Purol bij Ruwe en Springende Handen. Doos 30 ct.
KERK- EN SCHOOLNIEUWS.
RADIO-PROGRAMMA
wapen zyn en ook een goede preventieve
werking hebben.
Het spijt hem voorts, dat de Regeering
100 afwijzend Btaat tegenover een bijslag op
de pensioenen der oud-gepensionneerden.
Deze lage pensioenen acht spr. onbillijk
tegenover de pensioenen van thans, welke
veel hooger zjjn.
Ook zou hij gaarne zien, dat iets
werd gedaan voor de weduwen van de vóór
ltKÖ gepunsionneerden, die een zeer schraal
pensioentje genieten.
Daarna komt spr. tot een bespreking van
de werf te Hellevoetsluis en hij vraagt-,
waarom op deze werf, in tegenstelling met
de verklaring in de Memorie van Antwoord,
particuliere booten op deze werf worden
opgelegd, looals spr. zelf heeft kannen con-
stateeren.
De verdediging van Indië.
De heer BRAUTIGAM (S.D.), die het be
leid van den Minister entiseert, meent, dat
het schip dar Marine nog altijd hopeloos
zonder stuur is.
Het standpunt van den minister, toen hij
voor den eersten koer als zoodanig optrad,
was, dat voor de verdediging van Indië het
grootste gedeelte van onze vloot noodig is
en dit gedeelte moest worden ondergebracht
bj; Koloniën en dat het kleinste gedeelte van
do vloot, bestemd voor de defensie van het
moederland, zou kunnen worden onderge
bracht bij het in te stellen Departement van
Landsverdediging. Wat is er van dit stand
punt overgebleven? Eerst Is de minister
gedeeltelijk tegemoetgekomen aan de oppo-
eitie van oud-minister Van Dijk c.s. en dus
is het niet onwaarschijnlijk, dat de minister
op den duur geheel diens standpunt zal gaan
innemen.
Wjjzigt de minister niet al te spoedig z(Jn
Inzichten telkens? In dit verband wijst hij
ook nog naar het veranderde standpunt van
den minister ten aanzien van den marine-
vliegdienst. Eerst wilde de minister algeheeie
afschaffing van de watervliegtuigen, welke
afschaffing de kroon zou zetten op het
streven tot vereeniging van de defensie te
land en te water. De minister noemde den
dienst een overbodige luxe en zelfs voor
de opleiding achtte hjj geen watervliegtuigen
noodig. Is dit standpunt gehandhaafd? Het
is spr. gebleken van biet en al heeft de
minister tian ook niet zijn geheele standpunt
gewjjzrigd, er is toch een belangrijke correctie
van zjjn vroeger inzicht, nu het vliegkamp
de Mok zal bljjven bestaan voor de opleiding
met watervliegtuigen.
Van verschillende zijden fa er uit de
Kamer aangedrongen op meer aanbouw van
nieuw materieel en het is ook merkwaardig
hoe de minister onder dezen aandrang is
gezwicht. Vroeger heeft de minister mede
gedeeld, dat een reorganisatie van het
personeel niet mogelijk is voordat bekend
is, welke formatie de vloot in 1930 zal
hebben en toen ook gezegd, hoe hij zich
die formatie dacht. Meer achtte de minister
toen met noodig, en met minder kon niet
worden volstaan. En thans geeft de minister
dis zjjn persoonlijke meening te kennen, dat
het streven moet zijn om de vloot na 1930
uit te breiden tot 12 jager- en 16 onder
zeebooten voor Indië, terwijl bovendien 2
onderzeeboot-mijnleggers moeten worden aan
gebouwd. Ook op dit punt zijn dus de
vroegere inzichten van den minister weer
gecorrigeerd. En zullen de genoemde aan
tallen thans de maxima zjjn? of zullen er
o*er eenige jaren weer meerdere booten
noodig blijken. Er zal een derde divisie
komen in Indië. Is daarvoor niet een derde
kruiser noodig? Na de door den minister
tbans voorgestane vlootuitbreiding zullen we
een vloot hebben van ruim 180 millioen,
waarbij vergeten moeten worden de be
langrijke onderhoudskosten.
Hoe denkt de minister zich de oplossing
van het personeel vraagstuk, mede in verband
mei genoemde uitbreiding der vloot?
Wat de begrooting zelve betreft, komt spr.
met nadruk op tegen den aanbouw van
nieuwe onderzeebooten. Kan de minister aan
geven, welke belangrijke rol de onderzoe-
boolen vervullen in een zeeslag? Naar spr. s
oordeel kunnen ze alleen gebruikt worden
tegen koopvaardijschepen en uit menscheljjk-
beidso ver wegingen verzet hij zich daartegen
ten sterkste.
De Regeering moet zich juist krachtig
tegen den duikbootoorlog verzetten, omdat
hoi een groot Nederlandsch belang is, dat
de koopvaardijschepen ongehinderd de reis
kunnen voortzetten.
Voorts bespreekt hij het optreden tegen
schepelingen, die brieven ontvingen, waarvan
men vermoedde, dat zij convocaties inhielden
van zekere vereeniging. Deze schepelingen
zijn geprest de brieven in bijzijn van de
autoriteiten open te maken, om te laten
zien, of de inhoud werkelijk bestond uit
een convocatie. Spr. ziet hierin een ernstige
schending van het briefgeheim, waartegen
hij met klem wenscht op te komen.
De heer SNOECK HENKEMANS (C.-H.)
deelt de grieven tegen het beleid van den
minister geenszins en is integendeel van
meening, dat zijn beleid de marine op een
behoorlijk peil brengt. Desniettegenstaande
betreurt hij, dat 't beheer van beide depar
tementen (Oorlog en Marine) in een hand
wordt gehouden, mede met het oog op den
RECLAME.
1251
RECLAME.
Voorde ontwikkeling van 'n krachtig
gestel heeft Uw kind veel kalk noo
dig. Geef het die, voor zijn groeiend
lichaam onontbeerlijke bouwstof,
met Kalzan, hetKalkvocdsel. Kalzan
zal het krachtig maken en bescher
men tegen verslapping, prikkelbaar
heid en verzwakking van zijn gebit.
Koop nog heden een bus.
Verkrijgbaar bij alle Apotb. en Drog. hf 1,25
en 2,25 per verpakking (45 en 90 tabletten).
1230
indruk, welke een vereenigd beheer in het
buitenland zal kunnen wekken, n.l. dat het
behee' van een zoo belangrijk departement
als dat van marine zoo licht wordt opgevat,
dat het gemakkelijk bjj de landsverdediging
kan worden ondergebracht.
Ook meent hij, dat het niet kan worden
ontkend, dat ten aanzien van verschillende
onderwerpen de inzichten van den minister
zeer zeker zjjn gewijzigd.
Spr. verzoekt den minister alsnog eens
in ernstige overweging te nemen de vraag,
of het niet meer gewenscht is den marine-
vliegdienst te behouden. In tegenstelling met
den heer Brautigam verklaarde hij, dat do
n.ededeeling over de formatie van de vloot
na 1930 hem en velen met hem zeer heelt
verheugd. Alleen vraagt hij zich af, of
niet een derde kruiser noodig moet worden
geacht. Immers er zrjn thans eenige schepen,
du de diensten van een kruiser zouden
kunnen verrichten, maar deze zijn reeds
zoo verouderd, dat ze binnenkort buiten
dienst zullen moeten worden gesteld. Spr.
vraagt dan ook, of het niet gewenscht zou
ziji, dat met den bouw van de „Celebes'*,
welke is gestaakt, weder voortgang zou
worden gemaakt.
Ten slotte dringt hjj met klem aan op
behoud van de werven te Helder en Helle
voetsluis.
Do heer DROOGLEEVER FORTUYN,
(V.-B.) wjjst op 3 punten van het beleid
van den minister, welke hem aantrekken, 3l
is er wel wat juist in de critiek op de
wisselingen in zijn beleid. In de eerste plaats
trekt spr. aan de opvatting van den minister
omtrent het aandeel, dat Indië moet hebben
in de vloot, ook in de zeggenschap daarover.
In Indië is van verschillende zijde in den
Volksraad aangedrongen op uitbreiding van
do vloot. Men is bereid daarvoor belang
rijke offers te brengen. Hoe is nu de houding
van den minister terzake den aanbouw? De
minister wil den eersten termijn van den
aanbouw van 2 K-booten nog niet op de
begrooting brengen, maar eerst op die van
1929. Hij schat dezen termijn van aanbouw
op 3 in plaats van op 4 jaar. Spr. vraagt,
of die termijn mitsdien als standaardtermijn
kan worden aangenomen. Een tweede punt,
waaromtrent meeningsverschil bestond tus-
schen den minister en zijn militaire adviseurs,
was die over watervliegtuigen. Het rapport
dier desbetreffende commis-ie kan niet veel
waarde hebben, daar deze in haar doelstelling
door den minister gebonden was. De heer
Erautigam verweet den minister, dat hij
thans van meening veranderd is. Sp. ziet
de zaken anders en verheugt zich, dat de
minister niet stijfhoofdig aan een zaak vast
houdt, nadat hem van zeer deskundige zijde
is aangetoond, dat, wat hij mogelijk achtte,
niet mogelijk was. De marinevliegers zullen
dus hier blijven opgeleid. Maar waarom
zullen zij worden opgeleid op oefenvliogtui-
gen en niet op oorlogsvliegtuigen? Of is
het de bedoeling, dat de Fokkervliegtuige-n
zullen zijn de oorlogsvliegtuigen voor Indië?
Een ander punt is de financieele betceke-
nis van de vloot. Men is er niet mee af. een
bedrag in eens op de begrooting le brengen,
en zou elk jaar een zeker bedrag moeten
uittrekken. Ook in den Volksraad is er op
gewezen, dat als men de 9chepen langer
laat meevaren dan hun eigenlijke levens
duur is, de reparaliekosten aanmerkelijk
zullen stijgen, terwijl de gevechtswaarde
daalt. Alvorens dus tot uitbreiding van de
vloot over te gaan, moet men de zekerheid
hebben dat de financiën van Nederland en
Indië de hoogere kosten zullen kunnen dra
gen.
Het laatste punt betreft het personeel-
vraagstuk. Hiermede zullen nog jaren ge
moeid gaan en het is z. i. wel optimistisch,
als de minister thans beweert, dat het prac-
tisch opgelost is, al geeft spr toe, dat de
richting, waarin de minister de oplossing
zoekt, een gelukkige is.
Ten slotte vraagt hij, of hel niet mogelijk
is, dat de zeevliegtuigen, die voor Indië ge
reed zijn, daarheen zullen vliegen.
De MINISTER; Deze zaak is in sludie.
De heer DROOGLEVER FORTUYN (V.
B.) hoopt dan, dat deze studie er inderdaad
toe zal leiden, dat de vliegtuigen naar Indië
zullen vliegen.
De heer OUD (V. D.) sluit zich aan bij de
opmerking van den heer v. d. Bilt ten aan
zien van de oud-gepensionneerden en van
de weduwen van de voor 1909 gepension-
neerden.
Wat het marinebeleid in het algemeen be
treft, merkt spr. op dat het beginsel, waar
van de minister uitgaat, een ander is dan
dat van spr. en zijn partij, welke zich stelt
op het standpunt van nationale onlwape
ning. Spr. ziet den toestand in deze Kamer
zoo, dat er is een groep die voor nationale
ontwapening is, een groep, die steeds meer
wil uitgeven voor leger en vloot, en een cen-
trumgroep.
Geen der groepen heeft echter een meer
derheid, zoodat er steeds een middenweg
tusschen twee der groepen moet worden ge
zocht.
Als hem eenige vrees bekruipt ten aan
zien van het beleid van dezen minister, is
het die dat de minister langzaam zal afzak
ken naar het standpunt van de militairisti-
sche groep ter rechterzijde.
Als de minister had blijven innemen zijn
aanvankelijk oordeel ten aanzien van de
vlootformalie, dan had hij het voor sprekers
fractie niet zoo moeilijk gemaakt, om achter
den minister le blijven staan, al is spr.'s
fractie het dan ook principieel niet met den
minister eens.
De vrees van spr. is nog versterkt na de
redevoering van den heer Snoeck Henke-
mans, die zich zeer ingpnomen loonde met
het beleid van den minister.
Wat den vliegdienst betreft meent spr. dal
hel verschil van inzichten van den minister
niet zoo groot is als de heer Bra ui gam het
voorstelt Spr is van meening dat de minis
ter niet zoozeer zijn principieel standpunt
heeft prijsgegeven en spr. hoopt, dat de mi
nister niet zaltingaan op het denkbeeld van
den heer Henkemans, om toch de afzonder
lijke vliegdiensten te handhaven.
Ook ten opzichte van het personeel-vraag-
stuk ware het spr. aangenamer geweest,
wanneer de minister zijn oorspronkelijk
standpunt had gehandhaafd, al moet spr.
erkennen, dat de minister ten aanzien van
het overcompleet meer bereikt heeft, dan
voordien ooit een andere minister heeft kun
nen bereiken.
In tegenstelling met den heer Droogleever
meent spr., dat de minister geenszins le ver
is gegaan met de inkrimping in de hoogere
rangen. Immers onze marine was topzwaar,
en om de menschen maar een emplooi te
geven, werden zij belast met commando's,
welke beneden de waardigheid van hun
rang zijn. Zoo werd b.v. een schout-bij
nacht belast met het commando van een
enderzeekazerne. Spr. is dus van meening,
dat de minister op den goeden weg is, wan
neer hij in de hoogere rangen een opruiming
houdt.
De Marine en.het dansen!
De heer KERSTEN (S. G. P.) is eenigs-
zins ongerust over het beleid van den mi
nister en dringt er op aan nauwkeurige be
hartiging van onze defensiebelangen, ook
te water. De richting, waarin de verzorging
van de godsdienstige belangen geschiedt is
z. i. in strijd met de roeping van de Over
heid in verband met onze historie. Hij zou
liever alles prijsgeven dan den beslaanden
toestand handhaven.
Ook ten aanzien van de lectuur moet de
Regeering alles weren wat verderfelijk is.
Hij dringt voorts aan op geheele handha
ving van de Zondagsrust voor zoover de
dienst het toelaat, hij verzet zich sterk tegen
het dansen. Wil de minister met alsnog hel
onderwijs in het dansen laten vervallen?
De heer J. J. C. VAN DIJK (A. R.) stelt
eenige vragen ten aanzien van het mate
rieel en van hel personeelvraagstuk. Hij
merkt op dat thans voor nieuwbouw weer
een geringer bedrag i9 uitgetrokken en acht
dit bedenkelijk.
De minister heeft vroeger gezegd, dat een
bepaald stelsel niet kon ontwikkeld worden,
voordat het personeelvraagstuk zou zijn af
gedaan, maar deelt thans mede, dat het
praclisch is opgelost, en erkent daarmede
dat ook de belemmering voor de vlootfor-
matie uit den weg is geruimd.
De minister deelt alleen mede, dat in 1929
gelden zullen worden uitgetrokken, niet voor
nieuwbouw, doch slechts als eerste termijn
voor de vervanging van de K 2. de K 3 en de
K 4. Hiermede behoeft in 1928 nog geen
aanvang te worden gemaakt, omdat uit
Indië bericht is. dat de levensduur der be
treffende booten in plaats van op 12 jaar
op 14 jaar moet worden gesteld.
De minister beroept zich voorts op den
financieelen toestand en zegt, dat voor ver
vanging van de O 5 geen gelden beschik
baar zijn. Dit alles leidt spr. tot de conclu
sie, dat de minister thans belangrijk min
der voor vervanging heeft aangevraagd dat
hij het vorig jaar heeft medegedeeld, dat hij
voor nieuwbouw geen gelden op de begroo
ting uittrekt, en dat we tot 1930 wel zullen
moeten vols'aan met hetgeen we thans heb
ben.
Welke plannen heeft de minister voor het
indienststellen van schepen voor vlag- en
machtsvertoon? Is het juist, dat dit jaar
slechts een schip daarvoor is aangewezen,
de Hertog Hendrik" en dat daarop 5 op
leidingen waren geplaatst; dat het schip
gedeeltelijk ontwapend was, en wordt door
dit alles aan de opleiding geen afbreuk
gedaan? Kan de minister toezeggen, dat
meer schepen voor dit vertoon zullen wor
den aangewezen?
Wat de vliegdiensten betreft betwijfelt
spr. of een opleiding van 15 landvliegers
tot zeevliegers voor Indiê wel voldoende
is en meent voorts, dat watervliegtuigen uit
de oorlogsformatie niet kunnen worden ge
mist, en handhaving van het watervlieg
tuig ook uit economisch oogpunt aan te be
velen is.
Wat het personeelvraagstuk betreft, komt
de minister lot de conclusie, dat de totale
sterkte is verminderd met 600 man, doch
hij vergeet mede te tellen het personeel ge
plaatst op de beide schepen, die naar In
dië zijn.
Is de bemanning van de vloot thans ook
verzekerd voor oorlogstijd en is er vol
doende reserve? Is er in Nederland en Indië
aanwezig voldoende personeel voor de ma-
rine-rpserve en in Indië voldoende Euro-
peesch personeel voor die reserve?
Ten slotte vraagt spr. waarom het niet
mogelijk is, om ook voor de oude marine
mannen een oplossing te vinden.
De hoer DROP (S.-D.) bespreekt de
rechtspositie van het marinepersoneel.
In de eerste plaats de arbeidsvoorwaar
den. Sedert 1920 zijn op de bezoldigingen
belangrijke kortingen toegepast, en her
haaldelijk heeft dan ook de C.A.M.B O. ge
tracht om deze bezoldigingen weder op een
hooger peil te brengen.
Van de Regeering heeft dit personeel
echter niets te wachten.
Het marinepersoneel leeft in een toe
stand van rechteloosheid, waarbij alle
macht is overgelaten aan den minister
Daarom is het dringend gewenscht. dat
spoedig een regeling voor het klachten
recht wordt getroffen.
Militairen van de Marine mogen wel deel
nemen aan betoogingen, maar niet aan
demonstraties. Maar wie maakt uit. wat een
betooging is en wat een demonstratie? Het
personeel is overgeleverd aan een wille
keur. waaraan spoedig een einde moet wor
den gemaakt
Voorts vraagt spr welke bezwaren er bij
het Indische legerbestuur beslaan om aan
korporaals te vergunnen, hun gezin voor
landsrekening naar Indië over te voeren
en dringt er op aan, dat ze in de 3de klasse
zullen worden vervoerd.
Daarna critiseert hij de verlenging van
den turn voor ongehuwden van 2 tot 3 jaar,
welke voor deze ongehuwden in hooge mate
ongewenscht is.
Hij sluit zich ten slotte aan bij den aan
drang om te komen tot verbetering van de
pensioenen der oud-marine-mannen en hun
weduwen.
Minister LAMBOOY heeft van den aan
vang van zijn bewind af de oplossing van
het personeelvraagstuk steeds gezocht in
dezelfde lijn. Als de heer Duymaer van
Twist zegt, dat hier sprake is van den boel
door elkaar halen, dan is hij hierin geheel
onjuist.
De minister breekt zijn rede af.
De vergadering wordt verdaagd tot heden
1 uur.
PREDIKBEURTEN.
VOORHOUT.
Ned.-Herv. Kerk: Woensdagnam., 7 uur,
ds. F. G. H. Nicolal.
LISSE.
Chr. Geref. Kerk: Donderdag nam., 7 u.,
ds. S. van der Molen.
Geref. Gera.: Donderdagnam., 7 uur, Iees-
di ernst.
NED. HERV. KERK.
Drietal: Te Utrecht: G. Bolkestein, te
ApeldoornJ. H. Grolle, te Hillegom, en
A. J. Wormgoor, te Bussum.
Beroepen: Te WiiligeLangerak en
Reeuwjjk: W. Rynsburger, cand. te Utrecht;
Te Metslawier: P. Prina van Wijngaarden,
cand. te Velp (Gld.).
Aangenomen: Naar Veenendaal: N.
van der Snoek, te Kralingen.
Bedankt: Voor WilsumC. Vlastblom,
te Driesum.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Ambt-Vollenhove: G. D.
Kuiper, cand. te Kampen; Te Tjjnje: H.
Brinkman, te Harmeien.
Bedankt: Voor Surhuisterveen: J. Het-
tinga, te Wijckel en Balk; Voor Koog-Zaan
dijk: G. Staal, te Culemborg.
CHR GEREF KERK.
Bedankt: Voor Broek onder Akker-
woude: J. D. Barth, te Alphen a. "d. Rijn.
REMON. BROEDERSCHAP.
Aangenomen: Naar Boskoop en Wad-
öinxveen: W. N. van Nooten, prop. te Leiden.
DOOPSGEZ GEMEENTE.
Bedankt: Voor Den HornNoordhorn:
M. J. Kosters, te St. Anna-Parochie.
ALGEMEENE SYNODALE COMMISSIE DER
NED. HERV. KERK.
Vergadering te Den Haag.
De algemeene synodale commissie der
Ned. Herv. Kerk heeft gisleien haar na
jaarsvergadering geopend in het gebouw der
Synode le Den Haag.
De commissie is aldus samengesteld: dr.
G. J. Weyland, president, D. Zoete, vice-
president, D. den Breems, secretaris en ad-
viseerend lid, D. Eilerls de Haan, dr. W. J.
Aalders, J. Barbas, J. D. J. Idenburg, A. M.
Bloem, mr. H. E. Cost Budde.
De president verwelkomde de nieuwe le
den, de heeren Bloem en mr. Cost Budde en
herinnerde aan het feit, dat de algemeene
synodale commissie gedurende honderd ja
ren in de Herv. Kerk haar arbeid heeft ver
richt. Ter tafel was een brief van dr. H. H.
Meulenbelt, waarin aan de afsluiting van
dat tijdperk wordt herinnerd.
De secretaris las het verslag van de tus-
schontijds afgedane zaken.
Door de Prov. Kerkbesturen moest hoof
delijk worden gestemd over zeven weiswijzi
gingen. waarvan de synode had besloten,
dat zij behooren te worden vastgesteld. De
wijziging van het reglement op de vorming
van buurtgemeenlen behoeft, omdat zij ver
andering van het algemeen reglement noo
dig maakt, twee derde van het aantal der
uitgebrachte stemmen. Zooals wij reeds heb
ben medegedeeld, is dit aantal echter niet
bereikt. Er waren 38 voor en 29 tegen, zoo
dat het gewijzigd reglement is verworpen.
Hetzelfde geldt voor de tweede wijziging,
welke betrekking heeft op de terugbrenging
van de Waalsche gemeenten tot de bevoegd
heden van een classis. Hiervoor verklaarden
zich 42 en tegen 25 stemmen. Aangezien
het getal minstens 4-5 had moeten zijn, is
ook deze wijziging, waarover zooveel te dóen
is geweest, zeker wel tot vreugde van de
Walen zelf, verworpen. De overige vijf wij
zigingen zijn aangenomen resp. met 67. 56,
66. 67 en 67 stemmen en zullen worden uit
gevaardigd op 1 Jan. 1928.
Dr. Aalders rapporteerde namens gecom
mitteerden over het toezicht op de admi
nistratie van den quaestor-generaal. Het
rapport gaf geen aanleiding tot opmerkin
gen.
De president benoemde verschillende com
missies:
1. voor de beoordeeling van afschriften
van besluiten, uitspraken en beslissingen,
de heeren Eilerts de Haan en dr. Aalders;
2. voor behandeling van de vraag over de
inrichting van den Ligger van het predi-
kanlslraklement, Ie heeren Barbas Bloem,
Cost Budde en Eilerts de Haan;
3 betreffende de vraag, waar in de regle
menten verduidelijking van de bepaling van
meerderjarigheid noodig is. de heeren Cost
Budde en Idenburg,
4 voor behandeling van een brief van de
Synode de l'Union des Eglises évangéliques
protestantes de Belgique, betreffende pen
sioenregeling, de heeren Zoete en dr. Aal- 1
ders;
5. voor behandeling van het voorstel van
eenige bepalingen in het reglement voor
kerkelijk opzicht en tucht, de heeren Eilerti
de Haan, Idenburg en Bloem.
De voorbereiding van de wijdingssamea-
komst op den eersten dag van de vergad*.
ring der Synode werd aan het Moderaraen
opgedragen.
Vervolgens werden de prov. corresponded
ten aangewezen voor de behandeling van
de verschillende aanvragen om steun Voor
Gelderland zal de heer Cost Budde optreden,
voor Zuid-Holland de heer Eilerts de Hnanl
voor Noord-Holland dr. Weyland, voor Zee
land dr. Aalders en voor Friesland de keer
Barbas.
Den heer Zoete werden Utrecht en
Overijsel toevertrouwd Groningen en Drente
den heer Bloem; Noord-Brabant met Lim
burg den heer Idenburg.
CHRISTELIJKE VERZORGING VAN
ZENUWLIJDERS.
Gisteren is le Utrecht de algemeene ver
gadering gehouden van de Vereeniging tot
Christelijke verzorging van zenuwlijders.
In zijn openingswoord heeft de voorzitter,
prof. dr. H. Visscher, den kort geleden over
leden secretaris der vereeniging ds. A. van
Andel te Hilsersum herdacht,
Spr. merkte verder op, dat de toestand der
vereeniging in het afgeloopen jaar gezond
bleek. Zij vervult een gewichtige philan-
tropische of beter: sociale taak, en met
kracht. Spr. dankte dr. C. W. Scheffer en ds.
J. G. Klomp voor hun arbeid en het overige
personeel voor hun trouwe plichtsbetrach-i
ting.
Volgens het jaarverslag van den secreta-
ri9 ds. Rijk Kramer is in overweging de be*
noeming van een derden geneesheer. Even
eens is in voorbereiding de bouw van een
paviljoen voor acute psychose. In 1926 wer
den 201 patiënten opgenomen, waarvan 129
verbeterden of herstelden, 69 verergerden en
4 overleden. In dienst waren 44 verpleeg
sters en 10 verplegers.
Prof. dr. H. Visscher en de heer F. Gun-
nink te Kampen werden als bestuursleden
herkozen. In de open plaatsen-Van Andel
en Van Beesk Colhoen werden als bestuurs
leden gekozen ds. W. H. Gispen te Haas
trecht en de heer Smilde te Rotterdam.
Aan den afgetreden penningmeester mr.
H. J. H. baron Van Boetzelaer te Utrecht
werd voor zijn arbeid in het belang der ver
eeniging dank gebracht.
Aan de Koningin-Moeder, bescherm
vrouwe der vereeniging, werd een telegram
van hulde gezonden.
De eerstvolgende jaarvergadering zal In
het begin van 1929 worden gehouden.
VOOR DONDERDAG 17 NOVEMBER.
Hilversum (1060 M.). 12 u.: Politieber.
12.352 uur: Lunchmuziek door het
trio John Helden, viool; M. v. 't Woud,
cello, G. Verhey, piano. 34 uur: Uurtje
voor de Wees- en Ziekenhuizen door mevr,
Atn. v. Dijk. 44.30: Huisvrouwen-
halfuurtje. 5.307.15: Concert door het
ANRO-orkest, 0. 1. v. Nico Treep. Het 2de
gedeelte bestaat uit oude dansmuziek. So
liste: Jacqueline Verlinden, sopraan.
7.15: Engelsche les voor meergevorderden.
7.45: Politieber. 8.10: Concertge
bouwconcert. Aansluiting van het Concert
gebouw te Amsterdam. Orkest 0. 1. v. Pierre
Monteux. 10.30: Persber. In de studio
zingt mevr. Menage Challa.
Huizen (1840 M.) (na 6 uur 1950 M.).
12.301.30: N. G. R. V., lunchmuziek. Hr,
Charlenry, cello; hr. M. Koning Jr., bari-
tonè 45 uur: Ziekenuurtje te Leiden
door ds. A. C. G. den Hertog, N. C. R. V.,
te R'dam. 67 uur: N. C. R. V. Cursus
Paedagogiek (les 3). 77.30: Lessen.
7.308 uur: Spr. N. C. R. V., de heer H J.
Bekkering, accountant te A'dam, lid v. h,
adviesbur. v. d. middenstand. 8 uur:
N. C. R. V. Concert. Het Draper-kwartet te
Enschedé (D. A. G. Draper, le viool; M.
Draper, 2e viool; A. Draper, alt; Agnes
Draper, cello).
Davenlry (1600 M.). 11.20: Davenlry-'
kwartet en solisten (piano, sopraan).
I.202.20: Gramofoonmuziek. 2.50: Le-
zing. 3.20: Vesper i. d. Westm. Abbey,
4.05: Lezing. 4.20: Orkestconcert.
4.35: Lezing. 4.50: Orkestconcert.
5.20: Concert, orgelbespeling. 5.35' Kin
deruurtje. 6.20: Dansmuziek. 6.50:
Nieuwsb. 7.05: Berichten. 7.20. Le
zing: New Vovels. 7.35: Fuge's r3n
Bach (piano). 7.45: Lezing. 8.05: Ka
mermuziek. Brosa-strijkkwartet. M. Raphel
bariton. 9.20: Nieuwsb. 9.35: Lezing:
Arnold Bennett. 9.50: Nieuwsb. 9.55:
Variété. 10.5012.20: Dansmuziek.
Parijs ..Radio-Paris" (1750 M.). 10.50
11 uur: Concert. 12.502.10: Orkest-
concert 5.055.55: Koersen. 8.50
10.50: Concert. Fragmenten uit een opera-
comique. Orkest, soli.
Langenberg (469 M.). 12.30150:
Orkestconcert. 5.206.20: Orkeslcon-
eert. 7.35: Bonte avond E. Mu?--"'»
sopraan; J. Berce, tenor; H. Schnenf. bari
ton; P v. d. Osten, declamatie; H. Frobsi j
en P. Hailing, declamatie; K. Martseller,
harp; H. Klauenberg. dierengeluiden-iniHa-
lor. Sehrammeltrio. Tot 11.20 Dansmuziek
Königswusterhausen (1250 M.). 1-50-"*
7.30: Lezingen en lessen. 8 20: Mozart'
avond. Symphonie-orkest 0. 1. v. G Szé'L
9.50: Dansles en daarna tot 11.50 Dans*
muziek.
Hamburg (395 M3.35: Vocaal con
cert. 4.20: Dansmuziek. 5.20: Vroo*
lijke muziek. 7 20 ..Jugendfreunu^
klucht in 4 aclen van Fulda. Daarna
II.10 Dansmuziek.
Brussel (509 M.V 5.20—6.20: Kinder
uurlje. 8.35-10.85: Concert door b"
radio orkest.
9-3