DE OOLIJKE OESTERFAMILIE. 69sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 5 Januari 1929 Derde Blad No. 21107 H Buitenl. Weekoverzicht. BRIEVEN UIT BERLIJN. Londenscli flanteekenboek. Het Herstelvraagstub en het rapport van Parker Gilbert Poincaré wilde heengaan, doch doet het niet Crisis in Znid-Slavië. Toen eenmaal vastgesteld was, dat er fcinnen afzienbaren tijd een conferentie van financieele deskundigen zou plaats hebben, zulks tot het bereiken van een uit eindelijke regeling van het Duitse he schade» vergoedingsvraagstuk of het lukken zal, moet maar worden afgewacht! kon het niet andera meer, of men zou twee totaal tegenovergestel Je stroomingen als van zelf zien loskomen! Voor Duitschland was er immers alle aanleiding, om zich zoo arm mogelijk voor te doen, opdat het nu vast te stellen bedrag naar beneden werd gedrukt; zoo laag mogelijk. Daarentegen eischte het belang van Frankrijk (gemakshalve reke- Den wij in dit verband België ook tot ge noemd land) om te trachten het definitieve bedrag der door Duitschland te betalen bedragen zoo hoog mogelijk op te schroe ven. Mede met het oog op de door Frank rijk zelf aan Amerika verschuldigde som men. Van weerskanten was derhalve in dit opzicht een of- en defensief te verwachten en lang heeft dit ook niet op zich doen wachten... De gezindheid van beide partijen was trouwens tevoren reeds duidelijk gebleken Duitschland, voor wie een regeling moeilijk slechter kon uitvallen dan de Dawesrege- ling bepaalde, enthousiast voor zoo'n con ferentie I Frankrijk, voor wie een nieuwe regeling vrijwel zeker achteruitgang betee- kende, vergeleken bij het Dawesaccoord, maar matigjes voor het conferentie-idee! Terloops zij hier even opgemerkt, dat wij daarom Engeland nog niet noemden, al heeft het ook groot belang bij de kwe* tie, omdat Brittannië feitelijk niets heeft te verliezen, daar het toch slechts van Duitschland en zijn Bondgenoot-schuldena ren uit den oorlog tesamen vraagt zooveel als het zelf aan Amerika heeft te voldoen Bi-a.w. is zijD belang slechts secundair, daar dit bedrag wel verzekerd is! Met Argusblik is daarom reeds langen tijd iedere uitlating van z.g. deskundigen iover de Duitsche betalingscapaciteit door beide partijen gevolgd en natuurlijk benut, wat voor ieder gunstig was. Met grooter belangstelling dan ooit werd in dit verband het rapport van den alvemeenen betalings agent der Dawes-regeling Parker Gilbert tegemoet gezien. Wat zou deze bij uitstek invewijde wel zeggen Het rapport is er... Duitschland, tot dus ver een bewonderaar van den Amerikaan, jammert en levert felle critiek; Frankrijk, tot dusver geen bewonderaar van den Ame rikaan, toont zich verheugd en uit zich zeer gunstig I geeringscrisis in Frankrijk niet direct te duchten. Daarentegen is in Zuid-Slavië tbans de reeds langen tijd in uitzicht zijnde crisis losgekomenhet kabinet Korosetsj is afge treden. Waar de moeilijkheden met Kroatië niet tot oplossing waren te brengen, inte gendeel, deze zich oog altijd blijven toespit sen, was dit onvermijdelijk Hoe echter een uitweg te vinden is, ligt nog in den schoot der toekomst verborgen Koning Alexander is de figuur, die het verband weet te bewa ren, dat overigens bedenkelijk tot het ver leden is gaan behooren In de Kroatische partij komt meet en meer tot uiting de wensch van een volledige bestuurlijke scheiding. De leider Matsjek verzekerde zelfs, dat hij met Belgrado niet meer tn connectie wenschte te treden, dat gaf toch niemendal; alleen een soort dubbel-roonar- chie onder koning Alexander kon de oplos sing geven! Dat men in Belcrado aan zoo'n los verband nog niet denkt, dat 6preekt bijkans van zelf Maar hoe dan een bevre digende oplossing is te vinden 1 Daarop blijft men het antwoord echter ook schul dig! De koning, die nog ongesteld is, is niettemin gisteren de besprekingen met de partijleiders begonnen. Ook de leiders der Kroaten ziin daarvoor naar Belgrado ont boden en zijn gesraan. Of er ook extra vei ligheidsmaatregelen voor hen genomeD zi;n T Parker Gilbert. Daarmee is de inhoud van het rapport reeds aangegeven: het constateert, dat het Duitschland goed gaat. al zijn er eenige moeilijkheden, en dat Duitschland de 2V& milliard, juist vanaf 1 Sept. door het Duit sche Rijk volgens de Dawes-regeling ver schuldigd, wel kan betalen! Voor het Fransche standpunt is dit rap port een groote steun en dat wordt in Duitschland maar al te goed begrepen. Men doet, wat men kaD, om te probeeren, den indruk van dit oordeel van den betalings agent te niet te doen, maar veel is dat uit den aard der zaak niet. Voor Poincaré is dit rapport een onver wacht buitenkansje, dat hij best gebruiken kan, want zijn positie is niet meer zoo ste vig als wel geweest. Verschillende oorzaken bebben daartoe samengewerkt, zoowel bin nen- als buitenlandsHhe. De tegenzin der radicalen in een regeering van een zekeren Godsvrede groeit met den dag temeer nu zij zelf er geen deel meer van uitma ken en in de retreeringspartijen komen van die kleine gevoeligheden voor, die lang zamerhand plegen uit te groeien tot groote geschilpunten. Om zijn positie te verstevi gen, heeft Poincaré daarom een kleine comedie op touw gezet. Tn den ministerraad deelde hiï mede, dat het zon voornemen was, om heen te gaan. De begrooting was toch aangenomen en zijn taak dus vol bracht Waar echter met stellige zekerheid is te voorspellen, dat een heengaan van Poin caré voor 'Franlrrrk weer een periode van groote ongewisheid zou inluiden, en boven dien immers het Herstel vraagstuk aan de orde is gesteld, wilden de ministers even min als de president de- republiek, Douroer- gue, van ziin heengaan weten en bewogen h^m van ziin voornemen af te zien. Of het Poincaré daarom niet te doen zal ziin ge weest f FTii staat in den komenden strijd in de Kamer het algemeen beleid zal aan critiek worden onderworpen nu heel wat sterker en hii heeft, dit wel noodig, want deze striid belooft fel en bitter te worden! Toch schopt als zich geen onver w&chte gebeurlijkheden voordoen, een re- (Van onzen correspondent). Berlijn, 29 December. Het toeval wil, dat ik „om Nieuwjaar heen" schrijf, ditmaal. Nog twee en een halve etmaal liggen tus- schen het neerpennen van deze beschou wingen en de twaalf klokslagen, die 1923 ton grave luideD. Maar als u mijn corres pondentie onder de oogen krijgt, behoort de Oudejaarsnacht al weer tot het verleden. Wachten tot over 14 dagen kan ik ook niet. De hemel weet, wat er dan intusschen alweer voor actueele dingen voorgevallen zijn (ofschoon het er niet naar uitziet, waar dezer dagen zelfs de chef der regeering met rustig wintervertof vertrekt). Dus moet ik de „Sylve9ter"-feesten. gelijk in Duitschland het uit- en in-fuiven heet, maar opbouwen uit de voorbereidselen en de herinneringen aan vele vorige jaren. Het i9 steeds eenvormig toegegaan Waarom zou het juist ditmaal anders worden? Voor den Berlijner beteekent de ..Sylves- ternacht" een niet minder populair feest dan „Weihnachten". Hij is nu eenmaal in een plechtig-vroolijke stemming voor zoo ver de zaken en de gezondheidstoestand (de griep doet weer niezen en rillen) dat toe laten en in zijn huiskamer staat nog altijd de Kerstboom, welks pinkellicbtje's steed9 ook het nieuwjaar plegen te begroeten Men vergeve mij dat ik, zoo lange jaren uit het vaderland weg, niet meer op de hoogte ben van de wijze, waarop tegen woordig in Nederland „oud-en-nieuw" ge vierd wftirdt. Wellicht vertel ik u straks weinig nieuws op het gebied der verge lijkende studie. Maar zelfs din kan het z'n waarde hebben vast te stellen, welke over eenkomst en wat verschil in feestvieren tus- schen ons en onze Oostelijke buren bestaat. De Berlijner. die het even doen kan, be reidt zich onmiddellijk na de Kerstdagen op Sylvester voor. Hij verzendt zijn uitnoodi- gingen voor familie en kennissen. En omdat onder deze' bijzondere omstandigheden een ieder liefst in eigen huis blijft en de kring van menschen, die men din juist zien wil, altijd beperkt is, wordt nog al eens aan de gewoonte vastgehouden, dat men het eene jaar bij den een. het volgende bij den ander komt, totdat de cirkel sluit. Natuurlijk speelt ook een rol, wie het ruimst en het gezelligst behuisd is. Wordt zoo'n gelukkige al te vaak slachtoffer, dan pleegt men hem althans in de kosten tegemoet te komen. HcJt spreekt vanzelf, dat ook in Duitsch land .ouwejaar" in de eerste plaats een familiefeest is, en dat ouders of grootouders ook voor leden der familie die ver weg wonen, bij deze gelegenheid het algemeene reisdoel vormen. Maar de Duilscher is een vriend van gezelligheid en goedhartig genoeg om niet te kunnen verdragen, dat eenzame bekenden dien avond alleen zitten of vroeg tijdig onder de dekens kruipen. Wie, als eenzame, niet minstens tien uilnoodigingen van familie gekre-gen heeft om ouwejaar te komen meevieren, kan rustig aannemen, dat hij om de een of andere reden niet bijzonder getapt is. Men moet intusschen in Duitschland twee groote groepen onderscheiden: die. welke de gezelligheid thuis zoekt: en de oudste, niet minder talrijke, die op feestdagen, en zeker met Sylvester, groote zalen met veel fees tende menschen, muziek en jolijt om zich heen wenseht te1 zien De Duitscher is veel meer res'aurant- en koffiehuismensch dan wii. Tn Nederland is eigenlijk slechts het koffiehuis tegen borreltijd overvol. In Duitschland, in Berlijn vooral, zijn goede restaurants ..Konditorei'en" en soortgelijke inrichtingen op vrijwel elk uur van den dag behoorlijk bezet En inrichtingen, die om de een of andere reden in de mode zijn. moeien vaak avond aan avond wegens overvol te herhaaldelijk ..tüdelijk gesloten" worden En dat. ofschoon Berlijn aan openbare eet geleden heden meer dan overrijk is. De Beriijner houdt van publieke gezellig heid in rookeriee bierlokalen van luide ge- sprekken. van dn verend golnch en wat daar zoo bij komt Hij neemt er ook nipt zelden vrouw en volwassen kroost mee naar toe En moeder en doch'er zien er niet tegen op, (wpp of drie halvp-liter kruiken loodzwaar Bockbier met evpnvepl gemak door het keel gat te jagen als vaderlief de soms dubbele portie. Mei Sylvester moeien zulke liefhebbers van openbare pret de zekerheid hebben, dat ze in hun stamlokaal veilig zijn onderge bracht Daarom worden vaak vier tot zes weken 83. En verderop tomen ze ergens waar ze goed gedresseerde sardientjes hun kunsten zien vertoonen. De kwieke diertjes springen door hoepels en hangen aan zweefmolentjes en dui kelen over hun staart! t 84. In een volgende tent gaat het weer anders toe. Daar staat een dikke vette tarbot, die de toekomst kan voorspellen. Hij kijkt daarbij zoo nu en dan heel wijs in een glazen bol met zoet water en ook roept hij zoo nu en dan een pak speelkaarten te bulp, maar de broertjes kijken wel wat ongeloovig. Als Tarbot dat echter merkt, roept hij hen bij zich en voorspelt allebei dal ze binnenkort een groote buitenlandsche reis zullen doen. Nu, ze zullen eens zien of dat uitkomt. tevoren al de beste tafeltjes gereserveerd, en wie er niet aan gedacht heeft, kan uren zoeken alvorens hij in een of andere zij straat een hoekje gevonden heeft, dat nog vrij is en waar hij zijn oud-en-nieuw zonder meer voor huiselijke melancholie in gepaste onbezorgdheid kan meevieren. Punch, rum, gevogelte en „Pfannkuchen" mogen bij Sylvester evenmin ontbreken als karpers, witte wijn en gans of eend op Kerstmis. Deze „Pfannkuchen" zijn - nu weer Piet onze „pannekoeken", maar het bekende bij ons „Berliner Bollen" genaamde smakelijke kogelronde ge'bak, met jam gevuld dat stellig ook in Nederland in de ouwejaarsnacht een rol speelt. Wat „Berliner Bollen" zijn weet de ■Berlijner niet. Komt ge dus hierheen, en wilt ge deze bruine lekkernij bestellen, dan moet ge uw wensch wel duidelijk maken door „Pfannkuchen" te bestellen. En wilt ge „pannekoeken" hebben, dan moet ge weer iets anders, namelijk „Eierkuchen" vragen. Dan krijgt ge ook steeds vervaarlijk-dikke! Want van onze onvolprezen .flensjes", voor mij noe altijd een hoogtepunt van Hol- land9che keukenkunst! heeft men hier (als van vele andere vaderland9che lekker nijen, die bij u vanzelfsprekend zijn) helaas geen begrip. DüArover zou een heele Berlijnsche brief te schrijven zijn! En misschien schrijf ik dien ook wel eens. Om u, daarginds, tot grooter tevredenheid met de eigen keuken te brengen Ja en nu is het een quaestie van de portemonmaie. Vele zaken zijn in Duitschland niet duur, aüdere weer grenzen aan woeker. Dat ik nog altijd tien tot veertien gul den betalen moet voor een goede parket plaats in de meeste Berlijnsche schouw burgen, blijf ik een schandaal vinden. Dat men tegenwoordig in Berlijn 250 tot 300 gulden per maand huur moet betalen voor een flat van 5 kleine kamers, ie een nog grooter schandaal. Maar ook de betere en de heel goede restaurants verlangen prij zen, die boven het internationaal-gebrui- kelijko ver uitgaan. De groote hotels en de mode-restau rants verlangen voor het souper in den ouwejaarsnacht 25 tot 45 MarkZonder wijn natuurlijk. (Maar met... verrassingen. Die altijd weer dezelfde flauwe prullen zijn). En ik geef u de verzekering dat die afzettersprijzen desondanks grif betaald worden. In zoo'n wereldstad is nu eenmaal altijd een kolonie van snobs, voor wie openbaar en privé-genoegen niet duur geooeg kan zijn. Wat duur is, is deftig denken deze onnoozele zielen. Het is boter aan de ga:g gesmeerd, hen tot meer menschelijke le vensbeschouwing te willen brengen. Maar kan toch ook voor 10 Mark, en zelfs wel voor minder, in gezellige lokalen een ouwejaars-menutje krijgen. Èn hoofd zaak is ook niet het eten, maar de onder linge pret. Tot halfelf, elf uur is het nog betrekkelijk rustig. Men eet een onderlaagje en maakt de stembanden vochtig en de hersenen on- noodig-beneveld. Dat schijnt er nu eenmaal bij te hooren. Na elf zijn overal de hekken van den dam. De orkcsteD spelen steeds woester tempi. Hier en daar wordt al gedanst. Scherts-ar- tikelen worden rondgedeeld. Maar de pT<^ bliift nog locaal GrooteT etablissementen hebben cabaret zangers en specialiteiten eeëngageerd. Men luistert, lacht, joelt, klapt eo laat de chnmpaeTiekurken springen. Is het oude jaar gestorven dan begint in vele gevallen een uitgelatenheid, die men heusch wel „orgie" mag noemen, al hooren de Duitschers dat ook niet graag. Een zeker percentage van Berlijn is dan beslist dronken. De tafelgezelschappen ver broederen en verzii8teren zich onderline. Men danst met vreemde mannen of onbe kende vrouwen, flirt eD kust ook wel te opvallend eindigt met elkaar de koppen bloedig te slaan. Wie thuis viert, komt onmiddellijk na middernacht op het balcon, steekt vuur werk af, dat het rommelt en dondert als in 1914 aan de fronten, schreeuwt buren en voorbij gangers een alles doordringend „Prosit. Neuiahr!" toe En als straks de feestenden uit de restaurants huiswaarts keeren, verbroedert men zich ook met on bekende voetgangers, in de omnibussen en ondergrondsche treinen. Vóór zes uur 's ochtends kent Berlijn in dezen nacht-der-nachten geen rust. Op klassieke punten hoek Linden en Friedrichstrasse, Potzdammer Platz, Untcr d. Linden, hoek Friedrich- en Leipzigerstr., hoek Joachimsthalerstrasse en Kurfürsten- damm stroomen steeds, zonder eenige verklaarbare reden, duizenden tezamen. Een woeste carnavalsstemming zonder wer- kelijken gezonden humor, viert hoogtij. En meestal moet de politie er dan aan te pas komen. Zelden blijven ernstige ongeluk ken, messe-stekerijen en zelfs moorden cn zelfmoorden uit. Misschien ditmaal Maar we ziin hier langzamerhand een beetje sceptisch geworden Uw Berlijnsche briefschrijver zal niet van de partij zijn. Hoogstens van ziin bal con af u een „gelukkig nieuwjaar!" toe roepen. Of u 't ook hooren zult Daarom schrijf ik het liever Deer! ROLAND. Van onzen Londenschen Correspondent. WATERKUUR VOOR AUTOMOBILISTEN. 28 December 1928. Voor den automobilist, die de vreugde der snelheid zoekt, is de openbare weg in Enge land bijna onbegaanbaar en in elk geval onuitstaanbaar gebied geworden. Die weg is overgeleverd aan den bezadigden burger, zijn vrouw en zijn kroost, die toeren in een tam gangetje en met duizenden tegelijk. Het meest voortvarende motorgilde voelt zich daarom gedrongen, indien het zijn snelheids passies wil uitleven, den weg te verlaten. De leden van dit gilde kiezen het water.- Het is te eentonig altijd rond een motoren- baan te tollen. Vliegen verschaft weinig 6nelheidssensatie. En daarom rennen zij voor wilde afwisseling in snelle motorbooten over het watervlak. Dit verschijnsel, dat zich tot diep in het najaar heeft doen gel den en dat ongetwijfeld straks, wanneer het zachter wordt in de atmosfeer, nog sterker zal worden, kan worden beschouwd als het eerste symptoom van motoristische overbe volking in dit land. Het voorbeeld der snel- sten zal geleidelijk navolging vinden, naar mate het op de wegen benarder wordt. En geland bezit intusschen niet veel vaarwater en of deze waterkuur voor de verkeersziekte er heilzaam zal blijken, staat ernstig te bezien Ons eigen land is in dit opzicht beter begunstigd en het is eigenlijk onverklaar baar, dat de motorboot er niet al lang po pulair is.maar het zal misschien komen wanneer de auto's er even slecht uit den weg kunnen als in Engeland. In den loop van 1928 is een watertje in het noordelijk buitengebied van Londen het draagt den dichterlijken Daam Welsh Harp bevorderd tot wedstrijdgebied voor motorbooten. De bootjes zijn van zeer een voudig model, platboomd en klein; en de kracht voor de snelle voortbeweging wordt geleverd door een buitenboordmotor. Het is een ruwe 9port, waarvoor de luchtigs te klee- dij vereischt is. Sportvrouwen voelen er zich bijzonder door aangetrokken. Of de luchtige kleedij daar iets mee te maken heeft, kan ik niet zeggen. De beoefenaren dezer nieuwe sport, die uit Amerika schijnt te zijn over gekomen, kleedcn zich gewoonlijk in zwem pakken, daar de booten in het vuur van den strijd herhaaldelijk omslaan en haar menschelijken last met groote vaart in het water deponeeren. Een- of tweemaal heeft men ook wedstrijden gehouden op den Theems, op vroege uren van den Zondagoch tend De deelnemers stoven van Westmin ster Bridge, bij het Parlementsgebouw, naar Kew, meer westelijk, waar de beroemde tuinen zijn. Aangezien de Theems hier en daar diep genoeg is om er in te verdrinken hetgeen voor het noordelijke watertje voornoemd niet geldt had men voor de veiligheid ook reddingsgordels omgedaan Dat deze maatregel niet overbodig was bleek later toen van de twintig mededingers slechts vijf het einddoel Kew bereikten De groote rest was verongelukt en indien de genoemde voorzorgsmaatregelen niet zouden zijn genomen, zouden er zeker levens te be treuren zijn geweest Het feit. dat de hooten platte bodems hebben zeer licht zijn en door machtig veel kracht worden voortge stuwd, maakt ze buitengewoon onstand vastig in het water. De geringste richting- verandering, in volle vaart genomen, doet de bootjes omslaan. Deze bewoging, een eerste stap in de rich ting van een motoristisch amphibie-bestaan, is hier eerst kortelings begonnen. Veel ruimte voor verdere ontwikkeling heeft ze niet. Maar ze is een voorbeeld voor Neder- landsche molormenschen, die nu weten waar zij terecht kunnen wanneer het op hun weg te benauwd wordt. HET GEVAAR ONDER DE STRAAT. De gasontploffingen onder bijna een K M. straatlengte in deelen van Bloomsburv en Kolbom, buurten in het hart van Londen, hebben op tragische en verwoestende wijze opnieuw de aandacht gevestigd op het ge vaar, dat onder de voeten der Londenaars schuilgaat. Ik kan niet zeggen of soortgelijk gevaar in andere steden, hier en in het buitenland in gelijke mate aanwezig is. Ik zou zeggen van niet, omdat incidenten met ondergrondsche leidingen nergens zoo vaak schijnen voor te komen ale in Londen Men herinnert zich hier nog levendig de hevige gasontploffing in een drukke buurt ten zui den der rivier, die een gat zoo groot als een huis sloeg in het plaveisel en waarbij de schok zich naar onderen voortplantte met groot gevaar voor een juist passeeren- den „Underground"-trein De schade, luttele weken geleden aan City-telephoonlijnen aangericht ten gevolge van ondergrondschen brand in een leidingtunnel, ontstaan door kortsluiting in electrische kabels, is nog nauwelijks hersteld. En nu is deze gewel digste van alle ontploffingen, een gansche serie van ontploffingen, gevolgd, die onbe rekenbare schade heeft aangericht en waar bij een mensch, de werkman die door ar beid aan een tunnel van den postdienst in onwetendheid wellicht de verwoesting ann den gang heeft gebracht, ten 6lolte door de opgedane verwondingen het leven heeft verloren. Het had nog heel wat erger kunnen afloopen. En inmiddels krijgen wij hier meer en meer het verontrustend ge- voet, dat wij op een krater wonen. De hoofden van openbare werken en hun raadsmannen en deskundigen zien in dat het zoo niet langer kan. Het stelsel, dat tot nu toe is. gevolgd bij het leggen en in graven van al die leidingen, die leven en bedrijf van de stad moeten voeden met gas, electricileit, water, luchtdruk, stoom, tele- phoon, telegraaf enz en die verder voor afvoer van afvalproducten moeten zorgen, dat stelsel kan, na alle beangstigende ge beurtenissen, niet meer veilig worden ge acht Daar echter dit machtig netwerk van on- dergrondsch Londen een product ran ge leidelijken groei is. zal uiteraard verbetering ook slechts zeer geleidelijk en over een langdurig tijdperk kunnen plaats hebben. Tot zoo lang zullen wij wellicht zoo nu en dan en even onverwacht als schokkfnd worden herinnerd aan het bestaan van dit vulcanisch gebied, door menschenhand ge schapen, onder one. De autoriteiten, die wel inzien, dat ver betering noodig is, weten nochtans niet hoe die het best kan worden verkregen. Eenige deskundigen, die van het vraagstuk studie maken, verklaren dat het geen pas geeft vele geleidingen voor verschillende doelein den bij elkaar in buizen te leggen, daar in dat geval een incident met één leiding de andere kan aantasten (dat was meent men het geval met de Bloomsbury-explosies) en de chaos wordt vergroot. Anderen vinden, dat er om te beginnen van geleidingen on der het straatvlak geen sprake meer mag zijn, daar het moderne verkeer het door zijn trillingen onvermijdelijk op den duur verwoest. Dat men al die ondergrondsche aderen, die het bestaan van den stads- mensch zoo voortreffelijk helpen, bij elkaar legt in één buis, vinden wéér anderen zoo erg niet, indien men er dan maar voor zorgt dat de buis aan de oppervlakte loopt en dat men er gemakkelijk in en bij kan komen. De phantasten komen terug op hun oud ge liefd denkbeeld. Londen op stelten te zetten (in den letterlijken zin van de term). De gebouwen zouden op pilaren komen Er zou ruimte genoeg zijn om de leidingbuizen, -kabels, -pijpen en -draden tu*«rhen de "fei ten te leggen, En er zou meteen overvloedig ruimte komen voor het verkeer dat in zijn eigen wielen vastloopt. Dat is dus een heel bouquet van denkbeelden. De scheuren in het plaveisel van Bloomsbury van waarlijk seismischen aanblik zijn inmid dels nog aanwezig en vertellen van de du rende bedreiging

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1929 | | pagina 9