VAN ALPHEN
J/hkci geneesten vdejfii'ld
Londensch Aanteekenboek.
BANKETBAKKERIJ
Leidsche
Chocoladeletters
SPAANSCHE VISIOENEN
EN DROOMEN.
UIT RUSLAND.
tend van technisch oogpunt (en hier wordt
ik haast verleid, toch even in bijzonderheden
ai te dalenI) dan moet men als leek toch
wel opmerken, dat hier keurig werk gele
verd wordt Duitschland beschikt bovendien
ook op dit gebied over uitvinders, die op den
duur de buitenlandsche concurrentie toch
harde noten te kraken zouden kunnen ge-
venl De halfautomatische koppeling bij
voorbeeld. het snufje van deze tentoonstel
ling. is een Duitsche uitvinding, die stellig
internationaal opgang zal maken, en die
weer heel wal nieuwe klanten voor hel
autoverkeer trekken za!.
Denken we eens even aan wat de Duit-
schers den laatsten tijd op technisch gebied
gepresteerd hebben: Oceaanvlucht van Eu
ropa naar Amerika per vliegtuig, heen- en
terugreis van den tweeden Zeppelin, de
groote luchtvaarltentoonslelling, en nu weer
deze autoshow. En dan te bedenken, <Iat
deze menschen nog steeds onder bijna bo-
venmenschelijke lasten gebukt gaan.
Hel is zoo nu en dan wel eens noodig,
daarover de gedachten te laten gaan en res-
peel voor onze buren op te wekken.
Misschien prikkelt dal ook óns, op een
weg voort te gaan, dien wij zeker niet min
der eervol ingeslagen zijn. Men hoort hier
in Duitschland helaas niets van onze vijl
vliegtuigen die zoo nuchtertjes naar Indiè
gevlogen zijn Wij plegen in stilte te wer
ken Maar wij onderschatten daarom niet,
twat Duitschland bereikt. Ai is de wijze
waarop men hier vaak voor zichzell re
clame maakt, ook niet bij voorkeur onze
methode.
ROLAND.
Van onzern Londenechen Correspondent.
NAAR EEN NIEUW ELECTRISCH
TIJDPERK.
15 November '28.
Eenige Londensche dagbladen hebben mel
ding gomaakt van het jongste wonder der we
tenschap. Het verhaal is overtuigend gesteld,
maar voorzichtige twijfelzucht of het ver
maarde korreltje zout schijnt nochtans voor
de consumptie gewenscht. Het betreft hier
een uitvinding; van een nederigen Engelschen
technicus en ze zon in staat zijn voor elec-
tnsch lioht te doen wat de luidspreker voor
radio-geluid doet, of «genlqk, veel meer.
Wanneer ge u dit toestelletje hebt aan-
gesclialt het is zeer eenvoudig en kan
daarom niet duur zijn kunt ge er een
haU dozijn el eet rise he lampeD mee voeden
voor den prijs van een enkele. Met andere
woorden ,die zulk een toestelletje gebruikt
ziet zijn rekening voor gebruikteD electri
sche® stroom tot een zesde deel van het
geuruikelyk bedrag teruggebracht. Voor den
prys vao é^n kamti kunt ge er nu zes verlich
ten. De accumulator dien ge voor den zwak
stroom van uw radio-toestel gebruikt, wordt
met behulp van het toestelletje een electri
se he centrale die uw woning in een waar
bcbtpaleis kan herschapen. Aladinslamp is
er niets bi].
Hel klinkt natuurlijk te mooi om echt te
zijn- De kostbare stille kracht der electrici-
teit, met al haar heerlijke mogelijkheden,
zou even goedkoop worden als het water van
de zee. De machten der duisternis zouden
voorgoed uit dit aardsche leven worden ver
bannen. De nacht zou dag kunnen worden.
Electriscke knoppen allerwege in huis en
hof zoude® de machines voor wasschen en
vegen ,voor wieden en rooien aan den arbeid
zetten. Het aou immers maar een krats kos
ten!
Maar hoe zullen de leveranciers van elec-
trischen stroom over het geval denken in het
vooruitzicht dat hun inkomsten door 6 zullen
worden gedeeld? Slechts twee wegen staan
hun open. Of zij moeten de rekeningen van
hun klanten met 6 vermenigvuldigen of zy
moeten deD uitvinder met toestel en al scha
ken en hem alle verdere aanraking met de
rest van de wereld ontzeggen. In beide geval
len blijft de toestand voor ons arme stroom
verbruikers onveranderd. Ik vrees dat het
daarop wed zal uitloopen.
IS TIJD NOG GELD?
De moderne wereld heeft een buitengewoon
groot aantal tijdwinnende middelen tot haar
beschikking. Voor den nadenkenden mensch
heeft de vermaarde uitdrukking „tjjd is geld"
nooit een overtuigenden klank gehad. Dat
moet altijd zoo zijn geweest voor den niet-
nadenkonden maar luien mensch, die tevens
geldgebrek had. De overvloed van tyd, waar
over hy mocht beschikken, vergoedde in geen
enkel opzicht de afwezigheid van contanten.
Nu „time saving" zooals het hier heet
een hartstocht is geworden van 'den mo
dernen sterveling wordt de ui'.dnikking mislei-
dender en meer en meer In strijd met de wer
kelijkheid. Elk toestel, dat wordt uitgevonden
met het doel het werk van de wereld sneller
te verrichten, moet volgens de logica, ver-
boiidem aan de wet van vraag en aanbod, den
tyd goedkooper maken. De gekapitaliseerr-
de tijd gaat echter in de machines en in de
toestellen. En armer worden wy er dus niet
op. Daarin ligt ook misschien de rede® van
peperige duurte van vele tijd spare®de hulp
middelen.
Ik kom op het onderwerp, omdat'de colleo-
tie, blykens de inzendingen van een tentoon
stelling te Londen, weer aanwinsten heeft ge
kregen ditmaal van wat ongewonen aard.
De eene is ee® soort eet-tal let, waarin de voe
dingswaarde van een hartig maal is gecon
centreerd. De moderne mensch behoeft slechts
©er- paar van die tabletten in te slikken om
gedurende een flink fragment van een et-
maai verzadigd te blijven. De andere is een
„speciale electische stoel" (het byvoeglyk
naamwoord speciaal sluit hier afschrikwek
kende vizioenen uit) „die de® mensch, die er
op plaats neemt, in drie minuten de licha
melijke vonrdeelen van een aur van inspan
nende lichaamsoefening verschaft". De twee
meiiwe tydsparende middelen zullen elkaar
waarschijnlyk vaak kunne® aanvullen. Het
een 2 is een complement van het andere.
De schrokker zal zich kunnen overeten zon
der aan tafel tijd te vermorsen. En wanneer
hy te veel heeft gegeten kan hy de mogelQ-
ke, onaangename digestieve gevolgen weg
werken in drie minuten hevige ontspanning
met den specialen electrise hen stoeL
De vraag is echter of de nieuwigheden er
in zullen gaan. Een vergelijking tusschen de
genoegens van de tafel, zooals wij die ver
staan, en de genoegens van de pil, die nu
worde® aangekondigd, moet in het nadeel
van de pil uitvallen. Een goed diner, in een
tabletje geperst, is zeker eerder voedzaam
dan aantrekkelijk. En er is reden te vreezen
dat de electrische stoel, hoe speciaal hy
ook moge zijn, afschrikwekkend zal blyven,
indien men er vóór staat met de kennis dat hy
drie minuten van electrische activiteit
lie li aamsoef en end gesproken een heelen
voetbalwedstrijd perst
Wanneer men van eten, drinken, werken
en vrije-oefening den tijd zaf hebbe® afge
knabbeld, blyft er nog slechts een enkele tjjd-
verslinder over. Dat is de slaap. Wat zul
len wy met onzen tijd moeten doen wanneer
het menscbelijk vernuft ons de machine zal
hebben verschaft die in den spreekwoorde
lijke® dut van vyf minuten de frischheid en
het wakkere gevoel geven die op een acht
urige® slaap volgen?
DE TELEPHOON ALS LEUR-MIDDEL.
„De man- aan de deur" is hier wellicht
ook by u de schrik geworden van de sa
menleving. Hy blyft een schrik, zelfs al is
uw geweten gerust, zelfs al verwacht ge geen
loopers van afbetalingswinkels, geen man
nen van de belasting, geen rekeningen die
in de dagteekening der levering de boodschap
meedragen dat betaling lang over tijd is. „De
ma® aan de deur" loopt de deur piat. Hij is
een oud-strijder die borstels te kocp heeft
en zich ,waarschynl jk om zyn porit.e vaa oud-
stryder, niet gemakkelijk laat afschepen. Of
hy is een uienverkooper uit het Breton,
sche land, tegen wiens Gallische overredings
kracht ga niet opgewassen zijt. Of hij is ee®
officier van het Leger dets Heils, die loon
vraagt voor muziek. Het oude gilde van
venters met schrijfpapier, potlooden en ve
ters handhaaft zich. Een modern gilde zoo-
geheeten „salesmen", voor de® verkoop van
stofzuigers, vloerwryvers, radio-toestellen,
gaspaarders, bedwingers van in kookwoede
ryzende melk, grasmaaiers, vuilverbranders,
geisers, electrische waaiors, venri.ators, s.ryk-
yzers, toasters, haardrogers enz. enz. is er by
gekomen. Toen ik op een morgen eens
thuis was ging de bel met korte lusschenpoo-
zen van tien tot één uur. Wel geteld waren
er 17 mannen aan de deur geweest, de regu
liere vrienden van het huis, melkboer, slager,
kruidenier en vischboer er nochtans inbegre
pen. Maar het was welletjes. Naast dit
kwaad, dat zich niet laat keeren, is nu een an
der gekomen, dat zich deze week voor het
eerst in mijn woning heeft geopenbaard.
Naast den schrik van de deur is de schrik
van de telephoon gekomen. Een handelson
derneming nam de treurige vrijheid myn huis
op te bellen om aan te kondigen dat ze gedu
rende de week een tentoonstelling van haar
goederen, bontmantels en jurken e® kousen
had ingericht, dat mannequins de heerlijkhe
den op haar voordeeligst zouden laten zien
en of „madam" de eer zou willen verschaf
fen van haar bezoek. De man, die aldus met
de telephoon in huis viel en zyn handelsfat-
soen te grabbelen gooide, werd bondig afge
scheept. Maar nog geen half uur later kwam
eeD andere commercieel© mynheer op de
zelfde wyz© aankondigen dat hij nieuwe gas
fornuizen in de buurt had en dat het hem ee®
vreugde zou zyn er mee aan de deur te
komen om „madam" van de voortreffelijk
heid er van te overtuigen.
Het sohynt dat alle particuliere telephoon-
adressen op deze nieuwe manier worden be
werkt Een beweging is reeds gaande onder
de aangeslotenen om het hinderlijk gebruik
door de autoriteiten te doen verbieden.
RECLAME.
NIEUWE RIJN 62 - TELEF. 78.
ONZE BEKENDE
1939
worden door geen fabrieksproduct
geëvenaard. - Hun buitengewone
samenstelling heeft hen sinds jaren
een groote reputatie bezorgd.
Verzending naar binnen en buitenland.
door
MARCUS EHRENPREIS.
Hier in het Prado en later te Toledo
heb ik van de meesterwerken van Velazquez
en Greco onuitwischbare indrukken gekre
gen. Ik gevoel mij rijker sedert ik voor hun
openbaringen heb gestaan. Ootmoedig luis*
ter ik naar hun beider boodschap en ik
bekommer mij niet het minst om den twist
der kunsthistorici, die hen afwisselend ver
heffen, doch steeds ten koste van den ander.
Voor mij zijn ze beiden opvoeders en be
vrijders, die, ieder weer op zijn eigen wijze
en met zijn eigen uitdrukkingsmiddelen, mij
der menschen hoogheid leeren. In de Velaz-
quez-zaal is het mij, alsof ik een vurige pre
diking hoor over het goddelijke in den
mensch Wat ik hier zie is als een verkla
ring van het woord uit Genesis, dat de ta-
naiet Ben-Asai mij leprde beschouwen als
het hoogtepunt van de Heilige Schrift- „Dit
is het verhaal van 's menschen ontstaan-
naar de gelijkenis Gods maakte Hij hem".
(Gen.5 11 Velazquez spreekt tot ons de
taal van den godsdienst, ook wanneer hij ons
iets anders schildert dan Christus of de
RECLAME.
1947
heiligen. Zijn Aesopus is een proleet, drager
van een hemelsche boodschap aan den zoon
der aarde. Zijn Menippus is een fanatiek
waarheidspreker, die met zijn eene oog
schijnt te huiten terwijl hij met het andere
lacht. Zijn lachende idioot (El bob» de Coria)
heeft iets van de glorie van een heilige over
zich. evenals Myschkin bij Doslojewsky Zijn
dwergen dragen, zooals wij allen, Gods stem
pel op hot voorhoofd, en de misvormde bee-
nen doen geen schade aan hun menschelijke
hoogheid. Deze hoogheid omstraalt zelfs den
gertngsten, zelfs den vernederden zondigen
stakkerd, en Gods Geest zweeft over het al-
tedaag9che. Velazquez' menschen staan niet
alleen, opgesloten in zich zeiven in on
vrome zelfvergoding. Hij ziet den mensch
in zijn onlosmakelijk verband met hel we
relddal, met de natuur, met den mensche-
lijken broedtr, en boven al het andere
met God, met ons aller goddtlijken oor
sprong. Het landschap, waarin de mensch
geplaatst is, is van even groote beleekenis
als deze Deze kosmische versmelting van
mensch dier en landschap is niet 9lechts van
een stralend» schoonheid, wat kleur en
vorm aangaat, doch zij is ook edel en
grootsch gedacht en gevoeld, zij is uitdruk
king voor een levensgevoel, dat in den diep-
9len zin religieus is. Alleen den beproefde
die de bitterheid des levens heeft gesmaakt,
plaatst hij zonder verband midden in de
wereldruimte. Schokkend is zijn tragiek
staat Filips IV, bibberend van eenzaamheid,
door en door arm bij al zijn overvloedigen
rijkdom.
Velazquez daalt af tol het eenvoudige
olk, dat werkt, strijdt, lijdt en zich ver
maakt. Hij ziet den aardezoon in zijn sla
vernij, in zijn zwakheid en zondigheid, maar
ook hier ontdekt hij iels van de hoogheid en
den rijkdom, die zich verbergen achter de
uiterlijke ellende. Een glans der eeuwigheid
omstraalt zijn alledaagsche menschen: zelfs
in hun verval licht de goddelijke vonk nog
in hun blik Zijn smeden (La Fragua de Vul-
cano, de smidse van Vulcanus). zijn spin
sters (Las Hilandcras) gelijken priesters, die
een godsdienstige handeling verrichten, vol
van ooimoedigen ernst tegenover de majes
teit van het leven. Deze bewerkers van het
ijzer zien er uit als apostelen: deze spin
sters hebben iets over zjch van de Vestaal-
sche maagden, die waken over het heilig,
vuur van den arbeid. Welk een stralend ge-
'oof spreekt niet uit zijn „Dronkaards" (Los
Dorrachos). Keer op keer moe9l ik teruggaan
lot deze, misschien de menschelijkste doe
ken van Velazquez. Bij deze dronkaards
vindt men geen spoor .van ruwheid of ver
wildering, integendeel, de wijn heeft hen
in een hoogere sfeer gebracht, heeft hen op
geheven boven het enge van het dagelijksche
leven: ze zijn als het ware weggerukt van
gemeenheid en vuilheid; ze hebben de troos-
tclooze werkelijkheid vergeten en zweven in
de wereld der droomen. Hier vindt Velaz
quez' geloof in den mensch zijn hoogsten
triumf, in plaats van het dier in den mensch
laat hij ons den mensch in het dier zien.
Hij schijnt ons toe te roepen: Ziet hier, zóó
is de mensch! Zelfs in de vernedering licht
er een schijnsel van het goddelijke over
zijn voorhoofd.
Representatief voor het West-Oostelijke
wereldgevoel van Spanje is ook El Greco
Zijn roligieusileit ligt op een ander niveau
dan de kerkelijke religieusiteit van zijn da-
gpn, zooals die gevoed werd door Vincentius
■Ferrer of eep Pedro Gonzalez. In hem zijn
de warm menschelijke gezindheid, die echt
Helleensch is, en iets van het beste van het
Moorsche en Katholieke vereenigd. De we
reld, waarin hij vertoeft, verheft zich boven
d» werkelijkheid en is toch de meest
werkelijke, die men zich kan denken Hij
gaat om apostelen en heiligen, met Godzoe
kers en droomers, maar ook met vrijgemaak-
ten, die de boeien van dit aardsche leven
hebben afgescheurd. Deze menschen, die hij
zoo innig liefheeft en aan wie hij leven van
zijn eigen leven schenkt, zijn geen lantomen.
Zij staan, zooal9 wij allen, midden in dit
aardsche leven, maar zij zijn er tot op ze
kere hoogte in geslaagd 't gewicht van het
lichaam te overwinnen. Evenals Jacobs lad
der staan ook zij op de aarde, maar hun
hoofden reiken tot aan den hemel. Vóór de
schilderijen van Greco heeft men het ge
voel alsof men voor gevleugelde menschen
slaat, die ons hier zoo echt levend en zoo
geloofwaardig tegentreden.
Gaat men in Toledo naar het aan herin-
neringen zoo rijke Jodenkwarlier, de Juderia,
waar Greco in hel huis van Samuel Levi,
vlak naast de synagoge, zijn rijpste werken
schiep, dan komt men voorbij de kleine
kerk Santo Tomé,die eens een moskee was,
en die „ons er aan herinnert, dat een Mu-
zelmansche ziel gevangen zit in de rotsen
van Toledo" (Barrès). In deze kerk bevindt
zich de beste schepping van Greco. El en-
liprro del condo de Orgaz, de begrafenis
van graaf Orgaz Een groote schare treu
rende vrienden omringt het doode lichaam,
dat door twee uit den hemel neergedaalde
heiligen gedragen wordt. Deze treurenden
zijn menschen van vleesch en bloed, maar
in deze uren hebben zij zich verheven tot
boven de aarde en door het lichamelijk om
hulsel stralen de zielen hun reinste licht
uit. Het is alsof deze menschen de grens
dezer wereld overschreden hebben en zich
op mystische wijze hebben vereenigd met
God Hier spreekt een wereldgevoel tot ons,
dat tegelijkertijd Oostersch en Spaansch 19.
Hel is Zondag. Het Museo del Prado we
melt van menschen, die belang stellen in
de kunst, en die ook, voorzoover ik kan zien.
de kunst verstaan Scharen van menschen
stroomen door de zalen en met Zuidelijke
levendigheid bespreken zij hunne indruk
ken met elkaar. Men ziet er intellectueelen
en arbeiders, ouden en jongen, mannen en
vrouwen, menschen uit de hoofdstad en
landlieden, men ziet er heele families, die
den rustdag tezamen doorbrengen in den
tempel der kunst en vóór alles ziet men
er opvallend veel leerlingen der scholen.
Bepaalde groepen trokken mijn bijzondere
opmerkzaamheid. Ik zag heele klassen van
hoogere meisjesscholen, iedere klas met haar
leeraar, wandelend van zaal tot zaal. De
leeraar hield telkens een voordracht en de
meisjes maakten vlijtig aanteekeningen.
Zoo nu en dan vroeg hij zijn leerlingen,
evenals bij het onderwijs in de school. Het
wilde mij toeschijnen, dat de leerlingen op
de hoogte waren en belangstelling hadden.
Behalve deze heele schoolklassen zag
ik een menigte jongens, gewapend met pen
en aanteekenboek, die zich afzonderlijk in
de een of andere schilderij verdiepten en
hun indrukken opteekenden. „We moeten
thuis een opstel maken over een of ander
schilderij, dat we mooi vinden; liefst over
een historisch portret", zei één van hen
toen ik hem vroeg. Wij stonden voor Goya's
„Don Carlos" die louter ook en mond is:
„Is het deze schilderij, die jij mooi vindt?"
vroeg ik den jongen. „Ja", antwoordde de
jongen slagvaardig „want als ik hem aan
zie ziet hij ook mij aan". Het was duidelijk
dat er in de scholen van Madrid metho
disch onderwijs wordt gegeven in kunstge
schiedenis, zooals wij het bij ons te lande
niet kennen. Deze jonge menschen verstaan
blijkbaar beter dan de onze de bezielende
taal van de kunst. Zij hadden reeds een
bepaalde persoonlijke positie ingenomen
tegenover de kunst, zij hadden een uitge
sproken smaak; sommigen hadden reeds
hun favorieten; zoo nu en dan hadden zij
zelfs onder elkander hun kleine esthetische
twistgesprekken, haast als professoren
in de kunstgeschiedenis.
Naast mij liep een 9tudent uit Stockholm,
voor wien het Pradomuseum, één der
rijkste kunstverzamelingen der wereld,
klaarblijkelijk niet dezelfde boodschap had
als voor de jeugd van Madrid Hij had
twaalf jaar op de schoolbanken gezeten,
maar men had hem niet geleerd schilde
rijen te bezien en te luisteren naar de pre
diking van de kunst. Vergelijkingen en veel
andere geleerdheid, waaraan hij jaren lang
zijn tijd en zijn belangstelling had gewijd,
waren hem nu niet van nut. In deze uren
scheen hij armer dan die Spaansche jon
gen en meisjes, die met open oogen door
de zalen liepen, genietend van al deze
schoonheid en rijkdom. Ik dacht bij mij
zelf, dat deze impulsie9, die den geest vor
men, nog lang bij deze jonge menschen
zullen voortleven, wanneer bij de onze
iogarilhmen eq^driehoeksmeting reeds lang
spoorloos verdwenen zullen zijn.
Hier zou misschien iets zijn, dat we bij
ons van Spanje leeren kunnen.
DE „RECHTSCHE OPPOSITIE".
(Nadruk verboden).
Toen verieden jaar Sta'.in niet behulp van
Kykof en Kalinin den leider der z.g. „link-
scne"-oppositie, TrotzJri, met al zijn voor
standers (Zinofjef, Kamenef enz.) ten val
heelt gebracht en naar ver afgelegen stre
ken verbannen, gelooide men algemeen in
het buitenland, dat Stalin voorgoed de op
positie den kop had weten in te drukken
en dat voortaan niets zyn heerschappij zou
bedreigen. Wij hebben toen reeds er op ge
wezen, dat deze opvatting volkomen onge.
grond was em slechts van de geringe kennis
der Russische toestanden getuigde, dat nu
de „linksche" oppositie ten val was ge
bracht, binnen het jaar de „rechtsche" oppo
sitie bet hooid zou opsteken. Onze voorspel
ling baseerde zich op de onderlinge verhou
dingen in de regeerende party en de tegen-
slrydige belangen van Sta.in en zijn nieuwe
bonögenooten, Rykof en Kalinin.
Wat gebeuren moest is dan ook gebeurd.
Stalin trad kort geleden op een vergadering
van de Moskousche organisatie met een felle
aanklacht tegen de „rechtsche oppositie" op,
waarna in Rusland e-en hevige strijd ontbrand,
de tusschen den dictator en deze oppositie,
die door Rykof (den „minister-president") en
Kaiinin (den „president", dus het nominale
staatshoofd) van de Sovjet-Unie aangevoerd
werd. Kalinin beeft Stalin geantwoord in een
vinnig en sluw opgesteld artikel in de„Fraw-
ria" (dat artikel werd, natuurlijk, niet door
Kahnin, een weinig ontwikkeld man, maar
door een der intellectueele leiders van de
oppositie opgesteld) en het scheen, dat de
worsteling dramatische vormen zou aanne.
men.
In het buitenland hebben velen reeds ge
hoopt het dramatische schouwspel van de ont
knooping van het Russische drama binnenkort
te zullen aanschouwen. Deze verwachtingen
wero'en, oogenschynlyk, gevoed door het feit,
dat de botsing plaats vond tusschen de opper
ste regeeringsorganen (Rykof is het aoofd
van den Raad der Volkscommissarissen, du3
van de Unio-regeering, terwyl Kalinin voor
zitter van het Centrale Uitvoerende Comité
der Sovjet-Unie is, zoodat bjj de Westerlin
gen, die de Russische toestanden niet ken
nen, de indruk moest gewekt worden, dat ueze
twee mannen de staatsmacht in bun handen
hadden) en het Politbureau, de opperste
instelling van de bolsjewistische party (Sta
lin is de feitelijke meester in de party).
Geer, Westerling kwam het vanzelfsprekend
voor ,dat onder dergelijke omstandigheden
de zaak van Stalin verloren was, dat de
dictator (die officieel geen enkele staats
functie vervult) voorgoed onschadelijk zou
I gemaakt worden. Dat komt echter doordat
men in het Westen nog niet voldoende van
de gedachte doordrongen is, dat dezelfde
woorden |i het Westen en in Rusland lang
niet dezelfde beteekenis hebben. De „re.
goering" de „uitvoerende macht" enz., zijn
in Sovjet-Rusland lang niet die machtige
instellingen als men in het Westen, afgaan,
de op de namen, dankt De „Raad van
Volkscommissarissen" en het „Centrale Uit
voerende Comité" zijn in de practijk onder,
geschikte instellingen, die slechts datgeua
kunnen doen, wat het Politbureau beveelt
Het is in de Sovjet-Unie nog nooit voorga
komen, dat de „regeering" en de „Execu-
taeve" iets durfden te doen, wat niet door het
Politbureau goedgekeurd werd. Theoretisch
is dat natuurlyk, uiet buitengesloten, maar
het Politbureau bezit de macht elk beschik
king van deze twee „opperste instellingen"
van de Unie te annuleeren, indien het
tegen do uitvoering er van is. Er waren dan
ock gevallen, dat het Politbureau reeds dcor
de regeering goedgekeurde besluiten annu.
leerde; het Politbureau heelt zelfs herhaalde,
lyk overeenkomsten van het volksoommis.
6ariaat met buitenlandsche mogendheden ga.
annuleerd en Tsjitsjerin moest zich in boch.
ten wringen om zyn gedrag (het annuleeren
van een door zijn gevolmachtigden uit zyn
naam en op zyn bevel geteekende overeen,
komstj voor de tegenpartij eenigszins te reoht.
vaardigen.
In het buitenland, waar men de Russische
toestanden niet kent, werd in zulke gevallen
over de „onstandvastigheid van Tsjitsjerin"
over zyn „kuren" gesproken en de volks,
commissaris van buitenlandsche zaken, een
trekpop in de handen van Stalin, moest zich
al die verwijten laten welgevallen. Wat moest
hij overigens; doen? Hy kon toch niet aan ds
buitenwereld vertellen, dat hij in het geheel
geen macht bezit, dat alles van het Politbu
reau en van Stalin afhing! StaliD is toch int.
mars een „ambteloos burger", de „secreta.
ris-generaal" van de party en niets meert
Deze macht van het Politbureau werd overi.
gens door de bolsjewistische farty openlyk tp.
kend en indien de buitenlandsche journalis
ten en staatslieden zich de moeite hadden ge.
geven, de verslagen van de congressen der
regeerende partij door te lezen, dan had-
den zy een veel beteren kijk op de Russische
toestanden gekregen, dan nn het geval is.
De strjjd tussohen de groep Kalinin—
Rykof en den dictator moet dus niet als een
botsoig tusschen de regeeringsorganen en de
partyleiding beschouwd worden, maar als een
botsing tusschen de groepen binnen de p3T.
ty. Het feit, dat de oppositie-mannen zulke
belangrijke staatsambten bekleeden, heeft
daarby niet de minste beteekenis. Onder der.
gelijke omstandigheden is het begrijpelijk,
dat de oppositie het verliezen moest, omdat
Stalin de partij volkomen beheerscht. Stalin
zal ook deze oppositie verpletteren. Dat heb-
ben ook de leiders, Rykof en Kalinin, inga.
zien en daarom hebben zy zich ontbonden
van de voortzetting van den strijd en na het
artikel van Kalinin werd de strijd afgebro-
ken. Dat was het verstandigste, wat de op.
positiemannen konden doen, omdat daardoor
de felle redevoering van Stalin en zijn mis-
baar en dreigementen eenigszins belachelijk
zijn geworden. De leiders hebban zicb terug-
gelrokken en in de oogen van het geheels
land heeft het geval den vorm van een heli
gen aanval van Stalin tegen den volkomen
onbekenden Rjoetin gekregen, een man,
in wiens opvattingen geen sterveling eenig
belang stelt. Rykof heeft dus besloten Stalin
belachelijk te maken, hetgeen deze laatsta
hem nooit zal vergeven (Stalin is haatdra
gend).
Lenin heeft eens, toen een zijner „jongs-
ren" hem er op attent maakte, dat de „mens-
jewiki" (da sociaal-democraten) volkomen ge
lijk hadden en dat hun critiek gerechtvaar
digd was ,het volgende gezegd: „Wy zullen
de mensjewiki in de gevangenissen blyvan
houden ,maar hun nuttige voorstellen zullen
wy doorvoeren". Stalin heeft deze woorden
van den leeraar goed onthouden en volgt
diens raadgeving op. Telkens na de ver
plettering van een der vele oppositie-groe
pen eigent hy zich het essentieele gedeelte
van het program dier oppositie toe. Zoo heeft
hij verieden jaar na de overwinning op de
linksche oppositie gedaan, zoo zal hij ook nn
doen. Tegelijk met de repressies tegen da
oppositie-mannen, wier leer tot eem vrees»
hjuii ketterij wordt verklaard, een overtre
ding van alle geboden van de onfeilbare leer
van Lenin, worden de eischen van diezelfde
ketters doorgevoerd.
De rechtsche oppositie zal dus verslagen
worden en Sta,in zal de dictatuur behouden.
Dat beteekent echter geenszins, dat Stalin
vocigoed een einde zal kunnen maken 3an
de oppositie-geest in de partij. Staan zal ech
ter telkens weer zijn tegens,anders er onder
welen te krygen om zich daarna nun pro
gram toe te eigenen. Hij kan het des te mak
kelijker doen, wyl hij in het geheel geen
eigen program heeft, noch een rechtsch, noch
een linksch. Het eenige, waarnaar hy ver
langt ,is de macht te behouden; de belan
gen van het uitgestrekte land, dat zich in zij»
macht bevindt, laten hem, een Georgiër, vol
komen koud
Om Stalin ten val te brengen zouden sjjn
tegenstanders op elementen steunen, die bui
ten de partij staan, dus op tegenstanders vaa
de bolsjewiki en van het regime. Dat is 0'
eenige mogelijkheid om een einde te ma
ken aan de dictatuur van den ruwen en on
wetenden Georgiër. Zyn tegenstanders staan
echter zelf op het standpunt, dat de dicta-
tuui van de communistische partjj gehand-
baafo moet worden. Zy hebben er overig®3
aiie belang by, want het einde van' de dic-
tatuur van het Politbureau zou tegelijkertijd
het einde van hun eigen heerschappij
Andere partyen zouden dam de macht O