UITGEWOGEN yiOKKf^i DE FONDSENMARKT. KUNST EN LETTEREN. I KATWIJK AAN DEN RUN. Ned. Herv. Kerk: Voorm. halltien en nam, B uur, ds. Bollee. Geref. Kerk: Voorm. halftien en nam. 6 uur, ds. Meijering. LISSE. Ned. Herv. Kerk: Voorm. 10 en nam. 5 Uur, ds. G. van Dijk Azn. Geref. Kerk: Voorm. halftien en nam. A uur, ds. Th. Ruys Jr. Chr. Geref. Kerk: Voorm. 10 en nam. S uur, leesdienst. Geref. Gem.: Voorm. halftien en nam. 5 uur, ds. H. A. Minderman. NOÓRDWIJKERHOUT. Ned. Herv. Kerk: Voorm. 10 uur, ds. F. G. H. Nicolal, van Voorhout. OEGSTGEEST. Ned. Herv. Gem. (Groene Kerkje): Voorm. 10 uur (H. A ds. G. Hennemann. „Irene": Nam. 5 uur, ds. T. J. Jansen Schoonhoven. SASSENHEIM. Ned. Prot. Bond; Voorm. halfelf, ds. G. Hulsman, van Den Haag. Ned. Herv. Kerk: Voorm. 10 en nam. 5 uur, ds. Krijkamp. Geref. Kerk (Bloemlust): Voorm. halftien, ds. Boeijenga; nam. uur, ds. Gunst. Geref. Kerk („Concordia"): Voorm. half tien, ds. Gunst; nam. 5 uur. ds. Boeijenga. WARMOND. Ned. Herv. Kerk: Voorm. 10 en nam. 6 uur, dr. J. J. Woldendorp. WOUBRUGGE. Ned. Herv. Kerk: Voorm. halftien en nam. halfzeven, ds. Joh. Kijne. Geref. Kerk: Voorm. halftien .en nam. halfzeven, ds. D. Nauta. ZWAMMERDAM. Ned. Herv. Kerk: voorm. 10 uur en nam. halfzeven, ds. Kloots. Geref. Kerk: Voorm. halftien en nam. halfzeven, ds. Wissink. NED.-HERV. KERK. Beroepen: Te Vreeswjjk: G. P. van Itterson, te Gelselaar; Te Harderen: A. G. Oosterhuis, te Ernst; Te Lage Vunrscho: J. C. van Apeldoorn, te Bennekom; Te Wet- eingeSauwerd (Gr.): P. Tichelaar, te Bei- len (Dr.). Aangenomen: Naar Oudenhoorn: M. Bons, cand. te Den Haag. Bedankt: Voor Almkerk: A. Buurman, te Wijk bij Duurstede. GEREF. KERKEN. Beroepen: Te Amsterdam-ZuidC. Bouma, te Zwolle. HET GOUDEN FEEST DER UNIVERSITEIT TE AMSTERDAM. De herdenking. Bij de hooger-onderwijswet van 1876 werd aan de gemeente Amsterdam toegestaan haar instelling van Hooger Onderwijs, bekend onder den naam van Athenaeum Illustre, in te richten tot Universiteit, die ten aan zien van de door haar te verleenen graden en af te nemen examens gelijke rechten zou hebben als de rijksuniversiteit Het gemeentebestuur heeft van deze gele genheid onmiddellijk gebruik gemaakt, door de benoeming van een groot aantal hoog leeraren en het inrichten van de noodige laboratoria. De nieuwe universiteit werd 15 Mei 1877, onder groote belangstelling der burgerij, feestelijk geopend. De Universiteit viert heden doze gebeur tenis op plechtige wijze. De Senaat, voorafgegaan door de besturen der erkende studenten-vereenigingen, begaf zich tegen 11 uur van het Universiteits gebouw in ambtsgewaad naar het stadhuis om bij het gemeentebestuur zijn opwachting te maken. De burgemeester met de wet houders waren daar aanwezig, alsmede vele raadsleden. De rector-magnificns, prof. E. Burger, hield een toespraak, waarop door burge meester De Vlugt werd geantwoord. Na deze toespraken bleef men nog eenige öogenblikken bijeen, waarna de stoet op dezelfde wijze terugging naar de Universi teit, waar hij werd ontbonden. Om halléén werd door het gemeentebestuur in het paviljoen Vondelpark een noenmaal aangeboden aan den Senaat der Universiteit. In den middag vond een plechtige bijeen komst plaats in de aula van het Koloniaal Instituut, waar o. m. aanwezig zullen z(jo de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, de Commissaris van de Ko ningin in Noord-Holland en tal van vertegen woordigers van instellingen van hooger onderwijs hier te lande. Ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan dezer Universiteit heeft de Koninklijke Be geer een gedenkpenning vervaardigd, waar van de beeldhouwer C. H. v. d. Hoef de ontwerpen vervaardigde. De voorzijde stelt voor het Amsterdamsche Wapen, geflankeerd door twee lauwertakken met randschrift „Univ. Amst. Lustrum X 1877—1927", ter wijl de keerzijde het Oudemanhuispoortje stelt op den Kloveniersburgwal met het randschrift „Vivat crescat floreat Alma Mater". RECLAME. 9702 VRAAGT UWEN WINKELIER Was het verleden week de Duitsche Rijks bank welke voor een verrassing zorgde, thans is het de Nederlandsche Bank ge weest, welke op monétair gebied de gemoe deren in beweging heelt gebracht, door haar even onverwachte als plotselinge verhoo ging van alle rentetarieven. Alle rentetarieven zijn verhoogd en thans als volgt bedragen: Wisseldisconto 4'/j pCt., promessendisconto 5 pCt., beleening van binnenlandsche effecten 5 pCt., van buiten- landsche effecten 5'/» pCt. en van goederen 5 pCt., voorschotten in rekening-courant 6 pCt Het blijkt dus, dat het wissel- en promes sendisconto met een vol procent zijn ver hoogd, ook de rentevoet voor de beleening op goederen, terwijl de rentevoet voor be leening van binnen- en buitenlandsche ef fecten en voorschotten in rekening-courant met een half procent is verhoogd. De laatste wijziging van wissel- en pro messendisconto vond plaats op 3 October 1925. op welken datum een verlaging met een half procent intrad. De rentevoet voor beleening van binnen- en buitenlandsche effecten en voorschotten in rekening-cou rant werd het laatst veranderd op 3 Febr. 1927, nl. een verhooging met een half pro cent. De nog pas enkele dagen geleden gepubli ceerde weekstaat gaf niet de minste aan leiding om een dergelijken ingrijpenden maatregel van de zijde van onze centrale bank te mogen verwachten. Wel vertoonde de positie van de Nederlandsche Bank ten opzichte van het buitenland een verzwak king door afgifte van in totaal ca. f 12 mil- lioen aan buitenlandsche wissels en saldi, doch deze teruggang der wisselportefeuille was nog niet van dien aard, dat hieruit de conclusie van disconto-verhooging gerecht vaardigd was. Immers in Februari en Juni van dit jaar, toen men vrij algemeen reke ning hield met een dergelijken maatregel van de zijde van onze centrale bank, was de steunverleening op de wisselmarkt veel omvangrijker en werden in enkele weken lijds niet minder dan f 60 millioen van bui. tenlandsche wissels afgegeven. Hoewel de afgifte van buitenlandsche wissels den laatsten tijd beperkt bleef en de betreffende post thans zelfs een hooger be drag aanwijst dan op 7 Juni j.l„ moet toch niet uit het oog verloren worden, dal de positie der Nederlandsche Bank ten op zichte van het buitenland sedert dien door afgifte van goud verder verzwakt is. Het is duidelijk, dat de leiding van de Nederlandsche Bank eerst de ontwikkeling van den toestand na het intreden van het vierde kwartaal even heeft willen afwach ten, alvorens een beslissing te nemen, maar de omvang van die ontspanning heeft blijk baar teleurgesteld. Het particulier disconto bleef zich voortdurend boven den officieelen rentevoet bewegen en het oploopen van den koers van catl-gelden tot 4 1/4 bewees wet, dat de banken niet zoo ruim meer in haar middelen zitten. Voor een deel vindt dit zijn verklaring in de omstandigheid, dat de ban ken nog steeds aanzienlijke saldi in Londen en in Duitschland hebben uitstaan Welis waar zijn hier nog steeds aanzienlijke bui tenlandsche kapitalen aanwezig, doch deze werden wegens den lagen rentestand bij voorkeur wel op korten termijn aangehou den, zoodat de geldmarkt daarvan slechts in geringe mate den invloed ondervond. Daarbij kwam een andere factor, de nood zakelijke afgifte van Ponden om een stij ging van het devies boven het gouduitvoer- punt te voorkomen. Ook na het af3'.uiten van den jongsten weekstaat is de bank met deze afgifte moeten voortgaan. Het is natuurlijk moeilijk na te gaan. welke factor bij de beweging van het Fond Sterling het zwaarst weegt. Maar voor het geval hier tot uiting komt een omzetting in Ponden van de opbrengst van leeningen, die ten behoeve van de verschillende geld behoevende staten in Amerika en elders zijn geplaatst, zou men wellicht rekening moeten houden met een tangeren duur van een hoogen Sterlingkoers Ook uit ons land heeft die kapitaalstroom naar het buitenland als gevolg van hier ge plaatste buitenlandsche leeningen aange houden. De gevolgen, welke de disconto-verhoo ging zal uitoefenen, zullen van verschil lenden aard zijn. Ongetwijfeld zal hierdoor een wegtrekken van gelden naar de Lon- densche markt worden voorkomen. De beide geldcentra, Londen en Amsterdam, hebben thans immers weder een gelijk disconto niveau. Anders gesleld is het met Duitschland. Hier blijft de marge nog steeds 2'/i pCt., zoodat afgewacht dient te worden in hoe verre de kapitaalsstroom naar dit land ge temperd wordt. De discontomarkt komt thans natuurlijk in een minder voordeelige positie te staan ten opzichte van Londen dan tot nu toe het geval was. Zoo lang het Pond Sterling in het internationale verkeer zoo vast blijft, lijkt de kans, dat Londen zal volgen, niet groot. Maar voor het oogenblik blijft er tusschen het particulier disconto te Londen en (e Amsterdam toch nog een marge ten gunste van onze markt beslaan. Bovendien heeft de markt thans de moeilijkheden van de eerste ontwikkelingsjaren voor een groot deel overwonnen en de zaken hebben in het toopende jaar een bevredigende uitbrei ding ondergaan. Er schijnt dan ook aan leiding te bestaan voor de veronderstelling, dat de discontomarkt niet in sterke mate de nadeelige gevolgen van de disconto-ver hooging zal ondervinden. Uiteraard bleef de disconto-verhooging der Nederlandsche Bank ook in het buiten land niet onopgemerkt. Zoo schrijft naar aanleiding hiervan het ,,Berl. Tagebl dat men moet aannemen, dat tengevolge van de verhooging van het Duitsche Rijksbankdisconto de afvloeiing van geld uit Nederland naar Duitschland sterker is geweest dan men had verwacht.. Met het oog op de te verwachten najaars- eischen, die aan de Nederlandsche Bank zullen worden gesteld, heeft zij zich niet er mee tevreden gesteld te wachten, totdat de geldmarkt dientengevolge overmatig gespan nen zou worden, doch heeft zij vooruitziend het disconto verhoogd. De „Deutsche Allg. Ztg." wijst er op, dat het zwaartepunt der Duitsch-Nederlandsche betrekkingen op de geldmarkt in de rem- bourscredieten is gelegen. Het tot dusverrn buitengewoon lage Nederlandsche rem- bourscrediet van circa 3l/i pCt. zal thans natuurlijk stijgen aldus het blad. Men verwacht echter, dat deze stijging slechts pCt. zal bedragen. Maar reeds een derge lijke betrekkelijk geringe stijging doet het tusschen Londen en Amsterdam ten gunste van laatstgenoemde plaats bestaande ver schil belangrijk inkrimpen, waardoor de monopoliepositie van Amsterdam ten op zichte der rembourscredieten opgeheven wordt Dat de Londensche discontopolitiek door de discontoverhooging van de Nederland sche Bank beïnvloed zal worden, is vol gens het blad nauwelijks aan te nemen Daarentegen wordt het niet uitgesloten ge acht, dat het Nederlandsche voorbeeld door Zwitserland zal worden gevolgd. De verhooging in het disconto van de Nederlandsche Bank, zegt de „Times", werd in financieele kringen algemeen verwacht met het oog op de jongste verhooging van het Duitsche disconto. Amsterdam namelijk is een geldmarkt, waar Berlijn vrijelijk fondsen opneemt en de betrekkelijke goed. koopte van het geld in Amsterdam door de verhooging van het Duitsche disconto maakte een aanpassing wenschelijk, in het bijzonder omdat de Nederlandsche geld markt en de koers van den gulden teekenen van spanning begonnen te vertoonen. 7 October 14 October Londen 12.13 7/8 12.12 5/8 Berlijn 59.44 59.40 Parijs 9.78 3/4 9.77 1/2 Brussel (Belga's) 34.73 1/2 34.68 New-York 2.49 3/8 2.48 15/16 Na de vaste stemming van verleden week viel de markt bij het begin dezer berichts- ptriode sterk tegen. In enkele afdeelingen lagen de toonaangevende fondsen zwaarder in de markt en in die fondsen, die zich den laatsten tijd door een voortgezette stijging hebben onderscheiden, bleek overwegend aanbod te bestaan. Dit gold in hoofdzaak aand. Philips, die weliswaar vast openden, maar op de verhoogde koersen al spoedig aanbod uitlokten, waarbij de nieuwe aan- deelen sterk terugliepen. De afdeeling voor industrieele waarden, die den laatsten tijd zoo sterk de aandacht heeft getrokken, was overigens vrijwel doorloopend eenigszins verdeeld, maar voor het meerendeel bleek er toch aanbod te be staan. De houding van New-York voorts is ook niet geschikt om den ondernemingslust te verhoogen en zoo blijft er over het alge meen met het oog op het vrij hoog opge voerde koerspeil van verschillende fondsen een zekere terughouding waar te nemen. Toch hebben de belangen, die den laat- slen tijd sterk hebben geopereerd, de markt nog niet geheel losgelaten. Dit bleek b.v. wel in de afdeeling voor industrieele waar den, waarin Philips de aandacht trokken door een hernieuwde koersbeweging. Het uiteindelijke verloop dezer berichts- periode was vrijwel algemeen zwak te noemen. In de meeste hoeken bleek er eenig aan bod ie bestaan, als gevolg ook van de vrij onverwachte disconto-verhooging door de Nederlandsche Bank met een vol procent, waartegenover vraag zoo goed als geheel ontbrak. Het gevolg was, dat bijna alle af deelingen op een eenigszins lager niveau kwamen. Vrij sterk reageerden Philips aan- deelen, oude zoowel als nieuwe. De overige binnenlandsche industrieele soorten waren ook alle ongeanimeerd en iets lager. Verder waren Jurgens een paar procent lager. Ook waren kunstzijde-aandeelen aan geboden. De andere soorten waren een paar procent lager. Int. Beton en Van Berkel niet veel ver anderd. Ruhberaandeelen waren eenigszins ver deeld hetgeen blijkbaar verband hield met de sterke stijging van den Londenschen voorraad en wel mei 1648 ton, waardoor de voorraad tot boven 70.000 ton is gestegen. De meeste soorten bewegen zich een klei nigheid onder de oude prijzen, doch daar entegen waren enkele andere soorten, welke belangen hebben bij koffiecultuur, vast van toon, al bleven zij doorgaans onder 't beste punt van verleden week. Ver. Majanglanden trokken intusschen sterk de aandacht en in dit fonds ging vrij veel om. De koers stelde zich belangrijk hooger. Wat de overige afdeelingen betreft waren oiiewaarden vast. Koninklijke eenige pro- centen hooger in verband met het bericht omtrent een overeenkomst tusschen de Ko- ninklijke-Shell en de Fransche regeering. waardoor aan Sovjet-Rusland op het gebied der petroleumindustrie een gevoelige slag zou zijn toegebracht. Van de Roemeensche soorten waren Steaus vaster. Suikeraandeelen kalm, maar meerendeel» prijshoudend. H. V. A. stelden zich eenige procenten hooger. Tabaksaandeelen waren eerder iets aan geboden en voor alle soorten een paar pro cent lager. Scheepvaartaandeelen in reactie en voor Japanlijn en Unie een paar procenten lager. Amerikaansche waarden prijshoudend. De geldmarkt was vaster. Blijkbaar heeft zich de invloed doen gevoelen van de ver dere afgifte van Ponden-materiaal door de Nederlandsche Bank. Prol. 4 na 3 3/41 Part. disconto 31/23 9/16 pCt. 7 Oct. 14 Oct. 6 pCt. Nederland 1922 106% 105?» 6 pCt Nederland 1918 102 101?» 41/» pCt Nederland 1916 100?/ 99*4 4pCt. Oost-Indiê 1926a/b 98>5/3j 98?/, Amsterdamsche Bank 182 180?» Koloniale Bank 29144 285?» Cert. Ned. Handel-Mij. 179h 177 Holt. Kunstzijde 158*4 142*4 Ned. Kunstzijde 417*» 396 Maekubee 129tg 118?» Jurgens gew. aand. 2384/ 238?/ Philips Gloeilampen 558h 548 Redjang Lebong 153 145 Singkep Tin 450 428 Geconsolideerde Petroleum 217 205 Kon. Petroleum 344?» 344*4 Amsterdam Rubber 291m 288 Hessa Rubber 425 422)4 Holland-Amprika-Lijn 89?» 83 Nederl Scheepvaart Unie 202 186*4 Stoomv.-Mij. „Nederland 199)4 199 Cultuur-Mij Vorstenlanden 185*» 182*4 Handetsver. Amsterdam 834)4 824?» Arpnd=burg Tabak Mij. 668?» Deli Mij. 486)4 477?» Senembah Tahake-Mij 500 487 Cert. Dn ion Pacific 192 189 WEEKBLADEN. De WERELDPOST bevat deze week on der meer plaatjes van: de Valkstraat te Haarlem; Zwitserland en het Beiersche hooggebergte; een schaakwedstrijd met le vende figuren te Hoorn, en de 3-October- feesten te Leiden. De VRIJDAGAVOND schrijft over: de Joden in AustraliS; tentoonstellingen; de kabinetsformateur van Letland; het jubi leum der Portugeesche gemeente in Ham burg, en de Joodsche Folklore. In de HAAGSCHE POST treffen wij o a. beschouwingen aan over: de forensenwet, zeevisscherij; luchtschip of vliegmachine; menschen uit het verleden; en het finan cieele beheer der gemeenten. De GROENE AMSTERDAMMER schrijft over: de Doorluchtige School van Amster dam; het nationaal inkomen; de schoon heid van het schip; prof. dr. Otto Lanz, enz. HET LEVEN heeft foto's van :een seance van den telepaath Maloitz; Louis Saalhorn thuis, en achter de schermen in „Flora". Onze Telefoonnummers DIRECTIE en ADMINISTRATIE 2500 (op 2 lijnen) REDACTIE1507 gebleven; waar hij niet aan gedacht heeft. Nu laatstleden Februari ontving de direc teur weer een brief van u en in Maart en Aptril andermaal, waarbij u hem certifi caten toezondt en hem verzocht de dividen den te innen. Eigenhandig plaatste u de papieren in de Bank. Ik zag de brieven. Ik zou zweren op uw handschrift." „Die lui hebben evenveel handigheid als durtl" „In alle deden was hel een brief van u, een brief, die de knapste schriftkundige voor uw schrift zou gehouden hebben. Uw naam dekt en waarborgt alles." „Heb je den directeur meegedeeld, wat er heeft plaats gehad?" „Zeker. Ik heb hem alles verteld. En dit Is in groote trekken de lezing, die hij er op nahoudt: „Uw deelgenoot," zei hij, „be weert. dat de papieren bemachtigd zijn door vervalsching in geschrifte. Hij zegt, dat de introductiebrief een vervalsching is. Goed. 't Is mogelijk 1 MaaT ik heb dit crediet ge opend voor een klant, de met een introductie te voorschijn kwam van den besten pro cureur uit Londen, wiens handschrift ik ken en dal ik ook wel degelijk herken in den brief. Enkel op zulk een bewering zou ik dus niet mogen afgaan. Tot hem een proces werd aangedaan, kan ik niet anders doen, dan hem behandelen als iederen anderen klant. Intusschen zal ik onderzoek instellen naar zijn verleden." „Juist." zei mr. Dering. „Vervolgens vroeg ik hem. wat hij doen zou. als de klant de papieren wilde terug hebben Hij zei, dat. als den klant een pro ces werd aangedaan, hij dan hoogstwaar schijnlijk een wenk van hoogerhand zou krijgen, die hem de papieren zou doen hou den en afgeven als deel uitmakend van de documenten voor het rechtsgeding." „Juist, juistl De directeur kent de wel." „,En, wat de wissels betreft." ging hij voort, „die zal ik ook betalen of ontvangen, tenzij ik van hoogerhand gewaarschuwd word." „Ik geloof, George, dat wii heel goed gedaan hebben, dat wij er nog geen zaak van hebben gemaakt," zei mr. Dering. zich in de handen wrijvend. „Toch zijn hel geen handige schurken, alles wel beschouwd. Ze meenden de aandacht van zich al te leiden door mijn naam te gebruiken, daar dachten ze zich achter te verschuilen. Ze hadden de stukken onverwijld moeten verkoopen. Des te beter, intusschen. Nu hebben wij de hand gelegd op de stukken. Het zou de zaak verbazend veel ingewikkelder hebben ge maakt, als die verkocht waren. Wat dat be treft, zijn we veilig. Want je begrijpt, dat ze, na wal ze nu gehoord hebben, ze aan de Bank zeker niet zouden uitgeven zonder ons eerst te waarschuwen. Het blijft voor ons nu enkel de vraag: hoe kwam die Ed mund Gray in het bezit van ons eigen dom?" Hij zat een paar minuten stil na te den ken. Toen begon hij weer: Het verlies van het geld zou een zware slag voor mij zijn geweest. Wel heb ik nog genoeg over. Maar loch zou het een zware slag zijn. Dat gevoel van beroofd te worden, is zoo ellendig zie jel Ik begrijp nog niet, waarom de dood straf is afgeschaft voor degenen, die zich vergrijpen aan het eigendom van een ander. Op dat oogenblik trad Checkley binnen, met een kaartje van den directeur van de Bank. „Ik ben hier gekomen," sprak de bezoe ker haastig, „om u iels belangrijks te ver tellen, wat hedenochtend plaats vond. Toen wij de zaak bespraken, mr. Austin, wist ik dit nog niet. Het gebeurde om tien uur, zoo dra de deuren open gingen. Er werd een briet gebracht van mr. Dering. „Nog een vervalsching! Wanneer komt daar ooit een einde aan?" „....verzoekende de certificaten mee te geven aan den brenger van den brief. De certificaten van mr. Edmund Gray. Dit werd gedaan. Ze zijn dus niet langer aan de Bank." „O, dan zijn ze natuurlijk gewaar schuwd!" riep George. „Wie was de bode?" „Een jongen. Het leek wel een kantoor- looper." „Ik zal dadelijk navraag doen, of het een van onze jongens was. Gaat u voort." „Dit maakte een eind aan de moeilijkheid, hoe wij moesten handelen in geval de papie ren door u verlangd werden. Wij hebben ze nu niet meerl En wat de dividenden be treft, we zullen die blijven ontvangen, tol we een order ot een opdracht krijgen." „Voor het oogenblik hebben we dus enkel de brieven." zei George. „Het moeilijke is nu om Edmund Gray persoonlijk betrokken te krijgen bij het gevalt Neem eens aan. dat hij verklaart er niets van te weten. Wat moeten we dan beginnen? Heeft hij ook een wissel van u ontvangen?" „Neen. We hebben nooit een wissel aan hem uitbetaald." „Hebt u hem gezien?" „Neen, ik heh hem nooil gezien." ,,'t Is een raadsel1 Met het terughalen van de papieren echtrr kan geen andere bedoeling zijn geweest, dan om ze te ver koopen. en dan moet hij tcoh ook iemand daarvoor een opdracht geven. Op de een of andere maniet volgt dan toch een open baring van zijn bestaan." „Hij kan immers net zoo goed als een ander een opdracht geven, als hij dit mij deed, in naam van mr. Dering?" „Nog een vervalsching danl" „Ja," zei George. „We zullen maar aller eerst eens onderzoeken of een van de jon gens, bij ons op het kantoor, den brief aan de Bank, heeft gebracht Geen van hen was met die boodschap uitgestuurd. HOOFDSTUK XIV. Checkley's geval. Dien avond was mr. Checkley niel op zijn gewone plaats in de „Salution Inn", waar zijn tegenwoordigheid anders sterk verlangd werd. Hij verscheen eerst laat: om kwart voor elven. Mr. Checkley trad binnen, met zegevie rend air en bijzonder veerkrachligen tred. Hij riep Robert en bestelde op eigen koslen een kostbaren drank, een mengsel van Ja- maica-rum. warm water, suiker en citroen, ofschoon het een avond in Juli was en! voor den tijd van het jaar, aangenaam warm. De reden van deze ongewone vroolijk- heid was als volgt: „Het stond bij Checkley vast, dal de jonge deelgenoot, dien hij haatte met onuit- sprekelijken haat, de schuldige moest zijn. Daar was hij even zeker van als indertijd van Athelstan Arundel, en vrijwel om de zelfde reden. Toch had hij nog niel durven spreken. Maar nu vanavond Om halfacht, toen hij ging. was iedereen al weg van het kantoor. Hij liep de leege vertrekken nog eens door en keek open laden na: je kunt immers nooit weten, wat 1 je daar nog eens vindt. Hij keek ook hel vertrek bij mr. Austin na, balde de vuisten en grijnsde, in de richting van den leegen stoel: „Ik zal je wel krijgen!" zei hij. „Al zou ik er dan ook dertig jaar op moeten wach ten I" Toen Checkley nu ook van hel kanfoor weg was. ging hij naar Gray's Inn en las daar de namen aan de deuren, steeds uit kijkend naar no. 22. Al heel gauw werd hij voor zijn moeite beloond: Een hem bekende gedaante, lang en flink gebouwd, het hoofd fier achterover geworpen, trad de straat in en stapte regelrecht op no. 22 af. Het was niemand anders dan Alhelstan Arundel De oude man hield zich schuil in een portiek, vanwaar hij duidelijk zien kon. dat A f hei stan de trap opliep en daar binnenging. Hij hoorde mannenstemmen praten. Ha," zei Checkley, dien hebben wij vastl" Maar dit was nog niet alles. Want al heel gauw kwam Austin eveneens aangewandeld en begaf zich ook naar no. 22 Nu wachtte Checkley niet meer, maar riep een vigilante aan. Was hij nog even gebleven, dan zou hij don jongen deelgenoot het huis weer hebben zien uitkomen en weggaan Had hij hem de trap op gevolgd, dan zou hij hem hebben zien b -Hen aan de gesloten buitendeur van mr. Edmund Gray. Had hij aan de deur daar legenover gebeld, dan zou hij. in het vertrek aldaar, inr. Athelstan Arundel heb ben gevonden met zijn kennis, mr. Freddy Carstone. den Camhridge-man. het sieraad van den kring in de „Salutation Inn". Maar in zijn overijling kwam hij lol gevolgtrek kingen, die hem een vigilante deden aanroe pen. (Wordt vervolgd). 2-3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 10