ONRECHTMATIG BEZIT No. 20638 LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 27 Juni Tweede Blad Anno 1927 BINNENLAND. AMSTERDAM-BATAVIA V.V. DOOR DE LUCHT! 1 ""'W, fc O- t c FEUILLETON. DE KONINKLIJKE FAMILIE. De Koningin is voornemens, met de Prin- feee op 8 Juli de zeilwedstrijden der Ko ninklijke Marine-Jachtclub ter reede van Texel bij te wonen. DE PRINSES TE KATWIJK. Naar wij vernemen, zullen eenige dames, vjjf in getal, met de Prinses de villa's te Katwijk komen bewonen, wanneer Zij haar studies aan de Leidsche Hoogeschool zal aanvangen. Het zijn de dames jonkvrouw De Brauw, mmlles. Michelin en jonkvrouw Bentinck, welke tegelijk de honneurs als hofdame zal waarnemen, en mej. Roozeboom. OFFICIEELE BERICHTEN. Bij Kon. besl. zijn benoemd tot burge meester der gemeente: Hemmen H. de Hartog, secretaris; Dodewaard J. A. de Hartog; Millingen C. G. Reymers; Haren carspel J. Burger Jzn.Katwoude en Mon nikendam J. Versteeg Jzn., secretaris van Katwoude; Wognum J. Commandeur, se cretaris; Urk A. Gravenstein, secretaris; Helder W. Houwing; Beets en Oudendijk D. Stam; Sas van Gent L. W. G. Hoefna gels; Veendara F. J. de Zee. Boc Ia fesfc jB» j J-&J- N I |B»K JLt\ •fl/f.j Ki.ia.ck t C.ttw'U, .BflTOVlA De route voor den vliegtocht AmsterdamBatavia. DE PASPOORTEN. Definitieve verlaging op 1 Jnli. Thanö heeft de Minister van Buitenland- eche Zaken ter algemeene kennis gebracht, dat, met ingang van 1 Juli 1927, de kosten der buitenlandsche paspoorten van Rijks wege zijn verlaagd tot f 1 en dat ook voor do verlenging van de buitenlandsche pas poorten met ingang van dien datum slechts f'l van Rijkswege zal worden geheven. Bovendien zullen de buitenlandsche pas poorten voortaan voor den duur van twee jaren worden afgegeven afgegeven en voor gelijken tormijn telkens worden verlengd. DE BIOSCOOPWET 1 JANUARI A.S. IN WERKING? De staatscommissie voor het bioscoop vraagstuk, die de bioscoopwet heeft ont worpen, heeft aan den minister van Bin- nenlandsche Zaken en Landbouw op diens verzoek advies uitgebracht over de uit voeringsmaatregelen, welke die wet vor dert. Naar het Corr. Bureau verneemt, hebben de noodige ontwerp-maatregelen, aan de hand van dit advies samengesteld, het de partement reeds verlaten, en ligt het in de bedoeling, dat de bioscoopwet op 1 Ja nuari 1928 in werking treedt. WERKLOOSHEIDSVRAAGSTUK. Conferentie in Den Haag. Naar wij vernemen, zegt de „Tel." is in Den Haag wederom een bijeenkomst ge houden van de ministers van Financiën, Binnenlandsche Zaken en van Arbeid met de wethouders voor Maatschappelijken Steun, der vier groote gemeenten, waarin opnieuw het werkloosheidsvraagstuk in zijn geheel en omvang is besproken. Jhr. J. D. SIX. Jhr. J. D. Six, Staatsraad in buitenge wonen dienst en oud-raadsadviseur van het Ministerie van Koloniën-, die Zaterdag 80 jaar is geworden, ontving van vele zijden telegrafische en andere gelukwenscken en bloemstukken. De Duitsche gezant bracht hem een feli- citatiebezoek, mede namens vele Duit- schers, voor wie Jhr. ix in de oorlogsjaren als bemiddelaar is opgetreden,. 's Middags heeft een drukke receptie te zijnen huize plaats gehad. POSTERIJEN EN TELEGRAFIE. Benoeming tot schrijvers 1ste klasse. De lang verwachte bevordering der schrijvers heeft bij het Hoofdbestuur der P. en T. haar beslag gekregen. Van de 120 schrijvers aldaar werkzaam zijn er 70 met terugwerkende kracht van af 1 Jan. 1926 bevorderd tot schrijver le klasse. Naar 'I Engelsch van DOROTHEA GERARD. Door Mr. G. KELLER. Eerste deel. 18611863. 2), Het afgesproken teeken werd gegeven en onmiddellijk klonk van de ongeduldige lip pen van den Kozakkenkapitein het luidde gegeven bevel: „Charge met getrokken sabelt" De eerste slag trof hel hoold van den dra ger van het kruis, zoodat deze op de knieën viel. Tusschen de paarden op den grond lig gend, het kruis nog steeds omhoog geheven, richtte hij zijn bebloed gelaat op en met bevende stem zette hij het lied in: „Heilige God! Almachtige! Heilige, Onsterfelijke God, Wees onzer genadig I" Nauwelijks waren de eerste lonen van dit lied over zijn lippen, of de meisjes ach ter hem. die onder den regen van sabelsla gen eveneens op de knieën waren gevallen, deden haar jonge stemmen samenklinken met zijn oude schorre stem en zetten mede het volkslied in Het volgende oogenblik nam de reusachtige schare den zang over en uit twintigduizend monden steeg het ge bed ten hemel: „Heilige God! Almachtige! Heilige, Onsterfelijke God, Wees onzer genadig 1" PERSONEELRAAD NED. SPOORWEGEN. Op 23 Juni vergaderde de Personeelraad te Utrecht. Het verslag van de werkzaamheden over het jaar 1926 werd vastgesteld. De Raad besloot zich tot de Directie te wenden omtrent ondervolgende aangelegen heden le het personeel te behoeden voor de gevolgen van de meeningsverschillen tus schen den controleerenden geneesheer en den huisarts. Voorgesteld wordt om even als bij de posterijen, voor bepaalde rayons hoofd-controleerend geneesheeren te benoe men op wien zich directie en personeel bij voorkomende gevallen kunnen beroepen; 2e herziening positie van z.g. contrac tanten 3e. herziening pensioengrondslag van ambtenaren, wier tantièmee zijn omgezet in een toelage; 4e. aan wegwerkers gelegenheid te ge ven over te gaan naar den dienst van het vervoer 5e. aan arbeiders-remmer toe te staan deel te nemen aan het examen voor arbei der-telegrafist; 6e. ook aan personeel, dat op verzoek verplaatst wordt, ten hoogste twee dagen extra verlof te verleenen voor het zoeken van een woning en voor de verhuizing. Een tweetal voorst-ellen der directie be treffende uitbreiding kring Haarlem en Breda en wijzigingen R.D.K. 1923 konden nog niet worden afgedaan, omdat nog niet alle gegevens in het bezit van den Raad waren. Voorts besloot de Raad opnieuw een audiëntie aan te vragen bij den Minister van Waterstaat ter bespreking van het vraagstuk der classificatie. De classifica tie-kwestie roert in toenemende mate de gemoederen van het spoorwegpersoneel wijl deze verbeteringen nog steeds voor het Spoorwegpersoneel achterwege blijven. WEDEROM BELGISCHE PROPAGANDA IN ZUID-LIMBURG. Zaterdagavond zijn verschillende Belgen per auto en op de fiets over de grens ge komen en hebben in de gemeente Weert op verschillende plaatsen biljetten aangeplakt, waarop het volgende te lezen stond: „Limburgers en Brabanders! Laat niet langer Uw belangen opofferen aan de heb zucht der Amsterdamsche en Rotterdam- sche kooplieden, die alles doen wat in hun macht is om u te verdrukken en te verne deren Wij, Limburgers en Brabanders, die onder immer grooter wordende verdrukking smachten, hopen dat al onze broeders, wanneer het uur der bevrijding zal slaan, band in hand zullen gaan en alles opofferen tot het afschudden van dit ondragelijke juk voor de bevrijding van godsdienst, land en volk. en weten zeker, dat de Belgen, waar van wij zijn weggerukt, gelijk een kind van zijn moeder, ons zullen steunen om ons uit de slavernij te bevrijden. Harten hoog. Leve Brabant en Limburg! Meester zijner toe komst." NEDERLANDSCHE MAATSCHAPPIJ VOOR NIJVERHEID EN HANDEL. In de voortgezette algemeene vergadering van de Ned. Mij. voor Nijverheid en Han del bepleitte het Dep. Maastricht tijdelijke bescherming van de Nederlandsche indus trie, in het bijzonder van de Ceramische industrie, door een ander stelsel van be lasting. De heer Hartog (dep. Amsterdam) be toogde, dat het vloeien van het geld naar het buitenland een gevolg is van overvloed op de kapitaalmarkt. Het is de vraag of er afdoende maatregelen te nemen zijn tegen het afvloeien van kapitaal naar het buiten land. Dit geschiedt vaak wanneer voor bui tenlandsche leeningen een hoogere rente wordt aangeboden dan voor Nederlandsche. Spr. noemde voorts eenige voordeelen aan het bezit van buitenlandsche beleggingen verbonden. Men moet het leenen van geld aan de buitenlandsche industrie niet be schouwen als een gratificatie of een cadeautje. De heer Kessler (hoofdbestuur) bestreed de meening van den heer Hartog, daf export Een oogenblik volgde, dat vriend noch vijand ooit zou vergeten. Bij de eerste tonen van het ontroerende lied, van kindsbeen den Kozakken bekend wijl zij hun eigen woorden boven dezelfde melodie hadden geschreven, waarin tot het zelfde Opperwezen een bede werd gericht, waren de bereden troepen door een wonder lijke verwarring aangegrepen. Alsof het bevel daartoe had weerklonken, hadden zij hun hand, die den sabel omklemde, naar hel hoofd gebracht, en haast automatisch hadden zij dit ontbloot. En, wonderlijk schouwspel, ook de generaal hield zijn muts in de hand en zijn lippen trilden onder zijn zware snor. Blijkbaar had ook hij het hoofd verloren. Gelukkig evenwel voor Ruslands goeden naam, was de bevelhebber van de gendar mes van wat grover slof gemaakt. Hij reed naar den generaal en riep: „Uw plicht, generaal! Vergeet uw plicht niet!" Bij die dringende vermaning trok de gene raal zijn schouders naar achter en ijlings, alsof hij zich schaamde, zette hij zijn muls weer op. „Ja, mijn plicht," bromde hij, ter wijl hij een verwarden blik wierp naar den kolonel en de lucht nog weergalmde van het volkslied. „Op le Kozakken valt blijkbaar niet te rekenen. Zou het oogenblik niet zijn geko men om de ulanen te laten chargeeren?" „Ja, dat zou wel goed zijn." Zich vermannend wendde de generaal zich tot zijn adjudant en gaf hem haastig een bevel. Binnen een minuut was het paard van den adjudant hel plein overgestoken en nau welijks had hij den bevel voerenden luite nant bereikt, of de lange, glanzende lansen waren reeds geveld. Nog een minuut en die Te Calcutta. Geysendorffer en Schotten zetten met- be- wODderenswaardigheid hun. tocht naar Java voort. Na Vrijdag van Karachi rechtstreeks naar Allahabad te hebben gevlogen, zijn zij Zaterdag met de H-NADP gelijk wij eerder meldden, naar Calcutta vertrokken, waar zij des middags om 12 uur op vlotte wijze landden op het vliegveld Dundum. De afstand AllahabadCalcutta, 770 K.M., legden de vliegers per F Vila in 5 uur, dus met een gem. snelheid van ruim 150 K.M. per uur af. Ook te Calcutta was de ontvangst zeer hartelijk. Eenige Nederlanders waren op het vliegveld Dundum ter begroeting van moorddadige wapens zouden gericht zijn op de weerlooze massa. Het leek echter wel of de bede om ontferming gehoor had gevon den. Want nog had de luitenant zijn mond niet geopend om het noodlottige bevel le geven, of een nieuwe gestalte, te voet maar in vol uniform, vertoonde zich in het mid den van het plein en hief zijn hand omhoog, alsof hij iets wilde verhinderen. Bij het zien hiervan liet de luitenant on middellijk zijn sabel zakken. Want de ge stalte op het midden van het plein, die nie mand had zien komen, was van een der hooge ambtenaren, vertegenwoordiger van den gouverneur, dus de belichaming van de regeering. Aller oogen wendden zich tot hem en in een oogwenk, als het ware bij af spraak. werd het zingen gestaakl. Er zou niet worden aangevallen, ver klaarde de vertegenwoordiger van den gou verneur aan de stil luisterende schare. Het was niet noodig bloed te vergieten, daar er een veel eenvoudiger middel was gevonden om aan de betooging den kop in te drukken. De schipbrug over de rivier, zoo gebouwd, dat zij bij hoog water kon worden weggeno men. was in den morgen uileengenomen. Reeds dit maakte het onmogelijk, dat de beide processies zich zouden kunnen ver eenigen. De troepen konden dus kalm in rukken. Er was niels tegen het volk te ver oorloven een wandeling naar den oever der rivier te maken. De woorden waren welwillend, maar er sprak een diepe minachting voor de massa uit en de blik dien hij langs de talrijke schare welke aan de processie deelnam, liet waren, was volstrekt niet vriendelijk, alleen wat minder wreed dan die van den teleur geslelden Kozakkenkapitein. Wal een pracht van een gelegenheid liet men nu ongebruikt! de K. L. M.-menscben mede aanwezig, veld Dundum ter begroeting van de K.L.M. mensehen mede aanwezig. Naar Rangoon. Zondagmorgen vroeg heeft de H-NADP Calcutta weer verlaten, met bestemming Rangoon, waar de machine om 2% uur m den middag behouden landde. Alles was wel aan boord en de vlucht over de Goit van Bengalen naar Rangoon in Neder- Birma, ging volkomen naar wensch. De af stand CalcuttaRangoon bedraagt 1350 K.M. Heden vertrekken de vliegers naar Bangkok (Siam). D6 étappe Rangoon Bangkok is 790 K.M. lang. De volgende étappes tot Batavia zijn: BangkokSengora 865 K.M.Sengora Singapore 750 K.M.SingaporeBatavia 1200 K.M. Indien de vliegers, hetgeen waarschijnlijk is, geen rustdag meer nemen voor de aan komst te Batavia, kunnen zij onvoorziene omstandigheden voorbehouden, Donderdag reeds aldaar aankomen. Het staat thans vast dat de H-NADP van Sengora niet naar Medan, doch naar Singapore zal vliegen, ter vermijding van de terreinmoeilijkheden of Sumatra. Van Singapore gaat het dus rechtstreeks naar Batavia. van geld ten gevolge zou hebben een export van goederen. Spr. meende, dat ons land zich alleen verweren kan door het beginsel der saamhoorigheid in practijk te brengen. De voorzitter deelde daarna mede, dat het hoofdbestuur bereid is het reciprociteits- vraagstuk in studie te nemen. Het onder werp zal in het eerstkomend jaar aan de orde kunnen komen. Wat outillage betreft behoeft onze industrie voor geen enkele in dustrie onder te doen. De Maatschappij zal ook haar aandacht wijden aan de kwestie van het nauwer contact tusschen het bankwezen, de indus trie en het verkeerswezen. Aan de industrie in Zuid-Nederland zaj zeer zeker de hand worden toegestoken. Tn het bijzonder is de kwestie van de spoorvrachten voor bespre king yatba^r. De heer Guépin zcidc, dat het hoofdbe stuur gaarne de behandelde onderwerpen in studie zal nemen en daaraan nog wil toe voegen het onderwerp belastingverlaging. Vervolgens werd besproken het bij de Eerste Kamer aanhangige ontwerp van wet tot regeling der naamlooze vennootschap pen. Mr. P. C. Reeringh (hoofdbestuur) leid de het onderwerp in. Aanneming van het ontwerp zou een ramp beleekenen voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven in Ne derland. Met kracht moet bij de Eerste Ka mer op verwerping worden aangedrongen. Het Hoofdbestuur werd gemachtigd in een adres aan de Eerste Kamer op verwer ping van het ontwerp aan te dringen. Als plaats voor de volgende algemeene vergadering werd aangewezen Middelburg Namens de Maatschappij werd een geluk- wensch gezonden aan de Firma Philips, die de draadlooze verbinding met Oost- en West-Indië mogelijk heeft gemaakt. Vervolgens sprak dr. Posthuma een af scheidswoord. waarin hij dankte voor het groote vertrouwen hom gedurende acht jaar geschonken. Staande brachten de aan wezigen den scheidenden voorzitter een ovatie. De heer Spanjaard (hoofdbestuur) sprak een hartelijk afscheidswoord namens de af tredende hoofdbestuursleden. De heer Honig prees de groote werk kracht van dr. Posthuma, wenschte hem een goede gezondheid toe en hoopte, dat de leden hem nog dikwijls in hun midden zul len zien. De voorziler sloot hierna de algemeene vergadering. ALGEMEENE VERGADERING VAN HET NED. INSTITUUT VOOR VOLKSHUIS VESTING EN STEDEBOUW. Onder leiding van den heer H. P. J. Bloo mers, burgemeester te Rheden, kwam te Utrecht dit Instituut in vergadering bijeen, waar de beer Van de** Kaa, inspecteur van do Volksgezondheid, alsmede eenige inspec teurs van de Volkshuisvesting in het bij zonder welkom werden geheeten. Het jaarverslag var. den heer mr. D. Hudig werd goedgekeurd. Daaraan is ont leend, dat de vereeniging 529 leden telt, van wie 36 gemeenten en 140 corporaties. Op het kapitaal werd in 1926 ingeteerd een bedrag van f3024.16. De rekening en verantwoording gaf als eindcijfer over 1926 f 18.972.45 en de be grooting 1927 werd goedgekeurd op een eindcijfer in ontvangsten eu uitgaven van f20.210. De aftredende bestuursleden, mr. D. Hudig en mr. J. Kruseman, werden herkozen. Jr. A. M. Kuysten hield vervolgens een lezing over „Het werk van de Provinciale Schoonheidscommissie". Verder is o.m. behandeld het vraagstuk van de verkrijging van den eigendom der woning door den bewoner. Daartoe aan gezocht hebben de heeren A. H. J. Engels en mr. F. W. R. Wttewaall over dit onder werp praeadviezen uitgebracht. De heer Engels vat zijn betoog samen in de volgende conclusies: 1. De Woningwet dient behouden te wor- En dat alleen omdat die domme kerels zich door een volkslied van de wijs hadden laten brengen 1 Nijdig keerde hij aan het hoofd van zijn manschappen naar de kazerne te rug. Goed, vandaag zou er geen bloed meer gestort worden, maar de gelegenheid zou zich later wel voordoen I Inlusschen was de processie, opnieuw even zorgvuldig als tevoren opgesteld, weer begonnen voort te schrijden langs den nu vrij gelalen weg, met even groote minach ting voor de officieele mededeeling als te voren voor de aanwezigheid der Kozakken. De oude boer met het kruis opende den stoet weder, evenwel thans een weinig wagge lend. Zijn gelaat vertoonde een gapende wonde, terwijl op de witte gewaden der meisjes, die hem volgden, tal van versche bloedvlekken zichtbaar waren. Met vaan dels, banieren en wierookvaten trokken zij door de straat, die voerde naar de rivier en weldra stonden allen aan den oever van den stroom. Daar ondervonden zij den eersten ernsti- gen tegenslag. Misschien hadden zij niet ten volle geloof gehecht aan de woorden van den vertegenwoordiger van de regee- ring, want bij het gezicht van de weggebro ken brug verbleekten vele gezichten duide lijk, die bij den aanblik van de sabels der Kozakken zich niet vertrokken hadden. Ou den kant van eiken oever lag het houtwerk opgehoopt, dat diende voor de samenstel ling van de brug, terwijl tusschen de beide bruggehoofden de Niemen traag voortgoif- de. Het scheen een onoplosbaar raadsel, hoe men de overzijde zou kunnen bereiken. Men begon allerwege te twijfelen Maar ter wijl de menigte nog stond le heraadslagen op den oever, droeg de wind het geluid van naderend rumoer over het water, en de den om de Regeering de mogelijkheid te laten in te grijpen waar dit noodig is. 2. Het particulier initiatief op het ge bied van den woningbouw dient met kracht bevorderd, in den zin als door onderscheiden gemeenten reeds geschied. 3 De Landarbeiderswet dient niet alleen behouden, doch ook uitgebreid te worden tot die arbeiders ten plattelande, die thans niet strikt als landarbeiders zijn te be schouwen. 4. De aandacht van levensverzekerings maatschappijen, spaar- en voorschotbanken, boerenleenbanken en dergelijke dient geves tigd te worden op het voorbeeld der Ar beiders-levensverzekering Maatschappij Con cordia. teneinde den arbeiders de gelegen heid te openen tot bet bouwen van een eigen woning, door het beschikbaar stellen van grond- en bouwkspitaal op voordeelige voorwaarden, indien de aanvrager persoonlijk 10 of 15 pet. beschikbaar kan stellen. 5. De post, groot f30.000, op de Be grooting van Arbeid over het jaar 1927, strekkende om arbeiders ten plattelande met een bedrag van f300 aan te moedigen tot „eigen-woningbouw" dient in de volgende jaren zooveel mogelijk verhoogd en uitge breid te worden ook tot arbeiders in de steden. De gedachte aan „krotopruiming" dien1 daarbij losgelaten te worden. En ten slotte: De Regeering neme in overweging of het niet wenschelijk is de met voorschotten, krachtens de Woningwet, gebouwde woningen ter overname in koop beschikbaar te stellen aan gegadigden. Mr. F. Wttewaall komt tot de volgende conclusies: In het algemeen is het gewenscht de verkrijging van den eigendom van de wo ning door den bewoner te bevorderen. Evenwel zal dit in lang niet alle gevallen kunnen en mogen worden bevorderd. In normale tijden lijkt de verleening van premies door het Rijk tot het bedrag en aan de categorie van personen als tot dus ver geschiedde, niet te verdedigen, ook al worden deze premies verleend met het doel ooren werden getroffen door schelgerinkel, niet afkomstig van de eigen processie. Wel dra zag men aan de overzijde andere vaan dels en banieren wapperen, het was de zus- terprocessie, die uit het hart van Polen na derde. Aan het hoofd er van ging ook weer een grijsaard, maar hier was hel geen boer, doch een witharige edelman in schitterende nationale kleedij, mijlen in den omtrek be kend als de drager van een roemruchten naam. Dit gezicht werkte als een electrischc schok. Uit aller kelen steeg een kreet op, een kreet van verlangen en saamhoorig heid. Op beide oevers vielen de menschen op hun knieën, de samengeknepen handen naar elkanderuitgestrekt, terwijl zij hun lippen weer openden, niet echter voor een bede, doch voor de plechtige woorden van hun volkslied: „God. die zoo vele eeuwen Polen licht en eer deelachtig deed wor den. En het hartstochtelijk snikken der vrou wen mengde zich tusschen de bruisende klanken der melodie van het lied. Maar de mannen hadden geen lijd om tra nen le storten. Reeds had een schare der jongere deelnemers aan de processie een der hooien losgemaakt, welke doorgaans ge bruikt werden, als steun, waarop de brug drijvend werd gehouden, maar die nu onder de overhangende wilgen verborgen lagen. De priesters, banierdragers alsmede de in het wit gekleede meisjes werden naar het dek van de boot geleid om op die wijze naar de overzijde te wonden overgebracht. Allen meenden, dat zulks mogelijk zou zijn. Maar toch niet allen waren daarvan overtuigd. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 5