DE SALON D'AUTOMNE. Lijstenmakerij SPAANSCHE VISIOENEN EN DRQOMEN y- UIT DE OMSTREKEN. WAT MOET IK GEVEN de politiek ook een woordje meepraten, j Van de zijde der Duitsche Volkspartij, die vele groot-indiistrieelen telt, werd ge klaagd, dat de regeeringssteun onjuist werd aangewend, tengevolge waarvan de arbei ders soms nog meer ontvingen dan toen zij werkten Geheel ongemotiveerd schijnt deze klacht niet te zijn geweest, want er is een commissie van onderzoek naar het Roergebied vertrokken. Dat meeT is dan een gevolg van de organisatiekasuitkeering plus regeeringsateun. De algemeene atmosfeer werd tengevolge van een en ander zwaar geladen, zoodat de regeering gevoelde, dat er iets gebeu ren moest. Pas waren weer de besprekin gen ingeluid om de gTOote coalitie tot etand te brengen, maar men begreep dat het economisch conflict den voorrang moest hebbenmede door de toenemende malaise, die noodwendig op de uitsluiting volgde. Dientengevolge heeft nu do regeering zelf zich eT voor gespannen, om te trachten een overeenstemming te bereiken. Bedoeling schijnt te zijn een nieuwe bemiddelaar aan te wijzen, die zoowel door werkgevers als door werknemers voldoende wordt ver trouwd. Deze zou dan een nieuwe arbi trale uitspraak moeten geven, die beide partijen zich tevoren verplichten te zullen aanvaarden. Aangewezen is deze persoon, die ongetwijfeLd een zware verantwoorde lijkheid heeft te dragen, nog niet, maar vrij zeker zal minister Severing worden ge kozen, iemand, die de toestanden in het Roergebied door en door kent. Minister Severing. Te verwachten is, dat getracht zal wor den een overeenstemming te bereiken op de wijze, dat door verlenging van den ar beidstijd de loonsverhooging iets zal wor den getemperd. Zoo iemand, dan is Seve ring geëigend om bij de arbeiders dit in gang te doen vinden. Door dit conflict is, zooals gezegd veel op den achtergrond geraakt. Zelfs de voor Duitschland zoo belangrijke ontruiming van het bezette gebied, hoewel er alle reden zou zijn, deze juist warm te hoyden. Steeds duidelijker wordt toch hoe in Engeland de stemming voor een directe ontruiming ge porteerd is. Zelfs in die mate, dat de re geering, zij het nog zoo bescheiden, zich toch ook als voorstandster heeft doen ken nen. 't Was Chamberlain in eigen persoon, die de eerste maal dat hij na zijn ziekte weer in het Lagerhuis aanwezig was, zioh aldus uitliet. Overigens maakte men het den herstelden minister niet moeilijk bij zijn eerste optreden. Nog niet afgekomen was toen echter het aanbod van Britten, den voorzitter der Amerikaansche commissie voor de vloot- aangelegenheden om in Canada een bijeen komst te doen houden van Amerikaansche en Engelsche parlementsleden om de vast- geloopen vlootbenerking weer op gang te brengen, anders zou daarover waarschijn lijk wel een vraag zijn gedaan. Veel te be- teekenen heeft, dit aanbod echter niet, daar het verkeerd is geadresseerd. Het moest gericht zijn tot het Engelsche parle ment, niet tot de Engelsche regeering, die zich wel wachten zal te accepteerenvoor al nu in Amerika zelf in officieele kringen reeds afkeuring is geuit over Britten's voorstel. RECLAME. 855 Zijn de Parljzenaars per slot van reke ning ..beu" geworden van dat «Grand Pa- ais" en al de saions, die daar maar steeds tan éénen door gehouden worden sinds ■enigen tijd? Men zou geneigd zijn, dat te 'enken! Iioe anders is het te verklaren, dat 'e „Salon d'Automne" dit jaar zoo weinig elangstelling trekt, terwijl vorige jaren die- elfde salon zoo bijzonder en vogue was bij de kunstenaars en bij de snobs? Wis en zeker kan dat niet liggen aan de oncurrentie van een andere ..salon", die veneens in het Grand Palais gehouden vordt, de laatste afdeelin? van de Salon dè Automobile, een tentoonstelling van vracht- n industrie-auto's, waarvan de ingang zich bevindt aan den grooten voorgevel, ter wijl de Salon de l'Automne zijn hoofdingang heeft aan den kant van de avenue Victor Emmanuel. Die salon van vracht- en indus trie-auto's heeft nooit een groot publiek tot zich getrokken, en heeft bovendien nooit de minste aantrekkelijkheid voor kunstenaars en snobs gehad1 Voor de groote monumentale stoep, die naar de Salon d'Automne leidt, staan dit jaar maar héél weinig voitures de maitre geschaard; en slechts zeer schaarsch zijn de moedigen, die met beslisten stap de trap oploopen. om zich dan te verliezen in de enorme aaneenschakeling van zalen, alle maal dicht behangen met schilderijen. Stel u eens voor. De schilderkunst, beeld houwkunst en decoratieve kunst tellen samen meer dan tweeduizend inzendingen; om u precies het getal te noemen: tweedui zend honderd elf! Dan zijn er acht aparte tentoonstellingen van beroemde gestorven kunstenaars. Een aparte tentoonstelling van Poolsche kunstenaars. Een aparte tentoonstelling van Tsjecho- Slowakische graveurs. En ten slotte een aparte tentoonstelling, gewijd aan het jubileum van den Salon d'Automne zelf, en die de markantste wer ken te zien geeft, welke in den Salon d'Automne geëxposeerd werden sinds zijn oprichting in 1903. Een totaal van bijna 3000 nummers wor den daar ter bewondering geboden aan lief hebbers, bezoekers en verzamelaarsI Men kan moeilijk geloovcn, dat eenig mcnsch ter wereld in staat zou zijn om op één dag te voldoen aan zulk een stróóm van verdoeken om bewondering 1 Als men daar dan nog bijvoegt, dat in het meerendeel der tentoongestelde werken het mcnschelijk gelaat of het natuur-aspect enkel maar een voorwendsel is tot de kleuren- en vormen-fanta6ieën van den kunstenaar, kan men er zich rekenschap van geven, dat er een werkelijke verkil lende indruk uitgaat van die formidabele massa kunstwerken, die men zal gaan be kijken, bewonderen, of trachten te be grijpen. Dit jaar maakt die tentoonstelling al een bijzonder ontmoodigenden indruk. Er ga^t iels mat-eentonigs uit van heel die schilde rijen-massa, waaronder geen enkel nieuw elan, geen enkele .nieuwe groote persoon lijkheid zich openbaart. Pijnlijk verwonderd vraagt men zioh af: Maar voor wie hebben al die tweeduizend kunstenaars zich dan toch zoo ingespan nen? Tweoduizend menschelijke wezens vol illusies hebben hun hoop gesteld op deze tentoonstelling, die alleen reeds door zijn uitgebreidheid onmogelijk beantwoorden kan aan het doel om de aandacht te ves tigen op ieder werk afzonderlijk, of zelfs den blik maar even daarop vast te houden. Zie, hoe de enkele bezoekers, van te voren reeds moe, louter door het idee van al de aandacht, die van hen gevraagd zal worden, langzaam en lui voortslenteren van zaal tot zaal, een blik hierheen werpen, een hlilc daarheen, en zelden of nooit even blijven stilstaan, daar ze wel weten, dat wannéér ze telkens blijven stilstaan voor het een of andere werk, ze nooit tot hun doel zullen raken, d.w.z. dat ze in één enkel bezoek geen indruk zullen krijgen van den geheelen Salon. En nog eens weer terug komen? o, neen, hier niet! Onze landgenoot Kees van Dongen, de be roemde schilder der Parijsche „groote we reld", trekt de aandacht door zijn liAi- tende kleuren, zijn elegante werk-wijze, en ook door de elegante verschijning der dame, die zijn schilderij voorstelt Dat portret van Van Dongen is een „clou" van den Salon, maar de werkelijke „clou is het groote Venus-beeld van Maillol. Dat beeldhouwwerk is misschien het minst „modernistische" onder het werk van dezen kunstenaar, en daardoor blijft de bezoeker er dan ook vol bewondering en verwonde ring voor stilstaan. Wat een leven in het gips! wat een overtuigende eenvoud in de houding en welk een zuiverheid tot in de kleinste bijzonderheden. Het is geen won der, dat' dit werk onder de kunst-critici slechts één kreet van lof heeft gewekt. Het is reeds lang geleden, dat men op een Pa rijsche kunst-tentoonstelling een werk zag zóó volmaakt en zoo vrij van pretenties. Het was een ware ziels-verademing voor de kunst-critici, te midden van de vaak onop losbare problemen, die de moderne kunste naars hun maar steeds te ontcijferen geven. Wat de afdeeling decoratieve kunst be treft, ook die wekt verwondering op, een ander soort verwondering. Zie hét werk van dezen kunstenaar bij voorbeeld, die klaar blijkelijk over tijd en geld beschikt. Waar schijnlijk ontbreekt het hem ook niet aan talent. Maar hoe komt het dan, dat bij het maken van zijn werk, eerst reeds bij het teekenen van zijn ontwerpen op papier, en later bij de uitvoering daarvan in hout, in stoffen, in metaal, hij er niet aan gedacht heeft, dat het voor een eenigszins gevoelig mensch absoluut onmogelijk moet zijn om te leven te midden van zulke droge, harde lij nen. die een gevangenis-atmosfeer scheppen of de sfeer van een operatiezaal, van iets wanhopig-kunstmatigs voor een woon-ver trek. Die andere daar heeft aan alles gedacht: aan de harmonie der kleuren en der vor men, aan de lichtheid on gratie van het meubelstuk. Alleen heeft hij vergeten, dat een meubel niet alleen tot versiering dient, maar ook bestemd is om gebruikt te worden, dat een stoel in staat moet zijn om zijn „bezitter" te dragen, er. niet dadelijk nadat een hand eraan geraakt heeft, een borstel, benzine of poets-pommade noodig heeft. Men vraagt zich verwonderd af: voor wie inderdaad worden dergelijke meubelen ge maakt? De rijke menschen, die daarmee hun interieurs meubileeren, willen die wer kelijk zich opsluiten te midden van dingen, die óf onbruikbaar zijn, óf niets hebben, wat het oog verlustigen kan of de verbeel ding charmeeren; dingen, waaraan alle fantasie in den vorm orttbreekT? Er is in Parijs een zekere schatrijke schilderijen-liefhebber Rozenberg genaamd, die bijna uitsluitend de werken van cubis- tiscbe schilders en beeldhouwers protegeert I en verzamelt hij is daar ongeveer de eenige werkelijke liefhebber van deze kun9t-richting De cubisten van Parijs wer ken dan ook slechts voor Rozenberg. Zou den al die moderne decoratieve kunste naars er zoo óók een Rozenberg op na houden? Ik vergat nog u te vertellen, dat behalve het duizendtal Fransche kuntenaars, die hun werken tentoonstellen in de Salon d'Automne, daar ook 489 vreemdelingen exposeeren uit 32 verschillende landen uit alle vijf de wereldeelen. Een dergelijke tentoonstelling kan slechts in Parijs bestaan, die werkelijk bui tengewone stad, waar ge bij een wandeling door sommige straten vertegenwoordigers van alle volkeren der aarde tegenkomt, en waar de kunstenaars uit de verste hoekjes der wereld naar toe getrokken worden als door een onzichtbaren magneet. M. DE ROVANNO. Parijs, 22 November 1928. RECLAME. Extra lage srijzei voor het omlijsten van platen, foto's enz. Het van ouds bekende adres „DE CMCVMMT", laarlsmmerstr. 62 2646 door MAROTJS EHRENPREIS. 6. Niet alleen in Madrid, doch ook elders in Spanje vindt men de sprekende bewijzen, dat er een intensief en veelzijdig cultuur loven heerscht. De Spaansche ziel ontwaakt uit haar honderdjarigen slaap. Na het ver lies der koloniën (1898) wendde Spanje zijn blik naar binnen en bemerkte, dat zijn ziel aliep. Plotseling werd het eraan herinnerd, dat het had te zorgen voor een rijke gees telijke erfenis, dat zijn taal een wereldtaal is en dat het tachtig millioen stamverwan ten heeft aan de andere zijde van den Oceaan een geestelijk koloniaal rijk, dat misschien steviger is dan een politiek. Zoo ontstond er een soort van kultuur-iroperia- lisme, dat aan het tegenwoordige Spanje zijn bijzonder karakter geeft. Op alle mo gelijke wijzen poogt men in verbinding te komen met Spaansch sprekende menschen, waar dan ook, en met geestelijke middelen wil men Spanje maken tot één der groote machten. Alle scheppende krachten in het land groepeeren zich rondom deze centrale gedachte. Duizenden handen zijn in bewe ging om mee te bouwen aan hét trotsche gebouw, dat allen voor oogen zweeft: een grooter Spanje. Naar aanleiding van heit vijfentwintig regeeringsjubilee van don koning werden er, juist gedurende mijn verblijf in het land, aanzienlijke bedragen ingezameld om bui ten Madrid een Ciudad Universitaria (uni versiteitsstad) op te richten van aanzienlijke afmetingen. De studeerende jeugd wordt door de autoriteiten met hartelijke belang stelling omringd. „Residencia de Estudian- tes", een modern ingericht tehuis voor stu denten, is een in alle opzichten schitterend instituut. Bijzondere vereenigingen houden zich bezig met de uitgave van populaire werken (zoo bijv. de uitgeverij Cervantes te Madrid) en wijden zich aan een wijdver takte kuituurwerkzaamheid, die zich uit strekt over de heele Spaansch sprekende wereld tot in Zuid-Amerika, Mexico, Noord- Afrika en de Balkan landen. Het goed ge redigeerde maandschrift Revista de la Raza is geheel aan deze taak gewijd. Te Toledo bemerk ik in een nauwe zij- straal een klein arm huis met een oneven redig groot bord. waarop Escuela, Municipal (openbare school). Dit is een caricatuur van een volksschool. Zoowel de uiterlijke in richting van de school als de methode van onderwijs zijn een hoon van alle paedago- giek. Hier leven we in de middeleeuwen. Het onderwijs 'herinnert aan het Koranlezen in een Mohammedaansche medressa. Onge veer veertig jongens dreunen op eentonige, zangerige wijze hun lessen op, wat ons her innert aan het Arabierenkwartier van Tan- ger of ook aan het ghetto van Wilna, Eerst meent men, dat het een zangles is, maar al spoedig komt men lot de ontdekking, dat het een les is over de plaats hunner inwo ning. De kinderen zingen de geschiedenis cn de topografie van hun beroemde geboor testad: „Toledo Ilamada la ciudad sobre siete collines" enz. (^Toledo, genaamd de stad op de zeven heuvels). Zoo leeren zij zingende en spelende de geschiedenis en de geografie van hun -stad en hun land. en vóór alle dingen léeren ze nationaal zelfbe wustzijn in dézen regionalistischen vorm, die kenteekenend is voor Spanje. Enkele leerlingen, die gaarne voor den vreemde ling in het beste licht willen verschijnen, loopen naar huis en halen hun schrijfboe ken om te laten zien wat zij kunnen. Zij schrijven over Don Quijole en zijn geboorte streek La Mancha en ze schijnen goed thuis te zijn in de wereld van Cervantes. Wan neer ik me niet vergis, neemt Don Quijote in dit systeem van onderwijs een zelfde paats is als de Koran heeft bij de Moham medanen. Dit eenzijdige onderwijs verklaart het feit, dat de Spanjaarden in doorsnee op zulk een lagen trap van ontwikkeling staan. Op mijn verzoek laat de onderwijzer een. jongen de les over Toledo alleen zingen. Wanneer de jongen gekomen is aan Paseo del Transito en de daar gelegen synagogen heeft genoemd, geeft hij mij op mijn vraag de volgende curieuse definitie van het be grip synagoge: ..Sinagoga es una mezquita consagrada al culto cristiano" (Een syna goge is een moskee, die omgewijd is voor den christelijken eeredienst). Deze begripsverwarring is symptomatisch voor deze stad en dit land. waar een lang durige religieuse vrijbuiterij gosdiensten en cultusvormen door elkaar heeft geworpen, ze tot onkenbaar wordens toe vervormen de. Het is in Spanje niet altoos gemakkelijk ora uit te maken wat een synagoge, een moskee of een kerk is. Deze Escuela Municipal van Toledo maakt een beklemmenden indruk van ach terlijkheid en laat zien welke ongehoorde krachtsinspanningen noodig zullen zijn, om in te halen wat geslachten verzuimd heb ben. III. Toledo, de stad van vela geslachten. Op zeven kale heuvels van graniet ver heft zich Toledo, streng en hoogmoedig, af gekeerd van de wereld, van ouderdom ge brekkig, met een exotische fysionomie, Men verlaat 's morgens Madrid van het Zuider- slation, komt voorbij den heuvel „el cerro de los Angeles", den heuvel der engelen, het geografische middelpunt van Spanje, ook „el Punto" geheeten, en men werpt in het voorbijrijden een nieuwsgierigen blik op Aranjuez en het lustslot van Filips II, dat aan het Taagstrand ligt, temidden van schilderachtige tuinen. Wanneer men na een aangename reis van twee uur in To ledo komt, bevindt men zich in een vreem de wereld. Hier hebben we het Oosten en hier zijn we in de middeleeuwen. Het is een plotselinge, directe overgang van het uiterst moderne en on-Spaansch Madrid naar deze met herinneringen omweven stad, die den indruk maakt van een uitge graven stuk historie, meer museum dan 9tad; men zou geneigd zijn te zeggen: een bewoond Pompeji. Men heeft het gevoel, alsof men duizen den kilometers gereisd heeft en of men vijf honderd jaren terug is gegaan. Reeds lang verdwenen werelden duiken weer op voor de oogen van den verbaasden vreemdeling, wanneer hij voor de eerste maal den voet zet op de machtige Alcantarabrug, die over de slapende Taag voert naar de rotsstad. Hier riekt het naar den Duizend-en-één- nacht, naar bloedigen godsdienstoorlog en naar vlammende auto-da-fé's. Deze ruïnen spreken van heroïeke geschiedenissen, van lotgevallen, van welke de sagen zich heb ben meester gemaakt, van vreemde harem- mysteriën. Er zijn maar weinig steden in de wereld, die in zoo hooge mate binnen hunne muren belangrijke tijdperken van de geschiedenis van godsdienst, kuituur en kunst bewaren. Hier ontmoetten Oosten en Westen elkaar voor de eerste maal op zoo intensieve en vruchtbare wijze, als vijan den, en als vrienden ook. Hier werd in die begenadigde tijden iets werkelijkheid van de samensmelting van het Oostersche en het Westersche. waarnaar onze eigen tijd met zoo brandend verlangen zoekt. Meer dan eenige andere Spaansche stad is Toledo de belichaming van dit eigen aardige in geografisch en historisch opzicht, waaruit zoo duidelijk blijkt, dat Spanje de verbindingsschakel i9 tusschen Oost en West. Tegelijkertijd is deze stad misschien de eenige plaats ter wereld, waar de mid deleeuwen tot op dezen dag zoo onvervalscht bewaard zijn. Sedert eeuwen is hier niets veranderd; hier is niet9 afgebroken en niets opgebouwd. De stad, die in haar bloeitijd twee honderd duizend inwoners had, heeft meer dan genoeg plaats voor de tegenwoor dige bevolking van 23000 menschen. Hier i9 niets gemoderniseerd; de straten en de huizeb niet, en de menschen evenmin. De eerste indiuk van het zeldzame stads beeld brengt ons dan ook een weinig in de war. Toledo lijkt op geen enkele Europeesche stad. Er ligt iets mistroostigs en iets doodsch over deze onsamenhangende, fragmentari sche, op en neer gaande straten, evenals over deze geheimzinnige, smalle, schijnbaar ommuurde huizen, van welke het moeilijk is te zeggen, waarop ze» het meest gelijken, op gevangenissen, kloosters of harems. Maar Toledo is ook geen geschikte plaats voor toeristen, die gewoon zijn een trein over te blijven, om zoo'n plaatsje te bekijken Voor ic-mand, die historisch gevoel heeft, is het een gewaarwording van zeldzame diepte. Door het schijndoode uiterlijk treedt nog het bloedwarme leven van voorbijgegane ge slachten naar voren. Op deze ongeloofe'lijk bochtige en hellende straten ontdekt men een bijzondere verbinding van de middel eeuwen en onzen tijd, die hier beide naast elkaar leven in de gedenkteekenen en in 't dagelijksch leven. Men voelt iets van de ver langens van de voorbijgegane geslachten, wanneer men kijkt in deze kleine tralie- venters, die zooveel te vertellen hebben. Toledo is levende wereldgeschiedenis; het i3 de stad der geslachten. Wanneer de hemel en aarde bewegende gevechten tusschen de geslachten op deze' van ernst vervulde rot sen werden gestreden, dan waren de indivi duen daarbij slechts werktuig en stoflage. RECLAME. HAARLEMMERMEER. Burgerlijke Stand. Geboren: Anthouius Jacobus, Z. v. C. G. van Egmond en M. G. Heemskerk. Matthijs, Z. v. P. T. Makpaaxd en A. C. Dol. Johannes Petrus, Z. v. J. Daalman en W. A Boom. Petrus Frmciscus Ma ria, Z. v. J. C. Marcus en C. J. Kauffman. Willem, Z. v. S. Trip en A. Kemp. Jan Aaldert, Z. v. L. van den Anker en B. Slijkoort. Johanna Mermina, D. v. J. A. Kors en M. Beijk Jan Gerrit, Z. v. K. Joren en G. van Veen. Janske Jannetje, D. v. G. de Rooij en M. Slimmen. Pe- tronella, D. v. J. CL Doelema® en M. Mid delkoop. Johanna Cornelia, C. Verhoo? en J. J, Scburinga. Maurits Govert, Z M. A. Buije, enF. Boer. Susanna, D v. J. Walkier en H v. Roosmalen. Alber- tus, Z. v. H. F. van der Meer en J. p van Emden. Ondertrouwd: J. de Moor 21 j. en K. 0. Visser 19 j. G. W. Verweij 21 j. en J Dekkers 21 j. J. Herlouw 30 j. en C. A. de Ron, 22 j. GehuwdA. de Cloe 33 j. en G. <Jeo Dekker 34 j. J. Goemaat 23 j. en J. Ver. kerk 18 j. De heer G. van Wijnen, onderwijzer aan d© Chr. Ulo-school te Hoofddorp, is iD gelijke betrekking benoemd te Baarn. De groote winterpaardenmarkt zal te Hoofddorp worden gehouden op Dinsda. 11 December a.s. HELLE GOM. Een geslaagd feest. Het vijftigjarig bestaan van liet Hillc gomsch Dameskoor is op een bijzonder* wijze gevierd. Opgevoerd werd de revue „Het lied door alle tijden", hetgeen volgen het programma was: wat nonsens, wat bon bast, wat muziek, bijeengeflanst en ver mengd met ook nog wel iets moois. Gevraagd was: zingt u ook mee? Er is in derdaad meegezongen, dank zij de aanmoe diging van de commère en de bekende lied jes, die op het programma stonden. Het waf een aaneenschakeling van mooie tafreeler, en leuke scène9, Er was veel werk gemaakt van de decors, de toiletten, de grime en de verlichting. Do zaal van Hotel Sistermans was ui' verkocht; van begin tot eind heeft men zich geamuseerd en laat was 't zonder dat men het wist. Dit jubileumfeest is bijzonder goed geslaagd. In de Ned. Herv. Kerk is ten hate van het bouwfonds dezer kerk een concert ge geven door mevr. Baronesse Tuyl van Se- rooskerke (viool) uit Bloemendaal, mej. A. Stijger (sopraan) uit Amsterdam en den heer S. P. Visser (orgel). Mevrouw ds. Mulder was door een lichte ongesteldheid verhin derd te zingen, waarom de heer Visser een paar orgelnummers ter vervanging gaf. De zang zoowel al9 het vioolspel en het orgelspel boden veel te genieten. Jammer was het, dat de opkomst niet grooter was. Ds. Mulder opende met gebed en sloot mei dankzegging. als SINT-NICOLAAS-CADEAU Oplossing te vinden in het 194' Sigarenmagazijn van D. GESINK, VOORSTRAAT 80 - KATWIJK AAN ZEE Luxe doozen Sigaren en Sigaretten. Pijpen in étui, enz. Alles tegen extra lage prijzen. - Zie étalage! KATWIJK. Gemeenteraad Lange geheime zitting - De gemeentebegrooiing vastgesteld Aanwezig 14 leden. Afwezig de hee: Eikelenboom. De vergadering ging te halfacht onmid dellijk over in een zitting met gesloten deu ren naar verluidde ter bespreking van hel vroeger genomen besluit tot den bouw van een nieuw Raadhuis aan den Tol, welke bouw, naar men in de omgeving van hel Raadhuis fluisterde, niet minder dan f. 150.000 zou moeten kosten. Toen.... te kwart over negengr. de geheime zitting werd opgeheven en de deuren open gingen, zeide de voorzitter, dal met de behandeling van de begrooting zou worden voortgegaan. Van hetgeen er gedurende de lange ge heime zitting was besproken en besloten, hoorden de pers en de publieke tribune niets. Met de gewone uitgaven werd daarop begonnen. Bij verschillende artikelen werden op merkingen gemaakt en voorstellen gedaan. Bij art, 167 stelde de heer Van Tongeren voor om den post: „Subsidie aan de Burger wacht" ad f. 300 met f. 50 te verhoogen en dit bedrag te bestemmen voor subsidie aan den Vrijwilligen Landstorm. Het voorstel werd verworpen met 10 tegen 4 stemmen. Vóór 9temden de heeren Van Tongeren, Van Riessen, J. van Duyn en Guyt. De heer Van der Bent wilde geacht wor den tegen het geheele artikel te hebben ge stemd. Bij art. 172 drong de heer Van Duyn aan op verplaatsing van het woonwagenkamp. Wethouder Ouwehand noodigde de hoe ren uit een betere plaats aan te wijzen. Bij post 194: „Onderhoud van bruggen en overhaalveren" pleitte de heer Grimbergen voor behoud van de Kwakelbrug. De heeren Meerburg, Hueting en anderen waren het eens met B. en W. Wethouder Ouwehand zal voor het be houd stemmen, wanneer de leden uit Kat wijk aan den Rijn de brug willen behouden, waarbij de voorzitter zich aansloot. Het voorstel tot slooping werd. aangeno men met 18 tegen 1 stem, die van den heer Grimbergen. De heer Van Riessen drong bij het artik» „Onderhoud van wandelplaatsen en plant soenen" aan op een zelfstandige positie van den gemeenteluinman. De voorzitter raadde den heer Van R. aac later met een voorstel te komen. De heer Hueting zeide, dat het gaat om 's mans salaris. Bij art. 198 ontlokte de heer Hueting a>in den wethouder Ouwehand de verklaring dat het werkliedenpersoneel met 2 perso nen zal worden uitgebreid. Over wegen en paden werden mede tal van op- en aanmerkingen gemaakt, die aan de Commissie van Fabricage zullen word*" overgebracht. Bij het hoofdstuk „Onderwijs" vroeg de heer Van Duyn of er ook iets is gekomen van den cursu9 in het machineschrijveo» waarop men hem ontkennend moest aD'' woorden. S-3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 10