STER-TABAK
&9*t4 Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 13 April 1928
Tweede Blad No. 20884
BINNENLAND.
Erkend de beste
DE „NIEUW ZEELAND", het door de Rotter dame oho Droogdok-rMij. ge-
DE KON. MIL. SPORTVERENIGING hield gisteren te Ede een dubbele cross-coutrr- Luit ran Doneer op „Johnnr Walker", bouwde «hip voor de Kon Paketvaart-Mij., heeft rijn proeftocht gemaakt,
still going strong. welk9 89e<i 8®»l»Agd la.
NEDERLAND BE.OËFT NIET LANGER BEDUCHT TE ZIJN VOOR VIJANDEUJKE TANKAAN VALLEN
daar bjj de demonstraties, welke gisteren in de omgeving van Den Haag gehouden werden, gebleken is'
dat het alles verpletterende monster niet bestand is tegen het vriendelijk Hollandsch landschap. „De" tank'
waarop menig Nederlander zoo trotsch is, zakte zoodanig in een slootje weg, dat militaire hulp noodig was
om haar uit te graven. (Men zie ook onder „Gemengd Nieuws" in di; Blad). Inzet: De Minister van Oorlog
Gen. Muller Massis en Generaal Borel, tijdens de demonstratie.
KONING VICTOR EMMANUEL VAN
ITALIË op wien gisteren een bomaanslag
werd gepleegd; 15 personen werden gedood
en 40 min of meer ernstig gewond.
De Koning bleef evenwel ongedeerd.
Rechts: DE AMERIKAANSCHE KAPITEIN WILKING, is van Point
Barrow gestart voor een vlucht naar het Noorden. De piloot
is voornemens, indien mogelijk, aan de pool te landen en
daar de Amerikaansche vlag te planten. Sinds eenige dagen
is echter niets van hem gehoord
I DE ONDERWUSBEGROOTING.
Da critiek dar Kamerleden
Spoedig een beeliasing ln het
spellingsvraagstnk.
Verschenen Is de Memorie van Antwoord
aan de Eerste Kamer omtrent de begrooting
voor Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen.
Het was aldus de Memorie voor den
Minister een teleurstelling te vememen.dat
zijn beleid critiek van verscheidene leden
heelt uitgelokt. Op de uiteenzetting der gron
den, waarop deze critiek berust, valt intus-
schen wel het een en ander af te dingen. Het
onderwijsbeleid zou volgens deze leden zich
kenmerken door stilstand en achteruitgang
Deze stelling is volgens den minister
echter aanvechtbaar. De vergelijking dier
leden tuschen den tegenwoordigen toestand
en dien van vóór de bezuinigingsmaatrege
len is noch juist noch tegenover den minister
billijk
Nu kan men over het tempo van den voor
uitgang. die er gedurende de laatste twee
laren onmiskenbaar was, verschillend oor-
deelen. Het is den minister natuurlijk niet
onbekend, dat er leden zijn die het herstel
op onderwijsgebied sneller wilden zien gaan
en die de verhouding tuschen de verbeterin
gen voor het onderwijs aan dep renen en
de verlaging der belastingen gedurende de
laatste jaren aan den anderen kant niet
juist achten. Maar de grief dezer leden is,
Saar het den minister voorkomt niet aan
hel juiste adres bezorgd. Zij richt zich tegen
de Regeeringspolitiek in het algemeen.
Bovendien kunnen deze leden rich niet
beklagen, dat de Regeering in dit opzicht ook
maar eenigermale zon zijn afgeweken van
hetgeen zij van ment af als de door haar te
volgen gedragslijn aangaf. Het denkbeeld
om de leerlingenschaal in art 28 der L. 0.-
wet 1920 reeds vóór 1 Januari 1930 weer te
herstellen in den vorm van vóór de wetten
van 1923 moet de minister dan ook tot zijn
leedwezen met het oog op de (inancieele ge
volgen blijven terugwijzen
De minister verklaart zich bereid den
wensch tot het instellen van een Commissie
van Advies nopen9 de vraag welk standpunt
de Regeering moet innemen ten aanzien van
het bewaren en versterken van hel Friesche
volks- en taaleigen nog eens ernstig in over
weging te nemen.
De minister kan niet toezeggen aanvulling
van art. 2 tweede lid der L O - wet te zullen
bevorderen dooT de opneming daarin van
Esperanto De vraag, of tot uitbreiding van
hei aantal vakken der lagere school mag
Worden overgegaan moet z.i blijven rusten
totdat een meer algemeens herziening van
®e wet aan de orde komt.
De minister hoopt len aanzien van het
spellingvraagstuk spoedig tot een beslissing
in een of anderen zin te komen.
Tegen de toepasing van het ruim zes jaar
geleden in werking getreden nieuw Acade
misch Statuut zijn in het algemeen weinig
klachten ter kennis van den minister ge
komen. Toch is het in den loop van deze
jaren gebleken, dat hel noodig is enkele
leemten aan te vullen, onduidelijkheden weg
le nemen en kleine wijzigingen aan te bren
gen Het hierover voorgeschreven overleg
met de Senaten der Universiteiten alsmede
het overleg met de eerste afdeeiing van den
Onderwijsraad is geëindigd in verband waar
mede een onlwerp-besluit lot wijziging en
aanvulling van het 9tatuut het Departement
onlangs heeft verlaten.
De wenschelijkheid om aan de 9cholen
voor voorbereidend hooger en middelbaar
onderwijs een voorbereidingsklasse te ver-
als midd om betere aansluiting met
bet lager onderwijs tot stand te brengen,
heeft de minister ernstig overwogen. Voorals
nog houden de kosten, aan dien maatregel
verbonden hem er van terug een daartoe
strekkend voorstel in te dienen.
De vraag, of inkrimping van den tegen
woordigen driejarigen cursusduur der am
bachtsscholen aanbeveling verdient, maakt
nog een punj van ernstige overweging uit
De minister kan thans mededeelen. dat de
plannen tol verplaatsing der Rijkslandbouw-
huishoudschóol ..de Rollecale" vaslen vorm
gaan aannemen De onderhandelingen zijn
in zoodanig stadium dal daaromtrent ver
moedelijk binnenkort definitieve mededee
tmgen kunnen worden gedaan Op de keuze
der school en haar ligging te Alphen aan den
Rijn is van Regeeringswege geen invloed uit
geoefend: Hiervoor hebben de plaatselijke
organisaties zorggedragen.
Een wettelijke regeling van het voorbe
reidend onderwijs, zonder dat daaruit be
langrijke uitgaven voor het Rijk voortvloeien
kan de minister zich bezwaarlijk indenken
Het behoeft geen beloog dat aan het tot
standkomen eener dergelijke regeling niet
gedacht kon worden in een tijd waarin de
acten van hel onderwijs die reeds wettelijk
geregeld zijn nog de nadeelen van de toege
paste bezuinigingen ondervinden Van eeD
wettelijke regeling welke de kosten op de
gemeenten zou schuiven kan al evenmin
sprake riin.
Intrekking van de wet van 23 Juli 27 zou
de minister verkeerd achten Er wordl steeds
naar geslreefd bij de toepassing dezer wet
zoowel met de belangen dpr gemeentebestu
ren als met die der wachtgelders zooveel
mogelijk rekening te houden
Mei betrekking tot de indiening van het
ontwerp eeneT monnmentenwei kan dp min
tol zijn leedwezen nog geen bepaatdp toe
zegging doen De moeilijkheden bij deze
materie rijn nog niet op bevredigende wijze
tot oplossing gebracht
HET BELEID VAN DEN GOUVERNEUR-
GENERAAL.
De bedoeling der regeering is
verkeerd begrepen Verdedi
ging van min. Koningsberger.
De indruk, dat in het bijzonder het oor
wordt geleend aan die elementen onder de
Inlandsche bevolking, die een vijandige
houding aannemeo tegenover het Neder-
I landeoh gezag, ie volstrekt onjuist aldus
minister Koningsberger in zijn Memorie v.
Antwoord nopens de Indische begrooting
aan de Eerste Kamer.
Te betreuren is, dat op dit punt de be
doelingen der Regeering noo konden wor
den misverstaan ale uit de in bet verslag
aangehaalde woorden van een Volksraads
lid spreekt. Het in diens uitspraak opge
sloten verwijt is door de Indische Regee
ring bij herhaling in het openbaar afge
wezen.
Ten krachtigste verwerpt de minister de
meening van eenige leden, ale zou het op
treden van den Gouverneur-Generaal voe
ren tot een opstoken tegen het beste deel
deT Europeanen, te weten tegen die groep,
die hard werkt en zorgt voor de aantrek
kelijkheid van Indië voor vreemd kapitaal.
Wanneer de Q.-G. aan alle doodvonnis
sen, uitgesproken over personen, die bij
de communistische onlusten betrokken wa
ren, principieel zijn goedkeuring had ont
houden, zou hij aan het recht van gratie een
onjuiste, immers met de bedoeling van den
wetgever strijdige, toepassing hebben ge
geven.
Den minister zijn geen gevallen bekend
dat door ambtenaren van het Indisch be
stuur op het beleid van den G.-Q. een on-
oirbare critiek ie uitgeoefend.
Voor den tot uiting gekomen twijfel om
trent het bestaan van een juiste verhou
ding tusschen den G.-Q. en den Minister v.
Koloniën bestaat geenerlei grond.
CHRISTELUK-HISTORISCHE UNIX.
Wijziging van het program van
beginselen. Da balangan van
het platteland.
Na de gisteren nog door ons vermelde
openingsrede van mr. Schokking kwam aan
de orde een wijziging van het program der
beginselen
Het hoofdbestuur is van oordeel, dat de
„Nadere beginselverklaring" van 21 Sept-
1917, welker strekking overeenkomt met de
beteekenis der Verkiezings-manifesten van
1922 en 1925 en nimmer is bedoeld als eene
uitbreiding van het program van beginselen,
niet meer moei worden afgedrukt achter het
..Program van beginselen" der Unie.
In verband Jaarmede stelde het voor- a
§5 dezer Nadere beginselverklaring:
„Grondpolitiek", als nieuwe VU, over te
brengen naar het Sociaal Program der
Unie; b. wijziging van de artikelen 9 en 24
van het Program van Beginselen en toevoe
ging aan dit program van een nieuw arti
kel 25. Het voorstel werd aangenomen.
De drie bedoelde artikelen luiden nu als
volgt:
Art 9. De overheid handhave bet
Christelijk Historisch karakter van ons volk
door bevordering van de Zondagsrust, door
ar tegen te waken, dat het karakter van den
Christelijken rustdag zou verloren gaan en
door instandhouding van de algemeen er
kende christelijke feestdagen.
Art 24. De overheid, geroepen, door het
instandhouden van leger en vloot, voor be
houd onzer nationale zelfstandigheid te wa
ken, zorge evenwel, dat de krijgslasten tot
het noodzakelijke beperkt blijven en bevor-
dcre, ook in het leger, in de kazerne en op
de vloot, mede door behartiging van de
godsdienstige en zedelijke belangen van
soldaat en schepeling, het leiden van een
eerbaar en ordelijk leven.
ArL 25. In zake bet buitenlandsch be
leid worde openbaarheid gegeven aan alles
wat in dit opzicht door de regeering wordt
verricht, voor zoover dit daarvoor geschikt
is en de openbaarheid toelaatbaar is zonder
gevaar voor land en volk.
Geen verbintenissen, in welken vorm ook, 1
welke zouden kunnen leiden tot [inancieele
lasten voor den staat of tot persoonlijke of
geldelijke lasten voor de bevolking, worden
aangegaan buiten overleg met de Staten-
Generaal.
Krachtig worde bevorderd het streven
naar de beslissing van geschillen tusschen
de volken langs den weg van internationale
rechtspraak, arbitrage of bemiddeling, in
plaats van door wapengeweld.
Voor zoover dit vereenigbaar ls met het
landsbelang worde steun verleend aan
iedere poging, om de rechtsidee in het vol
kenrechtelijk verkeer te sterken.
Eenige voorgestelde amendementen werden
ingetrokken.
De afdeeling Amersfoort had voorgesteld
in art 9 achter „Christelijke feestdagen" toe
te voegen „en de Goede Vrijdag". De afge
vaardigde van die plaats wees op de hooge
beteekenis van dien dag.
De voorzitter bracht in het midden, dat
de Goede Vrijdag nooit als een feestdag of
een rustdag is beschouwd Hij achtte de tij
den niet geschikt om het vraagstuk van den
Goeden Vrijdag aanhangig te maken. Het
gevaar, dat het twistpunten zou opwerpen,
vreesde hij
Ook dit amendement is ingetrokken.
Tot leden van het hoofdbestuur zijn her
kozen mej. mr. C F. Katz en de heeren Jan
ter Haar Jr. en mr. dr. J. Schokking.
7187
Uitvoerige besprekingen werden gevoerd
naar aanleiding van eenige afdeelingsvoor-
slellen, waarbij het hoofdbestuur en de
Kamerfractie werd verzocht er bij de re
geering op aan te dringen meer aandacht le
wijden aan de belangen van het platteland
en van de plattelandsgemeenten, waar de
nood vaak hoog is ln dit verband gingen
enkele stemmen op voor een „actieve han
delspolitiek".
De heer J. R. Snoeck Henkemans zeide,
naar aanleiding van een reeks opmerkingen
over deze zaak, dat ongetwijfeld de toestand
van land- en tuinbouw en veehouderij niet
gunstig is. Maar ook in de steden heerscht
veel nood, al mogen de groote magazijnen
soms een anderen indruk vestigen. Dit
neemt niet weg, dat de toestand op het
platteland alle aandacht eischt Maar dat
een „actieve handelspolitiek" verbetering
zal brengen, achtte epr. verre van zeker. D#
C -H. Unie heeft nooit den vrijhandel al*
dogma gehuldigd; zij beeft elk geval op
zichzelve beschouwd. Dit gold ook voor het
aardewerk-wetje.
Ter zomerconlerentie te Lunteren zal aan
de quaeslies nadere aandacht worden ge
wijd. Daar zal mr. dr. A. A van Rhijn da
vraag inleiden- „Vrijhandel of bescher
ming. speciaal beschouwd uit hel oogpunt
van de landbouwbelangen
Spreker zeide, dal de C.-H. Unie steeds
aan de belangen van 't platteland de groot
ste aandacht heeft gewijd En zij zal het
blijven doen.
Ter conferentie te Lunteren zal ook ter
sprake komen de financieele verhouding
van Rijk en Gemeenten.
Hieruit blijkt mede. dal de C.-H Unie ook
aan deze quaestie aandacht schenkt Men
moet echter niet denken, dat alle moeilijk-