69ste Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 20 Juni 1928
Tweede Blad No. 20940
P
BINNENLAND.
De Wegenwet.
DE OCEAANVLIEGERS KOEHL, VON
HilNEFELD EN FITZMAURICE zijn peT
a.s. Columbus" naar Duitschland terug
gekeerd. De aankomst in het vaderland,
waar hun 'n warme ontvangst bereid werd.
DINSDAGMIDDAG WERD TE BILTHOVEN de „Dr. H. W. Melcior-bank" door de HENRI BRONDGEEST, de eminente too- VAN LUIK NAAR KAAPSTAD. Twee 10 p aards F. N.-automobielen maken een tocht
neelspeler, o.a. uit „Dolle Hana", di« te Van Luik naar Kaapstad. De zware reis is reeds zóóver gevorderd, dat de reizigers de
oommissie aan het Gemeentebestuur overgedragen. Weltevreden is overleden, Sahara achter den rug hebben. Vóór de auto's de deelneemers, v. 1. n. r.: Clocquetj
Lt. Fabry; Lt. Lamarche; Li Carton de Wiari
een ontwerp tot aanvulling van
leemten in het huidige stelsel.
Een wetsontwerp is bg de Tweede Kamer
Ingediend tot vaststelling van voorschriften
omtrent openbare wegen.
De strekking van dit wetsontwerp is niet
bljjkens de toelichting om in beginsel
met de bestaande regeling te breken. Waar
het huidige stelsel van decentralisatie een
bevredigende regeling bracht, bestaat geen
grond om daarvoor in de plaats te stellen
één alles omvattende regeling btj de wei
Op menig ander punt intusschen bestaat
thans in het wegenrecht leemte of onzeker
heid. Zoo ontbreken de noodige wettelijke
voorschriften, die het ontstaan en te niet
gaan van de openbaarheid der wegen be-
heerschen. Welke gevolgen de openbaarheid
medebrengt voor dengene, die krachtens
privaatrecht rechthebbende op den weg is,
m na onzeker. In de gevallen, waarin de
omstandigheid, dat de onderhoudsplicht van
don openbaren weg bjj een particulier be-
fust, aan de verbeteringen in den weg blijkt
t« staan, is de overheid aangewezen op
het treilen van een schikking met do onder
houdsplichtigen, ten ware zq er van wil
afzien hem aan de nakoming van zjjn onder
houdsplicht te houden. Tot afkoop dwingen
ka zij den onderhoudplichtige niet. De
kracht van de leggers van openbare wegen
mist thans den onontbeerljjken wettelijken
grondslag. De materie der tolheffing behoeft
noodzakelgk wijziging om te komen tot ge
leidelijke afschaffing van tollen. In de
praktijk bleek de wenscheljjkheid van een
weinig omslachtige regeling, teneinde te
geraken tot onteigening van openbare we
gen zélve en van den grond, benoodigd
voor den aanleg en de verbetering van die
wegen.
Zonder onnoodig ingrijpen in het bestaande
moet de wetgever de leemten aanvullen. Het
stelsel der voorgestelde regeling is daarmede
gekenschetst.
Reeds igeruimen tijd verzet Zich de open
bare méening tegen de wegtollen, die thans
hindernissen vormen, welke niet te onder
schatten bezwaren opleveren voor het vrucht-
vervoer, zoowel als voor het toerisme.
Alle bestaande tollen echter terstond te
doen vervallen is noch mogelijk nocht ge-
wenscht. Immers indien zulks zonder ver
goeding van schade zou geschieden, zou
daarmee groote onbillijkheid plaats hebben,
en, zou het tegen schadeloosstelling moeten
geschieden, zoo zouden daarvoor ni6t eens
de middelen kunnen worden gevonden.
Echter betoogt het ontwerp wel te be
vorderen, dat de tollen geleidelijk tot het
verleden zullen gaan behooren.
Immers vooreerst bepaalt het, dat geen
tolheffingen van kracht zijn dan die, welke
vóór de indiening van het voorstel tot deze
wet zijn ingesteld. Daarmede is reeds aan
de voortwoekering van het euvel paal en
perk gesteld. Voorts wordt een regeling
met betrekking tot de opheffingen van die
tolheffingen worden voorgesteld, die niet
reeds uit eenigen hoofde kunnen worden
voorgesteld. Kunnen zij dit wel, dan is hun
bestaan in handen van het administratief
gezag, dat reeds omtrent de wensoheljjk-
heid van hun afschaffing of voorloopiga
instandhouding zal kunnen beslissen.
De niet opzegbare tolheffingen zullen bij
Kon. besluit, provinciale verordening of ge
meenteverordening onder goedkeuring van
de Kroon vervallen kunnen worden verklaard
tegen schadeloosstelling, door den rechter
te bepalen.
Wanneer een besluit tot vervallenverkla
ring van een tolheffing wordt genomen,
wordt tevens het onderhoud van den weg,
waarop de tol werd geheven, onderscheiden
lijk ten laste van het Rijk, de provincie
of de gemeente gebracht. Komt de thans
voorgestelde regeling tot stand, dan is het
vraagstuk van de afschaffing der tollen tot
een eenvoudige financieele kwestie herleid,
n.L: wie zal de kosten voor afkoop dragen?
Omtrent dit laatste schijnt het vastleggen
van bepaalde regelen niet aangewezen. Het
is niet in ieder geval van te voren te zeggen
wie bij een bepaalden weg een zoodanig
belang heeft, dat hij billijkheidshalve de
kosten van afkoop zal moeten dragen. Vol
staan kan worden met aan de corporatie,
die met betrekking tot het onderhoud moet
kunnen worden geacht in de plaats te kannen
treden van een tolgemachtigde, een weinig
omslachtig middel aan de hand te doen om
de tollen te doen vervallen. De schadeloos
stelling zal veelal niet zoo groot behoeven
te zijn, in aanmerking genomen, dat den
onderhoudplichtigen tolheffer een uitkeering
in verband mét de bevrijding van 'dan
onderhoudsplicht kan worden opgelegd.
In enkele gevallen zullen zich moeilijk-
heden voordoen, namelijk daar, waar hooge
tolopbrengsten worden genoten. Doch het
schijnt aangewezen, dat de publieke lichamen
alsdan trachten elkaar de hand te reiken.
Ook uit de opbrengst van de Wegenbelasting
zaï' bijgedragen kunnen worden.
De datum van inwerkingtreding dezer wet
zaï bij Kon. besluit worden bepaald.
BIJ DEN ZEVENTIGSTEN VERJAARDAG
VAN Br. FOCK.
Een feestmaaltijd te Scheveningen.
Zeer groote belangstelling.
Hel uitvoerend comité voor de huldiging
van mr. Fock heeft hem gisteravond in het
Palaca-Hotel te Scheveningen een feest
maaltijd aangeboden. Met den jarige, diens
echtgenoote en familieleden zaten aan dezen
maaltijd aan: de Minister van Waterstaat
mr. H. van der Vegte, de leden van het
Eerecomité, de Minister van Koloniën, dr.
J. C Koningsberger, de voorzitter van de
Tweede Kamer, jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de
Beerenbrouck, de burgemeester van 's-Gra-
venhage, mr. J. A. N. Patijn, de oud-minis
ter van Waterstaat dr. C. Lely, het lid der
Tweede Kamer dr. J. Th de Visser, hel oud
lid dier Kamer dr. J. IJzerman, de Commis
saris der Koningin in Zuid-Holland jhr. mr.
dr, H, A. van Karnebeek, en het lid der
Tweede Kamer prof. dr. A. van Gijn (mr.
Rink, lid der Eerste Kamer, eveneens lid
van het Eerecomité, was door ongesteld
heid verhinderd aanwezig te zijn); voorts
de leden van het Uitvoerend Comité: de
heeren S. van den Bergh Jr., lid der Eerste
Kamer, mr. J .J. van Bolhuis, mr. A. C.
Crena de Jongh, lid van Gedep. Staten van
Zuid-Holland, mr. P. Droogleever Fortuyn,
lid van de Tweede Kamer, A. S. J. Fer-
nandes, D. Hans, J. B. van der Houwen van
Oordt, A. J. Lievegoed, prof. dr. E. Moresco,
A. Roodhuyzen, oud-lid der Tweede Kamer,
mr. C. P. van Wijngaarden, mevrouw. W,
Wijnaendts FranckenDijserinck. A. Inge-
noul Jr., P. J. Reijmer, lid van de Alge-
meene Rekenkamer, mr. G. A. Boon, lid van
de Tweede Kamer, P. J. de Kanter, oud-lid
van de Tweede Kamer, dr. E. J. Beumer,
lid van de Tweede Kamer, mr. A. v. Rijcke-
vorsel, lid van de Tweede Kamer. Van de
familieleden en genoodigden van mr. Fock
waren aanwezig de gep. vice-admiraaj C,
Fock en echtgenoote, de heer J. J. DoUeg-
nies en echtgenoote, mr. J. J. Fock en echt
genoote, de oud-minister van Kolonién de
heer S. de Graaft, mevrouw de weduwe A.
J J. TellegenFock en de majoor der ca
valerie, de heer A. Diemont.
De tafel werd gepresideerd door den heer
Roodhuyzen.
Verscheidene sprekers hebben tijdens den
maaltijd het woord gevoerd.
De minister van Koloniën, dr.Koningsber-
ger, wijdde in het bijzonder een woord aan
de laatste fase in de verloopen 70 jaren
van den jubilaris, het gouverneur-generaal-
„MISS LINDBERGH." De aviatrioe Earhart is er in
geslaagd, als eerste vrouw den Ooeaan over te
vliegen met haar vliegtuig „Friendship". Het enthou
siasme in Amerika laat zich denken.
WAAR HET MEEST GELEZEN WERELDNIEUWS
VANDAAN KOMT: de radio-cabine van de „Citta
di Milano", waar men thans in voortdurend
contact is met den met inspanning van alle men-
sohelijke krachten gezochten Generaal Nobile.
HET NIEUWE VE1ER WILLEMSDORP—MOERDIJK werd door den minister van Water- VAN DONGEN, de eenige Hollander, die EEN EEUWENOUD CHINEESCH GE-
staat, in tegenwoordigheid van enkele genoodigden en ambtenaren van den Rijks- deelneemt aan het reddingswerk van Nobile Hemekche'Rijk' ffie^biriten'china «tèrft^in
waterstaat officieel geopend. Na aankomst van het veer te Moerdijk knipt de Comm- Hij is verbonden aan de Holland—Spits- zjjn geboortegrond wordt begrsven. Doo
ier Koningin, Baron van Voorst tot Voorst het lint door. bergen Cy. dentransporten, meest van Amerika uit,
zijn dan ook iet* heel gewoons.