MOETEN WIJ HET RIJNLAND ONTRUIMEN? hoef te aan een eigen gebouw, vooral ten gevolge van hel steeds toenemende beurs- bezuek, steeds dringender te worden. Want het aantal beursbezoekers, dal een kwart eeuw geleden een getal van 5000 per jaar niet overschreed, was inmiddels tol 30.000 per jaar gestegen, de wekelijksche bloemen- keuringen namen zeer in belangrijkheid toe en trokken eveneens drommen bezoekers, de administratie der vereeniging breidde zich uil en eischte dringend betere huis vesting, voor bibliotheek en archie! was slechts op gehuurde zolders een onderdak voorhanden, kortom, er was allengs een noodtoestand ontstaan, die niet mocht wor den bestendigd. Toen voor de tentoonstelling van 1925 een groote hal gebouwd moest worden, werd de mogelijkheid overwogen dit gebouw een blijvende bestemming te geven als beursloka.il. De gemeente Heemslede trachtte de verwezenlijking van dit denk beeld mogelijk Ie maken door de aanbie ding van een waardevol sluk grond aan het Valkenburgerplein, waarop de tentoonstel lingshal met een munumentaal vóórgebouw zou verrijzen. Deze plannen vielen samen met de herdenking van het eeuwfeest der gebuorte van J. H. Krelage en werden op den herdenkingsdag door een commissie, beslaande uil leden van de commissie van het Krelagefonds en van het Hoofdbestuur bekend gemaakt. Maar de voorkeur, die de commissie voor vestiging van het gebouw te Heemstede ge toond had, bleek niet door „hel vak" Ie worden gedeeld en zelfs bij meer dan één lid der commissie zelve niet bestendig te zijn .En van dil oogenblik af begint de ro man. waarin de Algcmeene Vereeniging voor Bloembollencultuur de rol vervult vau de aangebeden schoone, naar wier gunst een drietal medeminnaars dingen. Toen de jonkvrouw liet blijken dat zij de oplossing, die haar voogd gewenscht had, niet wilde, was dit voor een anderen min naar een aansporing om zijn kans Ie wa gen Hij bood zijn uitverkorene grond en e.en belangrijke bijdrage voor de stichting van een woning aan, mits zij zich te Hilie- gom wilde vestigen. Haar jongere, vermo gende broeder (De Bond van Bloembollen handelaren), steunde dit plan krachtig; hij bood een huwelijksgeschenk van f. 50.000 voor de inrichting der woning aan, als zijn zuster hel Hiliegomsche aanzoek wilde aan vaarden. Maar hoewel zeer gevoelig voor dezen aandrang .dacht de jonkvrouw met wee- loed aan hare talrijke vrienden in hel Woorden, die haar misschien naar Hillegom niet zouden willen volgen, en smartte het haar, baren geboortegrond te moeten ver laten. En ofschoon in de plaats harer in woning veel gepraat werd over haar moge lijk vertrek, werd daar aanvankelijk geen poging gedaan om dit te verhinderen. Het Heeinsleedsche aanzoek had zij inmiddels van de hand gewezen en Hillegom scheen het rijk alleen hebbende (e zulleq zegevieren. Toen achtte haar Haarlemsche jeugdvriend zijn oogenblik gekomen. „Wat kan ik doen," zoo sprak hij, „om mij van uw eeuwigdurenden trouw te verzekeren?" Door deze vriendelijke woorden vertee- Öerd, gat de jonkvrouw te kennen, dat zij aan een huwelijk met Haarlem de voorkeur zou geven, indien zij haar intrek zou kun nen nemen in het Brongebouw, omdat zij wist, dat zij daar in de toekomst haar vrienden uil Noord en Zuid gemakkelijk om ich heen zou kunnen verzamelen. Voor de schenking van dit gebouw was echter de toestemming van den familieraad van den Ilaarleinschen pretendent noodig en deze werd tol twee malen geweigerd. Maar ook de familieraad wilde het paar gaarne voor zijn slad behouden, hij bood een huwelijks geschenk van 100.000 aan. ten einde caarvoor een woning in de gemeente in te richten. Nu had inlussehen de afgewezen min naar uit Heemstede de beschikking gekre gen over een landgoed, dat zóó dicht bij het grondgebied van zijn noordelijken mededin ger gelegen was, dat men nauwelijks wist, dat hut er niet toe behoorde. Door aanbie ding van dil landgoed trachtte de Heem- 8teedsche vriend de betrekkingen met zijn vroegere verloofde weder aan te knonpen, en bekoord door de schoone ligging der plaals en niet ongevoelig voor het aanlok kelijk aanbod, zou zij het misschien hebben aanvaard, indien zij daarmede niet de kans liep hel haar door Haarlem aangeboden huwelijksgeschenk, dat onmisbaar was voor den verhouw en inrichting der woning, zich te zien ontgaan. Juist toen de toestand wegens deze om standigheid zeer ingewikkeld dreigde te worden, kwam de eenvoudige onlknooping. De jonkvrouw vond een voor haar toekom stige huishouding gunstig gelegen en door verbouwing geschikt te maken pand in haar geboorteplaats; zij kocht dit en be steedde het Haarlemsche huwelijksgeschenk voor verbouw en inrichting; haar vrienden uit Noord en Zuid juichten haar besluit toe; alleen in Hillegom bleef men pruilen en be gonnen enkelen zich op de teelt van treur- willigen toe te leggen. Zoo zijn wij don heden hier bijeen om de verwezenlijking van het reeds in 1902 ont stane denkbeeld, om getuige te zijn van de inwijding van het „Kreiage-Bnte", Wij weten, dat de wijze waarop uitvoe ring is gegeven aan de door de Commissie voor hel Krelagefonds ontworpen gedachte, aan hare bedoeling beantwoordt. Hot moge haar een teleurstelling zijn ge weest, dal de verwezenlijking niet spoedi- RECLAME. MIJNHARDT's Hoofdpijn-Tabletten 60et Laxeer-Tabletten 60 ct Zenuw-Tabletten 75et Staal-Tabletten 60ct Maag-Tabletten ?5et by Apothekers en Drogisien 62SJ ger mogelijk is gebleken, anderszijds is door de vertraging voorkomen, dal een gebouw gesticht is, dat reeds spoedig te klein zou zijn gebleken. Want voor 25 jaar heeft nie mand kunnen voorspellen aan welke eischen dit gebouw thans zou moeten- vol doen, en deze overtreffen in hooge mate de betrekkelijk nog geringe behoeften, die in 1902 gekoesterd werden. Dit geldt in het bijzonder het bloembol lenvak en daaruit is le verklaren, dat het gebouw, ofschoon geheel beantwoordende aan het door de Commissie voor het Krelage- fonds beoogde doel, geworden is een bloembollenhnia, en niet een tninbonwhnis. De ontwikkeling van het vereenigingsle- ven op tuinbouwgebied is in de laatste kwarteeuw van zoodanige beteekenis ge weest, dat de toestand van 1902 daarmede niet vergeleken kan worden en slechts van historisch belang is. Maar al is dit gebouw niet geworden een huis voor den geheelen Tuinbouw, gaarne hebben wij voldaan aan den wensch van de genoemde commissie om het beschikbaar te stellen voor de Kon. Ned. Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde en hare le Haarlem gevestigde afdceiing. voor hare vergaderingen, mede wegens den nauwen hand. die zoowel de Maatschappij nis onze vereeniging met J. H. Krelage verbond. In de eerste plaats moge ik dan hier nog eens namens het geheele bloemhollenvak de Commissie voor het Krelagefonds dank betuigen voor haar jaren langen arbeid, voor de vele pogingen, die zij ondernomen heeft tol vergrooting van hel dour haar bij eengebrachte bedrag en voor het nauwkeu rige en voorzichtige beheer dier gelden. Van de 21 ondorteekenaars der circulaire van 1002 zijn nog slechts 7 in leven: het zijn de eere-voorzitters der commissie jhr. mr. J. W G. Boreel van Hogelanden, des tijds burgemeester van Haarlem, en H. J. Lovink, destijds directeur-generaal van den Landbouw, de heer J. H. Wentholt, voorzit ter, J. K. Budde, W. G. Droog. prof. dr. J. Ritzema Bos en Th. van Waveren.. Zij hebben het vak aan zich verplicht door het genomen initiatiof en de medewer king, die zij aan de totstandkoming der door hen ondernomen poging hebben ver leend. Maar tevens moge hier nog getuige nis worden afgelegd van de dankbaarheid, die het tegenwoordig geslacht vervult jegens hen, die bijdragen voor het doel hebben af gestaan: Ik moge in herinnering brengen, dat hiertoe ook hebben medegewerkt de le den der deputatie van de Royal Horticul tural Society, die in 1910 de le Haarlem ge houden tentoonstelling bezocht Na dank gebracht le hebben aan de ge meentebesturen van Hillegom en Heemstede wees spr op het aanbod van Haarlem, dat met groote erkentelijkheid werd aanvaard. Spr bracht vervolgens hulde aan den architect den heer Kraan, den opzichter den heer Ouwehand en den aannemer den heer Metselaar, aan de bouwcommissie uit het Hoofdbestuur, bestaande uil de heeren Van Til, Ruysenaars en Valkering en aan da schenkers van stukken voor de verfraaiing en aankleeding van het gebouw. En zoo is dan, na veel wederwaardighe den, ondanks aanvankelijken tegenstand, maar ten slotte met veler krachtige en sympathieke medewerking dit gebouw ge sticht. Het verrijst op een tijdstip, waarin het bloembollenbedrijf in gunstigen toestand verkeert, als een aymbool van zijn beteeke nis en zijn kracht. Sinds 1902 breidde het bloembollenland uit van ruim 2500 tot 6000 H.A., de export van 10 (ot 40 mil- lioen Kilogram. Hoe zullen deze cijfers er uit zien, als wij wederom een kwart eeuw verder zijn? Wie durft zich aan voorspel lingen wagen? Zal het veilingwezen dan gecentaliseerd zijn? Alle export loopen over één centraal bureau met toezicht op den gezondheidstoestand van de voor uitvoer bestemde zendingen? Alle vertakkingen van het vereenigingsleven samenkomen in één centraal punt ter bereiking van een Z06 groot mogelijke efficiency en ter handha ving van de in hel algemeen vakbelang noodige maatregelen? Laat ons niet trachten, die vragen thans te beantwoorden, maar ons verheugen, dat het bloembollenbedrijf van heden beschikt over een eigen gebouw, ingericht voor de behoeften van het oogenblik, maar door de groote oppervlakte van het omringende terrein gelegenheid biedende voor uitbrei ding in elke richting en voor elk doel. De belangstelling, ons heden van zoovele zijden betoond, aanvaarden wij als een gunstig voorleeken en wij stellen het op bijzonder hoogen prijs, dat ZE. de Min. van Binnenlandsche Zaken en Landbouw zich bereid heeft verklaard het inwijdings woord te spreken. Ik moge eindigen met de vervulling van een plicht der dankbaarheid. Om de ge meentebesturen, die ons door hunne vor stelijke aanbiedingen aan zich hebben ver plicht een blijk te geven van de waardee ring der vereeniging, heeft onze algemeene vergadering besloten, het eerelidmaatschap, dat de tegenwoordige burgemeester van Heemstede reeds vroeger heeft willen aan vaarden, aan te bieden aan den heer Wentholt, bnrgemeester van Hillogom en aan den bnrgemeester van Haarlem. Dit laatste eerelidmaatschap is in verband met de blijvende banden, die thans tusschen de gemeente en onze vereeniging zijn ge knoopt, aan den drager van het ambt als zoodanig verleend, zoodal de Burge- gemeester van Haarlem steeds eerelid der vereeniging zal zijn Het verheugt ons dat de heer Maarschalk de eerste magistraal is, aan wien hel eerelidmaatschap in de zen vorm wordt verleend. Hot is meer dan veertig jaar geleden, dat het vijf en twintig-jarig bestaan der vereeniging werd herdacht Het lijkt mij gepast le besluiten met een woord, bij die gelegenheid gesproken door hem, aan wiens nagedachtenis dit huis is gewijd. „Vraag ik naar de toekomst van hel vak en zie ik om mij. dan ontwaar ik zooveel jeugdige beoefenaars, wier opgewekte gees! ca ijver reeds zooveel tot stand brachten, dat men in de toekomst van hen het beste mag hopen. Zu zullen eenmaal de plaat sen moeten innemen van hen, die thans op ons gebied trachten naar het hoogste. Moge het hun gegeven zijn, datgene te be reiken, waarnaar wij tevergeefs hebben ge streefd I „Maar deze wensch sta niet alleen. Laat mij daaraan de bede mogen toevoegen, dal de toekomstige bloei van het bloembollen vak niet dan één enkele schakel zij in den onverbreekbaren kelen der zich steeds meer ontwikkelde hulpbronnen van ons dierbaar vaderland." De Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw, mr. J. B. Kan, heeft daarna bet nieuwe gebouw geopend met de vol gende rede: In ieder leven moet, naar een bekende Engelscbe spreekwijze, regen vallen. Som mige dagen moeteD donker on smnber zijn. Ook het ministerieele leven blijft daarvan niet steeds gespeend. Er is zelfs een uiter mate bekend Staatsrgchtleeraar geweest, die dit leven heeft waardig geacht het epitheton „aan bitterheid zoo rijk". Donkere dagen kunnen ontstaan uit het den Staten-Generaai toegekende interpellatierecht. Nauwelijks was ik tot dit ambt geroepen, of de barometer opende uitzicht op slecht weer: twee interpellaties werden aangekon digd. Maar sombere dagen kunnen den mensch louteren en, althans aan ean dezer denk ik in dit oogenblik met groot genoegen terug. Het was die, welke dr. Lovink hield voor den planten-invoer in Amerika. Zij had, dank zjj de bezadigdheid en zaakkennis van den interpellant, tfiet slechts een zeer aan genaam verloop, maar bovendien leidde zjj er toe, dat ik mij aanstonds de volle reken- se,hap moest geven van omvang en betee kenis, die met name onze bollencultuur heeft aangenomen, fn dezen kring daarover nadere gegevens bjj te brengen, zou van zelfover- scliatling niet zijn vrjj te pleiten. Hoe zou ik u daarover iets nieuws kunnen mede- deelen? Evenmin zal ik thans geschiedkundige her inneringen ophalen, waarbij natuurlijk de tuljo-manie uit de 17e en 18e eeuw zou moeten dienst doen. Gij hebt dit alles reeds als kind geleerd en op later leeftijd zijt gü daaraan ik ben er zeker van herhaaldelijk herinnerd. Toch waag ik het er op u iets te noemon wat nog bekender is, eennaam. Een naam, die in de bollenwereld een klank heeft, even welluidend als die van Beethoven in het rijk der tonen. Den naam van een familie, nu reeds in het derde geslacht ton nauwste verhouden aan deze cultuur, die ons vaderland over de geheele wereld heeft bekend gemaakt. Was het niet de grootvader van den tegen- woordigen voorzitter uwer Vereeniging, die de beroemde firma E. H. Krelage en zoon «tiublte? Was niet zijn vader de oprichter van de Algemeene Vereeniging voor Bloem bollencultuur, eeu Vereeniging, waarbjj alie belangrijke organisaties in de bollenstreek zijn aangesloten en die tot ver over den Oceaan haar machtigen invloed doet geiden? En is niet het thans levend geslacht, uw voorzitter, een toonbeeld van den stoeren ondernamenden Hollander, die zich door tegensiH'-od noch tegenwerking een duimbreed laat afdringen van den weg, langs welken hy zijn doel benadert? Deze dag is weer eeo mijlpaal op de eer volle baan, die het gasiacht Krelage heeft afgelegd. VeJe an veelvoudige moei.ijkheden waren te overwinnen, alvorens tot de stich ting van dezen nieuwen hartader der Ver eeniging kon worden overgegaan. Maar wat be-teekenden deze moeilijkheden voor een man als uwen voorzitter! Een plechtigheid ontleent haar waarde slechts aan de beteekenis, die aan de aan leiding daartoe valt te heoliten. Welnu, als een vereeniging met eeu wereldreputatie feest viert, is dat een internationalen om roep overwaard. Het was mjj dan ook een bijzondere eer en voorrecht daaraan te dezer plaatse ge tuigenis af te leggen en met den hartgron- digen wensch, dat deze stichting nw Ver eeniging zoo mogelijk tot nog grooter bloei zaj brengen, verklaar ik dit zoo terecht Ktelage-huis gedoopte gebouw voor geopend. Na do rede van minister Kan zong „Zang en Vriendschap" andermaal, thani „Morgenlied" van Philip Loots. Het woord was daarop aan den burge meester van Haarlem die in een korte rede er zijn vreugde over uitsprak dat de ver eeniging zich thans voorgoed zijn gemeente tot zetel had gekozen De heer Maarschalk dankte ook voor hel hem aangeboden eere- lidmaatschap, dat hij gaarne aanvaardde. De volgende spreker was de heer J. H. Wenlholt, burgemeester van Hillegom en oud-voorzitter der vereeniging. die sprak als voorzitter van de Krelage-Commissie. Aan zijn rede ontleenen wij; Rede J. H. Wentholt. U veroorlove mij, mijnheer de Voorzit ter, u mijn dank ie betuigen voor de mij geboden gelegenheid oro bij de opening van dit gebouw een enkel woord te zeggen, ik stel dit zeer op prijs, doch in hoofdzaak om hier namens de Commissie voor het Krelage fonds hare verheugenis uit te spre ken over de totstandkoming vaD dil ge bouw. De wijze, waarop het tot stand geko men is, verschilt natuurlijk in menig op zicht van die, welke heeft voorgezeten bij de mannen, die nu circa 26 jaren geleden het denkbeeld eener Krelage-stichting heb ben ontvouwd Zij hadden bepaaldelijk een ideéel streven en poogden naar de open bare erkenning van de verdiensten va'n wijlen uwen Vader, spontaan door degenen die van zijn krachtig en initiatiefvo! optre den de weldadige werking in hunne be drijven ondervonden. De redenen, waar door die pogingen niel mochten slagen kunnen rustig buiten beschouwing blijven maar die pogingen zelve misten hare goede zijde niet zij zijn de kiem geweest voor het denkbeeld van het eigen gebouw. 26 Jaren zijn sedert dien verioopen en gedachlig aan hel gevleugelde woord, dat ..late haver ook opkomt", mag de com missie van destijds, het oog richtende op hetgeen thans slaat te worden geoogst, met welgevallen op haar zaaisel neerzien, en zich gelukkig prijzen daartoe te hebben medegewerkt. Hoeveel van het destijds bestaan heb bende ideaal in dit gebouw of heler in dit complex van gebouwen is verdisconteerd, waag ik niet te beoordeelen; in den thans heerschenden tijd van materialisme blijft voor idealen weinig ruimte meer vrij. maar toch vlei ik mij met de gedachte dat de er kenning zijner verdiensten hierbij niet ge heel op den achtergrond is geraakt. Beves tiging daarvan zoude ik willen zien in het feit dat aan zijne buste in deze hall de eereplaats is gegeven en mede daarin, dat aan dit gebouw de naam van Krelage-liuis is toegekend. Die beide bewijzen van erkenning door de Vereeniging zelve spreken boekdeelen; zij zouden ongetwijfeld haren overleden oprichter, kon hij ze vernemen, dieper treffen dan eenige andere hulde. In hef bloembollenvak in hel algemeen meel men zijne beteekenis veelal of naar het in den handel brengen der Darwiniul- pen en tal van andere variëteiten van ver schillende soorteD van bolgewassen. Deze feiten, hoe belangrijk overigens ook, be hoeven m. i. geene sjreciale erkenning, zij zijn wat ik zou willen noemen, zeer geluk kige grepen van Jacob Heinrieh Krelage als vakman en handelsman. Zijne beleekenis voor den tuinbouw in het algemeen en voor het bloembollenbe drijf in het bijzonder ligt elders. Men zoeke die in zijn machtig streven om door woord en daad tot de verheffing van den Tuin bouw in Nederland werkzaam te zijn en den Tuinbouw tot een hooger plan le bren gen als een zijn eigen doel bewust, zelf standig onderdeel van den bodemculiuur in ons vaderland, bevoegd om zonder in menging van derden voor eigen belangen op le komen ter plaatse waar zulks mocht of kon noodig zijn. In dat opzicht is hij vol komen geslaagd en heeft hij den weg ge baand voor allen, die na hem in leidende posities op tuinbouwgebied werkzaam zijn of zeweest zijn. Hierop nog éénmaal het volle licht (e la ten schijnen op dezen merkwaardigen dag was mij eene behoefte en wanneer ik dan ook een lauwerkrans met linten in de Haar lemsche kleuren aan zijne buste deed hech- len, dan deed ik zulks als oud-voorzitter dezer vereeniging hem ter eere, met het bij oogmerk om hel geslacht in opkomst aan te sporen om zijn streven voort te zetten onder erkenning zijner verdiensten. Dia erkenning wordt heden voor onze commissie een feit en gaarne richt ik een woord van dank tot allen die de Commis sie in hare pogingen steunden. Het bedrag door die Commissie voor het Krelage-fonds bijeengebracht is aan het Hoofdbestuur ovorgedragen-, het is slechts luttel in ver houding tot hetgeen hier noodig was, maar alhoewel klein, het is rein en de getrouwe weerspiegelingen van de gevoelens, die de schenkers der bijdragen ten opzichte van Uwen Vader derstijds bezielden. Wanneer Gij en Uw Hoofdbestuur daarvan de over tuiging wilt mededrngen. dan zal het ze ker overbodig zijn U verder persoonlijk ge luk te wenschen met den goeden afloop Uwer bemoeiingen terzake. Dan moge ik verder volstaan met mijne beste wenschen uit te spreken voor den verderen bloei der Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur. Moge dit gebouw steeds meer en meer aan de gestelde ver wachtingen beantwoorden en het een beursgebouw zijn, waarin alléén om den hoogen prijs strijd wordt gevoerd. De hoog ste prijs zal echter uitsluitend aan die le den kunnen ten deel vallen, die hier bin nentreden met open vizier zonder neven bedoelingen bezield met het vaste voor nemen werkzaam te willen zijn in het waarachtig belang van het vak en den Tuinbouw in het algemeen. Nog talloos velen kwamen daarna de middag was intusschen ver gevorderd hun gelukwenschen, al dan niet onder aan bieding van geschenken aanbieden, en na dat „Zang en Vriendschap" zich nog een maal had lalen hooren om De Rols in Zee, een gedicht van Tollens op een wijze van Richard Hol uit te voeren, werd den auto riteiten en genoodigden in het restaurant en den leden met hun echtgenooten in de beurszaal de eerewijn aangeboden. En tot slot bezichtigde men het nieuwe hui9, het Krelagehuis, den zetel der Algemeene Ver eeniging voor Bloembollencultuur. Geschenken, Bij de herdenking van het eeuwfeest zij ner gt boerte in 1924 hebben de leden der Algemeene Vereeniging voor n'ornilotjen- eultuur aangehuden het marmeren lorrt- bend van wijlen den heer J. 11 Kr.dage, ter plaatsing in de hall van het Eigt n Gebouw. Ter gelegenheid van de ingebruikneming van het gebouw zijn aan de vereeniging de navolgende geschenken aangeboden- Door de leden van hc-t Scheidsgerecht voor den Bloembollenhandel: electrischo klok beurszaal. De Vereeniging „De Hya cinth"- ameublement bestuurskamer De commissies van toezicht op de snijbloemen- contraeten voor tulpen en gladiolus- wand- betimmering vergaderzaal Scheidsgerecht De Bond van Bloeinbollenhandelaren; ameublement vergaderzaal Scheidsgerecht. De Kamer van Koophandel voor Haarlem en Omstreken. 2 stoelen voor de kamer van den voorziffer. De afd. Haarlem: wandver siering, schilderij Mevr. Dingemans. De afd. Sassenheim: wandversiering, schilderij Louis Monceau. De afd. Limmen: Licht kroon besfuurskanjer De afd. Lisse: een geschenk, dal nog nader zal worden be paald. De afd. Westland: een hallbank De afd Oegstgeest en O.: een staande klok De vereenig Floralia te 's-Gravenzande- voor zittershamer. inktkoker en aschbokken be stuurskamer. De N V L. v Staalduynen te 's-Gravenzande: portretten van H M. de Koningin en H M. de Koningin-Moeder, be schermvrouwen der vereeniging. De Haar lemsche Bankvereeniging bord voor vraag en aanbod voor de beurszaal. R— door het Fransche Kamerlid LEON BLUM. Leider der socialistische partij in Frankrijk. Door een groot deel der openbare mee ning in Frankrijk wordt de klacht geuit, dat Slresemann in zijn onlangs gehouden redevoeringen over de ontruiming van het Rijnland gesproken heeft als over een maatregel, welke het geheele Duitschland met ongeduld verwacht. Men verwondert zich er over, dat hij een vroegere ontrui ming voorstelt als een natuurlijk en logisch gevolg van het verdrag van Locarno en van het toetreden van Duitschland tot den Volkenbond. Maar hoe zou hij ook een andere taal hebban kunnen voeren? Gansch Duitschland en alle partijen verlangen vurig naar den dag, waarop het zijn nationale souvereini- teit onverkort terugkrijgt en geen enkele vreemde soldaat meer op den bodem ver toeft. Maar hoe Is het dan ter wereld mogelijk, dat ook maar één Franschman daarover klagen zou? Geheel Duitschland in het bijzonder het republikeinsehe en pacifistische Duitschland ziet in Lo carno het openen van een nieuwe aera in de betrekkingen der beide landen, fn de plaals van de heerschappij, van den dwang en de geweidmiddelen, heeft het verdrag van Locarno het stelsel van de vrije overeenkom9len gebracht, vrijwillig gesloten en aangegaan, tusschen gelijk berechtigde nalies, wier wederzijdsch ver trouwen wordt vooropgezet. In Duitsch land (rekt men uil dezen toestand alge meen de conclusie, dat dit stelsel onver- eenighaar is met de militaire bezettingen en dat het noodwendig hun spoedig einde na zich moet sleepen. Hoe is het mogelijk dat men zich in Frankrijk daarover ver wondert? Men geeft ons daarop dit antwoord.» „Zulk een toezegging is niel gedaïn. Duilschland heeft van Frankrijk nooit een belofte van do ontruiming ontvangen". Toe gegeven. Frankrijk heeft geen formeele ver plichting met va9tgeslelden termijn aan gegaan. Het heeft echter aan Duitschland aanleiding gegeven, te hopen op een vroe gere ontruiming, althans: die le mogen ver wachten. Niemand kan ontkennen, dat deze hoop gewekt werd, zooals ook niemand kan ontkennen, dat zij met moreeie en politieke noodzakelijkheid moest voortkomen uit da verdragsbepalingen van Locarno, de toela ting van Duitschland in Genève en de De- sprekingen te Thoiry. Het dejeuner Ie Thoiry had plaats zonder getuigen, maar wie zal willen tegenspreken, dal destijds een vroegere ontruiming van een zuiver financieel slandpunt w_erd bekeken, n.l. de vloeibaarmaking van een deel der Dawes-verplichtingen? Juist daardoor w?rd toegegeven, dal de militaire bezetting niet meer als een waarborg van de veiligheid werd beschouwd, dat veeleer sedert Lo carno de Rijnland-quaestie het voorwerp was geworden van onderhandelingen om tot een overeenstemming le komen. Wat Slresemann ten slotte verlangt is, dat men den weg naar overeenstemming weder zal opgaan, dat men zonder verder dralen deze onderhandelingen weder zal openen. Dat Frankrijk volkomen eerlijk en op recht onrust kan gevoelen omtrent zijn vei ligheid, dat kan men een Duitscher weer heel moeilijk aan het verstand brengen. De Duitscher heeft zijn eigen onlwap-nd' land voor oogen in den zin, welke de verdragen aan dit begrip hebben gegeven te midden van zijn vroegere tegenstan ders en met hen verbonden mogendheden. Hij herinnert zich de bepalingen van hef Verdrag van Versailles, welke op Duitsch land de verplichting leggen, tusschen het eigen land en Frankrijk een uitgestrekte gedemilitariseerde zone in stand te hou den, zonder vestingen, zonder kazernes, zonder eenige voorbereidselen voor mobili satie. Hij zegt tot zich zelf, dat, sedert Lo carno, een overtreding van deze voorzorgs maatregelen ook de militaire tusschenkomst van Engeland en Italié aan beide zijden van Frankrijk automatisch gerechtvaardigd zou wezen. Anderzijds is toch ook in Lo carno het vraagstuk van de Duitsche ooste lijke grenzen geregeld, terwijl Duitschland de verplichting op zich nam, eventueel# conflicten mei Polen nooit met wapenge weld te beslissen, welke verplichting werd gegarandeerd door hel verdrag van den Vol kenbond. En zoo concludeerde de Duit scher: Wat wilt gij meer? Wanneer Frank rijk voorgeeft dat het bezorgd is over zijn veiligheid, dan is dat slechts een voor wendsel en het kan daarbij niet oprecht wezen." Evenwel, de ofienbare meening in Duilschland moet er zich aan gewennen, om te begrijpen dat deze bezorgdheid 1 die overigens van jaar tot jaar vermindert niet voorkomt uit de tegenwoordige om standigheden, maar dat zij een erfenis is, een overblijfsel van het verleden. Uitwer kingen kunnen oorzaken langen tijd over leven. Zelfs vóór hel Dawesplan, vóór Locarno hebben de Fransche socialisten steeds ge weigerd, de militaire bezetting te erkennen als een waarborg voor de betaling, of a.s garanlie voor de veiligheid; in beginsel hebben wij ze steeds veroordeeld. En de voorstellen, die wij herhaaldelijk ter beslis sing voorlegden om op practische wijze de moeilijkheden op le lossen, waren door een geheel anderen geest bezield dan de bespro kingen van Thoiry. Wij hebben die oplos sing gezocht in de invoering eener alge meene, internationale contróle, die noch tans ten minste voorloopig speciaal gewicht kon leggen op hel vraagsluk van de gedemilitariseerde Rijnland zone Bij deze oplossing wordl niel een bepaa de tijdsduur vaslgesleld. gedurende welke de speciale conlrolp van Duilschland door een Volkenbond-instantie van kracht blijft. Het spreekt echter van zelf. dal zij den 'er- mijn, welke bij verdrag voor de ontruiming ia vaslgesleld. niet zou kunnen overschrij den. Na 1935 kunnen wij alleen een zuiver bij verdrag geregelde en wettelijke ordening

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 10