KLEUR- EN KNIPPLAATJE. niet moeilijk. Wacht maar. een volgenden keer zijn ze misschien niet zoo gemakkelijk. Ik moest eerst eens zien hoe knap mijn neefjes en nichtjes zijn Jan Nico Gelok. Ik wist natuurlijk niet dat je ziek was, toen ik je vorige briefje kreeg. Ben je nu weer beter? Wat kun jij keurig schrijven. Dat had ik niet gedacht van een jongen van 10 jaar. Je raadsel zal ik ook eens gebruiken. Annie Buis Nog wel gefeliciteerd met je verjaardag, hoor Annie. Wat gezellig als er dan visite komt, en je zelf het feestvarken bent. Heeft Moeder de poffertjes zelf ge bakken? Ik had er best wat van gelust. Piet v. d. Velden. Zoo heel erg moei lijk waren de raadsels toch niet. Je had zeker niet veel zin, hè jongen? Anna, Jantje en Gerarda v. Woudenberg. Jullie hadden mij best een langen brief mogen schrijven. Die krijg ik nu zeker, is 't niet, meisjes? Hannie Mieloo Jammer dat je tweede raadsel fout was; nu kon je ook niet mee loten. Een anderen keer beter. Hans Stiasny. Ik vind het gezellig dat alle oude raadselvricndjes weer mee gaan doen. Geef den moed maar niet op, je wint ook nog wel eens een prijs, als je maar geduld hebt. Annie Zaalberg. Schrijf jij je bnefje maar zoo jij het beste kunt. Als je wat langer op school bent zul je de hoofdletters ook wel leeren. En ik geloof zeker, dat ik| dan altijd briefjes krijg, met heel mooie hoofd letters, is 't niet? Willem v. d. Ham. Je moet natuirlijk eerst je huiswerk maken, voor Je aar de raadsels begint, dat gaat voor. Heb je een mooi rapport gekregen, of heb je het nog niet? Jij kon met de kleintjes niet mee loten, dat zou niet eerlijk zijn. Een volgeide maal beter, hè? Piet Nieboer. Jij behoort dus al hng tot de raadseljeugd, zes jaar is een heijen tijd.hoor Zoo je wel gezien zult hebben is je tweede raadsel fout Heb jij al eens jen prils gewonnen? Catharina v. Egmond. Leuk dat jij »ok weer mee gaat doen. Ik heb nu heel vat nirhtjes en neefjes gekregen. Is Antje m Egmond een zusje van je? Die is gelukljg geweest met het loten. Ik woon niet zoo :ls de andere tante in den Haag maar in Leida. Nel en Tonie Owel. Toch heb je su- ces gehad met het oplossen, al vor.d je moeilijk. Maar vind je het niet prettig, dt als de raadsels moeilijk zijn, je toch de or lossing goed hebt? Van Tonie heb ik maf* twee uitslagen gekregen. Waar is de eersb gebleven, of kende je die niet? Cel ia Krel. Het eerste raadsel was oo jou struikelblok, hè? Er waren meer meis jes en jongens, die er „muizenval" van ge maakt hebben. Antje van Egmond. Jij behoort ook tot een der gelukkigen, die een prijs gewonnen hebben. Is dat voor het eerst? Je vindt het zeker wel fijn? Annie Bavelaar. Zoo móét het toch ook, dat de raadsels voor de grooteren moei lijker zijn dan die der kleinen, anders be hoefde ik er ook geen verschil in te maken. Van jou inzending zul je wel eens iets in de krant vinden. Frans Hemerik. Zeg jij ook maar ge rust tante, hoor vent, dat klinkt veel aardi ger. Ik denk wel dat er nu weer geregeld raadsels in de krant verschijnen, ik zal er tenminste mijn best voor doen. Nel en Jannie Hagoort. Jullie denken zeker dat ik geen tijd heb om jullie te ant- waarden. Nu dat valt nog wel een beetje mee. Leuk werk hè, raadsels oplossen? Janni en Leen Schenkeveld. Leen is gelukkiger geweest daD jij, Janni. Hij heeft de oplossingen gevonden en ook nog een prijs gewonnen Ben je nu niet blij, Leen? Rieki Minnema. Als je de correspon dentie door gelezen hebt, dan heb je meteen al een antwoord op jou vraag. Nu behoef ik het jou niet weer te vertellen, hè, anders moet ik zoo vaak hetzelfde zeggen. Leni v. Weeren. Je bent welkom in den kring der raadseljeugd. Zeg jij ook maar tante, je wilt toch immers wel een nichtje van mij zijn. is 't niet, Leni? Agatha Braat. Wat ben jij gelukkig; de eerste de beste keer, dat er weer prijs raadsels zijn, behoor je al weer tot de win naars. Lk hoop dat het boek, dat je nu krijgt, De Paaschhaas heeft Dickie best ver staan. Hij zou niets liever willen dan hem op rijm antwoorden, maar dichten kan hij nu eenmaa: niet. Bovendien heeft hij het er veel te druk voor! Want niet alleen Dickie wil hij Paascheieren brengen, maar er zijn nog veel meer kindertjes, die hij verrassen wil. Alleen kan hij het onmogelijk af, zelfs al deed hij een heelen dag niets anders dan van het Paaschhazen-bosch heen en terug naar de stad loopen, waar hij de eieren onder struiken en planten in de verschillen de tuinen verstopt. Maar Vader Langoor, de Paaschhaas, weet raad. Hij vraagt aan zijn vrouwtje, Trilneus, of zij hem helpen wil. Nu, dat wil zij wel! Zij heeft haar huisje voor de Paaschdagen al keurig netjes en gezellig gemaakt en vindt het prettig, Va der Langoor een handje (of moet ik zeg gen: een pootje?) te helpen. Vlug trekt zij haar fluweelen blouse met het pas gestre ken witte kraagje aan en doet zij een schoon schortje voor. waarop een massa heel kleine Paascheitjes geborduurd zijn. Kleine Zachtvel, hun zoentje, mag ook helpen en natuurlijk krijgt ook hij zijn bc9le pakje aan, dat Moeder pas voor hem gemaakt heeft, want, ol de jongen groeit overal ui tl Voorzichtig houdt hij een heel groot ei in zijn pootjes, 't Is bijna te groot en te zwaar voor hem omi te dragen, maar weer net zoo in je smaak mag vallen als het vorige. Sientje Spaargaren. Jij bent dus ook een nieuweling. Leuk, dat je ook mee gaat doen. Je had alle drie de raadsels moeten oplossen. Had je er een vergeten, of was die te moei lijk? De volgende week zal ik er een paar van jou plaatsen. Jeanne Borreman. Nu weet je zeker al, dat je verkeerd geraden hebt. Ik woon niet in Alphen; waarom dacht je dat zoo? Zeg jij maar gerust tante; dat mogen ze immers allemaal zeggen! Wiesje en Heillje Vis. Op het oogen- blik, dat ik aan je zit te schrijven, zijn jullie op visite in Sassenheim Als de nichtjes wat ouder zijn, gaan ze zeker ook mee doen, hè? Ik hoop dat jullie veel plezier zult hebben vandaag. Riek de Graaff. Zie je wel, als je maar volhoudt, dan gelukt het wel, ook al gaat het niet zoo gemakkelijk. Die straat, waar jij woont, weet ik niet precies. Is zij niet in de buurt van den Maresingel? Jo Zandbergen Het is maar goed dat je gezegd hebt, dat je een meisje bent, anders had ik misschien nog wel gedacht, dat ik met een neefje te doen had. Ga je iederen dag met de tram naar school of per fiets? Neen Jo, dien mijnheer ken ik niet. Jan Rodenburg. Wat komt het allemaal mooi bij elkaar, hè, eerst verhoogd op school en nu een prijs voor de raadsels. Dat is wel een felicitatie waard. Geluk gewenscht hoor, jongen! Jan Wassenaar. Je kunt nu je brief ook wel over de post zenden Zet dan maar op het adres: aan de raadseltante, bureau „Leidsch Dagblad", Leiden. Het komt dan hij heeft wat voor de stadskindertjes over en wil hen graag verrassen Wat zal Dickie op Paaschmorgen blij zijn. als hij die mooie eieren in den tuin vindt! En het allerleukste is nog, dat.... er een portret van de Paaschhaasjes in do kinderkrant staat, een portret, dat uitste kend lijkt Dickie gaat nu de Paaschhaasjes met Ie eieren en ook de driehoekjes, die je hier riet op dun, wit papier overtrekken. Daar na plakt hij alles op dun karton en kleurt hij de plaatjes. Elk ei krijgt een ander kleurtje, het eerste rose, het tweede brum en het derde rood. Wat zien ze er nu mooi en echt uitl Nu knipt hij het heele plaatje en ook de driehoekjes voorzichtig uit. De driehoek jes vouwt hij op de stippellijnen om. Daar na bestrijkt hij de smalle reepjes mei glu- ton (hij had er ook lijm voor feunneD ge bruiken) en plakt die zóó tegen den achter kant van het plaatje, dat Vader Langoor, Moeder Trilneus en de kleine Zachtvel ste vig komen te staan en niet omvallen met bun mooie eieren. Zullen wij allemaal Dickie's voorbeeld volgen en de hazenfamilie opzetten? ban hebben we nog een herinnering aan hen, als Paschen weer voorbij is en de lekkere eieren opgegeten zijn. C. E. d. L. H. ook over en voor mij is het veel gemakke lijker; ik krijg dan alle brieven tegelijk. Je zusje heeft nu een prijs gewonnen, hè later jij eens weer. Neeltje v. Breda. Je begrijpt ook wel, Neeltje, dat niet alle kinderen een prijs kun nen winnen. Wie weet, misschien ben jij een volgenden keer wel zoo gelukkig Moed gehouden, meisje. Henk Seijn. Had je be 1 de vorige week zoo druk, moest je veel huiswerk maken of was het iets anders? Je had rle oplossingen goed. Krijg ik van jou ook en paar raadsels? Jansje v. Egmond Wat k jij aardige briefjes schrijven. Nu krijg jk er reker nog wel eens één van je? Zijn die andere van Egmondjes nichtjes van jo? Adriana v. d Blom. Wat zeg je daar nu wel van Adri: den eersten keer dat je meedoet direct al een prijs te winnen! Dat bad je zeker niet gedacht, hé? Carel Hansen. Je vond de raadsels niet moeilijk, maar toch heb je bij het tweede niet goed nagedacht. En dan moet je een anderen keer de antwoorden wat uitvoeri ger opschrijven. De volgende weck krijg ik zeker weer een briefje van de beide broertjes. Johanna de Roode. Jij bent du9 ook een nieuw nichtje. Natuurlijk mag je ook mee doen, je weet toch wel hoe meer zieltjes hoe meer vreugd Wel bedankt voor je raadsels; die plaats ik wel eens bij gelegenheid. Janni de Water Jij bent zeker een vriendinnetje van Dirkje Hopman. Heb ik goed geraden? Jullie hebben allebei zulk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 25