08,le JAARGANG DINSDAG 7 FEBRUARI 1928 No. 20829 EERSTE BLAD. 1 QFFICIEELE KENNISGEVING STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD DAG5LAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN. PRIJS DER ADVERTENTIEN 30 C'a per regel voor advertentien uit Leiden en plaatsen waar agentschappen van ons Blad gevestigd rijn Voor alle andere advertentiên 35 Cts per regel Kleine Advertentiên uitsluitend bi] vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cts Bureau Noordeindsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54 PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden 2.35. per week0.18 Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week „0.18 Franco per post 2.35 portokosten. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat door hen de beslissing op het verzoek van 'le X. V. Gebrs. van Hoeken's Houthandel, om itrgonning tot het uitbreiden van de stoom- hootzagerij in de Waard, op het perceel Isdastraal bekend Gemeente Leiden, Sectie K. No. 318, is verdaagd. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRTJEN, Secretaris. Leiden, 7 Februari 1928. ONTHULLING GEDENKSTEEN JAN STEEN. I In de Sint-Pieterskerk heeft hedenmiddag |ts laatste bijeenkomst plaats gehad van de mmissie der Jan Steen Tentoonstelling 1)926. 1 Tot deze bijeenkomst waren verschillen- |cc genoodigden toegelaten. Aanwezig waren IcvL de Burgemeester en andere vertegen- Iprdigers van het gemeentebestuur, be- |nrderen van de Ned. Herv Kerk, enz. I&ï vele leden van de verschillende com- voor de Jan Steen tentoonstelling Jr; en aanwezig. f De heer mr. dr. J. G. Overvoorde heeft in «ze bijeenkomst een verslag uitgebracht, ïaaraan wij het volgende ontleenen: In Juni 1926 mocht ik aan een -ruimen hing van genoodigden het welkom toeroe pen op de Jan Steen-tentoonstelling; 'Juns rust op mij de plicht om een verslag uil te brengen over de resultaten hiervan. Bij de opening wees ik er op, hoe reeds tijdens de Rembrandt-herdenking in 1906 foor prof. Martin en mij de mogelijkheid s"erd overwogen om te zijner tijd ook eene c?rgelijke hulde te brengen aan Jan Steen, ca Rembrandt een der grootste onder onze code meesters en tevens wellicht de meest bekende schilder onder zijn gelijken, omdat b i ons in zijn werk een zoo raak beeld beeft geschetst van het Hollandschc volks even in de 17de eeuw. Toen nu de 300ste lOH nummer bestaat alt 0RIE Bladert» 0^ I plan belangstelling te wekken en een kring van medewerkers om ons te verzame len Den 29sten October 1925 had de eerste bijeenkomst plaats, waarbij tot dagelijksch bestuur gekozen werden: Mr. Dr J. G. Overvoorde voorzitter, prof Dr. W Martin, ondervoorzitter. A Coert. secretaris, Mr. J. Slagter. penningmeester. Dr. J. J. de Gel der en Dr. H. Schneider, later aangevuld met prof. Dr. P. J. Blok De "heeren A. W Frentzen en E. H. ter Kuile namen tevens aan verschillende bestuursvergaderingen deel en steunden ons met hun advies. Reeds den 17en Februari 1926 bleken de vooruitzichten zoo veelbelovend, dat defini tief kon worden besloten om voort te gaan. Het behaagde H. M de Koningin, H M de Koningin-Modder en Z. K. H Prins Hendrik der Nederlanden om het beschermschap te aanvaarden en de ministers van O.. K en W., van Financiën en van Buitenl. Zaken, de Commissaris der Koningin in Z.-H., de Burgemeester van Leiden, de gezant te Lon den, Dr. A Bredius en de heer A. L. Rei meringer. wethouder en voorzitter der Com missie voor het Stede1 ijk Museum, werden bereid gevonden om zitting te nemen in het eerecomité Er werd eene algemeene com missie benoemd, een financieele commis sie en een commissie voor publiciteit. Onze eerste oproep tot de bezitters van schilderijen vond een gunstig onthaal, dat het welslagen der plannen verzekerde Het was nu een eerste plicht om een waarborg fonds bijeen te brengen. Binnen twee we ken was een fonds van 10.000 gulden vol- teekend, waarbij de gemeente Leiden nog 2000 guldeD voegde, die ons als kasgeld werden voorgeschoten. De tentoonstelling bleek reeds dadelijk een succes, zoodat van de toezeggingen voor het waarborgfonds geen gebruik is gemaakt, doch niettemin verdienen de inschrijvers hartelijk dank. daar zij door hun toezeggin gen ons het onbezorgd voort werken mogelijk maakten. Het bestuur heeft daarom ge meend aan de inschrijvers een herinnerings penning te mogen aanbieden. De Commissie voor de Lakenhal was terstond bereid om ons de beschikking te geven over twee groote kunstzalen en ons alle medewerking toe te zeggen van de ambtenaren en beambten. De belichting der grootste zaal werd later nog verbeterd door het aanbrengen van een velum, volgens het ontwerp van den secretaris, den heer Coert, hetwelk later tot blijvend gebruik aan de Museumcommissie is overgedragen. Wij hadden dus een huis en de middelen om le ontvangen en reeds verschillende toe zeggingen van inzenders, zoodat wij met vertrouwen konden voortgaan. In het geheel werden 78 schilderijen uitgekozen, waar van 6 uit buitenlandsche musea te Berlijn, Cassel, Florence, Göttingen,en Keulen, 13 uit Nederlandsche musea te Amsterdam, 's-Gravenhage. Haarlem, Leiden en Rotter dam 21 uit particulier bezit in het buiten land in Denemarken. Duitschland. Frank rijk. Engeland. Oostenrijk en Zwitserland en 38 uit particuliere verzamelingen in Ne derland Hierbij konden enkele persoonlijke herinneringen aan Jan Steen worden ge voegd uit de Leidsche en Haarlemsche ar chieven Het bestuur betuigt zijn groote er kentelijkheid en dank aan de inzenders die hun kostbaar bezit ons tijdelijk ter be schikking stelden Het heeft gemeend een bewijs te geven van hare erkentelijkheid tegenover de inzenders door zich streng te houden aan den oorspronkelijk bepaalden sluitingsdag, en geen verlenging voor te stellen, niettegenstaande het bezoek tot den laatsten dag overweldigend was en nog groote baten deed verwachten. Veel arbeid en toewijding is op verschil lend gebied van het Uitvoerend Comité en van de Commissie gevergd, doch steeds wa- allen hiertoe bereid, en, naarmate de eter dan een onderschrift spreekt het opschrift van den gedenksteen die -dermuddag in het koor van de Pieterskerk is onthuld, en die gewijd is aan de nagedachtenis van onzen grootten Leidschen meester Jan Steen. verwezenlijking van het doel scheen te na deren. groeide zoo mogelijk nog aller be langstelling .en toewijding Elks aandeel in het welslagen te vermelden ware te vee) gevergd van uwe aandacht. Door aller sa menwerking is het schitterend succes ver kregen. Eindelijk brak de dag aan van de feeste lijke opening, op 16 Juni, nadat enkele da gen te voren de vertegenwoordigers van de pers in de gelegenheid waren gesteld om het resultaat van onze werkzaamheden te bezichtigen en de Vereeniging Oud-Leiden hare leden en genoodigden den 15en Juni door een lezing van prof Martin had voor bereid op de kennismaking met de werken van den meester. Bij de opening werden wij vereerd door het bezoek van Z. K H. Prins Hendrik Hierbij waren o.a. aanwezig de heer Visser, als vertegenwoordiger van Z, Exc. den Minister van O.. K. en W de Commissaris der Koningin, mevr. De Gijse- laarViruly, als vertegenwoordigster van haren echtgenoot, die door ongesteldheid verhinderd was, de wethouders van Leiden de Commissie voor hel Stedelijk Museum en een groote schare van hoegwaardigheid- bekleeders. vertegenwoordigers van weten schap en kunst, museumdirecteuren en kunstgeleerden. De dames mevr. J Over voordeGordon en A. Coertde Jong ver leenden met enkele orde-commissarissen hare medewerking bij de ontvangst. De burgemeester had den hoogen gast en enke len leden van het hoofdbestuur een lunch aangeboden. Toen onverwacht eene ernstige ziekte hem aan het ziekbed kluisterde, had de heer A. L Reimeringer de vriendelijk heid de genoodigden ten zijnent te vereeni gen. 's Avonds bood de voorzitter een maal tijd aan aan de loden van het hoofdbestuur en de eereleden. Z. K H. had de welwillendheid de ten toonstelling te openen na een rede van den voorzitter. Met groote belangstelling werd daarna de tentoonstelling bezichtigd en de verslagen in de pers getuigden van groote waardeering. Reeds den dag na de opening vereerde H M. de Koningin-Moeder ons met haar hoog bezoek. Het was thans de vraag in hoeverre in den lande het succe9 aan de verwachtingen van het bestuur en van de pers zoude beantwoorden. Reeds de eerste dagen werd het geschatte aantal bezoekers verre overtroffen en de verdere weken bewezen, dat hel geen voor bijgaande belangstelling gold. Dikwijls moesten de deuren tijdelijk gesloten worden, als de toeloop te groot bleek om een rustig genieten mogeli]k te maken, en .op de da gen van verlaagd enlrée vormden zich lange rijen, voordat het museum geopend werd. Door deze goedkoopere dagen heeft het bestuur aan velen voor wien het ge wone entrée te bezwarend was, de gelegen heid geboden om de tentoonstelling te be zoeken, waarvan door 5921 personen werd gebruik gemaakt. Bij de sluiting bleek, dat het totale aantal bezoekers 12.602 had be dragen. Duizenden hebben genoten van Jan Steen's meesterwerken, het museum en de stad hebben deel gehad in de belang stelling: voor den grooten stadgenoot en vele neringdoenden hebben de voordeelen getrokken van het extra-bezoek van duizen den vreemdelingen. Dit drukke bezoek heeft ook een gunsti- gen invloed geoefend op het geldelijk resul taat: De ontvangsten beliepen: aan toegangs gelden f 38.213.50; aan verkoop van cata logi f 5.819.50; aan verkoop van prentbrief kaarten f697.50; aan provisie wegens ver koop van het werk over Jan Steen door Prof. Dr. W. Martin f 162.50aan bank- rente f 1.033.05. aan diversen f 139.11, in totaal: f16.39519. Hiertegenover stonden aan uitgaven aan vrachten en transporten f2 776.28; aan ma terialen en werkzaamheden f132 51; aan assurantie f 2.861.10; aan extra-bewaking f603.70, aan gratificaties voor museums- en bewakingspersoneel f 635; aan porti, telefoon en telegrammen f 211.08aan diverse kleine uitgaven f539.13; aan re clame (met inbegrip van f 51010 voor reclameplaat) f851.18; aan drukken van den catalogus f2.981.30; aan drukken van prentbriefkaarten f 280; aan andere druk werken f270.10. aan receptiekosten f226.46 in totaal: f 1?.677.17. Zoodat een batig saldo werd verkregen van f 33.718.02. Te verminderen met f3.910.80. welke aan de gemeente moesten afgedragen worden vol gens de verordening op toegangsgelden voor het Museum, zoodat ter beschikking bleef: f 29.807 22. Hiervan werd betaald: aan subsidie voor den gedenksteen te Warmond f50; aan den heer Etienne voor den gedenksteen in de Pieterskerk en verdere hieraan verbonden kosten en kosten van de onthulling (raming) f550; aan aankoop van schilderijen ten be hoeve van de Lakenhal f25.770.21; aan aankoopen nog in behandeling (raming) f 2600, aan een bijdrage voor het inrichten van een Verster-kamer in het museum f 350. Het daarna nog beschikbaar saldo zal overgedragen worden aan de Commissie voor het Stedelijk Museum de Lakenhal, nadat alle rekeningen, ook van dezen dag betaald zijn. De rekeningen zijn nagezien door twee door de financieele commissie aangewezen personen en het bestuur ontving het be richt van accoordbevinding. Ik stel u voor om den penningmeester Mr. I. Slagter te déchargeeren voor zijn beheer, onder harte lijke dankbetuiging, de liquidatie van de nog te verrekenen 'kleine posten op te dra gen aan het bestuur en dit te machtigen om het eindsaldo over te dragen aan den pen ningmeester van de Commissie voor het Stedelijk Museum. Bij deze dorre cijfers, die u een beeld geven van den omvang der werk zaamheden, mag ik niet nalaten, na een algemeen woord van erkentelijkheid tegenover het bestuur, de verschillende commissies en de inzenders, in het bijzonder dank te betuigen aan het Ge meentebestuur van Leiden en de Commis sie voor het museum, die ons op zoovele wijzen hebben gesteund en aan allen die tot het succes hebben bijgedragen. Ook aan het personeel van de Lakenhal, aan wie het overdruk bezoek bijzondere eischen stelde, waaraan steeds met de grootste opgewekt heid werd voldaan. Ten slotte onzen dank aan het Kerkbestuur, dat ons hier gastvrij heid verschaft en dat ons straks in de gele genheid zal stellen om een laatste hulde te brengen aan den meester. Mijnheer de Burgemeester van Leiden, ik ben thans aan het einde gekomen van mijn overzicht en mij rest thans nog slechts de aangename taak om aan u, in uw dubbele waardigheid van hoofd der gemeente en voorzitter der Museumcommissie de stuk ken over te dragen, die wij uil de b*>ten der tentoonstelling konden aankoopen. Het gelukte ons de hand te leggen on een buiten gewoon werk van den Leidsehen Meester Frans van Mieris, dat langen tijd deel uit maakte van de bekende Alte Pinakothek te München, en dat thans op schitterende wijze dezen meester in zijn geboorteplaats zal vertegenwoordigen. Wij voegen nierbij een stilleven van een groot Leidsch kunstenaar uit onzen lijd. onzen te vroeg overleden vriend en stadgenoot Floris Verster, dat reeds op de aan hem gewijde tentoonstelling zoo zeer de aandacht trok, en waarvan wij weten, dat de meester zelf het tot zijn beste werken rekende, en twee portretten van een uwer voorgangers, burgemeester Nico- laas van Warmond en zijne echtgenoote Anna van Huessen, geschilderd in 1583. welke in de eerste plaats uit lor-aal-histo- risch oogpunt belangrijk zijn. Ten slotte hopen wij nog hierbij te voegen een antiek meubel waarover reeds onderhandelingen gevoerd worden, of een aequivalent hier van. Het bestuur meende echter de onthul ling van het gedenkteeken hiervoor niet te mogen vertragen. Zoo zijn oude en nieuwe kunst, geschiede nis en kunstnijverheid vertegenwoordigd, ge lijk in ons geliefd museum zelf. Wij ver trouwen dat deze aanwinsten zullen mede werken om blijvend de belangstelling voor het museum te verhoogen, waarin wij ge durende twee en een halve maand gastvrij heid genoten om hulde te brengen aan een groot meester door aan stadgenoot en vreemdeling de gelegenheid te bieden om nader kennis te maken met een ruime keuze uit zijn belangrijkste werken. Wij verzoeken u thans om de kunstwer ken voor het museum te willen aanvaar den. Nadat de burgemeester de kunstwerken had aanvaard begaven de genoodigden zich naar het koor van de Pieterskerk waar de onthullin" "laats had van den gedenksteen men zie de foto voor Jan Steen, die geplaatst is in een pilaar die staat terzijde van het graf van den Meester. Daar nam de heer Overvoorde andermaal het woord en sprak als volgt: Geachte aanwezigen. De 300ste herdenking van Jan Steen's geboortedag bracht ons de welkome aan leiding om den meester te huldigen in zijne werken door in de Lakenhal een groot aantal van zijn beste scheppingen bij'een te brengen. Deze spraken voor zich zelf Zij wekten onze bewondering en leerden ons den BINNENLAND. Onthulling van een gedenksteen voor Jan Steen en aanbieding van eenige schilderijen aan de Lakenhal in de Pieterskerk. (Stads nieuws le- Blad) Hoe prof. Lorentz Blad). wordt herdacht (3e Het voorloopig verslag der Eerste Kamer over het behond van natuurschoon. (Bin nenland. 2e Blad). Vragen omtrent het optreden van den burgemeester van Culemborg. (Binnenland, 2e Blad). De opening der Olympische Spelen sal door de Koningin worden bekrachtigd. (Sport 2e Blad). Ter-aarde-bestelling van het stoffelijk overschot van den heer O. van der Valk Bonman, burgemeester van Leiderdorp. (Laatste Berichten, lste Blad). BUITENLAND. Het Fr a nsch-Amerikaanse he arbitrage- verdrag is geteekend. (Buitenland, le Blad). Het Engelsche consulaat te Nankino door Chineesche troepen bezet (Buitenland, le Blad). De troonrede in het Engelsche parlement (Tel. 1ste Blad). Moedig optreden van een ond-militair in Galicië bij' een poging tot root (Buiten land, 1ste Blad). meester nader komen en deden voor goed vele veroordeelen vallen, die ons oordeel over den meester als mensch vertroebel den. De rijk begaafden kunstenaar, die een zoo groote schat van kunstwerken h°eft nagelaten, die tintelden van geest en diep gevoeld medeleven, kon niet de legenda rische figuur zijn, waarvan de herinnering voortleeft in het ongebonden huishouden Door herziening van deze meening waar door de meeste gebrek aan waardeering had, werd ook de meester zelf op een hoo- ger plan geplaatst. In alle binnen- en buitenlandsche bla den, die aandacht wijden aan de Oud Hollandsche kunst, werd Jan Steen als kunstenaar door meer of min bevoegden geprezen Wij zullen hierbij niet in herha ling vervallen, en evenmin in bespreking van de levensbijzonderheden, waar aan de Ilkunsthistorici hun aandacht wijdden. Slechts wil ik er op wijzen, dat dit onderzoek ook nieuwe gegevens bracht om trent zijn laatste rustplaats, waarbij wij ons thans voor eene laatste hulde verzameld hebben. Voorheen gold algemeen de op vatting, dat Steen in armoede gestorven was en dat hij was bijgezet op een der bolwerken. Oudere schrijvers hadden dit vermeld en volgende geslachten hebben dit op hun gezag herhaald Het was een© vaste overlevering geworden, waaraan te minder getwijfeld werd. omdat men meende, dat aan Steen als katholiek geen graf in een der Gereformeerde kerken zoude zijn ingeruimd. Onze voorouders wa ren echter, althans op dit punt. niet zoo kleingeestig, als het nageslacht veronder stelde, en het grafboek van de Pieterskerk vermeldt, ook na de Hervorming, enkele dooden van andere gezindten naast een overgroot aantal Gereformeerden. Het was een gelukkige vondst van Mej. F A. le Poole, toen zij in deze grafboeken ook eene aanteekening vond van het be graven van onzen meester onder ,,Ont- fangh wegens openen van particuliere eygen graven in de Pieterskerck" op 1 Fe bruari 1679, waardoor althans de weg ge wezen werd voor een verder onderzoek en het gelukte mij daarna het bewijs te vin den. dat het graf had toebehoord aan Jan Dircks Steen, Jan's grootvader, hetwelk ons bekend is uit de door Mr A. J F C. Kneppelhout uitgegeven „Gedenktekenen in de Pieterskerk" Deze zerk moest in het koor liggen en werd nu ook spoedig ge vonden. De waarschijnlijkheid is groot. datdezeTk nog hetzelfde graf dekt waar voor 250 jaar de naaste vrienden en waarschijnlijk ook zijne kunstbroeders, de laatste hulde brachten aan den te vroeg overleden kun stenaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1928 | | pagina 1