ONRECHTMATIG BEZIT No. 20656 LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 18 Juli Tweede Blad Anno 1927 Het Straatoproer te Weenen. BINNENLAND. FEUILLETON. HET KONINKLIJK BEZOEK AAN DE MIJNSTREEK. Limburg in feestdos. Het Koninklijk gezin dat Zaterdag van Heerlen via Sittard naar Beek was gereden bleef daar gedurende eenige uren in den hoftrein vertoeven. Omstreeks halfvier had de officieele ont vangst te Beek plaats. Typisch Limburgsche schutterijen waren langs den Stationsweg opgesteld. Het wemelde er van verscheiden heid in uniformen en rangen, en met de gemoedelijkheid, den Limburgschen dorps- schutters eigen, commandeerde de leider, in een luitenants-uniform van tientallen jaren terug, de schutters, die gedost waren in oude officiers-uniformen zoowel van infanterie als van cavalerie. Ook de schutterskoning ontbrak niet op het appèl. Behangen met zilveren plaquetten en medailles stond de oude heer stram in het gelid. Toen de koninklijke gasten het perron be traden boden eenige meisjes bloemen aan. Onmiddellijk werd gereden naar den Rijks weg die naar Maastricht voert. Op het kruis punt werd halt gehouden en hadden de hooge gasten een bloemenhulde in ontvangst te nemen. De Burgemeester van Beek hield, mede namens de bevolking der omliggende ge meenten, een korte toespraak; waarna de Koningin hem bedankte. Vervolgens werd gereden naar Maastricht waar te ongeveer halfvijf de intocht plaats had, onder gelui van de Sint Servatiusklok. Meteen werd gereden naar de sluiswerken te St. Pieter, waar de vorstelijke personen werden ontvangen door den hoofdingenieur directeur van den Waterstaat in Limburg ir. S. Baucke. Voorgesteld werden ir. D. J. Klink, belast met de uitvoering van de werken van Maas kanalisatie en Juliana-kanaal, en de heeren Wittenberg en Flohil. Ter gelegenheid van het koninklijke be zoek was besloten, teneinde eenige bedrij vigheid op het werk te hebben, de werk uren naar den Zaterdagmiddag te verschui ven, zoodat het geheel een levendig aanzien bood. Ir, Klink leidde de Koningin over het werk rond. Met bijzondere belangstelling nam de Koningin kennis van de uit te voeren wer ken. Ook stelde H. M. eenige vragen omtrent de bekende Maasbrugkwestie. Hierna werd de stuw te Borgharen be zocht en dan gereden naar het Stadhuis. De „Maastrichter Staar", waarvan de voorzitter een koninklijke onderscheiding had ontvangen, zong bij de aankomst het „Salvam fac reginam nostram". Vervolgens begaf het gezelschap zich naar de Prinsenkamer, waar de wethouders en gemeenteraadsleden zich bevonden, en de burgemeester een rede hield. Gedurende het aanbieden van de thee speelde het stedelijke symphonie-órkest on der leiding van den heer If. Hermans eenige werkjes van Grieg en Mcrzart. Bij het verlaten van het stadhuis zong de Maastrichtsche Oratoriumvereeniging met begeleiding van het Stedelijk Orkest een koorgedeelte uit- „Die Schöpfung". De konin gin en prinsos Juliana bedankten den diri gent. Voor het stadhuis hadden de vertegen woordigers der plaatselijke vereenigingen zich opgesteld met hun vaandels, die bij het verschijnen van de koninklijke bezoe kers het saluut brachten. H, M. gaf den wensch te kennen persoon lijk de verschillende vaandels in oogen- schouw te nemen en sprak, eenige hartelijke woorden tol. de. vertegenwoordigers. Een bloemendans, uitgevoerd door meisjes van de zusterschool der Ursulinen vond veel bijval. Ongeveer te zeven uur vertrokken de Ko ningin, de Prins en de Prinses naar het sta tion, uitgeleid door den Commissaris der Koningin en den Burgemeester. Te Maastricht werd de feestvreugde tot laat in den avond voortgezet. DE EMIGRATIE-KWESTIE. Een opleidingsboerderij voor Canada. De minister van Arbeid, Handef en Nij verheid heeft ingesteld een commissie, aan welke wordt opgedragen te onderzoeken of het aanbeveling verdient, ter voorbereiding van adspirant-emigranten naar Canada (en mogelijk ook andere gebieden) een z.g. Training-farm (opleidingsboerderij) hier te lande op te richten en benoemd in die commissie a. als lid en voorzitter: Antlh. Folmer, directeur van den rijksdienst der werkloos heidsverzekering en arbeidsbemiddeling, te 's-Qravenhage; b. als ledendr. L. N. Deckers, curator der emigratiecentrale Holland, te 's-Gra- venhage, prof. J. Elema, rijkslandbouwcon- sulent voor Drenthe te Assen, J. A. A. .Hartland, dir. der emigratiecentrale Hol land te 's Gravenhage, J. G. Legro, burge meester van Oosterhesselen en directeur der N.V. Ontginningsmaatschappij „Land schap Drenthe", T. van Maanen, Adj.-di recteur van de Ned. Heide-Maatschappij te Arnhem, jhr, J. C. C. Sandberg, directeur van het bureau der Nederlandsche Veree- niging voor Landverhuizing. c. als lid tevens secretarisT. A. v. Lier, referendaris bij den Rijksdienst der Werk loosheidsverzekering en Arbeidsbemidde ling te 's-Gravenhage. DE VLIEGTOCHT HOLLAND—INDIË EN TERUG. Donderdag te Schiphol? In verband mei de vertraging, welke de vlucht BataviaAmsterdam heeft ondervon den door den zandstorm in Mesopotamië, wordt de aankomst van het K. L. M.-vlieg tuig H-NADP op Schiphol thans Donderdag a.s. verwacht. De mogelijkheid is echter niet uitgesloten, dat de vliegers nog een etappe welen in te halen op het traject Basra-Aleppo, dal misschien in één' in plaats van twe dagreizen zal worden afge legd. In dat geval zal, behoudens onvoor ziene omstandigheden, het K. L. M.-vlieg tuig reeds Woensdag te' Schiphol verwacht kunnen worden. Gelijk reeds gemeld, zal Schiphol voor het publiek toegankelijk zijn, tegen t n ge ring toegangsgeld en zijn er maatregelen getroffen voor het vervoer per autobus en boot van Amsterdam naar het vliegveld en terug. Bij de ontvangst, welke wordt voor bereid door het gemeentebestuur van Am sterdam en de directie der K. L. M. zullen vele autoriteiten aanwezig zijn. Op den avond van aankomst bieden het Comité Vliegtocht NederlandIndië en de directie der K. L. M. aan de opvarende van de H-NADP ec-*n feestmaaltijd aan in het Paviljoen Vondelpark te Amsterdam. Ver scheidene lichamen, vereenigingen en in stellingen zullen bij de aankomst huldeblij ken aan de opvarendeh overhandigen. Zoo heeft reeds de Stad Amsterdam zilveren penningen laten slaan, welke passagier en bemanning zullen worden aangeboden. De K. L. M. ontving gisteren een telegram uit Basra, dat de vliegers wegens zandstor men dien dag niet verder gingen. HET AANTAL BOEIEN VOOR DE VISSCHERSVAARTUIGEN. Men meldt ons uit Vlaardingen: Dezer dagen zijn een viertal zeilloggers, voorzien van een hulp-motor, die van de haringvisscherij op de Noordzee te Vlaar dingen en Maassluis binnenkwamen, door de Scheepvaartinspectie te Vlaardingen aangehouden. De reden van die aanhouding is, dat door den betrokken Vlaardingschen ambtenaar een tweede reddingboei vcor die schepen wordt geëischt, zooals ook voor stoomvisschersvaartuigen is voorgeschre ven. Aan dien eisch wenschen de betrokken reederijen geen gevolg te geven. Men vreest n.l., dat het bij dien eenen edéch niet blijft, doch, dat deze een eerste schrede is op het pad, hetwelk voert naar de volkomen gelijkstelling, voor zoover het de wettelijke eischen betreft, met stoom visschersvaartuigen. In reederskringen verwondert men zich er over, dat de betrekken Vliardiiigscne ambte laar (die reeds meer dan 3 jaar te Vlaardingen dienst doet) voor zeilJoggers met hulpmotor nooit meer dan één red dingsboei heeft geëischt en thans tot een zwaarderen eisch (n.l twee inplaats van één reddingboei) overgaat en zeif9 niet ontziet voor zoo'n futiliteit een vier tal binnenkomende schepen het uitvaren te beletten. Belanghebbende reederijen, zoowel in Vlaardingen en Maassluis, als in Scheveilingen en Katwijk hebben zich thans in dezen tot den voorzitter van den Raad voor de Scheepvaart gewend en met aandrang verzocht bij ue o •■handeling van de beroepszaken van drie reederijen reke ning te willen houden met hun belangen. SCHATTINGSCOMMISSIE VOOR DE INKOMSTENBELASTING. Bij een Kon. Besluit is bepaald, dat aan de niet-ambtelijke leden van een schattings commissie voor de inkomstenbelasting, voor eiken dag, waarop zij vergaderingen bij wonen, een presentiegeld zal worden toe gekend, afhankelijk van het aantal inwo ners der gemeente welke standplaats is der commissie. Het presentiegeld bedraagt f 5, indien de gemeente minder dan 20.000 inwoners telt; f 5.50, indien de gemeente 20.000 of meer, doch minder dan 50.000 inwoners telt; f6, indien de gemeente 50.000 of meer telt. Het getal inwoners van een gemeente wordt be paald naar den toestand bij den aanvang van het kalenderjaar, waarin de vergade ring wordt gehouden. Tot dusverre was een vast bedrag per jaar voor elke schatlingscommissie vastgesteld (eveneens berekend naar het zielental der gemeente) en werd het aandeel van elk Ud in het presentiegeld naar het getal bijge woonde vergaderingen bepaald door den di recteur der belastingen. GEORGANISEERD OVERLEG. De Bijzondere Commissie van Georgani seerd Overleg voor de dienstvlakken der di recte belastingen enz. en de registratie enz vergaderde te s'-Gravenhage ter vaststelling van haar advies inzake de haar door den minister van Financiën gezonden ontwerp- organisatiebesluiten voor de ambtenaren der directe belastingen, invoerrechten en accijn zen en de registratie. De commissie besloot o.m. te adviseeren tot het instellen van verschillende nieuwe rangen. Voorts gaf de commissie nog tal van an dere wenschen den minister in overweging. AUTOBUSDIENSTEN. Op verzoek van den Nederl. Bond van Autobusdienstondernemers hebben Ged. Sta ten van Zuid-Holland bepaald, dat bij auto busdiensten het getal reservebussen moet be dragen 25 pCt. van het aantal wagen9, waarmede volgens de verleende vergunning gereden wordt, daarbij gedeelten voor ge deelten rekende. MILITAIREN EN OPTOCHTEN. Bij K. B. is wijziging gebracht in de ver bodsbepaling betreffende het deelnemen van militairen aan optochten, vastgelegd in art. 17 van het „Reglement betreffende de Krijgstucht". Vorenbedoelde bepaling hield tot nu toe in, dat het den militair verboden was „deel te nemen aan optochten of be loogingen van welken aard, indien de com- mandeetende officier, of plaatselijke mili taire autoriteit zulkS;. om redenen, ontleend aan de belangen van de krijgluc'bt, ver bood". Deze bepaling is (hans aldus gewijzigd en aangevuld, dat het den militair voortaan verboden zal zijn, „deel te' nemen, zoowel in uniform als in burgerkleeding, hetzij aan optochten van welken aard ook, zonder toe stemming voor wat de zeemacht betreft, van den commandeerenden officier, voor wat de landmacht betreft, van de plaatse lijke militaire autoriteit, hetzij aan betoo gingen van welken aard ook, indien de commandeerende officier of de plaatselijke militaire autoriteit de deelneming daaraan verboden heeft of indien die deelneming in strijd is met de belangen van de, krijgs tucht". DE BOUW DER KONINGINNEBRUG TE ROTTERDAM. Het college van B. en W. te Rotterdam heeft, in een gistermorgen gehouden ver gadering. besloten den bovenbouw van de Koninginnebrug te' gunnen aan de laagste inschrijfster. de Vereinigte Stahlwerke. DE LUCHTLIJN AMSTERDAM—PARIJS. Naar de „N. Crt." uit Brussel verneemt zijn er thans ondeihandelingen gaande om de vliegtuigen van de lijn Amsterdam—Pa rijs binnen afzienbaren tijd ook Antwerpen geregeld te laten aandoen. De orde hersteld. De De Sociaal-Democraten Bondskanselier SEIPEL Hoewel de berichtgeving omtrent den toe stand te Weenen met groote moeilijkheden gepaard gaat, staat het nu toch *wel vast dat de kalmte is teruggekeerd. Met eenige be zorgdheid was de Zaterdagmiddag en de Zondag tegemoet gezien, omdat men vrees de dat dan de arbeiders weer zouden samen- slroomen, doch zoo erg als men voorspelde is het niet geworden. Tevergeefs hebben de communisten zich beijverd om den opstand weer aan te wakkeren. Wel is het op een tweetal plaatsen nog tot botsingen gekomen waarbij eenige dooden vielen (in totaal zou den er nu 70 zijn), namelijk in de buiten- districten Ilernals cn Oltakring, maar ove rigens bleef de politie de situatie beheer- schen. Bovendien hebben de sociaal-demo craten aanmerkelijk ingebonden. De meeste hunner eischen zijn vervallen en zoo is o.a. afgezien van die tot het afstand doen van bondskanselier Seipel. SEIJPEL. In de gisteren gevoerde onderhandelingen bepaalden de socialisten zich tot het uiten van .wenschen" betreffende een verande ring in het tegenwoordige regime! Trouwens de heeren schenen begrepen Ie hebben dat het succes van hun aandringen niet heel groot zou zijn. Immers, de leiders der bonds- regeering hadden besloten niet in te gaan op den eisch tot aftreden. Het kabinet acht het onder leidingvan bondskanselier Seipel in het belang van de slaatsautorileit noodzakelijk in functie te blijven. Of het kabinet in aanzien zal hebben ge leden is een andere kwestie, die nader zal moeten blijken. In het „Mitteilungsblatt" der sociaal-de mocraten wordt een program van burge meester Seitz gepubliceerd, die inmiddels een aanvang heeft gemaakt met de instel ling van e^n gemeentelijken bewakings dienst, gerecruteerd uit leden van den re- publikeinschen „Sehutzbund". Seitz deelt mede, het zijn plicht te achten tot het ne men van dezen buitengewonen maatregel over te gaan, ten einde aan het bloedvergie ten een einde te maken en rust en orde te herstellen. Het sociaal-democratisch partijbestuur en de vakvereenigingscommissie publiceeren in dit verband een proclamatie, waarin zij zeg gen: Wie zich legen dezen proletarischen bewakingsdienst met geweld verzet, zal als een vijand der arbeiders beschouwd en als zoodanig behandeld worden. Aan het slot wordt gezegd: Slagen de proletariërs er in de orde en veiligheid te herstellen, dan zullen zij voor de toekomst tegen elk gevaar ge sterkt en beveiligd zijn. \lgemeene Staking is opgeheven. en het stoken der Communisten. blijft. Het „Mitteilungsblat" komt gisteren, al dus de „Tel." reeds duidelijker met de waar heid voor den dag. Gezegd wordt namelijk, dat de communisten er in waren geslaagd, het toestroomend gepeupel* en de sociaal-de mocratische beschermingsorganisaties te overrompelen en dat, indien niet onverant woordelijke elementen, communistische jongelieden en gepeupel der groote stad, tot onlusten aanleiding hadden gegeven, de demonstratie der arbeiders ondanks de heer- schende groote opwinding, een kalm verloop zou hebben gehad. Het is karakteristiek, al dus wordt gezegd, dat de communisten niet slechts de politie uitdaagden, doch ook de afdeelingen van den republikeinschen „Sehutzbund" overvielen en derhalve tegen de eigen klassegenooten met geweld zijn te keer gegaan. SEITZ. In een tweede oproep van het partijbe* stuur der Sociaal-Democraten worden de ar beiders er nadrukkelijk voor gewaarschuwd zich door de Communisten te laten verlei den, want deze agiteeren voor een onmid* dellijke bewapening der arbeiders. Een be* wapening der arbeiders, aldus het partijbe* stuur, zou op het oogenblik tot burger-oor log en tot een gewapende strijd tusschen de arbeidersklasse en de militairen leiden. Zoo'n burgeroorlog zou beteekenen: 1. op* nieuw slechts offers, 2. een vreeselijke cata strofe voor de industrie; 3. het overgaan der arbeiders in agrarische landen waar de Sociaal-Democralie zwak staat naar het ge wapende fascisme; 4. groot gevaar voor in standhouding der republiek. De oproep sluit met de woorden: wij willen niet beleven wat de arbeiders in Italië en Hongarije heb ben meegemaakt. Wij zullen ons best doen een burgeroorlog te vermijden, Wolff bureau meldt on9 nader, dat de al* gemeene staking is geëindigd. Toen de Wee- ners gistermorgen ontwaakten hadden de trams, autobussen, rijtuigen enz. hun gewo nen dienst hervat. Het telegraaf-, telefoon- en spoorwegver keer met het buitenland staat echter nog geheel stil. De stad Weenen heeft bedragen ter be schikking gesteld voor de nagelaten betrek* kingen der bij de relletjes gedoode perso nen. Het bedrag loopt reeds naar de 100.000 schelilng. Het Tsjecho-Slowaksche Persbureau deelt mede dat de leden der familie Tscharman, die in het moordproce9 te Schaltendorf vrij gesproken zijn, gevlucht zijn over de Hon* gaarsche grens. KJ Naar 't Engelsch van DOROTHEA GERARD. Door Mr. G. KELLER. 20) „Waaraan heb ik dit geluk te danken?" prevelde hij, juist zacht genoeg om niet ver staan te worden door den klerk, die verder op in een hoek van het groote, kale vertrek, hoofdzakelijk 'met loketten gemeubeld, zat. Zijn kleine oogen schitterden, toen hij in de hare keek, maar zij keek hem ijskoud aan. „Och, een kleinigheid," zeide zij zonder op den stoel te letten, welke hij zich gehaast had voor haar neer te zetten. „Ik iheb een paar paspoorten noodig. en u gaat, als ik me niet vergis, over de paspoorten." - „Gaat mademoiselle naar het buiten land?" vroeg hij. terwijl hij zijn onderlip bijna liet hanged? „Ja. er schijnt meer kans op een rustigen zomer in Oostenrijk te zijn dan hier." „Och. u maakt u bezorgd? Ik kan me dat begrijpen, maar geloof mij, het gevaar is niet zoo groot als de bladen beweren. De arm van het gezag is nog altijd mach tig, en als ik u op eenigerlei wijze van dienst kan zijn om u te beschermen...." „Ja. dat geloof ik graag, maar ik heb er mijn zinnen op gezet om in Oostenrijk een kijkje* te nemen Mijn plannen zij al op gemaakt. Het eenige' wat ik u heb te vra gen. is. mij de paspoorten zoo spoedig mo gelijk te verschaffen. Ik zou het aangenaam vinden als ik vóór het einde der week kon vertrekken. Ik heb er drie noodig. Hier zijn de papieren." Hoewel zij er feitelijk maar twee noo dig had, was het natuurlijk onvermijdelijk, dat zij er ook een op haar naam aanvroeg. Klobinski nam de papieren aan met een bedoefde zucht, terwijl hij met een zenuw achtig gebaar van de linkerhand over zijn sluik haar streek. „Drie?" vroeg hij somber. „Ja, voor mij. voor Malania Petrowna en voor Nationka Sagorska." „Wie is dat?" „Och. een meisje, dat nu en dan eens voor mij naait. Ik gc-'loof. dat u haar wel eens in mijn huis heeft gezien." „Ja, dat herinner ik mij. En u neemt haar mede?" „Waarom zou ik dat niet, als ik dat verkies?" „Natuurlijk, natuurlijk! U zal een be diende noodig hebben. Nu, al9 uw besluit vast staat, zal ik natuurlijk aan uw ver zoek voldoen." zei Klobinski met een graf stem. „De stukken zijn in mijn bezit. Wat betreft de signalementen zal dat van Ma lania Petrowna geen moeilijkheden ople veren, veel minder dat van u," vervolgde hij met een flikkering in zijn oogen, „maar wat het meisje betreft „Maak haar signalement zooals u het van mij zou geven." zei Katya stoutweg, het niet versmadend om een heel klein likje coquetterie in haar lachje te brengen. „U heeft haar toch al eens voor mij gehoudpn." Klobinski wierp een wanhopigen blik naar den ijverig werkenden klerk, vergeefs een middel zoekend om hem kwijt te raken. „Ik begrijp nog niet best „Ik best. Daar, ga maar eens zitten met een stuk papier voor u, en ik zal u haar persoonsbeschrijving geven voor het geval u het signalement vergeten* i9: lengte, ge middeld, gestalte slank, oogen zwart, mond groot, neus kort, tanden gelijk. U ziet hoe de bijzonderheden met elkaar overeenstem men, u zou dat signalement voor ons allebei kunnen gebruiken. Neen, neen, vervolgde zij. toen hij met een blik van verzet op keek van het papier, dat hij gehoorzaam had ingevuld, „ik heb nu geen lijd om de zaak langer met u te bespreken, en ik zal u ten hoogste dankbaar zijn als u den grootsten spoed wil betrachten. U heeft mij vaak verklaaixl. dat het u zoo'n bijzondere vreugde zou zijn mij een dienst te kunnen bewijzen. Mij bezoek aan uw bureau mag voor u het bewijs zijn, dat ik u aan uw woord houd." Zij was reeds aan de deur, hem vrien delijk toeknikkend, en een oogenblik later stond zij buiten, in zich zelve lachend bij de gedachte hoe netjes zij dat had opge knapt en hoe gemakkelijk de mannen zich laten bedriegen. Maar nu moest nog met Malania gespro ken worden. Eerst op den vooravond van haar vertrek werd zij evenwel door Katya in vertrouwen genomen, al was het ook nog lang niet ten volle. Inderdaad kon de waarheid enkel bij kleine stukjes aan Ma lania worden medegedeeld en dan nog een waarheid als deze! De onthulling van Katya's plan om on der een valschen naam en met een geleend paspoort te reizen was juist genoeg of eigen lijk reeds teveel voor haar om opeens te hooren. „Maar dat beteekent Siberië, lieve Katya, Siberië-" riep zij uit. stil staande in het vertrek, dat overhoop lag door allerlei ver schijnselen van ee"n aanstaand vertrek als hoopen ondergoed en open laden. „Nee, dat beteekent volstrekt nog geen Siberië," zei Katya, „ook niet als ik word gesnapt. En ik ben niet van plan mij te laten snappen." „Maar waarom dan toch Katya? In 's hemels naam, wat beteekent die kome die?" „Het is geeft komedie; ik heb een zeer ernstig doel voor oogen. Ik heb ontdekt, dat de jonge gravin Swigello, een der laatste draagsters van die naam, te Zalkiew is voor het doormaken van een kuur. U weet, hoe zeer ik altijd belang heb gesteld in die familie. Welnu, ik wil kennis met haar maken, maar natuurlijk kan ik dat niet doen onder mijn eigen naam. Dat zou dade lijk een muur tusschen ons doen oprijzen. Daartoe moet ik een anderen naam aan nemen en die van Nationka past mij toe vallig uitstekend. De zaak is toch dood eenvoudig 1" „Die' Swigello alweer!" Bij het hooren van die naam had Malania het gezicht getrokken, dat zij altijd zette, als de jam, die haar gebracht werd, niet naar haar smaak was. „Ik hoopte, dat je niet langer je hoofd plaagde met die Polen. Meen je het werke lijk ernstig, dat je kennis wilt aanknoopen met dat.wezen?" „Daarvoor ga ik juist naar Zalkiew!" „Maar wat voor plezier...." „Maak je daar nu niet langer bezorgd over, matoushka! Noem het een fantasie, als je wilt. Ik heb het in mijn hoofd ge steld om kennis te maken met gravin Swi gello. en laat je dat nu voldoende zijn." Malania wist bij ervaring, wal het be- teekende als Katya iets in haar hoofd had gesteld, begreep, dat zij het inderdaad als voldoende moe9t beschouwen. Toen na nog enkele minuten van nutteloos protest van de zijde van de gezelschapsjuffrouw, Katya kalm verklaarde, dat zij óf de grens zou passeeren onder den naam van Nationka Sagorska óf thui9 zou blijven, was feitelijk de discussie afgeloopen, daar een paar stoutmoedige daden van de revolutionairen in de laatste dagen ten zeerste Malania's wensch hadden versterkt om zoo gauw mo gelijk aan de andere zijde van de grens te komen. „Het zal alle9 be9t loopen, matoushka, geloof mij, het zal alles best afloopen!" riep Katya lachend, toen zij zag, dat zij gemak kelijk de overwinning kon behalen. „Laat maar alles aan mij over. Maar intusschen, wat zou u denken van eeft hapje abrikozen jam om van den schrik te bekomen? Er is van ochtend een pracht van een pot open gemaakt en ik heb bevolen, dien bij de hand te zetten. Ah, daar komt Stasia er juist mee aanzetten." Een minuut later zat Malania met een zucht, welk trots de beroering, welke haar vervulde, toch ook wel eenige overeenkomst had met een geknor van voldoening, voor de gewilde jam. Het was niet de eerste maal, dat de heerlijkste abrikozen van Lu- bynia ter tafel kwamen op het juiste psy chologische oogenblik. Niet zelden reeds hadden zij berusting in het onvermijdelijke bezegeld. De laatste praktische moeilijkheid scheen door deze overwinning uit den weg te zijn geruimd. Wat Panna Rudkowski betreft, op dit oogenblik dacht Katya er ternauwer nood aan. y (Wordt vervolgd,)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 5