter zee kwam
dit gedeelte van het groote vraagstuk, dat
hopeloos was vastgeloopen, uit de impasse.
Althans in zooverre, dat er weer over ere-
snroken kon worden en dat was al veel I
Maar de komende verkiezingen m Enge
land de verkiezingscampagne is daar in
volle actie spelen hier de rol van be-
283 En jawel: het is net zooals ze dachtl Het eens zoo keu
rig nette Oesterhuis ziet er schrikbarend vervallen en ver
vuild uit. Moeder slaat de handen ineen. Geen wonder: vlok
ken stof stuiven rond, zeespinnen hebben groote webben ge
spannenDaar valt heel wat te doenl
284. En daarom beginnen ze dan ook maar dadelijk aan
de groote schoonmaak Daar wordt geboend en geschrobt, ge
dweild en gewreven Ue kinderen maken hun eigen kamertjes
schoon, vader hangt schilderijen recht, kortom, ze komen
handen te kort Maar.... ze doen hun werk juichend en
zingend „We zouden Pietje Puk en Grietje Puk hier best
kunnen gebruiken.lacht moeder.
derver. Voor de uitslag dezer verkiezingen
goed en wel bekend is en een nieuwe re-
geering gevormd, denkt Engeland er niet
aan, om serieus op de Amenkaansche voor
stellen in te gaan. Voor November zal er
dientengevolge van behandeling niet ko
men. Weer een half jaar stilstand derhalve!
En alsof deze tegenslag nog niet genoog
was, deed dezelfde Amerikaansche ver
tegenwoordiger daarop een mededeeling,
die gewekte hoop direct in duigen deed
vallenAmerika, dat steeds op het stand
punt had gestaan, dat ook de reservisten
moesteD meetellen bij het bepalen van de
legersterkte een er mogendheid, volgde het
Engelsche voorbeeld van een jaar terug eo
liet de reservisten los! Groote vreugde Mj
Frankrijk en zijn bondgenooten en bij alle
landen met een sterke legermacht...
Waar het Chineesche voorstel om den
dienstplicht af te schaffen een eervolle be
grafenis ten deel was gevallen, beteekende
deze Amerik. concessie aan de landmo-
gendheden. dat er nog slechts sprake van
vermindering der bewapening te land mo
gelijk bleef op het gebied der mechanische
oorlogsinstrumenten. Hoog mochten de ver
wachtingen in dezen reeds daarom niet
worden aangeslagen, daar men licht zal
begrijpen dat als men reservisten heeü.
men deze ook gewapend wil zien anders
heeft men er immers weinig of niets aan 1
En voor zoover er nog eenige verwachting
was, is deze ook reeds verdwenen, daar
Frankrijk e s. van vermindering der bewa
pening alleen wilden weten, voor zoover
deze tot uiting kwam op het budget, dus
wel zeer indirect
Frankrijk had, geroerd door het Ameri
kaansche toegeven, van zijn kant conces
sies beloofd deze blijven slechts moge
lijk ter zee. Ziedaar de wisselwerking,
waarvan wij spraken 1
Alles bij elkaar genomen durven wij da
huidige zitting der conferentie een volko
men echec noemeD en misschien zou het
nog niet zoo mal zijn geweest, als Duitech-
land zijn aanvankelijk voornemen had ge
volgd door zich eenvoudig terug te trek
ken van de oenferentie: uit protest teeen
den gang van zaken. Dat zou wellicht in
druk hebber gemaakt op de publieke opi
nie, de eénice factor, die in staat is, ona
een andere wending te geven aan den loop
der gebeurtenissen, naar het ons wil voor
komen. Te eer. waar zoo'n voorbeeld waar-
schiinb'k wel navolging zou hebben gevon
den. He-t stellen van schiin voor wezen
zou dan een einde hebben genomen, zij het
ook wat bruusk!
Nu zal men de conferentie zoo spoedig
mogelijk eindigen met bewaring van den
sehiin alsof er iets tot stand is gebracht
Ook ter financieele conferentie te Parijs
is men nog niet verder gekomen, doch de
situatie daar lijkt ons trots alle verschil
niet zoo wanhopig, daar de harde werke
lijkheid daar als het ware schreeuwt om
een oplossing in het belang van alle betrok
kenen. Slaagt men in de L'ohtstad niet. dau
dreigt er gevaar van de meest diverse zij
den, gevaat, dat voor geen der belangheb
benden volledig is te overzien. Daarom ge-
looven wij, dat daar een uitweg, al is het
nog zoo moeizaam, zeker zal worden ge
vonden.
Overigens biedt het algemeene beeld der
politiek momenteel weinig stof. De crisis
in Denemarken is geëindigd als voorspeld
is: daar is door den socialist Stauning weer
een kabinet gevormd met behulp dei radi
calen. En in Oostenriik schijnt de oplos
sing der crisis zeer nabij 1
De 1-Mei-dag is behalve te Berlijn rustig
voorbij gegaan Te Berlijn hebben de com
munisten nog eens weer bewezen, voor niets
terug te deinzen door ten koste van vele
en meest onschuldige slachtoffers, zooa'e
dat gewoonlijk gaat, een revolutiespelletje
in het klein te spelen, waarvan zij pro
beeren te profiteeren.
In troebel water etcVermoede
lijk zal het droevig gebeuren de Duitsche
regeering hebben geleerd, dat alleen een
zeer krachtig en niets ontziend optreden,
zooals door de communistische leiders zelf
wordt toegepast, baat kan geven 1
Te Parijs hééft de receering door een
krachtig ingrijpen volledig succes gehad
en daar is de communistische actie in de
kiem gesmoord.
Parijs leeft nu midden in een tijd van
tentoonstellingen, de eene meer of min offi-
cieele openingsplechtigheid volgt op de
andere.
De schitterendste van de laatste tien
dagen was ontegenzeggelijk we! die der ten
toonstelling van Zweedsche kunst, die bij
gewoond werd door den President van de
Republiek, prins Eugenius van Zweden (de
beschermheer der expositie) en door talrijke
hooge persoonlijkheden uit de diplomatieke,
politieke en artistieke kringen der Parijsche
wereld.
En werkelijk slechts een vorstelijke be
moeiing is in staat om zulk een enorm aan
tal kunstwerken bijeen te brengen, die het
artistieke leven van heel een natie omvatten
vanaf de middeleeuwen tot op onze dagen.
Daar er meer dan duizend schilderijen,
teekeningen en beeldhouwwerken ingezon
den waren, was men genoodzaakt de expo
sitie in tweeën te deelen en ze onder te
brengen in twee verschillende gebouwen: j
die van de middeleeuwen tot 1880 in het
Pavilion Marsau, d.w.z. die zalen van het
I Louvre, waar anders het museum der decu-
I ratieve kunsten gevestigd is; en die van 1880
tot heden in het beroemde Pavilion du leu
j de Paume, dat sinds enkele jaren gewijd is
I aan dal soort manifestaties van builenland-
sche kunst.
Het succes van deze tentoonstelling is
inderdaad buitengewoon lederen dag weer
stroomt er een talrijk elite-publiek heen, dat
maar niet even uit nieuwsgierigheid de zalen
doorloopt, doch lang en aandachtig blijft
toeven voor al die kunstwerken, die trou
wens zelfs in hun modernste uitingen niets
hebben, dal een bezoek uit-curiositeit-alleen
zou kunnen verklaren.
Zelfs moet men erkennen, dat de Zweed
sche volks-geest niet zoo bijzonder sterk lot
uiting komt in die tentoonstelling Heel
de Parijsche kunsl-criliek is het er over
eens, dat buitenlandsche invloeden, vooral
Engelsche en Fransche, er domineeren, en
dat die expositie niet zoozeer uitmunt door
originaliteit in de eerste plaats, als wel door
assimilatie van de meesterwerken dier heide
buitenlandsche naties, waaraan de Zweed
sche kunstwerken zeer nabij komen, en vaak
zelfs reiken lol bijna gelijke hoogte daar
mee, terwijl de nationale eigenaardigheid
dikwijls slechts tot uiting komt door etn
grooter preciesheid in de uitvoering der de
tails en een dieper doorwerkte nauwkeurig
heid in de teekening.
Een zeer knappe kunst ten slotte, een
schitterende kunst zelfs, volkomen eerlijk en
zeer toegankelijk.
Misschien juist door die laatste eigen
schap trekt ze zulk een grooten toeloop van
Parijzenaars, voor wie het een waar genot
is, na al de modernistische producten die ze
hier in Parijs onder oogen krijgen, hun blik
ken eens te kunnen laten rusten op de beel
tenis van een menschelijk gelaat, dat mtt
liefde en smaak bestudeerd werd en weer
gegeven werd in gewetensvolle en fijne
kunst.
En toch een andere tentoonstelling op
kunstgebied, die in denzelfden tijd geopend
werd, en die door zijn aard luist veel mter
Parijzenaars van Fransche nationalite.it in
teresseeren moest, en die bovendien geves
tigd is op een van de meest selecte plek res
van Parijs, de place de l'Fto'Ue die tr«.kt
veel minder publiek, ondanks het enthou
siasme, waarmede talrijke krantenartikelen
de opening daarvan begroetten
Bij de inauguratie van doze tentoonstel
ling was er ook geen vorst tegenwoordig,
geen President van de Repo' iiek. geen mi
nister zelfs Een enkele officieele persoon
lijkheid heeft er een bezoek gebracht, en die
deed nog zijn best om zooveel mogelijk onop
gemerkt te blijven
Fn evenwel, voor hen die weten waf de
Fransche uitgeverskunst beteekende vé*>r
den oorlog, en welke hoogte die de laatste
Naar het Engel9ch van
A- T. QLTLLER—COUCH.
j^arvn niet heelemaal gekleed, niet
net behoorde teD minste. Tante Eli-
L WaF We' waar van het hoofd tot de
ro'n een Scholschen mantel gehukt,
In ?an 0001 k°n hebben toebehoord,
«'ei"'6 V6e' ^ang was Sew6est voor
ne mannetje. Oom Loveday's cos-
toim u Do2 zeldzamer. Voor het eerst
Ikonp n Zag 'k ^€m zon(^r één enk-i-
d ik h6n knooP en voor het eerst be-
L hnoe reel hij aan die versiering te
5S[) 3r Zijn eerste woorden waren:
it j0 dat je de waarheid
r ppnrn0e^er verte^e mij gisteren dat
- onmogelijk verhaal had gedaan
Maria" of zulk een schrp.
pjemn jIe' weer *et9 dew'ijks is.
h* j'eeij ^an eens gezegd, waar kleine
'eu?ens vertellen, naar to9
dip
3 bleeic
ran
^zicht getuigdp zeker voor de
1 maakte
mijn woorden, want tante
een eind aan zijn verma-
lb.kmr en^e'e woord: „Ontbijten
i Nij da mPe naar k'eine kamertje
t\r.ï kieeden3"0611 terw^' echtpaar
kar zat te wachten hoorde ik
den pony buiten brengen en weldra kwam
tante Elisabeth terug in gewone kleederen
en beknorde het dienstmeisje, dal het ont
bijt moest klaar zetten. Of oom Loveday wel
ontbeten heeft dien morgen, weet ik nog niet
tot den dag van heden toe. want terwijl bet
ontbijt werd klaar gemaakt, zag ik hem in
het karretje stappen en naar Lantrig rijden.
Ik mocht niet weg voordat ik gegeten had;
dus met een bedroefd gemoed maar zonder
er over le denken ongehoorzaam te zijn,
begon ik te ontbijten.
Wij waren nauwelijks begonnen of de
deur ging open en vriend Thomas Loveday
kwam de kamei binnen. Thomas Lovedav
was een jdngen van een jaar of acht. hij had
geen tehuis en was dus voortdurend bij mijn
oom; het was een kind van zijn broer. Hij
was in Indië geboren. Toen zijn vader en
moeder beiden gestorven waren ten gevolge
van het ongezonde klimaat te Madras, werd
hij naar Engeland gezonden en kwam te
recht in Lizard. Tot nu toe had hij bijna al
tijd geslapen Als hij. hetgeen zelden gebeur
de. te Lantrig kwam om „met mij ie spe
len". zooals oude menschen dat altijd noe
men, had hij geregeld altijd onmiddellijk
een plekje opgezocht om te gaan slapeti.
Ge begrijpt wel dat ik zulke bezoeken he^l
vervelend vond Het was een mooi kind hij
had blauwe oogen lange wimpers blond
haar en een aardige manier van spreken.
Toen ik hem beter leerde kennen bemerkte
ik hoe vlug van begrip hij was en hoe
schalksch met al zijn luie maniertjes: maar
op dat oogenblik was de ziel van Thomas
Loveday nog niet ontwaakt
Hij was zeker nog niet heelemaal wakker
toen hij de kamer binnen kwam Met eefl
slaperig knikje tot mij en zonder eenige ver
bazing imj te zien, zat hij te eten. Als tante
Elisabeth hem wat vroeg, keek hij haar een
heele poos aan. maar gaf geen andere teeke
nen van leven. Dit maakte tante Loveday
zeker zoo boos. dat zij eindelijk zei:
„Thomas staar niet zoo."
Thomas keek een beetje verbaasd en
vroeg toen:
„Waarom niet?"
..Denkt die jongen dat ik een wilde
Indiaan ben?"
Deze vraag werd tot mij gericht, maar ik
kon het niel zeggen en zweeg dus beschei
den. Thomas hielp mij uit die moeilijkheid
en antwoordde .Neen."
..Waarom kijk je dan zoo? Ik weet be
paald niet waar de jongens tegenwoordig
van gemaakt zijn."
„Thomas, je mag met Jasper over de dui
nen naar Lantrig wandelen. Dat zal een
goede beweging voor je zijn
„Ja een beweging zat het zijn. maar
„Geef geen antwoord, maar ga heen. Wat
denk je dat er van kleine jongens terecht
komt die altijd 'ui zijn?"
„Ze zullen gaan slapen."
„Thomas je zult het geheele gedicht van
dr Watts „De Luiaard" vah buiten leeren,
voordat je vanavond naar bed gaat
Bij dit gezegde stond de jongen langzaa*m
op nam zijn pet in de hand, ging voor haar
staan en zei op plechfigen toon hel geherie
melancholieke eedicht op: toen hij aan den
laatsten regel gekomen was. stond hij bij de
deur en ginc mei een deftige buiging de ka
mer uit Ik voigde hem vol ontzag en wij
gingen zwijgend naar builen
Eerst had ik aan niets anders kunnen
danken dat aan mijn angst voor mijn moe
der. maar weldra had ik den moed Tom te
feliciteeren. dat hij het er zoo prachtig had
afgebracht.
„Zij heeft het mij zoo dikwijls voorgele
zen." antwoordde hij, „dat het geen wonder
is dat ik het van buiten ken. Ik haat dr.
Watts en ik houd dol van slapen. Ik droom
zulke aardige dingen. Slapen is veel pret
tiger dan wakker zijn, vind je niet?"
Ik had vreeselijken lu9t in slapen, ik had
zoo weinig rust gehad in de laatste twee
nachten, dus ik was het heelemaal met
hem eens.
„Je beleeft zulke aardige avonturen in je
droomen." zei Tom peinzend
Avonturen bad ik in de laatste dagen
genoeg gehad; ik zweeg dus maar.
„Ach, het gewone leven is zoo saaiads
je maar wat avonturen beleven kon
Ik hoorde hri geluid van wielen achter
ons en keerde mij om. Wij waren over de
duinen op den hoogen weg gekomen. Er na
derde een klein wazenfje met één persoon
er in Toen het naderbij kwam riep de man
ons aap.
„Zeg jongens' is dit de weg naar Pol-
kimbra?"
Het was een kleine, grijze man die er a's
een zeeman uitzag, hij had een vriendelijk
gezicht en een vriendelijken mond Hij kon
volstrekt niet sturen en trok zijn rustig
paardje vreeselijk ruw aan de leidsels.
Ik antwoordde bevestigend
„Moet je daar ook naar toe? Ja? Spring
er dan maar in, ik za«l je wel een handje
helnen
Ik keek naar Tom Rij had natuurlijk lus!
in alles wal tot zijn gemak diende, wij
klommen dne beiden bij den vreemden man I
in hel wagentje.
„Er is gisteren hier een schip vergaan
heb ik gehoord." zei de man nadal wij een I
eindje gereden hadden ,,en er heeft een ge- I
rechtelijk onderzoek plaats gehad en naar ik
1-
hoor zijn er een heele boel leugens verteld."
Ik schrikte he man merkte het niet op,
maar ging voort:
„Misschi°n heb je er van gehoord Nu. het
is een rare wereld en er worden iederen dag
vrij wat leugens' rondgestrooid, maar je ont
moet niet dikwijls zulk een df>ortraplen leu-
genaai al? die vent hoe heet hij ook
weer? Mooi als ik er achter kan komen,
maar misschien was die naam ook wel een
leugen."
Ik luisterde met de grootste aandacht Hij
ging voort, meer lot zich zelf dan tot ons:
„Fen verwonderlijke leugenaar, ik wou
toch wel eens weten wat hij voor doel heeft,
j Ja. dat wou ik toch wel eens weten. De
„James en Elisabeth" zegt hij met groote
zekerheid. De vent heeft zeker een reden
gehad waarom hij die tijding te Falmouth
bracht. Hij kende mij niet van vroeger en
wa9 heel verbaasd te zien hoe ik het op
nam. „Het was de „James en Elisabelh",
zegt hij, „zoo zeker a!s ik hier voor ie ria.
Zeg jongen, weet jij soms den naam van het
schip, dat hier den vorigen nacht tegen de
kust geworpen is?"
Ik was al gewoon geraakt aan die vree-
solijke vraag en daarom anlwoordde ik zoo
moedig als ik maar kon: „De James en
Elisabeth", mijnheer".
„Fn de naam van den kapitein?"
„Kapitein Anlonius Merrydew"
„Ach» die arme vent' Hij is ziek gewor
den toen ze in cle Golf van Biscave waren,
niet waar? Fn hij had zijn vrouw aanhoord'
en een kind dat op de reis geboren is hè?
Ach! achhet is nel «^en tooneHsfuk neen,
drommels, het is vrij wat erger dan dat!"
Hierop barst 1° man in een schaterlach
uit en hij sloeg op zijn dij totdat zijn geziebt
vuurrood werd van de prei