69*<e Jaargang
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 5 April 1928
Tweede Blad
No. 20879
BINNENLAND.
Recht*;
IN DE OMGEVING VAN
AMERSFOORT werd een
allpjacht gehouden door
een weilandenpajcour»
met rwaardere hinder
nissen. Op deze foto
laten wi) u rien hoe een
hindernis wel en hoe die
niet genomen moet
worden.
Links: GISTERMIDDAG
werd in tegenwoordig
heid van de Koninklijke
familie de nieuwe
Juüana-Kerk te Scheve-
ningen geopend. De aan
komst ran H.M. de
Koningin met H. K. H.
Prinses Juliana aan de
nieuwe Kerk.
DE PRINS VAN WALES Hel op 3 April J.t te Hawthorn Hill ran zjjn
doch de Prins bleef ongedeerd en kwam nog als derde aan.
paard,
TUSSCHEN ROLDE EN HOOGHALEN werd onlang» tn de Drentsche Hakten, een xeer
elipjacbl gehouden. Wij fotografeerden den afrit Tan den Brink te Rolde
geanimeerde
VICE ADMIRAAL SIR ROGER KEYES orerhandlgt het beret erer de Engelse he MlddelHandsehe-Zeerloot aas «tjn oprolt*, Sir Frederick Field Bij dese gelegaabeid
waarran hier boren een foto. Op den achtergrond de Spaanse he kuet
een groote rtoot-reme gehouden,
ONZE VERHOUDING TOT BELGIS.
Naar minister Baelaerts mee
deelt ia de nieuwe studie nog
niet geëindigd.
In zijn memorie ran antwoord aan de
Eerste Kamer inzake de bepaling van bui-
tenlandsche Zaken deelt minister Beelaerts
van Blokland mede dat de onderhandelin
gen met België met het oog op de totstand-
koming van een nieuw verdrag nog niet
geopend konden worden, zoodat dienaan
gaande geen mededeeling valt te doen. De
minister stelt er intusschen prijs op, ten ver
volge op bij vorige gelegendheden gedane
mcdedeelingen, de Kamer omtrent den hui-
digen stand van zaken in te lichten.
De nieuwe 9tudie waaraan, gelijk bekend,
da vraagstukken die door de verwerping
van het verdrag van 8 April 1925 aan de
orde zijn gebleven sinds het vorig voorjaar
zijn onderworpen, is nog niet beëindigd.
De oorzaak van den tegengevallen duur
van dit onderzoek is eenerzijds gelegen in
de der Kamer bekende veelheid en veel
soortigheid der betrokken belangrijke vraag
stukken; anderzijds ligt zij in de talrijkheid
der departementen en diensten, die daarover
mee hebben te oordeelen. En eindelijk
hangt zij ten nauwste samen met de wen-
schelijkheid dat de vele belangen, die in
het spel zijn. zorgvuldig worden gewogen
om zoo juist mogelijk tot hun recht te wor
den gebracht, en dat eenheid van inzicht
en beleid worde bevorderd Een en ander
yergt meer t\jd dan men wel heeft voorge
steld. De Regeerinf vertrouwt, dat zoowel
in Nederland als ln België zal worden be
grepen en verstaan, dat elk streven naar
uitstel van nieuwe onderhandelingen met
België haar vreemd is. Ook in België kan
men het oo niet sluiten voor het feit, dat
een goede voorbereiding een nooodzakelijke
voorwaarde is voor het tot stand komen van
een aan beide landen bevrediging gevende
regeling.
De vraag of het niet wenschelijk is te
juister tijd met België een regeling te tref
fen tot verzekering van vreedzame
beslechting van geschillen heeft de aan
dacht der Regeering. Te dezen wordt er, zij
het wellicht ten overvloede, nog aan herin
nerd, dat Nederland zoowel als België lid
is van den Volkenbond, en dus gebonden
door de bepalingen betreffende oplossing
van twistvragen, die het Bondsstatuut be
vat, terwijl beide landen zijn toegetreden
tot het welbekende protocol houdende er
kenning der verplichte bevoegdheid van het
Permanente Hof van Internationale Justitie.
Zonder hier in te gaan op de vraag in
hoeverre het juist i9, dat het Departement
bij de behandeling van het wetsontwerp tot
goedkeuring van het Nederlandsch-Belgisch
verdrag van" 1925 door de Eerste Kamer,
in gebreke zou zijn gebleven inzake het ver
schaffen van gegevens omtrent den toestand
van het vaarwater tusschen Antwerpen en
Dordrecht omstreeks 1830. voldoet de mi
nister gaarne aan den wensch der Kamer
om de beschikking te verkrijgen over aan
wezige gegevens dienaangaande. Deze ge
gevens. afkomstig van het Departement van
Marine, afdeeling Hydrographie, zijn als
bijlage bij deze Memorie van Antwoord
gevoegd.
DE STUWADOORSWET.
Een voorontwerp tot wijziging van de wet.
De minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid heeft bij den Hoogen Raad van
Arbeid het voorontwerp van een wet tot
wijziging van de Stuwadoorswet aanhangig
gemaakt. Een commissie uit den Raad zal
daaromtrent praeadvies uitbrengen.
Dit ontwerp wijkt in verschillende op
zichten af van het bij Koninklijke Bood
schap van 20 October 1921 bij de Tweede
Kamer aanhangig gemaakte ontwerp tot
wijziging van die wet. Het voornaamste
punt in laatstbedoeld wetsvoorstel betrof
het vaststellen van den arbeidstijd op 8
uren per etmaal en 46 uren in het tijdvak
van Maandag 6 uur v.m. tot middernacht
tusschen Zaterdag en Zondag. Daarnaast
werd voorgesteld afschaffing van de ar
beidskaarten en van de verkiezing van de
leden der commissiën voor den haven
arbeid.
Ook dit wetsontwerp behelst een rege
ling van den arbeidstijd. Deze wordt voor
gesteld op 37» uur per etmaal en 48 uren
per week. Hiermede worden dus de nor
men gevolgd, welke in de Arbeidswet 1919
zijn neergelegd voor arbeid in fabrieken of
werkplaatsen; een dergelijke regeling sluit
zich bovendien aan bij hetgeen in een groot
deel van het havenbedrijf ingevolge collec
tieve contracten reeds geldt en economisch
dus mogelijk is gebleken.
Een tweede hoofdpunt van dit ontwerp
is de uitbreiding van de werkingssfeer der
wet, tengevolge waarvan tal van in het ha
venbedrijf werkzame arbeiders, op wie tot
nu toe de Stuwadoorswet niet van toepas
sing is. onder de bescherming van die wet
zullen vallen.
DE ONBEWAAKTE OVERWEGEN.
Een commissie ran deskundigen op komst.
De bewering, dat men ook bij de grootst
mogelijke oplettendheid niet tegen onge
lukken is gevrijwaard, moet, naar minister
d. Vegte in zijn Memorie van Antwoord
inzake hoofdstuk I der Staatsbegrooting aan
de Eerste Kamer opmerkt, worden tegen
gesproken.
Overigens wenscht de minister ten aan
zien van de onbewaakte overwegen thans
het advies af te wachten van de door de
Tweede Kamer gevraagde commissie van
onderzoek door deskundigen, waarvan de
benoeming eerlang kan worden tegemoet
gezien en waarin waarschijnlijk ook een
deskundige uit het spoorwegpersoneel zal
worden opgenomen.
DE VLIEGTUIGEN VOOR NEDERLANSCH-
INDIfi.
Een vlncht AmsterdamSjanghai
De K. L. M. is met het hoofdbestuur der
Posterijen overeengekomen om de vier
vliegtuigen 3-motorige Fokkers evenals
Koppens ..Postduif" welke bestemd zijn
voor de Ned.-Tndische Luchtvaartmaat
schappij door de lucht naar Batavia te
brengen en deze daarbij mail te doen ver
voeren. De Posterijen laten voor deze post
stukken een speciaal zegel drukken, terwijl
voor het vervoer een zeker bedrag aan de
K. L. M wordt gegarandeerd.
De vertrekdata van deze vliegtuigen zijn
vastgesteld op 30 Juni, 14 en 28 Juli en
11 Augustus.
In een persgesprek heeft de heer Plesman
verder medegedeeld, dat de heer Van Lear
Black, die een vlucht AmsterdamKaap
stad gaat maken, ook een tocht Amsterdam
Sjanghai zal ondernemen. Voor dit doel is
het éénmotorig vliegtuig H-NADR verbouwd
in een driemotorig. Daar de heer Van Lear
Black echter een groot deel van Europa en
Azië reeds doorgetoerd is met de DP, zal
de DR in de DP worden verdoopt.
ZOMERDIENSTREGELING DER NED.
SPOORWEGEN.
Geen korting meei voor verkoop der boekjei
door particulieren.
Tot nu toe werden de nieuwe spoorweg*
boekjes met winter- of zomerdienst onder
het publiek verspreid, net alleen aan de
stations, maar, zooals men weet, ook op
straat door krantenverkooper9 en verder
door den boekhandel, aldus ,,de Tel."
Dezer dagen heeft de Directie der Ned.
Spoorwegen bekend gemaakt, dat zij den
gids alleen aan de eigen verkoopgelegenhe-
den aan de stations verkrijgbaar zal stellen,
aangezien zij een korting of premie zich
niet meer kan veroorloven.
De prijs van 25 cent, welken men vroe
ger voor een gids van 288 bladzijden ge
steld had, kan bij een uitbreiding met 32 a
48 pagina's voor dpn a.s. zomerdienst al
leen gehandhaafd blijven indien de op
brengst niet meer verminderd wordt met
provisie of kortingen.
Boekhandelaren kunnen echter tegen den
gangbaren prijs van 25 cent spoorboekjes
blijven bestellen, die dan onder rembours
zullen worden toegezonden.