68*<e JAARGANG DINSDAG 20 SEPTEMBER 1927 No. 20711 DE TROONREDE. STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIËN 30 Cts. per regeL Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs. Kleine Advertentiën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts. Bureau Noordefndsplein Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54 PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden ƒ2.35, per week Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week Franco per post 2.35 portokosten. ƒ0.18 „0.18 Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen EERSTE BLAD. H. M. de Koningin heeft bij de opening der zitting van de Staten-Generaal volgende rede uitgesproken: Leden van de Staten-Generaal! De plechtigheid van dit oogenblik heeft voor Mij eene meer dan gewone beleekenis. Mijn beminde Dochter aan Mijne zijde te zien bij het openen van Uwe vergadering vervult Mijn hart met dankbaarheid jegens God, die Haar leven gespaard en Haar jeugd in zoo vele opzichten gezegend heeft. Met erkentelijkheid gedenk Ik de wijze waarop ons volk heeft meegeleefd bij Haar intrede in het openbare leven. De algemeene toestand van het land geeft in menig opzicht reden tot voldoening. Dank zij voortschrijdende verbetering in de wijze van bedrijfsuitoefening en ontgin ning neemt het voortbreng!ngsvermogen van land- en tuinbouw toe. Weinig loonende prijzen, bemoeilijking van den afzet in den vreemde en min-gunstige weersgesteldheid leiden nochtans voor sommige takken van het bedrijf tot niet zeer bevredigende uit komsten. Door handel en nijverheid worden, on danks verschillende moedgevende verschijn selen, nog steeds groote moeilijkheden on dervonden, niet het minst door de kunst matige belemmeringen die aan het interna tionaal ruilverkeer worden in den weg ge legd. De financieele toestand blijft zorgeischend in de voornaamste plaats omdat de zware lasten, op de bevolking gelegd, de herleving der welvaart en de verruiming der werk gelegenheid vertragen. Met deelneming gedenk Ik de slachtoffers van de ramp, die eenige maanden geleden opnieuw het oostelijk deel van ons land teisterde. De spoedige en milde hulp, die ook nu van vele zijden verleend werd, was Mij een oorzaak van vreugde. Onze betrekkingen tot de andere Mogend heden bleven van den meest vriendschap- pel ijken aard. Ik vertrouw, dat het mogelijk zal zjjn met den buurstaat België in een geest van onderlinge samenwerking een regeling te vinden in een voor beide landen aanneme- lijkenzin van de vraagstukken, die door de verwerping van het verdrag van 3 April 1925 aan de orde zijn gebleven. Het samen stel dier vraagstukken is thans nog het voorwerp van een nader onderzoek hier te lande. In de organen van den Volkenbond, in welks Raad ons land geroepen werd zitting te nemen, dragen de Nederlandsche vertegen woordigers naar hun vermogen bij tot de ontwikkeling van de organisatie der vol kerengemeenschap. Van de resultaten der door den Volkenbond bijeengeroepen Economische Conferentie heb Ik met voldoening kennis genomen; het verheugt Mjj vast te stellen, dat de aldaar aangegeven richtlijnen der economische po litiek overeenkomen met die, welke door Nederland worden gevolgd. Naast de reeds aanhangige wetsontwerpen zullen eenige andere aan Uw oordeel worden onderworpen. Daartoe behooren ontwerpen tot wijziging van het strafstelsel, o.m. beoogende nadere voorzieningen betreffende de voorwaarde lijke veroordeeling, invoering van de jeugd gevangenis en krachtiger bestrijding van de beroeps- en gewoonte-misdadigers; een ont werp strekkende tot wijziging der bepalin gen omtrent de ouderlijke macht en de voogdij; en een ontwerp houdende bepa lingen betreffende den rechtstoestand der ambtenaren. Een voorstel om de uitoefening van het kiesrecht te vergemakkelijken voor hen, wier beroep hen noopt ten tijde van de stem ming buitenslands te vertoeven, zal U spoe dig bereiken. Aanhangig zullen worden gemaakt eene technische herziening van de Armenwet, en eene wijziging van de Gemeentewet be oogende de samenwerking van naburige gemeenten te bevorderen. Een ontwerp tot vervroeging van den datum waarop bet zevende leerplichtjaar in werking zal treden, zal spoedig worden ingediend. Een wetsontwerp tot verlaging der inkom stenbelasting zal U worden aangeboden, evenals een technische wijziging van de vermogensbelasting en één der verdedigings belastingen, in hoofdzaak bedoelende aan ongegronde verschilpunten tusschen de be palingen van die beide heffingen een einde te maken. In aansluiting aan de in het achterliggen de jaar tot stand gekomen Comptabiliteits wet zal eerlang het ontwerp van een Be- drijvenwet bij U worden ingediend. De voorbereiding van de herziening der financieele verhouding tusschen het Rijk en de gemeenten, waaromtrent Mij kortgeleden het rapport der betreffende Staatscommissie heeft bereikt, is door de Regecring ter hand genomen. Eene aanvulling van de wetgeving wordt voorbereid ten einde onder alle omstandig heden de mogelijkheid van het afsluiten van handelsverdragen te behouden en hier door het vrije ruilverkeer te bevorderen. Binnenkort zal aan Uw oordeel worden onderworpen het ontwerp eener Wegenwet. De indiening van een ontwerp-Electrici- teitswet kan worden tegemoet gezien. Voorstellen tot herziening van de Veilig heidswet en de Invaliditeitswet zijn in voor bereiding. De ten vorigen jare reeds aange kondigde herziening van de Ziektewet, welke aan de invoering van deze wet moet voorafgaan, zal Uwe vergadering spoedig bereiken. Op Java en op de Westkust van Sumatra zijn betreurenswaardige onlusten voorgeval- MUUR INGESTORT. Omstreeks halfzes gistermiddag heeft op den hoek van de Oude Heerengracht en de Ververstraat een bedrijfsongeval plaats ge had dat nog betrekkelijk goed is afgeloopen. Eenige arbeiders waren bezig een oud pakhuis dat in gebruik was bij de firma Clos en Leembruggen en dat na de afbraak van het oude bouwvallige gebouw door een nieuw pakhuis zou worden vervangen, te sloopen, toen op een onverwacht oogenblik de muur aan de zijde van de Ververstraat ineenstortte. Terzijde van den muur stonden eenige menschen die bezig waren het puin van de afbraak afkomstig in kruiwagens te' laden om het zoo naar de schuilen te brengen. Ook eenige kinderen speelden in de nabij heid van den muur. Met groot geraas viel de muur en het puin viel naar alle kanten. De arbeiders H. v. d S. uit Leiden en Th. B. uit Hoog- ïnade konden niet 9poedig genoeg uit de voeten komen en eèr zij het wisten lagen zij met twee zesjarige jongens J. Sch. en A. B. onder het puin bedolven. Omstanders en voorbijgangers verlosten hun spoedig uit de netelige positie', doch met uitzondering van 'het jongetje A. B. bleken allen te zijn gewond. De E. H. D. was spoedig ter plaatse en legde voorloopig verbandjes aan, waarna men de getroffenen naar het Academisch Ziekenhuis overbracht. Th. B. kon vandaar weer terstond naar huis gaan en ook v. d. S. behoefde niet te worden opgenomen. Omtrent de oorzaak van het gebeurde vernemen wo nog dat de sloopers zefer ge schrokken waren over het vallen van den circa drie meter hoogen muur. Zij hadden er den geheelen dag nog over geloopen en niemand had verwacht dat het zoo ontijdig zou zijn gevallen. Vandaar ook dat de arbei ders er rustig naast waren blijven werken. len, welke, dank zij het doortastend optreden van bestuur, politie en leger, spoedig werden bedwongen. Aan het eigen Indische volksleven zjjn deze onlusten vreemd. Maatregelen zjjn genomen om ook in de toekomst de bevolking tegen aanslagen op haar welvaart en veiligheid te beschermen. Daarnaast wordt, zooveel de geldelijke om standigheden toelaten, de cultureele en wel- vaartspolitiek in Nederlandsch-Indië met kracht voortgezet. Met belangstelling wordt uitgezien naar de vruchten, welke de kortgeleden voor Suriname aanvaarde maatregelen ten bate van dat overzeesche gebiedsdeel zullen af werpen. De economische toestand van Curasao blijft gunstig. Met den wensch, dat Gods milde zegen op Uwen arbeid moge rusten, verklaar Ik de gewone zitting der Staten-Generaal ge opend. B Waar ons land nog altijd wordt gere geerd door een intermediair kabinet, zon der politieke kleuren, draagt ook het jong ste staatsstuk in de lange rij der Troonredes geen politieke kleur of tint. Of de Troonrede daarom minder is? Bijkans zouden we' geneigd zijn het tegen deel te beweren. Nu dringt immers als van zelf meer de zuivere realiteit naar voren en anders nipt. Dit is dan ook het geval in de rede, hierboven afgedrukt, waarin op sobere wijze, alles tot uiting wordt gebracht, wat momenteel aan werkelijkheid naar voren is te brengen, hetgeen niet te veel mag heeten. Uit den aard der zaak wordt allereerst herinnerd aan het heugelijk feit, dat de Troonopvolgster haar intrede doet in het openbare leven, terwijl, even natuurlijk, de slachtoffers der jongste ramp in het Oosten des lands, met warme woorden worden herdacht. Wat den toe'stand van het land betreft, klinkt een rustige toon uit de rede. Er is verbetering waar te nemen, doch allerlei omtandigheden temperen de vreugde daar over, waaronder in de eerste plaats wel de barrières door 't buitenland in menig opzicht opgeNvorpen, alle economische conferenties ten spijt en waarvan mag gelden: theorie en praktijk zijn twee voor vele landen. Ne derland vormt een gunstige uitzondering in dit opzicht. Alle aandacht zal blijkbaar blijven geschonken aan de financiën en dat ver dient h'ooge waardeering. De belastingdruk is toch immers nog altijd zwaar te zwaar. Waar bij de aangekondigde maat regelen ook weer belastingverlaging in het vooruitzicht wordt gesteld, blijkt, dat deze aandacht niet tevergeefs wordt geschonken 1 Het is zeer begrijpelijk, dat bij de buiten- landsche paragraaf speciaal wordt gezien naar de passage betreffende de verwerping van het Nederlandsch-Belgisch verdrag. Duidelijk wordt gezegd, dat de kwestie niet als afgedaan wordt beschouwd en dat Ne derland bereid blijft voor een regeling, die beide partijen kan voldoen (niet alleen België, gelijk bij het verworpen verdrag). De kwestie is nog in onderzoek, doch voor eerst zal er nog wel ru9t in deze affaire blijven heerschen. De aankondiging van het werkprogram doet zien, dat het kabinet zijn taak goed inziet: gaande houden der staatsmachine, met verbetering daar, waar het hokt; geen groote, ingrijpende plannen. Dat is nu een maal zoo bij zoo'n soort bestuur, dat gele genheid geeft om kalm tot bezinning te komen. Voorzichtig zal worden voortgebouwd aan de moderniseering van ons strafstelsel in wet en practische uitvoering. Het onderwijs zal worden verbeterd door vervroeging van in werking treden van het verplichte 7e leerjaar. De zoo lang reeds in uitzicht gestelde en hard noodige wijziging in de financieele verhouding tusschen rijk en gemeente, zal nu werkelijk ter hand worden genomen. Over 't algemeen worden echter geen on bekende maatregelen in het vooruitzicht gesteld. De passage betreffende onze buitenland- sche bezittingen vermeldt de communisti sche onlusten in de Oost, deze betreurende, doch ter geruststelling verzekerend, dat deze vreemd waren aan het Indische volks leven. Alles bij elkaar genomen een Troonrede, goed zich aanpassend aan de omstandig heden van bestuur van het oogenblik. Zon der groote schokken, heel geleidelijk zal men het schip van staat verder voeren tus schen de klippen door die altijd dreigen; maar ook zonder groote pogingen tot een zich baanbreken naar nieuwe wegen zooals we zeiden: de staatsmachine wordt goed verzorgd, op gang gehouden. Slechts één ding heeft ons weer hinder lijk in deze Troonrede getroffen: de stijl. Deze is slecht verzorgd als bijkans altijd het geval is. Waarom dit noodzakelijk schijnt te zijn? Men zie bijv. de zin bij de ver klaring over de verhouding tot België: ,,Het samenstel dier vraagstukken is thans nog het voorwerp van een nader onderzoek bier te lande". HS- OPENING R.-K. H. B. S. Na de rede van den Z.E. heer J. H. Key- zers werd ter gelegenheid van de opening der R.-K H B. S. gistermiddag nog 't woord gevoerd door den Z.E heer Pater Provin ciaal, die verklaarde, dat de Taters Fran ciscanen gaarne het verzoek van Deken en Pastoor, om zich met de leiding van de school te belasten, hadden aanvaard. Wij zijn verheugd bij den aanvang van ons werk en wij zijn ervan overtuigd, dat wij veel tot stand zullen kunnen brengen. Voor zoover het van ons afhangt, aldus eindigde spr., zullen wij pogen zoo goed mogelijk onze gelofte in te lossen. De volgende spreker was de heer Mulder, die de beste wenschen van de Chr. H. B. S. kwam overbrengen. Ds. Hoekstra was ver hinderd bij de opening tegenwoordig te zijn. De directeur, Pater de Goede, bracht vooral dank aan Pastoor Beukers en aan Pastoor Leusen, voor d^ steun die zij hadden ver leend, vooral in de afgeloopen weken. Met eenige schroom, aldus spr., aanvaarden wij onze taak, want wij weten, dat er veel van ons woTdt verwacht. Wij weten dat wij ons niet alleen zullen hebben te bemoeien met het onderwijs van de jongens, maar ook met hun karaktervorming, waaraan juist in den leeftijd, waarin het in een jongen kookt en ziedt, veel kan en moet worden gedaan Wij zullen, aldus ging spr. voort, ons best doen om jongens af te leveren, die zullen gaan behooren tot de beste menschen van ons Vaderland. De volgende spreker was de wethouder van Onderwijs, mr. A. F. C. M. Tepe, die zich gelukkig achtte bij ontstentenis van den Burgemeester hier namens de gemeente het woord te mogen voeren. Mr. Tepe zeid°: Onze eeuw is terecht vaak genoemd de eeuw der techniek. Ik ben echter van meening, dat zij, die in deze verbazingwekkende technische ont wikkeling slechts zien of althans van haar in hoofdzaak vreezen eene bedenkelijke versterking en overheersching van het ma terialisme, ten koste van de geestelijke ontwikkeling van het menschdom een al te zwarten kijk hebben op hetgeen er in onze samenleving leeft en groeit. In dit verband en bij deze gelegenheid meen ik er aan te mogen herinneren, dat onze eeuw eveneens, en stellig met even veel recht, genoemd wordt de eeuw van het kind. Met evenveel recht: want wanneer wij voor zoover dat mogelijk is, een parallel trekken tusschen het tempo, waarin en de intensiteit, waarmede de techniek en de zorg voor de educatie onzer jeugd zich ontwikkeld hebben, dan meen ik te mogen constateeren, dat beiden vrijwel gelijken tred hebben gehouden. En het staat daarbij m. i. onomslootelijk vast, dat die zorg voor de jeugd, in haar geheel genomen, niet uitsluitend, ja zelfs niet in hoofdzaak gericht is op de lichame lijke ontwikkeling onzer toekomstige staatsburgers, noch enkel ten doel heeft hen bekwaam te maken voor en sterk in den hen wachtenden economischen „struggle for life", doch veeleer geleidelijk meer en meer de tendenz vertoont om den voorrang toe te kennen aan den geestelijken bloei en wasdom onzer jeugd. Derhalve mag men de allerwege aan den dag tredende groote belangstelling terzake van opvoeding en onderwijs onzer jeugd beschouwen als een allergelukkigst ver schijnsel, waardoor het gevaar voor ver- materialiseering, dat in de overrompelende snelheid der technische ontwikkeling onge twijfeld schuilt geheel of grootendeels ge neutraliseerd wordt. Een der uitingen nu van dit gelukkig verschijnsel is ongetwijfeld het feit, dat de Nederl. Wetgever de mogelijkheid in het leven geroepen heeft tot het verstrek ken van onderwijs aan de kmderen van alle Nederlandsche staatsburgers met eer biediging van en overeenkomstig hun gods dienstige overtuiging. Onder de vele inrichtingen, die de be vordering onzer volksontwikkeling beoogen, gaal ook de uwe thans een plaats innemen; in het belang van de geheele samenleving, maar zeer in het bijzonder ook in het be lang van de gemeente, die gij tot uwe residentie gekozen hebt. In het belang onzer gemeente: immers, het lijdt geen twijfel, dat de onderwas- inrichtingen, waarop een gemeente bogen kan. mede, en wel in niet onaanzienlijke mate bijdragen tot verhooging der aantrek kingskracht, welke die gemeente op de burgerij uitoefent. Een der eerste vragen toch, die met kinderen gezegende burgers zich bij de be paling hunner keuze van woonplaats plegen te stellen is deze en ook dit mag een zeer gelukkig verschijnsel genoemd wor den hoe staat het in de onderscheiden gemeenten met de gelegenheid om aan mijn kinderen het» voor hen passende onderwijs te doen verstrekken? Ik meen te mogen zeggen, dat de vesti ging alhier van uw, voorloopig nog op be scheiden leest geschoeide H.B.S. naast de grootsche en voortreffelijke gemeentelijke en de bloeiende Christelijke inrichting van dien naam, voor Leiden een belangrijke aan winst beteekent. BINNENLAND. Opening door H. M. de Koningin van de zitting der Staten-Generaal. (Ie Blad). Storing aan de Electriciteitsfabrieken te Leiden. (Laatste her., Ie blad). De financieele verhouding tusschen Rijk en Gemeenten. (Binnenland, 2e Blad). De misbruiken in den haringhandel. (Bin nenland, 2e' Blad). De gewijzigde bioscoopwet vermoedelijk op 1 Januari in werking. (Binnenland, 2e Blad). Ernstige trambotsing te Amsterdam. (Ge* mengd, 2e Blad). BUITENLAND. Wat ten Volkenbond gebeurde. (Buitenl. Ie Blad). Hindenburg's opnieuw' ter tafel brengen van de schuldvraag. (Buitenl. Ie Blad). Strijd tusschen regeering en parlement in Polen. (Buitenl. Ie Blad). Maar, moge de stad Leiden winnen door uw komst, niet minder zal uw inrichting gebaat zijn door haar vestiging binnen de muren van 'fc oude Lugdunum Batavorura. Uw leeraren immers, van wie eenigen reeds dank aan een Alma Mater verschul digd zijn, vinden hier de gelegenheid om zich dagelijks te laven aan de bron van wetenschap, welke Nederland.s oudste, maar geenszins aftandsche Alma Mater aan alle weetgierigen ter beschikking 6telt; zjj zullen in de bijkans ontelbare musea en laboratoria, die onze stad stempelen tot een Eldorado voor vorschesnde geesten, meer leermateriaal aantreffen, dan zij in staat zullen zijn te verwerken. Aldus zal hun hier de gelegenheid ge boden zijn hun theoretische en praktische kennis steeds te vermeerderen en te ver diepen en hun leerlingen daarvan de koste lijke vruchten te doen plukken. Ik besluit dit korte woord met U, hoog geacht Bestuur en U, Mijnheer den Direc teur en Heeren Leeraren, uit naam van 't Gemeentebestuur van Leiden een hartelijk welkom toe te roepen en met den wensch Uit te spreken, dat uw nieuwe inrichting veel moge bijdragen tot verhooging van den bloed onzer gemeente en dat het U moge beschoren zijn om in ons midden uw ideaal, dat is: door dienen van de ge meenschap God te dienen, te verwezen lijken. Nadat mr. Tepe zijn met applaus be groete rede had beëindigd, sprak nog de heer J. J. M. Meyers, namens de ouders van de leerlingen. Ook spr. vertolkte zijn beste wenschen voor den bloei van de nieuwe school en hij zeide dat de ouders verheugd waren over de totstandkoming van deze onderwijsinrichting. Spr. zegde namens de ouders een geschenk in geld voor de nieuwe school toe. In overleg met den directeur hoopt men dit bedrag nuttig te besteden. Daarmede was de plechtigheid ten einde en gingen de genoodigden op uitnoodiging van den Z. E. heer J. H. Keysers S. J. de inrichting bezichtigen. De thee werd rondgediend en men bleef nog eenigen tijd bijeen. WINKELWEEK. Van 22 tot 30 September. Het oogenblik waarop de winkelweek ge opend wordt, nadert snel. Donderdag om halfvier zal de Winkel week in een bijeenkomst van het bestuur, met genoodigden, o. w. vertegenwoordigers van het Gemeentebestuur en van de K. v, K., van de Middenstandsvereenigingen, enz. met de deelnemers, in den foyer van de Stadsgehoorzaal worden geopend. Onze burgemeester, mr. A. van de Sande Bakhuyzen, heeft zich bereid verklaard de Winkelweek persoonlijk te openen, zoodat de verwachting mag worden gekoesterd, dat er van de circa driehonderd deelnemers velen de plechtigheid zullen bijwonen. Het publiek zal reeds vanaf Donderdag middag twee uur de vele fraaie etalages kunnen bewonderen. Want om twee uur dien dag moeten de étalages gereed zijn. Dan kunnen onze stadgenooten hun wan deling langs de uitstalkasten beginnen en kunnen zij de stembiljetten afhalen om daarop in te vullen, welke étalages men het mooiste vindt. Na afloop van de officieele opening zul len de genoodigden met het bestuur van de Winkelweek langs de verschillende éta lages een rit per auto maken. Vrijdagmorgen 23 September begint de jury, samengesteld uit leden van de Haar- lemsche Middenstandscentrale, haar werk. De prijzen door de deelnemende winke liers voor het publiek beschikbaar gesteld, zullen gedurende de Winkelweek te zien

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 1