Verslag van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland te Leiden over 1927 SPLENDICOL 69sle Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 13 Juni 1928 Derde Blad No. 20934 Laaf je (f Lijmen FEUILLETON. HET MYSTERIE VAN BELVOIR-MANSIONS. Aan het uitvoerig verslag der Kamer dat joo juist js verschenen, ontleenen wij het fcet volgende: De begrooting sluit met een bedrag van 1.20647.44-; de rekening der inkomsten en uitgaven geeft een batig saldo van f. 1725 31. Door het Bureau is besloten aan de Ea rner voor te stellen, dat het batig saldo ad 11725.31 een bedrag van f. 1294.70 af te ?:hrijven op de installatiekosten nieuw ge bouw. Evenals vorige jaren waren de be moeiingen der Kamer vele en van velerlei aard. Zij betroffen o a. autobusconcessies, tele foonzaken, de PostvLiegdienst, den weg uast de Haarlemmertrekvaart, de Koude- ii?rksche brug, de nieuwe sluis te Gouda, een spoorweg AlphenGouda, de ophoo- n.ng van gras- en rietlanden in de Nieuw- i'oopsche plassen, de export van Boeren I/dsche kaas, enz., enz. De werkzaamheden terzake van het Han delsregister over het jaar 1927 waren niet gering. In 1927 werden in het Handelsregister 267 zaken ingeschreven, waardoor het aan- ingeschrevenen, hetwelk op 1 Januari 1P27 4297 bedroeg, op 31 December 1927 vis opgevoerd tot 4561. Het aantal nieuw ingeschrevenen over 3026 bedroeg 141. In het district der Kamer kwamen in 1927 voor 22 faillissementen (in 1926: 19), in Leiden regp. 12 en 13. Op 14 April 1927 werden de Kamers van Koophandel in kennis gesteld dat de Minis ter van Arbeid, Handel en Nijverheid voor nemens was belangrijke wijzigingen aan te brengen in de wijze waarop de opgaven voor het Handelsregister zouden moeten vorden gedaan. Het aantal afgegeven certificaten van oorsprong over 1927: 392. Het aantal legalisaties van handteeke- Dingen over 1927 64. Toestand van Handel en Nijverheid. Thans volgen de berichten van de zijde ran Handel en Nijverheid aan onze Kamer jezonden. Bankwezen. Wat den geld- en efTectcnhandel betreft Wordt het volgende gemeld: Het jaar 1927 kenmerkt zich voor den geld- en effectenhandel niet door omstan- bden. welke het bedrijf der leden van de Vpreeniging voor den Leidschen Geld- en Effectenhandel in het algemeen of onder delen ervan in bijzondere mate beïnvloed lebben, zoodat de resultaten in hun geheel r et van beteekenis zullen afwijken van die o-er 1926, Bloembol! enbedrijf. Voor het bloembollen vak was 1927 "ederom bevredigend. Ook in het afgeloo- n jaar werd ongeveer hetzelfde bedrag in ildens, als in 1926, aan bloembollen ge deerd. De exportprijzen hebben zich 'hter in het afgeloopen jaar niet kunnen ndhaven, doordat om dezelfde waarde te tonnen exporteeren, men in aantal kilo- t-iranien pl. m. 15 pet. meer heeft moeten inzenden. In het algemeen kan worden aangenomen, tat de verkoopsprijs van fulpen en narcis sul gemiddeld van 15 tot 30 pet. lager was RECLAME. Voor Allen die Sukkelen met Verstopping of moeilijken, tragen en Onregelmatigen Stoelgang zijn Mijnhardt's Laxeertabletten ^misbaar. Werken vlug zonder kramp of Pin. Bij Apothekers en Drogisten. Doos 60 ct. 1446 dan in het vorig jaar; vooral de in de laatste jaren zoo belangrijke darwintulpen zijn sterk in prijs gedaald. De snelle vermeerde ring van deze tulpen heeft tot een overpro ductie geleid, die, indien de bollen niet nog sneller worden vernietigd, zeker nog gedu rende vele jaren zal blijven beslaan. Ook dit jaar werd wederom getracht te komen tot een overeenkomst tot stelselma tige vernietiging, eveneens echter met nega tief resultaat. Niettemin zijn er groote hoeveelheden dezer soort bloembollen aan de kweekerij onttrokken, doordat deze verkocht werden als veevoeder. In het afgeloopen jaar zijn meerdere re laties aangeknoopt met Japan. Dit land biedt zeer vele mogelijkheden voor den bollen- handel. Een moeilijkheid is echter de orga nisatie van den verkoop aldaar en de rege ling der betalingen. De export van narcissen op „special per mit" naar Amerika was weder van flinke beteekenis, sommige soorten werden zelfs zeer graag verkocht. Verschillende firma's uit het district der Kamer hebben een kweekerij in Amerika opgezet, waarvoor heel wat plantgoed noo- dig was. Het optreden van Frankrijk tegen het Amerikaansch invoerverbod speciaal ten gunste van Fransche narcissen, beïnvloedde de vrije invoerraogelijkheid in Amerika van de Hollandsche narcissen eveneens gunstig. De hyacinthen-prijzen hebben in het af geloopen jaar het hoogste niveau bereikt. Vermoed wordt, dat, waar algemeen geacht wordt dat de ziektetoestand beterende is, men in de naaste toekomst weder naar nor male prijzen zal terugkeeren. Door den han del wordt dit ail® zeer wenschelijk uitgespro ken, daar bij de tihans geldende prijzen ge vreesd wordt, dat hel moeilijk zal blijven de afzetmogelijkheid van denzelfden omvang te houden. De gunstige conjunctuur van den laatsten tijd is waarschijnlijk oorzaak, dat men met alle mogelijke middelen getracht heeft om de cultuur intensiever le maken. Eloemkweekerij. Daar de Rivièra-culturen in den voor- winter veel hebben geleden van regen, ha gel en vorst, waren de snijbloemen over het algemeen duur, terwijl de prijzen in het voorjaar bevredigend en in den zomer naar omstandigheden redelijk waren. De chry- sanfencultuur was weinig loonend, de tul- pentrekkerij in het najaar beier dan in het voorjaar, behalve voor Darwins, waarvan overproductie bestond. Bloemenhandel. Tn Rijnsburg en omgeving was de kwee kerij van snijbloemen over het algemeen minder gunstig. Vooral dahlia's en chrysan ten moesten tegen lage prijzen van de hand worden gedaan. Met het forceeren van tulpen enz. boekte men hier zeer gunslige resultaten en kon een zeer sterke uitbreiding in dit vak t© Rijnsburg en omgeving worden geeonsta- teerd. Deze uitbreiding vervult velen met vrees. De nieuwe rozen-cultuur, waarmede te Rijnsburg ongeveer 20 kweekers zijn be gonnen, heeft een gunstig aspect, hetgeen waarschijnlijk mede toegeschreven moet worden aan de omstandigheden, dat de hier gekweekte rozen van uitstekende kwali teit zijn. Boomkwekerij. Aan den export van boorakweekerij- artikelen. welke in 1927 iets minder was dan in 1926, werden door verhooging van invoerrechten en Dieuwe of verscherp'e be palingen ten aanzien van de inspectie op plantenziekten en schadelijke insecten weer verschillende moeilijkheden in den weg ge legd. De afzet naar Engeland, onzen voor- naamsfen afnemer, nam weer iets toe. doch op 1 Jan. 1927 trad het invoerverbod van iepen (wegens ziekte) in werking. De noor delijke landen zijn nog altijd afnemers van beteekenis; vooral Zweden en Denemarken, minder Noorwegen wegens den economi- 9chen toestand en de verhooging van in voerrechten sinds 1 Juli 1927. Naar Duilsch- land neemt do uitvoer, ondanks de geleide lijke verbetering van zijn economische po sitie, geregeld af ten gevolge van de hooge invoerrechten. Zwitserland nam niet meer dan in 1926, evenzoo in Tsjecho-Slowakije. Hongarije heeft geknopte. Oostenrijk bladhoudende ar tikelen belast, doch beide namen slechts weinig, evenals België, Frankrijk en Spanje. In Canada verminderde de vraag ten ge volge van den economischen toestand. De toestand van exporteur en gezeten kweeker was bevredigend. Verschillende ar tikelen van meerjarigen kweekduur zijn sohaarsch en daardoor hoog in prijs. Vaste planten en struikheesters zijn ruim. Gedu- rendo den winter ondervonden vooral di verse bladhoudende gewassen vorstschade. De landprijzen zijn nog stijgende. Bouwm aterialen. a. Baksteen. In de Rijnsleen-industrie is de toestand tamelijk stationair. De straat klinkers ondervinden groote concurrentie van de basaltinetegcls, de kalkzandsteen en de Belgische steen Een ernstig nadeel is het slerk verminderde gebruik van klinkers als straatbedekking. De metselsteen kon alleen tegen lage prij zen worden van de hand gedaan. De export van onverglaasde metselsteen en klinkers nam belangrijk toe. Dit jaar werden 40 000.000 K.G. meer uitgevoerd dan in 1926 b. Kalkzandsteen. In de kalkzandsteenfa brieken was de toestand in 1927 nog slech ter dan die in 1926. De geweldige concur rentie. welke deze tak van bedrijf onder vindt van den invoer van de zoo goedkoop© Belgische baksteen, was oorzaak, dat som mige fabrieken in ons district af en toe óf op halve kracht óf in het geheel niet werk ten. c. Dakpannen. In de Dakpannen- industrie werd de productie vrij vlot opge nomen. d. Beton. Al3 gevolg der moordende concurrentie, vooral bij publieke aanbeste dingen, waarbij door aannemers vaak wordt ingeschreven tot prijzen, welke het den goed geoutilleerden beton-maalschappijen onmogelijk maken werken aan te nemen, kenmerkte het jaar 1927 zich door een bijzondere slapte. De wenscheüjkheid werd uitgesproken, dat de uitschakeling der borg stelling algemeene toepassing vindt, opdat daardoor eenige verbetering in den toestand verkregen worde. Alleen tot de scherpste prijzen, welke winst vrijwel uitsluiten, is het mogelijk werken aan te nemen. Wat de fabricage van betonwaren betreft is het alleen bij voldoende bedrjjfsdrakfce mogelijk tot dekking der algemeene onkos ten te komen en het is van bijzonder belang, dat gedurende de zomermaanden verlenging van den wettelijken arbeidstijd wordt toe gestaan. e. Basaltinetegels. In de basaltine- tegels is het hoofdzakelijk de overproductie, welke den toestand over 1927 zeer on gunstig heeft beïnvloed. f. Schelpkalk. Het jaar 1927 kan helaas voor de schelpkalkbranderijen niet als gunstig jaar beschouwd worden: de om zet van het artikel bleef niet onaanzienlijk beneden die van het jaar 1926. Deze terug gang dient in hoofdzaak te worden toe geschreven aan den toenemende® import van concurreerende buitenlandsche kalksoorten voornamelijk zijn dit Belgische producten, die door de economische toestanden in dat land, tegen dikwijls zeer lage prjjzen over onze grenzen kwamen. Waar onze Belgische collega's ons land gebruiken als afzetgebied voor hun overproductie, waren de prijzen meerdere malen zeer laag gesteld. Een tweede factor is het bijzonder lage prijsniveau van het artikel cement: de Duit- scho en Belgische ceraentproducten hebben ons land gekozen als een terrein, waarop zij vermeerdering van omzet kunnen ver krijgen. Het is niet onmogelijk, dat door de reeds lang verwachte stijging der cementprijzen een voor dit artikel gunstiger prijsverhou ding zal ontstaan. Wij hebben daarin ver trouwen, omdat ook de prijs van schelpkalk lager gesteld werd met ingang van 1 Jan. j.l. Wanneer daarnaast ook eenige stijging zou komen in de noteering der Belgische kalksoorten, waardoor deze valuta-concur- rentie in kracht zou afnemen, dan zal 192S kunnen brengen het eene noodige: meer deren omzet. Helaas moet nog dikwijls worden gecon stateerd, dat door het luttele prijsverschil het buitenlandsche product verkozen wordt boven het zoo bij uitstek nationale product. Krachtige propaganda wordt gevoerd cm de goede kwaliteiten van ons product onder de aandacht te brengen. g. Schelpenvervoer. Gedurende 1927 werden uit de schelpgaten langs Rijnlana's Uitwateringskanaal pl.m. 22.00J LI 3. schel pen vervoerd, tegen pl.m. 1S.OOO M3. in 1926. Ook dit jaar werden zoo goed als geen schelpen rechtstreeks van de erven der schelpvisschers afgeleverd. h. Houthandel. Het afgeloopen jaar bracht voor den Houthandel geen verbe tering. De buitenlandsche markt, waarop men voor dit product is aangewezen, bleef ge durende de eerste negen maanden zeer vast. Allerwege bleef de concurrentie onge ëvenaard. Wat het afzetgebied betreft, bleef van invloed de gedrukte toestand in het land bouwbedrijf. In de streken met tuinderij en kweekerij was de afzet evenals het vorige jaar bevredigend. Dc eerste en laatste maanden van het jaar kenmerkten zich nu door een soort sei zoen-drukte, terwijl de zomermaanden slap te noemen waren. De betalingen lieten ook over 1927 veel te wenschen over. De vooruitzichten voor het komende jaar zijn weinig moedgevend, vooral daar do buitenlandsche markt verzwakking vertoont, wat het vertrouwen nog meer ondermijnt. Drukkerijbedrijf. a. Drukkerijen. Over het algemeen ver schillen de bedrijfsresultaten niet veel van dia van het vorige jaar. Ook in 1927 werd ernstige buitenlandsche concurrentie ondervonden, vooral wat betreft orders waarbij portokosten een rol spelen. De export wordt bemoeilijkt door maat regelen, welke in het buitenland worden genomen om eigen industrie te beschermen. Zoo eischt Engeland, dat op alle Holland sche drukwerk wordt vermeld „printed in Holland". Deze bepaling deed een der groot ste drukkerijen in ons district een aan vankelijk gegeven order van 4000 Pond verliezen. b. Uitgeverijen. De resultaten over het jaar 1927 zijn niet schitterend te noemen. De koopkracht van bet publiek is slechts in geringe mate toegenomen. Dank zjj den verlaagden tarieven voor drukwerk, zal de toestand in 1928 wellicht iets hoopvoller zijn. c. Boekbinderijen. De toestand in dit bedrijf was zeer middelmatig en kwam vrij wel overeen met dien van het vorige jaar. De verwachtingen voor 1928 zjjn niet hoog gespannen. Lederwaren industrie. De toestand gedurende 1927 was niet ongunstig. De omzetten waren iets grooter en de prijzen liepen omhoog. Meelfabrieken en Meelhandel. Meelhandel. Van de zjjde van den meelhandel ontving de Kamer de volgende mededeelingen: De algemeene toestand was niet onbe vredigend. De handel ondervond geen ern stige belemmeringen. In onze zaken werd een zekere stabiliteit verkregen. Mede dank z\i de prijsdaling der grondstoffen trad ge leidelijk in den toestand der bakkerij eenige RECLAME. 1414 verbetering in. De zoo gewenschte bedrijfs zekerheid werd echter niet verkregen. He; opkomen van verschillende kleine bedrijven voerde telkens weer tot concurrentiestrijd, die in zjjn gevolgen voor vele bakkers nieuwe moeilijkheden medebrengt. In tegenstelling met voorafgaande jaren toen een heftige beweging met scherpi fluctuaties de tarwe- en meelmarkt ken merkte, was dit jaar het verloop vrij kalm Ook nu echter ontbrak het ten eenenraah aan een reëele basis en speelde de speculate een voorname rol. De verkregen resuliatei stellen ons niet teleur. Voor de toekom* zijn wij met goede hoop en moed bezield, Metaalnijverheid. Bü de Kon. Ned. Grofsmederij onder scheidde zich de algemeene toestand weiniL van dien over het jaar 1926. Id de afdeelingen Scheeps- en Machine was het werk zeer schaarsch en kon me; betrekkelijk weinig orders boeken en dai nog alleen tegen min of meer verliesgevend, prijzen.- Ketelmakerij, Gieterij en Constructie werkplaats maakten eveneens een zeer moei lijken tjjd door. De afdeelingen Grofsmederij en Ketting- fabriek waren echter gedurende het geheek- jaar goed van werk voorzien en hoewel hiei do buitenlandsche concurrentie ernstig were gevoeld, zijn de resultaten, voor zoover men die thans kan overzien, niet onbevredigend. J>e vooruitzichten voor 1928 laten zich iets gunstiger aanzien. Bij de N. V. Scheepsbouw- en Reparatie- werf „De Hoop" voorheen Gebrs. Boot ken merkte het afgeloopen jaar zich door flinke bedrijvigheid. De meeste orders konden echter slechts worden bekomen door op de te bouwen schepen vrij groote bedragen als hypotheek te verstrekken, terwijl bovendien nog maar al te dikwijls oude schepen moesten worden overgenomen. De Noord zeevisscherjj, die de financieele moeilijkheden van de laatste jaren nog niet te boven is, gaf zeer weinig werk, alleen werden eenige zeilloggers tot motorloggers omgebouwd. Dit bedrijf blijft bij voortduring de groote behofte gevoelen aan een betere verkeers- geiegenheid te water; de bestaande sluizen en bruggen met de te nauwe doorvaart^ wijdten waren oorzaak, dat voor een groot aantal aanvragen moest worden bedankt. In dit verband is het te hopen, dat spoedig de dag aanbreke, waarop ook van de gemeente Leiden getuigd kan worden, dat zij is aangesloten aan groot scheeps vaar water. Ook te Alphen a. d. Rijn waren scheep» bouwwerven met voldoende orders voorzien. Deze orders konden echter slechts worden geboekt tot lage prijzen, welke weinig of geen winst afwierpen. In de afdeeling Scheepsmotorenbouw te Alphen a. d. Rijn heerschte eveneens groote bedrijvigheid; ook hier waren de prijzen, welke bedongen konden worden, speciaal ten gevolge van de buitenlandsche concurrentie, maar matig voldoende. Uit het Engelsch van BEN BOLT. HOOFDSTUK XXin. ftck Singleton volgde zijn vriend naar buitendeur; toen ze deze hadden open maakt, bleven ze eenige oogenblikken ■■^n luisteren en staarden voor zich uit 111 ^n nacht. Bij het vallen van de duister- |ts was een dikke mist over het land gaan ze konden geen hand voor oogon en hoorden geen ander geluid dan het ^Ppelen uit de boomen rondom. «a een paar minuten verbrak Singleton stilte: Hij is weg. We vinden hem hier nooit. *- Neen! Maar nu weten we iets, waar- Ivv We mef onzen gastheer een appeltje te "uulen hebben. Kon mee en houd je pistool tfeed. gingen weer terug naar de eetkamer 'jonden daar mr. Shottelius, die juist een ;'eekbuis neerlegde, welke naast een an- bureau hing. Zijn knap gezicht was a'? een masker en toen hij sprak klonk str-m k0U(] en ongeëmotioneerd. U heeft dus dien dolzinnigen kerel niet '•r kunnen inhalen? Lp Neen, zei Singleton. Het mist sterk, vas onmogelijk hein achterna te gaan. Mist het? Dat maakt alles nog inge wikkelder. Maar ik hoop, dat we dien idioten jongen vinden, dat is van groot be lang. Ik heb juist orders gegeven, dat het land moet worden afgezocht. Singleton hoorde in zijn ooren nog den r.aam klinken, waarmee zijn vriend den vluchteling genoemd had en daardoor was hem over de gebeurtenissen van de laatste drie dagen eenig licht opgegaan, maar daar hij de geheele waarheid wilde weten, vroeg hij kortaf: Waarom is dat van zooveel belang? Shottelius glimlachte vriendelijk. Vraagt u dat liever aan uw vriend, kapitein Singleton, die schijnt een heeleboel van dat jongmensch te weten. Hij keek Tracy vragend aan. Deze hield echter zijn mond en de mil- lionair was genoodzaakt een directe vraag tot hem te richten. Bent u zoo goed bekend met Anthony Berrington, kapitein Tracy? Vroeger heb ik hem wel eenigszins gekend. Hij was tijdens den oorlog bij den vlicgdienst. Ik heb hem één- of tweemaal ontmoet. Hml Dan heeft u misschien gehoord van zijn verdwijning, zullen we maar zeg gen? Neen, antwoordde Tracy. Ik heb in vijf of zes jaren niets meer van hem ge hoord of gezien. Dan weet u ook niet van zijn débacle. Dat was juist toen de oorlog was afgeloo pen; dat jongmensch, dat hier juist het huis uit liep, loopt ieder oogenblik gevaar als deserteur gevangen genomen te worden. Och kon, meneer Shottelius, viel Tracy hem ruw in de rede. Vindt u dat zoo ongelooflijk, kapitein Tracy? Misschien vind u het niet meer zoo ongelooflijk als u vertel dat hij is gevlucht om uit handen van de politie te blijven in verband met een misdaad waarvoor hij ja- renlangen dwangarbeid zou hebben gekre gen als hij gebleven was om de aanklacht af te wachten. Wat heeft hij gedaan? vroeg Single- ton kort. Ik heb liever dat u dit aan zijn zuster vraagt, antwoordde Shottelius langs den neus weg. U mocht eens denken dat mijn mededeelingen niet betrouwbaar zijn. Dus juffrouw Berrington is zijn zus ter? vroeg Singleion streng. Me dunkt dat hoeft u niet te vragen. Juist in verhand met deze familierelatie is jjuffrouw Berrington hier vandaag bij mij geweest. Ze maakt zich bezorgd over dit nog al te wilde jongmensch. dat sedert zijn ver dwijning in zeer twijfelachtig gezelschap is geraakt en misschien zelfs van die geschie denis in Belvoir Mansions meer af weet dan zijn zuster e of e een van ons drieën. Dick Singleton antwoordde niet; in zijn geest verdrongen zich allerlei gedachten, liet was mogelijk, dat er een groote kern van waarheid was in de woorden van Shot telius. Als Nerica iets af wist van het doen en laten van haar broer en het haar bekend was geweest dat deze laatste tegen South well iets in het schild voerde, dan lag daarin de verklaring van haar aanwezigheid in Belvoir Mansions op dien noodlottigen avond. Dan was ze daarheen gegaan of om Southwell te waarschuwen, of om haar broer van de misdaad terug te houden. Hoe zij op de hoogte gekomen was van de zaak die haar naar Belvoir Mansions gevoerd had, daarvan had hij niet het minste ver moeden, maar hij was er zeker van, dat dit de verklaring moest zijn van het feit dat Nerica onschuldig in deze tragische geschie denis betrokken geworden was. Nog vervuld van al deze gedachten die hem bliksemsnel door het hoofd gingen, hoorde hij, dat Shot telius het woord weer tot zijn vriend richtte. Kapitein Tracy, hoe noemde u dien on- gelukkigen jongeman ook weer? Hoorde ik niet. dat u zeide „Baby"? Tracy keek den millionair recht in de oogen en antwoordde: In het Fransch, ja, Bébé. O. zeker de een of andere bijnaam? Ja. Onder dien naam is hij bij zijn boezemvrienden bekend. Shottelius haalde de schouders op. Wat een eigenaardige naam voor een ietwat liederlijke jongeman. Ik ben be nieuwd of uw vriend Southwell hem onder dien naam kende? Het is nog al een krasse veronderstel ling dat zij elkaar ooit zouden hebben ont moet, vind ik, zei Tracy ontwijkend. Zoo. denkt u dat? was het anfwoord. Nu, dan kunt u van mij de verzekering krijgen dat dit wel het geval is. en dal de heer Tony Berrington waarschijnlijk de man is. die uw vriend Southwell het laatst levend gezien heeft. Na deze veelbeleekenende verklaring heerschte er in de kamer een oogenblik diepe stilte, maar toen barste Singleton los: Groote God! wilt u zeggen dat. Beste vriend, viel Shottelius hem snel in de rede. het is niet noodig een vreese- lijk geheim naar alle kanten uit te schreeu wen. Als de muren geen ooren hebben, de dienstboden hebben ze wel. Maar nu zal ik u vertellen voor welke moeilijkheden ik sta. Door een zekere mededeeling die ik dezen middag ontving. Van juffrouw Berrington? Waarom zouden we die onschuldige jonge dame in zoo'n duistere zaak slepen? Zij loopt al groot gevaar dat men haar zal noodzaken om tegen haar eigen broer te ge tuigen. Als de autoriteiten verder doorbor duren op de zaak van dat zakdoekje en te weten komen van wie dat is. dan zult u zien, in welk een moeilijk parket zij komt. Ik heb haar vanmiddag aangeraden om voor een tijdje naar buiten te gaan, of nog liever naar het buitenland. Men kan nooit weten door wat voor kleinigheid zoo iets soms aan het licht komt. Als juffouw Berrington bij voorbeeld gewend is haar fijne zakdoekjes naar een wasscherij te sturen, dan is het mogelijk dat de inspecteur daardoor de waarheid op het spoor komt. Dit zag Singleton wel in, maar iets anders zag hij ook heel duidelijk en dat was dat Shottelius zijn eigen bedoelingen had om het meisje te willen wegsturen. Maar wat voor bedoelingen dat waren kon hij niet ver- mopden. Opeens merkte hij dat zijn gastheer hem nauwlettend gadesloeg en een antwoord van hem verwachtte Met moeite zijn onrust be dwingend. zeide hij: ik denk dat uw ad vies goed is als juffrouw Berrington het wil op volgen! En driftig voegde hij er aaD toe wat zult u met haar broer doen? Shottelius trok zijn schouders op. Ik ben nog niet besloten wat ik met meneer Tony Rprringion zal doen. zei hij koud. Als ik hem aan Scotland Yard overlever, betee- kent dit den strop voor hem en een smet op den naam van een aanzienlijke familie.... {Wordt vervolgd}.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 9