Purol bij Ruwe Handen VERBRUIKERS».s ZEEPPOEOER St. Nicolaas-Verrassing „De Hollandsche Waschvrouw" „DE HAMER" TWEEDE KAMER. KERK- EN SCHÖÖLNIEUWS. 'loir AO vincie. Met den trein van 9.34 uur kwam de prins in Hoogeveen aan, vanwaar uit, na door deD waarn. burgemeester en den eecretaris te zijn rondgeleid, in auto's naar Emmen gereden werd ter bezichtiging van de landbouwhuishoudschool en het consulr tatiebureau voor t.'b.s.-bestrijding. Ver schillende plaatsen, w.o. Witteveen, wer den door den priDB, die in Havelte blijft overnachten, bezocht. GOOR GAAT WEER VLAGGEN. De raad van Goor heeft op voorstel van wethouder Moorman besloten het vroeger genomen besluit om niet te vlaggen op verjaardagen van leden van het Konink lijke Huis, weer in te trekken. Interpellatie-De Visser over de interAeeringen in Ned.-Indië. Communistische criliek. (Zitting van gisteren.) Een aantal wetsontwerpen wordt aan de orde gesteld tegen Donderdag 27 October. Z. h. st. wordt aangenomen de conclusie van het verslag der Commissie omtrent de Inlichtingen op het adres van Wiria At- madje, gewezen stationsklerk 2de klasse, le categorie, bij den dienst der Staatsspoor wegen op Java, te Tjitjalengka, thans wo nende te Wanaradja, houdende verzoek het daarheen te leiden, dat aan adressant als nog pensioen of onderstand worde toege kend, of wel dat hij in 's Lands dienst worde herplaatst. Aan de orde ls de interpellatie-L. de Vis ser betreffende de vervolging, de veroor- deeling en de massa-interneering van com munisten in Indonesië. De VOORZITTER stelt voor den maxi mum-spreektijd voor den interpellant te be palen op 1 uur. De heer L. DE VISSER (C.-P.) wenscht onbeperkten spreektijd. De VOORZITTER kan dat niet toestaan. Hij wijst er op, dat de formuleering van de interpellatie niet toelaat, dat in den breede gesproken wordt over de economische en politieke oorzaken van de onlusten. Die kunnen bij de Indische begrooting ter sprake komen. Bovendien is het sprekers bedoeling voor de tusschenkomende sprekers en voor de repliek van den heer De Visser 40 minu ten toe te staan. De heer DE VISSER handhaaft zijn mee- ning. Het voorstel van den Voorzitter wordt aangenomen met 42 tegen 19 stemmen. Tegen: Sociaal-Democraten en Communist. De heer L. DE VISSER (C.-P.) komt op tegen de methode der Indische regeering om stemming te wekken tegen vervolgde com munisten. Spr. doelt op de woorden in de Troonrede: „Aan het eigen Indische volks leven zijn deze onlusten vreemd. Maatrege len zijn genomen om ook in de toekomst de bevolking tegen aanslagen op zijn veiligheid en welvaart te beschermen." Dit wekt den indruk, alsof de onlusten kunstmatig van buiten waren gekweekt In dit verband wijst de interpellant op de opstanden, die steeds in Indië plaats hadden, de opstan den op Sumatra, in Tapanoeli, op Celebes enz. De geschiedenis der koloniale over- heersching is een aaneenschakeling van onlusten en daden van verzet tegen het ge zag. De Indische regeering heeft steeds een moord- en roofpolitiek gevoerd. De VOORZITTER hamert De heer DE VISSER: Ga maar eens kij ken in het Rijksmuseum te Amsterdam. In de koloniale afdeeling zullen u de geroofde schatten toeglinsteren. De werkelijke oor zaken der onlusten zijn de onderdrukkings politiek der regeering. De woorden in de Troonrede berusten dan ook op onwaar achtigheid. Spr. noemt Alva in één adem met jhr. De Graaff en dr. Koningsberger en be spreekt de politieke nota der regeering over de onlusten, bijeengebracht door spionnen, die tegen zooveel per regel de vuilste din gen hebben neergeschreven. Zoo treedt het geboefte op. De VOORZITTER verzoekt den heer De Visser zich te matigen. De heer DE VISSER zegt, dat de Indische bevolking het recht had zich te verzetten. Hij brengt hulde aan de opstandelingen, die gevallen zijn onder de terreur van het In dische kapitaal. Het spreekt vanzelf dat revoluties in Rus land en China hun invloed hebben doen gelden op Indonesië. Die dingen zijn van Indië niet af te sluiten. Maar wat deed de Indische regeering? Zij trad op met massa gevangenneming, en andere maatregelen van geweld, vergaderverboden, pers- en spreekbelemmeringen. De onschuldigen wor den gehangen, de werkelijk schuldigen gaan vrij uit. De arrestanten staan aan aller'ei mishandelingen bloot, waarvan spr. eenige voorbeelden aanhaalt. De intemeering der gearresteerden Is het allerafschuwelijkste schandaal, dat ooit in de wereldhistorie is voorgekomen. Zonder een schijn van bewijs worden zij vervoerd naar boven-Digoel, op grond van het exorbitante recht, dat wordt toegepast, als geen enkel ander recht toe passelijk is. De exorbitante rechtspraak is immers geen rechtspraak. Het verbannen naar Boven-Digoel betee- kent niet minder, dan dat de menschen ter dood veroordeeld worden. Spr. stelt vervolgens de volgende vragen aan den Minister van Koloniën: 1. Hebben de gebeurtenissen, die ik heb aangegeven, de regeering nu nog niet ge leerd, dat wereldbewegingen als de commu nistische partij, de vakorganisatie van loon arbeiders en kleine boeren, benevens de na tionalistische organisaties van koloniaal overheerschte volken, met maatregelen van geweld niet zijn tegen te houden, waarom het wenschelijk is de wettelijke maatrege len als z.g. haatzaai-artikelen, vergaderver boden, stakings-, demonstratie-, pers- en spreekbelemmeringen op te heffen en de volksbeweging tot vrije ontwikkeling te laten komen en is de regeering niet van oordeel, dat de opstandelingen dus volko men in hun recht waren, toen ze van het in de historie door alle richtingen in de maatschappij erkende recht tot den opstand gebruik maakten, om zich te verzetten tegen het regime van den overweldiger en onder drukker? 2. Is de regeering niet mede van oordeel, dat dus oogenblikkelijk alle strafmaatrege len moeten worden ingetrokken en volko men amnestie aan alle politieke gevange nen en geïnterneerden moet worden ver leend? 3. Zoo neen, heeft de regeering dan de zekerheid, dat elk proces of interneerings- besluit ten aanzien van opstandelingen, communisten of van communisme verdachte personen, gerekend zelfs naar den maat staf van het burgerlijk rechtop juiste gronden is genomen, en daarbij geen ern stige vergissingen zijn begaan? 4. Is het de regeering bekend, dat h*t sub 3 gevraagde zoowel in Indonesië als hier te lande, door breede groepen der maat schappij, zoowel in de kringen van intel- lectueelen als in die van de arbeidersklas sen ernstig wordt betwijfeld? Is de regeering daarom bereid, ter be vrediging van het gekrenkte rechtsgevoel, een commissie van onderzoek, waarin het volk in Indonesië zoowel als hier te lande vertrouwen kan hebben, te doen benoemen en hiejin als politiek direct belanghebbende ast minstens 2 leden van dc communisti sche internationale een plaats te ver- ieentn? De minister van Kolon'ën, de heer KO NINGSBERGER, wenschte zich ftrikt te be palen tot het thema, waarin de interpel latie is aangekondigd, liet onderzoek in Indië heeft onomst).'.«lijk vastgesteld. Jat de onlusten in de eerste plaats te wijten waren aan actie van communisten «n Ne derland en daar buiten 7ooals gewoonlijk in dergelijke gevallen gebeurt hebben zij, d;3 in dezen gang van zaken den eerst"n stoet gaven, zich buiten schot gehouden. Dcor voorspiegelingen en betaling heeft men zie "h een grooter aanla! na'hangers bezorgd, vairbij men afdaa'de tot de onderste tagen van het millioenorivMk Deze waren de eigenlijke uitvoerders, die niets hadden te verliezen en dit avontuur konden wagen. Verder was er een klein aantal communislen, dat daadwerkelijk aan den opstand deelnam. Ten slotte waren er de aanzetters, die zich verder schuil hiel den. Er zijn straffen en interneéringen uit gesproken, die stTeng kunnen worden ge noemd. Maar de rechter en de regeering heb ben niet geaarzeld. Tegen deze straffen is geen verzet gehoord. De breede lagen van het Indische volk zien dan ook in, dat er streng, maar juist is opgetreden. De bestaan de bepalingen tegen ontwrichting der maat schappij en ten einde rust en orde te hand haven, kunnen niet worden gemist. Het tweede deel der eerste vraag wordt ontken nend beantwoord. Op de tweede vraag luidt het antwoord, neen. De regeering heeft de vaste overtuiging dat de gouverneur-gene raal en de rechterlijke autoriteiten strikt eerlijk en naar volle overtuiging hebben rechtgesproken. Het antwoord op de beide laatste vragen moet eveneens ontkennend luiden. De heer CRAMER (S.-D.) merkt op, dat voor hem omtrent de eigenlijke oorzaken der onlusten nog niets „onomstootelijk" vast staat. Het eenige geschrift, waaruit men zijn kennis kan putten, is het Bantam-rap- port. Spr. verzoekt dit rapport over te leg gen vóór de behandeling der Indische be grooting. Verscheidene leden van den Volkenbond hebben er op gewezen, dat men hier te ma ken heeft met nieuwe vormen van oude verschijnselen. Dat slechts een klein deel der bevolking deel nam aan den opstand, zegt, naar spreker meent, niets, evenmin als het feit, dat de minister geen uiting van protest had gehoord tegen de straffen, die gegeven zijn. De minister is hier wat al te naïef. Hij weet toch, dat in heel Indië de Nederlander gehaat wordt en dal meenings- uiling onmogelijk is gemaakt. Ware er een ernstig protest gekomen, dan zouden dege nen, die geprotesteerd hadden, tegelijk bij hun kraag zijn gepakt. De heer DE VISSER: En naar boven Digoel zijn gezonden I De heer CRAMER citeert eenige uitspra ken van de Indische pers en wijst er op, dat o a, men algemeen van meening is, dat er economische oorzaken zijn, voor de ongere geldheden. Spreker begrijpt niet dat de minister niet wil voldoen aan den wensch van sprekers partij om een onderzoek in te stellen naar de excessen, die zijn voorgevallen bij de arrestaties. De Gouverneur-Generaal heeft deze excessen goedgepraat. Als hij op Su matra niets van dien aard heeft aangetrof fen, is dat niets dan schijn. De heer DE VISSER: Officieel bedrog! De heer CRAMER zegt. dat het niets dan schijn is, dat men in Indië in pais en vree leeft Integendeel leeft men daar op een vul kaan. Hij vraagt maatregelen tegen de „Atjeh-politiek", van den resident Carsten en den majoor Remrev. De exorbitante maatregelen dienen geschrapt te worden Eerst als de intemeering geregeld wordt in het Wetboek van Strafrecht is men zeker van een behoorlijke strafprocedure. Spr RECLAME. 187 wenscht ten deze een uitspraak van de Ka mer en dient een motie in, waarin de re geering verzocht wordt nauwkeurig onder zoek in te stellen naar iedere intemeering. De heer v. BOETZELAER v. DUBBEL DAM (C.-H.) zegt, dat een vruchtbare ge- dachtenwisseling met dezen interpellant bij voorbaat onmogelijk is, waar de laatste de genen verheerlijkt, die door anderen gehou den worden voor aanranders. Meent de heer De Visser nu werkelijk, dat hij de zaak hier mede dient? Laat hij voortaan niet zoo haastig zijn met het aanvragen van interpel laties en dit overlaten aan anderen. Spr. moet protesteeren tegen dat deel der rede van den heer Cramer, waarin hij aan drong op afschaffing der exorbitante rech ten. Wanneer onder deze omstandigheden deze rechten er niet waren, zouden zij aan de regeering moeten worden verleend. Wat de intemeering aangaat, heelt de Gouver neur-Generaal herziening van maatregelen toegezegd, als blijkt, dat één dier maatrege len onjuist zou zijn. In deze omstandigheden acht spr. de intemeering een zeer humanen maatregel. Men zal toch ook niet den weg op willen van Rusland, waar ieder, die niet welgevallig is, eenvoudig uit den weg ge ruimd wordt? De heer JOEKES (V.-D.) heeft het over den grooten bombast, dien de interpellant toepaste bij de behandeling van dit vraag stuk. De heer DE VISSER: Spreek toch zulken onzin niet. Weerleg liever wat ik gezegd heb, doodbidderI De VOORZITTER: Ik verzoek u te zwij gen, anders pas ik het reglement van orde toe! De heer JOEKES zegt, dat het antwoord van den Minister van weinig beteekenis was. Het mag waar zijn, dat er onverant woordelijke agitatoren aan het werk zijn geweest, dit neemt niet weg, dat zij een voe dingsbodem vonden in een maatschappij, die in haar noodzakelijke evolutie wordt te gengewerkt. Een grooter factor is geweest het te straf optreden van den vorigen Gou verneur-Generaal, die geen onderscheid maakte tusschen de revolutionaire en de groote inlandsche beweging, die geen geweld voorstaat. Overigens behoeft van de zijde der communisten niet in de eerste plaats verontwaardiging te klinken. De communis ten hebben de laagste standen der maat schappij omgekocht met allerlei valsche voorspiegelingen. De één zou een baantje bij de regeering krijgen, de ander zou vrij van belasting zijn, een derde zou gratis in een auto mogen rijden en zelfs zou de af stammeling van een sultan een eigen harem mogen hebben! Daarmee ziet men duidelijk het leugenachtige van die propaganda. Wat nu de inlerneeringen betreft, de Gou verneur-Generaal heelt zelf toegegeven, dat er vergissingen begaan kunnep zijn. Binnen een week moesten de residenten den procu reur een lijst overleggen van de voor ïnler- neering voorgedragen personen. Bij deze overhaasting kon een behoorlijk onderzoek niet plaats hebben. Een belangrijk deel der gegevens was verkregen door spionnenwerk. Boven de exorbitante rechten van den Gou verneur-Generaal geeft spreker dan ook de voorkeur aan een procedure. Den heer Cra mer geeft spr. in overweging, zijn motie in te trekken, omdat die kan worden opgevat als afkeuring van het beleid. De heer KLEEREKOPÊR (S.-D.) wjjst op bet verkeerde, dat de beslissing over ai of niet toepassing van de doodstraf in handen van één man berust. Bij alle pro cessen, die tot het uitspreken van de dood straf leiden, voerde de politiek het eerste, het laatste en het hoogste woord. De dood straf moet overigens beschouwd worden als te zyn uit een vroegere cultuurperiode, waar mee onze t\jd heeft afgedaan. Reeds de practyk zelve beveelt de af schaffing aan. De basis van de rechtspraak is in Indië veel zwakker dan by ons en toch past men daar een straf toe, die wjj hier niet willen hebben. Spr. stelt een motie voor, waarin sympathie wordt uitgesproken over de afschafiing van de doodstraf en waarin de wenschelijkheid wordt uitgespro ken, dat de afschaffing van de doodstraf ook voor de gebieden des Rijks buiten Europa in overweging wordt gegeven. De heer BIJLEVELD (A.-R.) gelooft niet^ dat de belangen des lands zouden zijn ge schaad als deze interpellatie niet was ge houden. Hij begrijpt niet, dat juist de lieer De Visser moet opkomen voor de vrijheid van het Indische volk, waar Lenin, de vader van het communisme, gezegd heeft, dat vry-' beid slechts is een burgerlijk vooroordeel. Verder heeft het spreker getroffen, dat de sociaal-democraten niets te zeggen hebben over het misdadige van de communistische actie. Hoe geheel anders was de houding der Indische sociaal-democraten! Wat de heer Cramer hier zeide, was compromitr teerend voor de Inlandsche beweging, die hij vereenzelvigde met de communistische misdaden. Spr. brengt hulde aan den Gouverneur- Generaal, die de krasse maatregelen niet alleen goedkeurde, maar ook dekte met zyn persoonlijk woord. De heer VAN RIJCKEVORSEL (R.-K.) vraagt of de regeering nadere mededeelingen kan doen over de excessen, die volgens den interpellant zyn voorgekomen. Overigens kon de interpedant weten, dat een opstand niet kan plaats hebben zonder risico voor de opstandelingen. Op den grondslag der ge handhaafde orde vertrouwt spreker, dat de Indische regeering alles zal doen om een voedingsbodem voor ontevredenheid te voor- i komen. De exorbitante rechten kan de re geering echter nog niet missen. Wil men die niet toegepast zien, dan moet men geen opstand verwekken. Met de motie-Cramer gaat spr. niet mede, evenmin als met de niotie-Kleerekoper. De heer DROOGLEEVER FORTUYN (V.-B.) is van meening, dat de heer Cramer op bedenkelijke wijze de rede van den heer De Visser heeft onderstreept door indiening van zijn motie. De interpellant had reeds eon vraag gesteld over het instellen van een onderzoek en de Minister heeft dit gewei gerd Natuurlijk had men liever een normale procedure gezien, maar in verband met den noodtoestand zijn de interneeringen op deze wijze gepchied. In de motie ziet spr. niet anders dan een motie van afkeuring ten op RECLAME. 172 sïi» ZENDT UW LINNENBONS GEDURENDE DE MAAND NOVEMBER AAN ONS IN EN U ONTVANGT ALS EXTRA CADEAU EEN T. P.VIRIILY Co s i ■■bhhhhbhi GOUDA zichte van de Indische regeering. Aanneming van de motie zou in deze omstandigheden verderfelijk zijn. Met de afschaffing van de doodstraf staat het niet anders. Er kan niet beoordeeld worden, of die afschaffing kan plaats hebben. De heer KERSTEN (S.G.P.) betoogt, dat de overheid den plicht heeft het gezag te handhaven en de overtreders te straffen. Wij hebben aan Indië de schuld het volk op te voeden en het Woord des Levenden Gods daar te brengen. Spr. protesteert tegen de rede van den heer Kleerekoper. Spr. zou da doodstraf in Nederland wiilen zien inge voerd. Het staat in Genesis duidelijk ge schreven, dat diens bloed zal vergoten wor den, Wie eens anders bloed vergiet. De barmhartigheid mag nooit het recht verdrin gen. De heer DE VISSER (C. P.) vangt zjjn repliek aan, om die heden voort te zetten. De vergadering wordt te 6 uur verdaagd tot heden 1 uur. NED.-HERV. KERK. Beroepen: Te Purmerend (toez.)H. J. Kastein, te Grootebroek: Te Veenendaal (3e pred. plaats): N. v. d. Snoek, te Kralingjn Bedankt: Voor Wassenaar: F. H. van Oosten, te Feijenoord. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Baarland: G. D. Kuiper, cand. te Kampen; Te Hoofddorp: J. W. Esselink, te Eindhoven. Aangenomen: Naar Laar (Gr. Bent- heim): J. van Raalte, te Geesteren. Bedankt: Voor Anna Jacobaparochiq Engwierum, Hylaard, Noord-Scharwoude^ Ooster-Nykerk, Ternaard, Tzum en Wormer:. A. Mout, cand. te Rotterdam. CHRIST. GEREF. KERK. Tweetal: Te SchiedamJ. Jongeleen, te Hilversum; en J. A. Riekel, te Sliedrecht Bedankt: Voor Dordrecht: J. Jong3löei\ te Hilversum. DE GEN. SYNODE DER GEREF. KERKEN. De Gen. Synode der Geref. Kerken is gisteren te Groningen weder bijeen geko men, hoofdzakelijk ter afdoening van de quaesties dr. J. C. Brussaard en dr. N. D. v. Leeuwen. Te half drie opende de praeses, dr. K. Dijk van 's-Gravenhage, de vergadering met het doen zingen van Ps. 74: 2 en 20; het lezen van Joh. 17: 1428 en gebed. Hij hield daarna een rede en belichtte daarin de gewichtige beslissing, waarvoor de Sy node staat en de vragen haar thans voorge legd. Daartoe is noodig veel gebed. Wij zoe ken en ik heb, aldus spr., behoefte dit nog eens uit te spreken niet de gedeeld- heid. Wij begeeren in alle oprechtheid de eenheid! In ons antwoord aan de Geref. Kerken in Hersteld Verband hebben wij. al dus spr., dit duidelijk uitgesproken. We heb ben zooveel ons dit mogelijk was, de hand der hereeniging uitgestoken maar in het feit, dat men on9 wederwoord voor kennis geving heeft aangenomen ligt voor ons op gesloten, dat de groep dr. Geelkerken die hand der hereeniging afwijst DaaTom leggen wij deze zaak voor God neer Wij wenschen, aldus spr., niet anders dan de gemeenschap van allen die de Geref. waarhw'd liefhebben, maar dan op een voorwaarde Jezus leerde ons ook bidden om heiliging in do waarheid. Daarvoor moe ten wij ook strijden en zeker is eenheid heilige eisch. maar dan alleen op grondslag van de waarheid Gods en dan alleen op de basis van het Woord Gods. want Uw Woord is de Waarheid. Wij vermogen niets tegen de Waarheid, maar voor dp Waarheid Tot het gebed om in den slrijd de bewaring Gods te mogen ondervinden, wekte spr ten slotte op om daarna te besluiten met enkelp vriendelijke woorden tot hen. die de zittin gen niet meer konden bijwonen en een be tuiging van deelneming tot het preadvisee- I rende lid der Synode ds. J. Gispon van Groningen, wegens het plotseling overlijden van zijn echtgenoote. De praeses deed hierna eenige mededee lingen over den arbeid die le wachten staat. ALG. ZENDINGSCONFERENTIE. Gisterochtend is te Amsterdam de Alge- meene Zendingsconferentie voortgezet onder leiding van dr. C. W. Th. baron Van Boet- zelaer van Dubbeldam. Nadat de voorzitter op gebruikelijke wijze de bijeenkomst, welke zeer druk bezochf was, had geopend, was het woord aan ds, Joh. Rauws, zendingsdirector te Oegstgeest, voor het geven van een overzicht van de. zending. Vervolgens sprak ds. D. Crommelin, oud-' zendeling op Java, thans zendingsconsul,, over „Aanrakingspunten van Islam en Christendom", en ds. A. Pos, missionair pre-i dikant te Djocja' over „Punten van ver schil". In den namiddag sprak de heer A. J. de Neef, zendeling op N.-Guinea, over de vraag „Welke punten van aanknooping biedt het animisme voor de prediking van het evangelie?" Zendeling G. Maan besprak hetgeen in net animistische heidendom het evangelie tegenstaat en toonde aan, dat dit het nood zakelijk gevolg is van zijn oorsprong: afval van God. Gisteravond werd in de groote zaal van het Concertgebouw een feestelijke samen komst gehouden, die goed bezocht was. Ds. Joh. Rauws herdacht in zijn openings rede ds. P. van Wjjck, den stichter van de Zendingsconferenties, die zoo zeer de eenheid in de Zending bevorderd kebb?n. Voorts bracht hy hulde aan den heer L. J. van Wijck, den tegenwoordigen voorzitt lt van de conferentie. De zending, zeide hij, is niet de taak van den enkeling, doch van de geheele gemeenschap. Vervolgens spraken dr. G. Royer over ,,Het lijden va? de Melaatschen" en dr. W. G. Harrenstein. De samenkomst werd opgeluisterd door orgelmuziek van Hubert Cuypers en eenige zangnummers van de Chr. Oratoriumver- eeniging. BIJBELSCHE GESCHIEDENIS OP DE HAAGSCHE H. B. S. EN GYMNASIA. Een nienwe maatregel. Naar wij vernemen, zegt de ,,N. Crt hebben dezer dagen de leerlingen van de Hoogere Burger-Scholen te Den Hang epn circulaire mee naar huis gekregen van den volgenden inhoud: „Het ministerie van predikanten der N. H. gemeente te 's-Gravenhage heeft zich bereid verklaard voor de leerlingen van onze II. B.-school lessen in de Bijbelsche geschiedenis te geven. De bedoeling is in geen geval catechetisch onderwijs noch godsdienstonderwijs van bepaalde richting, doch alléén onderwijs in de Bijbelkunde in den meest onbevangen, onpartijdigen zin. Waarschijnlijk zult u met mij van oordeel zijn, dat het, onverschillig in welke rich ting uw kind zich later ontwikkelen zal, van zeer groot belang is, dat het goed van de Bijbelsche geschiedenis op de hoogte wordt gesteld. De lessen worden gratis ge geven", enz. Nader is het volgende gebleken: De les sen zullen worden gegpven na de gewone schooltijden, gedurende ongeveer een uur per week en alleen voor de leerlingen der eerste en tweede klasse. Aangenomen wordt blijkbaar, dat de leerlingen van de hoogere klassen catechetisch onderwijs genieten. Tevens wordt vernomen, dat deze maat regel vermoedelijk ook op de gymnasia zal worden ingevoerd. RECLAME. Inhet dagclijksche leven komen vaak kwetsuren, brand-, snijwonden, enz. voor.Verwaarloózingbaart dan groote zorg Rehoedt U daarvoor met VASELINE-CHESEBROUGh (spreek uit: Tschicsbro) want deze is de eenige zurenvrije ter wereld, 'h Doosje, tube of fleschje in huis is een hulp in den nood. Vraagt altijd met nadruk naar VASELINE-CHESEBROUGH Het beste middel voor de huid' a 1 Gebruikt ook Chesebrough Cold Cream J 2 en Chesebrough Vanishing Cream Ide ideale vetvrije huid-cream. imtiiiinniiiiiiMUiiuHHiuiiiBaiiiiMiiiiifvl 9857 i 2—2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 6