A Humor uit het Buitenband. 1 'mi British Holland Coal Co. J. W. CAHEN WALES ANTHRACIET VOETANGELS EN Kt FMMEM OP BELASTSHGTERREIN. ....UW NAAM IS VK I De man In de auto„Dc vind, Karei, dat de auto's da-, linensciien zog lui als de duivel maken", (LUeU (Historische oogenbllkken). Bet jaar 1440 Columbus ontdekt cjo teen en. 7- De saaie„Ja. dat la mevrouw Braaf. 25e doet erf teel a*n) reddingswerk. weet u". i Meisje geeuwend «O, Dc hoop dat ae hier komt". (Humorist), j Moeder „Dat Jonge mensch Van den Afzet bewijst Je nogal •veel attenties ln den laatsten tijd Denk Je dat HU plannen heeft?" Dochter Dat geloof lk zeker Hij vertegenwooralgt een automobiel-firma en hU wil vader er toe overhalen een auto voor me te koopen". (London Opinion) Ouderwetsche tante JQc vind al dat gaan naar bals t(Jd— verknoeien' Nichtje op een taxi wachtend .Dat vind tk ook. maar Je moet ei toch op de een at auaere manier Komen" jLLcauion Opinion) Pnjn ifflwii 'im LV.C?, Locvitfctcr „U heeft de vorige week om me gestuurd omdat v con ,.aur waterleidingbuizen ontdooid wilde hebben maar Lk z:t dat u er f-o ever is gegaan, het karreweitje sell op fun&'.cu: «manie* op ',c krappe", (Humorut), de opgaande lijnen van den gevel zooals de nissen, waarin de ramen zijn geplaatst, heel levendig zijn geprofileerd in metsel werk. De toren heeft een ingangspoort met spitsboog en in het hoogveld is nog het voetstuk van een beeld aanwezig. Het rijzige van de opgaande lijnen der toren pilasters wordt nog verhoogd, doordat bo ven het portiek een hooge vensternis is aan gebracht, waarin twee vensters, het boven ste met spitsboog. Hierboven is nog een klein roosvenster met Gothische vulling en daarboven ten slotte nog een dubbele ge profileerde en getraceerde is. Terzijde van den toren ziet men in den gevel een groote spitboognis met twee bo ven elkaar geplaatste ramen. De vensters zijn vlak, niet getraceerd. Zij maken in het levendige geheel van den gevel een dooden indruk. De ramp van het kruitschip in 1807 heeft de vensters inge drukt en tot een restauratie kwam bet nooit. Het pleit intusschen voor de hechtheid van den bouw, dat het heele bouwwerk toen niet naar beneden is gekomen. De sterke profileering van den gevel komt natuurlijk ten goede aan de werking van het licht, geeft het geheel een levendiger aanzien Men vergelijke hiermee maar eens een muur. die geheel vlak is gehouden. Picturale effecten zijn daarbij ten eenen- male uitgesloten. Er is nog een tweede eigenaardighe'd, welke hier nog sterker spreekl dan bij den Westgevel der Pieterskerk Tusschon den ronden baksteen vindt nrm op regelmatige afstanden banden en hoekblokken van zandsteen Nu hebt u wel opgemerkt, dat ook de laai Gothiek der 15de eeuw ruim schoots gebruik maakte van een afwisse ling van baksteen en bergsteen. Maar er is toch onderscheid Bij de Hooglandsche kerk b.v. vinden we de hoeken der slounbeeren op regelmatige afstanden voorzien van na tuursteen Bij gedeelten, die een construc tieve beteekenis hadden, pasle m»m die af wisseling toe en eveneens hij het sierend ornamentiek: balustrades, pinakels, kruis bloemen. Maar in de eerste helft der 18de eeuw gaat men veel verder door overal het muur werk met banden en blokken te vers;eren. Dit is geensz ns een gedachte der Renais sance zooals men wel heeft gemeend Inte gendeel: de Renaissance heeft deze echt Hollandse hen zin voor het schilderachtige, waardoor zoo'n gevel een beweeglijk kleu renspel vertor>nt van de laatste opbloei en vernieuwine der Gothiek overgenomen Men kan daaruit weer opmerken, hoe elke stijl periode haar voordeel dopt met bijzondere vondsten van een vooraf-raand tijdperk. Maar het eigenaardige is. dat de Renais sance het toepast op de burgerlijke bouw kunst. waarvan tal van oude trapgevels, zelfs vlak bii de Lodewijkskapel. getuigenis zijn. Alleen de levendige baksteenprof'lee- rine nam de Renaissance niet over. Men gpve zijn oogen slechts den kost. Maar er is nog meer. Tn de eer&te helft der 16de eeuw werden hier in onze jn'slprovinciPn torens gebouwd, waarvan die der Lodewijkskapel een bui tengewoon goed. zij het dan niet groot voor beeld is De eigenlijke Gothische torens, waarvan de voormalige toren der Pieterskerk en thans nog hef torentje van de Sint Panrrns goede tvpen zijn vierde zich uit in een heel slanken spits. De spits ondergaal in den loop der 15de eeuw allerlei transformatie En tusschcn 1525 en 1550 worden hier to rens gebouwd met een vrij hoogen vierkan ten romp. van bovpn voorzien van een bal- lustrade Daarhinn°n ontwikkelt zich een achthoek, met verschillende steeds ranker wordende geledingen, welke veelal naar boven toe steeds meer zijn opengewerkt. Men ziet herhaaldelijk een omgang met een ballustrade, pinakeltje9, door luchtbogen met het middendeel verbonden. En het geheel wordt bekroond met een opengewerkten peervorm, d:e iangs de ribben bloemversie- ring draagt De torens van Edam. Monni kendam. van de Bakenesserkerk te Haarlem zijn hiervoor karakteristiek. En de toren van de Lodewijk9kerk is een heel mooi type. En het is al weer merkwaardig, dat juist deze laat-Gothische torenvorm door de Henais sa nee is overgenomen, waarbij we alleen maar behoeven te denken aan den sierlijken toren van ons eigen Raadhuis. Met dit alles willen we even in herinne ring brengen, hoe de aangeboren visueele zin der Hollanders, vooral in en door de Go thiek gevoed, gekweekt, zich zoo zelfstandig heeft ontwikkeld in denzelfden tijd, dat het aangeboren individualisme, het persoonlijk heidsbesef en ook reeds het volksbesef meer en meer op den voorgrond komen. Met ie de aangeboren zin voor picturaal realisme, die uit den droom der Gothiek en haar immaterieel symbolisme ten slotte wat Allard Pierson noemt ,.een hartstocht der werkelijkheid' doel opvlammen, die uit den zin voor picturale schoonheid een onge ëvenaard© schilderschool doet opbloeien en waardoor de laat-Gothische picturale vor men zich zoo gemakkelijk laten assimilee- ren aan de begTinppn der Renaissance, om weldra langs de straten en grachten der Hollandsohc steden een burgerlijke bouw kunst te schepren die landgenoot en vreem deling om strijd verrukt. IN MEMORIAM. Weinig kon ik vermoeden, toen boven staande beschouwing geschreven werd, dat een der heerlijkste monumenten van Oud-Hollandsche stedenschoon, ons eigen prachtig Raadhuis, onze roem .onze glorie, onze trots, binnen enkele uren een waarde- looze puinhoop zou zijn. Het hart der stad uit ons midden weggerukt. Ieder voelt het als een persoonlijk gemis als een persoon lijke pijn Hislorie en traditie zijn twee machtige factoren in het leven der gemeen schap. Wil vcelen ons een stuk dierbare historie, en gewijde tradit'e ontnomen Dit is onherstelbaar. Het schoonst denkbare moderne gebouw moge uit d~ sombere puin hopen verrijden, wat verwoest werd, is ons en het nageslacht ten eeuwigen dage ont nomen. Bewaren wij. het thans levende ge- slnchi in onze zielpn de heerlijke schoon heid van het stadsbeeld zooals wij het ken den voor dezen dies ater. RECLAME. Agent voor Leiden en Omstreken Kantoor en Magazijn 7750 Van der Werlstraat 4 (nabij de Mare) Telefoon No. 2697 (bij geen geboor 68) Verzegelde zakken. Het recht van rocle-voeren en nog iets. Als we terugkomend van een reisje naar kot zonnige Frankrijk, onzen aanslag in de directe belastingen in de bus vindon, dan zal bet wel niemand verwonderen, dat er uitdrukkingen aan h e adres der directe belastingen gebruikt worden die moer wel sprekend dan welluidend zjjn. Want liet inoge waar zjjn, dat bij de heffing van di recte belastingen moer rekening gehouden wordt met de draagkracht van de contri buanten, een feit is het dat de indirecte belastingen betaald worden zonder dat men het bemerkt en de meeste menschen zijn in zncverre psychologische raadsels, dat zij liever f.1,— per mtand betalen geduren de ccn jaar, dan f. 10,— ineens. Yt'ji zjjn echtcc hier te lande, in tegen stelling met België en Fra krijk, zwaar gere gend met directe belastingen, wat wil zeg- gen: aanslagbiljetten en vooral ook... te hooge aans'.agbi jetten I In verband hiermede mogen we aanna men, dat er voor vele belastingplichtigen geen belangrijker artikel in de inkomsten- belastingwet voorkomt clan het bekende art. 70, bundelende over bezwaren togen den aanslag. Onlangs spraken we een betastingconsu lent, die er sterk over dacht de statige bewoordingen van dit artikel op muziek te zettenten gerieve van H.H. compo nisten volgt hierbjj de tekst: „Hjj die bezwaar heelt togen «len hem opgelegden aanslag, kan binnen 2 maan den na de dagteekening van he. aa islagbil- let, een bezwaarschrift indienen bij deu In specteur". Ofschoon wij niet muzikaal zjjn aangelegd, komt het ons voor dat het karakter dez9r muziek evenals de tekst eenvoudig en so ber moet ljjken, terwijl er toch eenige mu zikale puzzles in moeten verwerkt zijn. Ongetwijie.d .rui n niei-juristen oogen op zette. bij de bewering, dat er in de drie aangehaa.de regels nog puzzles en voetan gels voorkomen, zoo eenvoudig en kiaar lijkt immers dit artikel. Waarde lezers, ont doet u eens en vooral van de iilusie, dal wetsartikelen inderdaad eenvoudig en klaar 1 zouden zijn, laat staan dan de artikelen van een belastingwet! Om onze bewering meteen waar ta ma ken, geven we het volgende raadseltje op: A. Hoe moeten wij bijv. binnen 2 maan den na de dagteekening v. h. aanslagbiljet onze bezwaren indienen, indien we ons bil let 3 maanden na de dagteekening ontvan gen? B. Indien het billet volgens aanteekening, der Administratie wel is uitgereikt, doch niet in ons bezit is gekomen, hoe gaat het dan mot eventueeie reclame? C. Is een bjj aangetoekend schrijven inge diende reclame nog tijdig ingekomen, in dien bei bewijs van aankomst van dien brief juist binnen 2 maanden na dagteekening v. h. billet ter Inspectie is ingekomen? Zoo zouden er nog wol eenige vragen ge steld kunnen worden, doch met het oog op de plaatsruimte zu:len we ons tot de opge worpen kwesties bepalen, waarbij we nadrnk- kelipk vaststellen, dat bet bier vragen be treft die zich in de praktijk hebben voorge- dnan en die tot in hoogste instantie zijn uitgevochten. Vangen we aan met A. Vooral in de jaren 191b 1924, toen er groote achterstand was bij de belastingadministratie vanwege de vele tijdroovende beilissingen in verbond met de O.W.-belasting, is het voorgekomen, dat men bijv. d.d. 19 Augustus een billet ontving dat gedateerd was 21 Maart (historisch}. Aangezien men moet reclameeren binnen 2 maanden na de dagteekening op het billet, kon men in zu 'k oen geval de reclame niet meer tijdig indienen. Als men verder weet dat de te late reclame zonder meer door den Inspecteur kan worden afgewezen, dan is 't begrijpelijk, dat de betreffende contribu ant zich zeer tekort gedaan moet hebben gcvoelü Ilij liet het er echter niet bij zit ten en had het geluk door den Raad van Eerocp in het gelijk gesteld te worden. Tot verbazing van vele luiden, woog bij den Minister het voldoen aan formaliteiten zwaarder dan het rechtsgevoe', tenminste de Min.ster ging in cassatie bij den H. R. onder aanvoering van bet argument, dat de dagtee kening van het aanslagbillet hesli send is voor den termijn waarbinnen tegen den aan slag kan gereclameerd worden. De Hooge Raad was echter van meening, dat indien het aanslagbillet niet bin nen twee maanden na d9 dagteekening is uit gereikt, de termijn van 2 maanden begint te loopen na den dag der uitreiking, daar het recht van reclame, den be'astingschuldige bü de wet toegekend, anders illusoir zou worden. Docr deze uitspraak kwam alzoo vastte staan ,dat de Inspecteur aan genoemden ach terstand geen recht meer kon ont'eenen om reclames, als zijnde te laat ingediend, van de hand te wijzen. Het geval onder B. genoemd, stond m terband met bet dwangbevel dat zekere heer ontving terzake het niet betalen van ?ijn aanslag in de inkoraslenbeiasling over zeker jaar, zonder dat hij zicb bewust was tan aanslagbillet te hebben ontvangen. Daar. het bedrag genoemd op het dwangbevel hem le boeg voorkwam, reclameerde hij, doch de Inspecteur maakte hem erop attent, dat ar nn de uitreiking van het billet zoowat een half jaar was verstreken, zoodat de reclame niet in behandeling kon worden genomen. Onze vriend ging hiermede niet aecoord en tec-kende ten slotte cassatie aan. De Hooge Raad besliste echter in hoogste instantie dat „beroep op de omstandigheid, dat het uitgereikte aanslag!i let door dei belasting plichtige niet is ontvangen, niet is tos gelaten". Daarmede was deze puzzle ook opge'ost en weten we dus voor het vervolg waaraan we toe zijn in overeen! o ns.ige omstandigheden. Het geval sub. C .had betrekking op oen ingediend beroep bij den Raad van Beroep, doch bet lijdt geen twijfel of de gegeven beslissing is tevens van kracht ton opvichte van reclames, ingediend bij den Inspecteur. De feiten in het onderhavige geval wezen uit, dal het beroepschrift bg aangeteekend schrijven was ingediend, terwijl het aan- komstbewijs van dien brief bij den voorzit ter van den Raad was bezorgd, op deu laat sten dag van den reclametermgn, doch zuo laat dat het niet mogelijk was den brief nog dienzelfden dag af te balen. Naar aanleiding biervan besliste de betreffende Raad van Beroep dat het beroepschrift te laat was ingekomen, waarom de reclame van de hand werd gewezen. De H. R. besliste in cassatie, dat een be roep beschouwd kan worden als tijdig mge- diend .wanneer het tijdig ten kantore van den Raad van Beroep is ingekomen; daar zulks in het behandelde geval niet was ge schied had de Raad bet recht het ber iep onontvankelijk te verklaren. Zooals reeds opgemerkt, kan de Inspec teur in een analoog geval evenzoo handelen, I waaruit dus de les kan getrokken worden, nw reclames niet tot bet laatste oogenblik uit te stellen. i leol De schoonheid en gewondheid, poinrende den slaap verkrijgt. menschen hebben er geen flauw van hoeveel ze aan uiterlijk schoon winnen, indien ze zich de geringe getroosten vóór het naar bed gaan nuut of tien aan de verzorging van eenige lichaamsoefeningen, het sc! ken der tanden te wijden eD er wat vrijwel htt belangrijkste is waken dat men de beste resultaten van het aantal uren nachtrust, geniet. Het is eenvoudig onbestaanbaar er blijven uitzien als men het bed et alleen als een plaats beschouwt 's avonds zoo gauw mogelijk in te er 's morgens aarzelend en zoo maar eenigszins kan, uit le vooi komen. Laten we ons op het oogenblik voorstellen, dat wij ons in onze resj lijke slaapkamers bevinden en ga tellen hoe we te werk moeten gaan, we onder de wol kruipen. Nadat we ons van onze meerdere dere kleeren ontdaan hebben, slaan kimono om en beginnen er mee goed soort cleansing cream het po«fc overdag op heeft gezeten, af le neinei altijd van onderen naar boven en be| den hals, laat de cream er een mij tien intrekken en verwijder die speciaal badhanddoekje of papieren die na gebruik onmiddellijk weggtp nen worden. U zult eens merkeo k geweldige voorraad vuil er dan al meekomt, vuil, dat U er nooit alle® afgekregen, indien U direct begonne het gezicht met warm water en zeep te maken. Een tweede creamlaag moet nu aangebracht, doch ditmaal klópp^n zachtjes met de vingertoppen in de l moei deze er op blijven zitten, Ier» onze lichaamsoefeningen doen om in conditie te houden, ln een volgen zal ik U eenige speciale oefeningen om het overtollige vet wat te ver doch ik kan U nu vast vernielden, niets beters is om de heuplijn mooi den dan een keer of tien achter elki gestrekte knieën, met het binnenste! van de hand den vloer te kunnen aai Ik denk dat U eerst zult moeten dit met de vingertoppen gedaan Ie daar het, zooals U bemerken zult, moeilijke Oefening is Nadat we dit dus een keer of tien hebben, beginnen we opnieuw bel» lige vet van het gezicht te verW'J waarna hel gezicht en de hals roe» water gebet worden. Indien'U last heeft van een vette dan mag er een theelepeltje tincluij benzoine hij een ons rozenwater w° voegd. Denk er evenwel om het flagj te schudden, alvorens den inhoud lel ken en het mengsel met een watten op het gezicht aan te breDgeD moeten loegeven, dat dit een toilet" hetwelk heel weinig kost en dus v°°r beurs bereikbaar is Daarna komt de beurt aan de de nagels Het is van het grootste tanden niet alleen twee- of drien,aa te poetsen, doch dit 's avonds ifl ooit te verzuimen Men moet fflinj1 bfjf'i Irflf of vier tandenborstels op de wa^' ben en ze na gebruik altijd nasp<*leL koud water om het haar daarvan houden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 10