68*ta Jaargang LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 3 September 1927 Derde Blad No. 20697 De Wedvlucht om de Luchtheerschappij OVERZICHT KAASMARKTEN. Buitenl. Weekoverzicnt. SCHETSEN UIT CHINA. INDISCHE KRONIEK. (Alléén-recht voor Nederland). I. Dnitsche en Oostenrijksche vorderingen op luchtvaartgebied door Lord Thomson van Cardington. LORD THOMSON VAN CARDINGTON. Sinds het einde van den wereldoorlog heeft Duitschland wat betreft het handels- luchtvaartverkeer meer vorderingen ge maakt dan eenige andere Europeesche staat. Deze vorderingen zijn zoowel tengevolge van als niettegenstaande de beperkende be palingen op de Duitsche luchtvaart door het Verdrag van Versailles, gemaakt. Artikel 198 van dit Verdrag bevatte dat Duitsch land absoluut geen militaire of maritieme luchtmacht mocht bezitten. Zeer spoedig evenwel bemerkten de deskundigen van de geallieerden dat deze beperkingen wat be treft de beperking van de luchtmacht van een natie niet ver genoeg gingen. Dienten gevolge bepaalde de Gezantenraad in 1921, dat, om de strekking van het Verdrag na te leven, het noodig was nog meerdere beper kingen te leggen op het aantal en de presta ties van alle typen der Duitsche luchtvloot, van welke soort ook. Deze verdere beperkin gen werden neergelegd in 9 artikelen waar van de bedoeling was om niet alleen het vervaardigen van één-persoons vliegtuigen (met motoren van meer dan 60 P.K.) be wapende en niet bestuurde machines, bom bardeervliegtuigen etc. te voorkomen, maar ook, afgezien van andere beperkingen, om zoowel het laadvermogen te beperken als om den Duitschers het bouwen van passa giers- en vrachtvliegtuigen van voldoende capaciteit voor commercieele aangelegenhe den onmogelijk te maken. Deze bepalingen zouden misschien fnui kend gewerkt hebben op een minder ener giek en voortvarend volk en dit op luchtge bied hebben lamgeslagen, maar op de Duitschers hadden ze juist de tegenoverge stelde werking. Bankiers, industrieelen en gemeentebesturen, om nog niet eens te noe men de duizenden particulieren, kwamen te hulp en zoodoende werd de regeering, aan wie het verboden was door het Verdrag om er een militaire luchtvaart op na te houden, in staat gesteld groote subsidides te verlee- nen aan de handelsluchtvaart. De eerste luchtvaarttransportmaatschappij in Europa die een regeeringssubsidie kreeg, was de „Deutsche Luft Reederei" in 1920, waardoor ook spoedig andere ondernemin gen aangespoord werden. Van deze was wellicht de Deruluft (de Duitsch-Russische Luchtmaatschappij) welke in December 1921 gesticht werd met een kapitaal van 21/» millioen goudmark, de belangrijkste. De helft van dit kapitaal werd verschaft doir de Russische regeering. Langzamerhand evenwel maakten de finantieele nijping en de verlammende uit werking der 9 bepalingen samensmelting noodig en in het voorjaar van 1923 kwamen twee hoofluchtvaartmaatschappijen tot stand: de Duitsche Aero-Lloyd, vertegen woordigende de meerderheid van de klei nere maatschappijen en de Junkers Lucht vaartmaatschappij. Eindelijk, in Januari 1926 werden deze beide maatschappijen ge combineerd tot de „Deutsche Luft-Hansa heden de grootste handelsluchtvaartmaat schappij ter wereld met een kapitaal van 25.000.000 goudmark. Er zijn natuurlijk nog iandere luchtvaartmaatschappijen, maar deze zijn gewestelijk en ondergeschikt, daar hun voornaamste taak is publieke belang stelling te wekken in de luchtvaart en met de Luft Hansa verafgelegen Duitsche pro- yincies en staten te verbinden. Aanvangende op 6 April 1926. beschikte de Luft Hansa over 54; verschillende lucht lijnen die 15 vreemde en 57 Duitsche lucht havens aandoen. De gecombineerde lengte van deze luchtroutes was destijds meer dan 12000 mijl en gedurende het drukke-seizoen (Juli en Augustus) legden de machines da gelijks een totalen afstand af gelijk aan den omtrek van de aarde. Tusschen April en December 1926 werden 56 268 passagiers, 384 ton bagage. 260 ton vrachtgoederen en 300 ton post door de lucht naar verschil lende bestemmingen vervoerd; deze cijfers toonen een toename aan van 50 pCt. aan pasagiers en 86 pCt. aan gewicht van post, vergeleken bij die van 1925. Slechts een doode'lijk ongeluk wierp een schaduw op dit mooie record. Zeer vermeldenswaard bij deze cijfers is nog de regelmatigheid van den dienst niettegenstaande herhaaldelijke stormen en mist. De resultaten over 1927 zijn nog niet be kend, maar zij zullen ongetwijfeld verdere toename aantoonen, aangezien dit jaar het aantal luchtroutes toegenomen is tot 80 en hierdoor ook het passagiers- en vracht- goederenvervoer wel naar verhouding zal zijn gegroeid. Het succes van de Luft Hansa kan aan verschillende feilen toegeschreven worden, n.l. nationale, wetenschappelijke en geogra- phische. Zooals reeds eerder vermeld, wordt de maatschappij gesteund door de' Duitsche regeering, de groote steden, commercieele huizen, eenige industries en banken. Maai4 hoe prachtig de' steun van deze moge zijn, deze is toch minder belangrijk dan het feit dat het Duitsche volk voortdurend meer actieve belangstelling in de luchtvaart toont. Groote getallen particuliere vluchten worden gedaan en honderd-duizenden toe schouwers gaan naar vliegdemonstraties. Dit geeft een gezonde impuls aan de lucht vaart en doet voorzien in een stevige fun deering van verdere toename. Ee'n ander belangrijk feit. dat meehielp, is geweest dat de beperkingen op de mili taire luchtvaart gelegd, de Duitsche onder nemers er toe genoodzaakt hebben al hun aandacht te concentre eren op handelsvlieg tuigen, terwijl hun tegenstanders in andere landen al hun tijd en vindingrijkheid gin gen wijden aan militaire vliegtuigen, daar de productie hiervan meer winstgevend is. Met dit alles, plukt het Deutsche luchthan- delsverkeer tfhans de vruchten van 5 jaren onderzoekingen en navorschingen gedu rende welke, trots de werking van de ge noemde 9 artikelen, wetenschappelijke men- schen voortdurend bezig waren de onge makken te boven te komen welke gelegd waren op de Duitsche aviatiek wat betreft motorkracht, snelheid en laadvermogen. Over het geheel heeft de Duitsche lucht vaart geprofiteerd van beperkingen wier doel het was deze» te drukken en men mag ervan verwachten dat ze zal teweeg bren gen, indien dit niet reeds geschied is, een revolutie in den bouw der handelsvliegtui gen. In dit verband zijn eenige ontdekkin gen vermeldenswaard: er is komen vast te staan dat het model vleugel ééndekker supe rieur is aan de tweedekker, niet alleen uit e'en oogpunt van lucht-snelheid maak ook als een passagiersvervoermiddel daar het meer uitzicht geeft en bovendien de toe gang tot de cabine dichter bij den grond is, zoo zelfs dat er geen behoefte bestaat aan speciale ladders of iets dergelijks. Wanneer de constructie van geheel metalen, vliegtui gen nog meer gevorderd is is t/hans reeds uitgemaakt, dat het mogelijk zal zijn reu zen eendekkers met vleugelsmodel te bou wen, die meer dan 100 passagiers vervoeren kunnen met een snelheid van 140 mijl per uur. Een dergelijke machine met tien 1000 P.K. motoren en vleugels van 2 meter diepte, waarbinnen de passagiers onderge bracht zijn in een luxueuse omgeving, wordt gereed gemaakt voor een trans-Atlantische vlucht. Als een ander uiterste is er een kleine 20 P.K. machine die slechts 420 p. st. kost. Dit dwerg-vliegtuigje heeft een draagwijdte van 325 mijlen en een snelheid van 75 mijl per uur. Het is van hout gebouwd, is 24 voet lang en heeft een vleugelbreedte van 33 voet. Het kan voor verpakkingsdoelein den uit elkaar genomen worden in 5 min. en we'er in elkaar gezet worden in 10 minu ten. Dit type kan de luchtfiets genoemd worden en zijn massa-productie zou een belangrijk glanspunt zijn in de toekomstige ontwikkeling van de aviatiek. Duitschland's geographische ligging is ongetwijfeld in haar voordeel en dit zal ook zoo blijven daar de gemiddelde lengte van de vluchten niet .de 500 mijl overschrijdt. Maar dit voordeel zal verminderen wanneer machines van langen draagwijdte ingevoerd zullen worden; hoogstens is dit een geringe oorzaak geweest van Duitschland's vorde ringen. In Oostenrijk, waarvan de ligging zelfs meer centraal is gaat de ontwikkeling lang zoo snel niet en daar is de aviatiek nog slechts in hare kindschheid Oostenrijk be zit goed uitgeruste werkplaatsen en eerste klasse mecaniciens; op deze basis mocht men veronderstellen dat het in staat zou zijn om een bloeiende luchtvaartindustrie in het leven te roepen en om een van de grootste leveranciers van vliegtuigen te wor den van eentraal Europa. Tot nu toe is er evenwel geen aanwijzing van eenige „lucht-aanleg" onder de Oostenrijkers en slechts weinige gevoelen behoefte om de aviatiek tot een commercieel succes te bren gen. hetwelk op het oogenblik juist zoo een karaktertrek is van het Duitsche volk waar door de fundeering gelegd is voor Duitsch land's Juchtmacht De aanvoeren en hoogste noleeringen waren: Wagens Goudsche Leidsche gestempelde ligte ligte zware (1) (2) (1) (2) (1) (2) (1) (2) (1) (2) Oudewater 104 133 150 f 42 40 f40 f 50 (48 (44 f— f— f— f— f— f Bodegraven 421 443 455 f45 f 44 f46 [53 f50 f51 f54 f54 f54 fff 31 Aug Woerden 447 487 503 f46 f47 f46 f51 f49 f50 (63 (53 f53 f— f— f 1 Sept Gouda 268 274 281 f 48 f 45 f 44 f 54 f 50 f 51 f 56 f 54 f f f f 1 Sepl Alph. a.d R 50 54 53 f f f f 51 f 52 f 48 f f f 52 f f f 2 Sept te.den 133 132 126 f 50 f 50 f 47 I f f f f f f 51 f 50 f 50 (1) Zijn de opgaven van de vorige w eek (2) Zijn de opgaven van 30 Aug.3 Sept. 1926. 29 Aug. 30 Aug. Tegenstellingen op allerlei terrein. Wederom is te Genève de Volkenbonds raad bijeen. Twee persoonlijkheden van groote beteekenis zijn dezen keer niet van de partijna de Jouvenel is ook lord Robert Cecil van het Volken bondstooneel verdwenen. Hij heeft zich teruggetrokken uit de Engelsche regeering waar hij voor zijn ideeën met voldoende steun kon vin den. 't Zijn als het ware twee antipoden, die zijn heengegaan. Cecil de vurige idea list voor den vrede, langs wegen van dwang desnoods, waartoe alle Staten zich opoffe ringen hebben te getroosten volgens den steilregel: eerst offers brengen, dan pas vruchten plukken; de Jouvenel de vredes- vriend, (he echter het oog gericht houdt op nationale belangen. Cecil, een man van uiterst liberale denkbeelden, voor Enge land zelfs beter passend in een kabinet- McDonald dan in een ministerie Baldwin, de Jouvenel, een man van meer naar rechts georiënteerde denkbeelden, dan het de partement van Briand in Frankrijk volgt. Niettemin beiden figuren, die in Genève het oor der grooten hadden en daarom, verschil met de regeering ten spijt, gaarne werden gebruikt. Beiden meenen buiten de officieele wegen om, meer voor den vrede te kunnen bereiken, ieder natuurlijk naar zijn inzicht. Hopen we, dat zij elkaar nog eens zullen vinden; dan schijnt ons de zaak van den vrede eerst geheel voor elkaar Terwijl de Volkenbondsraad reeds ver gaderde, moest Briand nog te Parijs met den ministerraad confereeren en keerde Vandervelde zelfs op dringend verzoek te Brussel daarvoor terug. Hetgeen bewijst, dat door beide moeilijke tijden worden be leefd. Briand heeft in een rede aan oen banket, der interparlementaire Unie te Parijs aangeboden, na eenige zittingen, waar sterk de Fransoh-Duitsche contraver sie naar voren kwam, duidelijk doen uit komen, hoe hij voorstander blijft der Lo- carno-politiek en van verderen uitbouw daarvan, waarvoor de regeerrng-Poincaré heel wat mindeT warm loopt; en Vander velde neemt men in zekere Belgische leringen kwalijk, dat hij opnieuw den Duit schers heeft aangeboden een onderzoek naar de franctireurskwestie uit den oor log, waaraan door de Duitschers is vastgekoppeld de scheiding der Belgische neutraliteit en de deportaties. Het thans aanvaarden door Duitschland wat vroeger is geweigerd, wordt in bedoelde kringen ook gewantrouwd. Bedriegen ons de diverse voort eek enen niet, dan zulleD Briand en Vandervelde thans zich nog wol staande weten te houden. Een krachtige pressie zal ongetwijfeld door Stresemann nog worden geoefend te Genève inzake de ontruiming van het be zette gebied. Veel succes zal hij echter thans ook zelf o.i. niet meer verwachten, daar de drie bezettende mogendheden het tenslotte toch met elkaar eens zijn gewor den op de basis van terugnomen van 10.000 man troepen, waardoor het aantal blijvers nog 60.000 zal bedragen. Het is een concessie van zoo geringe beteekenis, dat Duitschland zich daarmee niet tevreden kan verklaren, maar op meer behoeft het op dit oogenblik direct niet te hopen. Beter iets dan niets, dat is de schrale troost voor onze Oosterburen. Alleen, dit iets bevordert niet de Locarno- pohtiek, waarvan ook Stresemann voor stander is. 't Is overigens eigenaardig, dat zoowel in Frankrijk als Duitschland twee partijen elkaar bestrijden op bui ten L terrein, ter wijl zij telkens hetzelfde voorstaan. Alge meen is er een streven om het Fransch- Duitsche, bijkans historische, verschil te doen eindigen. Men wil m beide kampen langs verschillende wegen daartoe gera ken. Poincaré c.s. - en daartoe hoort ook de Jouvenel trachten er te komen langs zuiver Fransch nationalen geest, Briand c.s. begrijpen, dat internationale vraag stukken, niet zuiver nationalistisch zijn op te lossen. In Duitschland staat Stresemann Briand's partner) tegenover de nationa listen. Wanneer in beide landen de natio nalisten het eens wonnen. Hoe scherp in Duitschland de tegenstel lingen nog zijn, is bewezen door de vlag- genkwestie te Berlijn, waar de meeste groote hoteliers met het mes op de keel bijkans gedwongen moesten worden om op officieel Duitsche feestdagen en in geval len, dat de Duitsche vlag hoort te wappe ren, de officieele rijksvlag uit te hangen. De weigering berustte op het motief, dat anders de voorstanders der oude vlag zien gegriefd zouden voelen. Alsof de voorstan ders van de nieuwe Duitsche orde anders niet worden gekwetst. He»t toont in ieder geval nog eens weer, hoe van een Duitsche eenheid geen sprake is. Onder leiding der Pruisische regeering en van Berlijn's burgemeester zijn de hoteliers tot rede gebracht, toen zij werden aange tast in hun portemomnaie, door de wei gering der autoriteiten (ook de rijksregee- ring sloot zich aarzelend aan) niet de officieeïe-rijksvlag-voerende hotels te be zoeken. Maar ook m Frankrijk met de parle mentsverkiezing in na verschiet, nemen de tegenstellingen toe. Zelfs zoo, dat er al zijn, die niet eens meer tot volgend voor jaar willen wachten, maar liefst direct de stembus zouden willen doen spreken, vooral nu teruggekeerd Ï6 tot het vroegere kies stelsel. dat nauwer contact brengt tusschen kiezers en gekozenen dan de evenredige vertegenwoordiging vermag te doen. Voor zoo'n overhaasting zal de regeering zich echter wel niet laten vinden. door Ir. F. J. BLOM. II. Als ik 's middags van het kantoor thuis kom en mijn vrouw met een kop thee gezel lig in de huiskamer zit, dan is de eerste vraag: en, wat voor nieuws is er? Het is dikwijls moeilijk een goed verslag te geven van de dagelijksche gebeurtenissen en niets te vergeten, doch ik hoop dat het met meerdere echtvrienden gaat zooals met mij na een paar dagen valt mij nog wel eens in, dat ik Jan of Piet gesproken heb, die mij wat hebben meegedeeld dat mij minder, doch de huisvrouw zeer inte resseert. Na mijn nieuws geheel uitgeput te hebben, hoop ik eens rustig van mijn thee te genieten, doch düin komen de huiselijke beslommeringen voor den dag, die in China niet minder zijn dan thuis. De huisjongen komt binnen met een ver haal over den tuinman en den aankoop van bloempotten en de noodige reparatie aan een gieter. Het verhaal heeft de huis vrouw al moeten aanhooren, doch de heer des huizes, volgens oud patriarchaal ge bruik, moet over het geval beslissen. In een huis, zooals de meesten van ons bewonen, is een bende personeel noo dig, tot groot verdriet van de huisvrouw. Ieder heeft zijn werk en wijkt daar niet van af De jongen bedient, neemt stof af en doet dat ergerlijk slecht volgens mijn vrouw, en ik moet haar gelijk geven hij maakt de bedden op en is het factotum in huis. Hij spreekt Engelsch, of Duitsch of Fransch, min of meer gebroken in een taaltje dat geleerd moet worden en voor een nieuweling al even goed verstaanbaar is als Grönnings voor een Zeeuw, 't Is een taal zonder vervoegingen of verbui gingen, met Chineeschen zinsbouw en waarmee je na een aantal maanden won derbaarlijk veel kunt uitdrukken. De jongen dresseert den koelie, die meestal geen vreemde taal verstaat, het ruwe werk doet, en het beheer heeft over de emmers, de dweilen en de zwabbers en die steeds be zems. zeep, soda en wat dies meer zij noo dig heeft en die met een handigheid, Bam berg niet onwaardig, doet verdwijnen, zonder dat ze den vloer gezien hebben. Behalve zijn loon, zijn de oude kranten, leege fles- schen en leege blikjes, zijn bron van inko men, niet te vergeten de artikelen reeds opgenoemd en waarvoor hij wel de kana len weet. De kok troont in de keuken, zorgt voor het eten, maakt de pannen schoon en schrobt keukentafel en vloer, maar doet verder ook niets. Behalve dat hij een groot deel van de procenten van de gekochte levensmiddelen opstrijkt, hetzij een recht matige tien procent, hetzij een extra twin tig procent; hetgeen bereikt wordt door het met den leverancier op een accoordje te gooien omtrent den te vragen prijs. Het ambt van kok en jongen kan voor een klein huishouden vereenigd worden. Voor het stoppen van kousen, het was- schen van kleine kleedjes, sokken en fijn ondergoed, zorgt de amah, een soortgelijk artikel als de baboe in Indië. Heeft ze de zorg voor een baby, dan doet ze verder niets. Kunt U begrijpen, dat zooveel volk in je huis aanleiding geeft tot ruzie, slor digheid en het verdwijnen van eten en andere zaken? 't Is de voornaamste bron van ergernis van de huisvrouw, die daar tusschen door moet zeilen. Daarbij komt dat de vrouw in China een ondergeschikte rol speelt dat wil zeg gen, officieel en de vrouw des huizes minder van de bedienden gedaan krijgt dan de man Dus werd het verhaal van den gieter uitgesteld tot „master", laten we zeggen de baas, thuis zou komen. Laten we met den gieter beginnen. De jongen krijgt de opdracht den tuinman te ontbieden. Beste lezer, geloof niet dat het geval gieter het eenige zou zijn dat den baas als oppersten rechter zou voorgelegd worden. Het geval bleek veel ingewik kelder De jongen, keurig in een lange, witte jas, stoffen schoentjes, goed geschoren en ge knipt, komt met den tuinman terug. De oude gieter moet voor den dag komen. Weg! Verdwenen. Waar? Het antwoord na veel heen en weer verhalen in het Chineesch: de koelie. De koelie moet op het tapijt ver schijnen. Getuigt met een gegrinnik dat de tuinman den gieter had weggegooid. Hij wilde den emmer gebruiken voor de plan ten, maar de emmer was weg. De emmer, het rechtmatig gebruiksvoorwerp van den koelie, was weggenomen door de amah. De amah op het tapijt. Waar dan haar wasch- bakken waren? De koelie had ze op zijn kamertje om zich te wasschen. Hij was te arm om een bak te koopen maar speelt in zijn zenuwachtigheid, nu hij de schuld krijgt, met zijn massale zilveren ketting, waaraan een groot horloge vastgelegd zit. Nieuwe verhalen volgen en een twistge sprek tusschen koelie en amah levert het feit op, dat de amah gestreken heeft, een kleedje heeft verbrand en dat in de W. C. heeft doen verdwijnen. Een metselaar had moeten komen om de verstopping te doen verdwijnen. Dat had geld gekost Wie zou dat betalen? Ziedaar de ruzie, waarbij achtereenvolgens de emmer, de gieter, de waschbak en een kleedje te pas moesten komen. Verveelt het u, lezer? Onderwijl snelt de huisvrouw naar de keuken, waar ze wat ongerechtigs rook. Rijst, die aanbrandde.... de kok was ner gens te vinden. Nadat ieder zijn vonnis had gehoord, een vermaning, meer niet, toog 't stel af. En het bleek, dat de kok den jongen en den koelie 's avonds uitnoodigde in een restau rant op een eenvoudig eten met Chinee schen wijn om den vrede te bezegelen Leeg was het huis. vrienden vonden geen gehoor over de telefoon, de honden werden niet op tijd uitgelaten het verbrande, op- gevischte kleedje lag gestreken in de bij keuken en ik had bijna ruzie met mijn vrouw over het bedienden-stel. Maar kan dat nu niet anders, eult u vra gen. Waarom niet één bediende. In Cali- fornië, waar personeel schaarsch is, vindt men ook Chineesche jongens, die alleen al het huiswerk verrichten, wat dat ook zij. De huisvrouw moet dan ook de armen uit de mouw steken, al wordt het werk door mechanische hulpmiddelen zeer verlicht In de Oost is handwerk, vooral huis werk, minderwaardig en voor haar prestige mag de vrouw niet veel doen. Toch blijft er genoeg in een huis te bestieren, kleedjes leggen, hier en daar bloemen schikken, en 't personeel narennen. In sommige deelen van Engelsch-Indië is 't nog veel erger en verbieden sommige godsdienstige overwe gingen bepaald huiswerk te verrichten. De maandelijksche uitgaven worden daar met een geweldigen salarispost verzwaard. Toch is handwerk, beroepswerk, geen schande. Integendeel. Als bij ons in den gildetijd wordt een goede timmerman, smid schrijnwerker, ivoorsnijder, hoog geschat Maar weer niet een vak, waar de beoefe naar weinig of geen verantwoordelijkheid voor draagt, of veel bij moet staan. Bar bier, vooral slraatbarbier, is al een laag baantje, evenals rickshaw-koelie. Zij staan den geheelen dag en veel hersens schijnen bij dat werk niet noodig te zijn. Een krui wagen-koelie staat hooger. Hij heeft de verantwoording voor het goed, dat hij weg brengt. En dat zegt dikwijls heel wal. U kunt iederen dag op kruiwagens, kisten zilver zien vervoeren, van bank lol bank. In Holland zou een detachement politie en militairen voor bescherming opgeroepen worden. Hier kijkt niemand er naar om. Maar ik ben van mijn onderwerp afge dwaald. Een goede huisjongen verdient 25 gulden in de maand, een koelie 1216. een kok 2030, een wasehmeid 14, een tuin man 1520 gulden. Zij wonen meestal in de bedienden-kwartieren op zeer beschei den voet. Hun maal is rijst met visch, altijd groente, soms varkensvleesch. Maar laat ik u dit zeggen, dal ze geen boter, suiker, brood, zelfs koffie van den baas versmaden. Het kan ook haast niet anders. Het wettige loon is krap en er moet bijverdiend worden om de kinderen groot te brengen, voor de kleeren te zorgen en dikwijls ook om de ouders te onderhouden, een van de eerste plichten van een Chinees jegens zijn afge sloofde moeder en vader. Pogingen ingesteld om door hoogere loo- nen het ergerlijke gesleel te doen ophouden, zijn mislukt. Het kruimeldieven-systeem is te ingeworteld. De bedienden arrangeeren de prijzen met de leveranciers, krijgen meestal 10 pCt. van de rekeningen en een deel van het te veel betaalde, het wel opgeschreven maar niet gebruikte goed, dat door hen wordt overge spaard en teruggegeven. Verder zetten ze alle prijzen op van kleine reparaties in huis, welke duur betaald moeten worden. Aan het eind van de maand komt de jongen met een rekening met het opschrift ..dear master" (mijn beste meester)' en de meest fantastische zaken worden daarin vermeld. Kunt u begrijpen, dat ook hier het onderwerp „bedienden" een voornaam deel der conVersatie vormt? RECLAME. H. P. H. KEEREWEER BEGRAFENISSEN Tel.'861 AUTO-TRANSPORT Anlmarkl 16. CREMATIE 4762 Door D. BAUDUIN. Luilekkerland aan boord Los van den wal, los van de muize nissen De heerlijkheid van da zee Scheepsleven De zeef tusschen twee Oceanen. In onze materieele wereld beschouwt de mensoh zijn portemonnaie en zijn maag als twee van de gewichtigste dingen, over welke positie hij liefst ten allen tijde ge fixeerd wil zijn. Over de rol van de porte monnaie in het leven van den Indischgast zal ik nog gelegenheid genoeg krijgen om uit te weiden, maar nu ik zoo juist sprak over de zieke maag, mag ik als tegenwicht terloops de beproevingen van de gezonde maag in het Luilekkerland aan boord ver melden. Immers, aan boord van de Indische mailboot-en pleegt men volgens oude tradi tie eiken dag daverende menu's op te die nen. Reeds het ontbijt hermneTt aan be schrijvingen uit Tijl Uilenspiegel, aan de lunch serveert men u nooit minder dan twee gerechten en aan het avondmaal nooit minder dan drie, plus voorgerechten, soep, toespijs, vruchten, kaas en koffie. Wie bij het begin van de reis nog met zeeziekte had te kampen, hem zal in die pijnlijke dagen de aanblik van zulk een daverend menu of van zulk een we Ivoor zien en disch, deD strijd nog slechts verer geren. Maar dan komt op zekeren dag het schoone oogenblik, dat ge u veilig aan tafel kunt wagen zonder na den derden lepel 6oep lijkbleek op te rijzen en met r,Dge- wone haast over de erschansmg te gaan kijken. Dan eet ge de volgende weken ei ken dag uw Engo'sch ontbijt plw uw co- pieuse lunch plus uw daverend menu plus uw ochtendchocola, plus uw middagthee met koekjes plus uw avondsandwiches, totdat ge zoo heel geleidelijk, meestal een paar dagen vóór Colombo, den invloed van het overrijke, overdadige eten en van het ge brek aan lichaamsbeweging gaat ondervin den in den vorm van een permanente kre geligheid, die u onaangename dingeD doet zeggen, wanneer aan de bridge-tafel uw partner verkeerd snijdt of wanneer de vrouw van den assistent-resident heeft be weerd, dat uw Kareltje een wilde iongen is. De twister en de intrigues en de veeten en de conflicten, de afscheidingen in clubs

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 9