PAPIEREN ROZEN FONGERS No. 20614 LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 28 Mei Derde Blad Anno 1927 ■haagsche kaleidoscoop. I Het is een héél onaardige hebbelijkheid, FEUILLETON. H Buitenl. Weekoverzicht ENGELSCHE MILLIONAIRS. Filiaal Breestraat 85 IV. werkelijk een daa<l van opzettelijke on- vriendelijkheid, haast zou ik durven zeg- gen een „goedkocpe sport", uit den treure I grapjes te lanceeren ten koste van onze tardnvoegende nnivi6terieele (Ter Pier© Izou zeggen „.departementale") ambtenar ren. Hoewel de publieke opinie, de wreed© Beo onverbiddelijke, sinds de invoering van Iden Jongeren werktijd aardig ten gunste is gekenterd, ontbreekt steeds nog Al te veel aan de erkentelijkheid, door deze stad verschuldigd aan het, ook al weer luiet prettig aldus betitelde ambten aren- Idom 's-Gravenhage (verwart deze stad ■niet met Den Haag of Het Haagje) is het domein van den ambtenaar. Hier voelt hij cch behagelijk thuis, in de bekende nuan- I ces van betiagelijkheid, hem verschait naar de min of meer ruime fourage, in de ■departementale ruif opgedischt. Hij is de ■Haagsche ridder der officieele stukken, ■copieën, staten, reken- en archieflijstcn, ■de nobele, tegelijk bescheiden en stille ■strijder voor den „goeden gang van zu lten" in het Rijk. Git duizenden Hags- In3ars is hij terstond te herkennen aan ■bet eigenaardig cachet van zijn optreden Ito houding, ja zelfs aan zijn kleedij en ■conversatie In de vogelwereld zou hij be- Ifcooren noch tot het trotsche geslacht der larendeD, noch tot het élitekoor der orge- ■lende nachtegalen. Onder d® visschen vindt ■hij zijn plaats niet tusschen de wreede ■haaien en evenmin tusschen de scholen ■der sierlijké forellen. Hij is dan ook aller- Iminst de man van uitersten. In hem is Ibet begrip „opgedragen taak" onaan vechtbaar belichaamd en hij volbrengt die [teak trouw, nauwlettend en bovenal ru©- Itig. Onder de bewoners van 's-Gravenhage ■behoort hij tot de rustigste elementen. Hij lis ontegenzeggelijk de meest „gezeten" Iburger dezer srad. I Wanneer (hetgeen ten huidigen dage. Ihelaas, hl te sporadisch voorvalt 1) de kra- nige marschen onzer Koninklijke Militaire ■Kapel door onze straten schallen, verlaat Ibet fleurige Haagsche dienstmeisje voor leen wijle haar stofzuiger, schuift het raam |open en steekt het kortgeknipte kopje naar |buiten om te hooren en te zien wat haar ■straat zoo pardoes m klank en kleur zet [Allerwegen doemen de blondjes en de [zwartjes óp boven de raamkozijnen ■„Werkpauze" heet dat! Niemand, en zeker [niet de oudere Hagenaars die zich uit den lliid der „Roode Huzaren" (met Sovjet- IMoskou hadden zo niéts uitstaande) het Iveiheffend lied herinneren van „den Hu- haar met één goed hart, die kent geen pijn IfD die kent geen smart", zal het dezen Inijveren bijtjes kwalijk nemen, dat zij zich leven verkwikken aan het daverend geschal luit de koperen kelen, aan den kleurigen pnblik van zóóveel fier mannelijk schoon! I Het deed me daarom pijnlijk aan toen, [onder het gezellig samen slenteren door ie Bijenkorf, Jhr. Ter Piere plotseling llweer met 'n volkomen ongemotiveerde Iritiek op de proppen kwam. „Ik moet je [„nog éven vertellen, mon cher, dat ik me l„van-de-week weer eens duchtig geërgerd [heb„Je herinnert je dat we dezer da» higcn 'n flinke stagnatie hadden.De wagens [„Etonden in de stad gewoonweg „en file" [„Zoo ook in de Parkstraat. Ik was even [„bij Greve binnengewipt voor de reparatie Lvan m'n Hispano en wilde langs het Va derland door het Lange Voorhout naar Lde Witte. Zooals gezegd stonden ook in Lde Parkstraat de trams op non-actief. Ter „hoogte van het Vaderland gear)iveerd, „wat denk je dat ik zie?.,. De meeste Lramen van het Departement van Finan- Lciën hoog-op en in do openingen een i,dozijn vrouwelijke en mannelijke hoofden, [de oogen nieuwsgierig turend naar de »>rtroomlooze wagens. 't Ergste is, dat die ^uitkijk een vol kwartieT duurdeZóó i,wordt er nou gespeeld met den tijd van i,ons, belasting-betalers1" Ik denk eT ernstig over den omgang met Ter Piere van lieverlede wat te beperken. Hij is me te onberekenbaar. Zijn onver wachte, vaak onbesuisde critieken juist op De Roman van een Circnsmeisje. Hit het Engelsch van RYBY M. AYRES. Vertaald door J. van der Sluys. (Nadruk verboden). 281 De loop die de zaak nam stond Fergerson niet bijster aan. Er kwamen plotseling al- ferlei complicaties waarop hij niet gerekend tad. Een week geleden kraaide er geen "aan naar Rosalie; nu waren er naar zijn zin opeens veel te veel menschen die belang ta haar stelden. Als 'l zoo voortging zou het tael lang meer duren of de kans wa9 groot, aal de waarheid ook (ot Roderir.k-zelf door drong. Fergerson haalde de schouders op, 3 sof hij de gedachte aan adoptie ab9urd \ond. Die dingen komen altijd falikant uit, 2ei hij waarschuwendje kent immers de Scschiedenis van dat kind dat de Clintons tadden aangenomen. Het was een vonde- tag. Ze hadden haar pen uitstekende opvoe ding gegeven en toen ze zeventien was ^rdween ze met een huisknecht. De eigen Jand schijnt tenslotte toch weer met magi- cne kracht te trekken en met Rosalie zal el wel niet anders zijn. Zet die gedachte uit e .°oW, jongenje bespaart jezelf een hoop ajjgheid en teleurstelling. p^Jlyers scheen allesbehalve overtuigd. i i;;v am een norsche trek op zijn vriende- gezicht. ^7" Die theorieën van jou alles goed en maar ik word ook een dagje ouder. 'n moment als je je monter voelt en con stateert dat 't Haagje toch 'n snoes van 'n stad is, brengen je bloed op kookpunt 1 ln gemoede vraag ikwat ie er nou in 's hemelsnaam aan te merken op zoo n „werkpauze" 1 Waarom mag een dienst meisje wèl „pauzeeren", een ambtenaar niet Begrijpt de jonker dan niet, dat zoo n ©mokkel-kwartiertje met inademing van frissche, hoewel buiten tijdsche dus verboden, lucht de werkanimo enorm be vordert? 'n Mensch kan toch naet van half 9 tot half 1 en v&n half 2 tot half 6 onaf gebroken en op vollen stoom verdiept blij ven in staten en lijsten en rapporten vol kille nuobterhedd en vermoedende conse quentie ?cMag deze bureau-artiest niet even lucht-happen bunten de kamer-atmosfeer Als ik die hoofden aan de ramen zie wan neer 'n mooi straatorgel sentimenteel con certeert, wanneer 'n luide knal ergens in de buurt 't hart naar de keel jaagt, wan neer zoo'n echt ouderwetsch oploopje dreigt met den aankleve van getrokken gummi stokken of wanneer vechtgehuil v^n woeste honden bloedige dissonanten slingert te gen de vredige huizen, dan gun ik den Haagschen ambtenaar van ganscher harte z'n kijkje naar buiten t Toevallig kwam dien middag aan de bor reltafel het gesprok op ons hedendaagsch personeel in algemeenen zin. Ik vertelde met 'n jraar woorden hoe Ter Piere weer eens had uitgepakt over wat hij noemt „vermorsen van den nationalen tijd". De Generaal was ernstig verontwaardigd. „Ambtenaren, ambtenaren Onmondig ge- „zwets, Cunaeus Die kijkers aan de ra- „men, dat zijn toch geen „Ambtenaren „dat zijn gewone klerken, schrijvers op „jaarloon heette dat vroeger. Hoe komt „Ter Piere er bij onze hoogstaande amb- „tenaren te verdenken dat zij, een kwar- „tier lang nog wel, hun plicht zouden ver- „zaken De jonker begint zoetjes-aan den „kijk op nuances te verliezen! Je moet „de schakeeringen der samenleving toch „weten aim te voelen, vooral als je Hage- „naar bent!" Vooral als je Hagenaar bent! Inderdaad, dc charmante Boulangei heeft gelijk. Onze stad zit vol schakeeringen en déze juist geven haar dat wisselend aspect, die ze kere kring-mentaliteit, tegelijk die prikke lende ongewisheid met wié of met wilt men nu eigentlijk t-e doen heeft. Toch valt ook hier een roerende eentieid to constateeren. Ondanks de vervloeiing veler grenzen op aJlerhand© gebied, handhaaft 's-Graven hage 'n eigendommelijk type. Goed be keken wonen hier louter „mevrouwen" en „meneeren." Dit doet bijzonder prettig aan, levert boven eb'en "een groot gemak bij 't aanspreken van aangezicht tot aan gezicht en bij 't adresseeren onzer post- zendingen. Ook getuigt het van cosmopo- litisch inzicht hoe „Unverfroren" men zich hier deze titulatuur koesterend laat aan leunen. Er zit bovendien ook logisch ver band in dit Haagsch verschijnsel. „Me vrouw" en „Mijnheer" klinkt nu eenmaal goed en bevredigend. Een zekere catego rie, voorheen nimmer aldus betiteld, wordt hooger ingedeeld. Het vroegere „zeg eens Klaassen!" is gepromoveerd tot het hui dige lpister u eens, Meneer Klaassen" en „baas Jansen" die vroeger onzen Haag schen tuin verzorgde, reageert niet meer op den naam „tuinbaas De uitnoodiging luidt thans zoo ongeveer: Meneer Jansen wilt u zoo vriendelijk zijn de volgende week ons gazon te komen knippen Dit voorbeeld verdient elders navolging, want voor promotie dient uiteraard alom ge zorgd te worden. Wie, van geslachten hér, aangesproken werd als „Mevrouw" en „Mijnheer" kan toch niet zoo-maar klak keloos gedegradeerd worden tot „baas" of „juffrouw." Dezulken zijn derhalve tevre den met het behoud van hun oeroude titu latuur. Door de promotie zijn thans de voormalige Haagsche „juffrouwen" en „bazen" óók tevreden. Tevreden inwoners maken tezamen hun stad tot een zonnig, lachend complex! En. daarom, al kan ik met de schakeerings-theorie van den Ge neraal een flink eind meegaanik noem den Haagschen departementalen „klerk", zelfs al hangt hij wel wat Al te ruim schoots adem te happen, evengoed „me en een kind, een aardige dochter, al was het ook maar een aangenomen dochter zou nog iet9 in mijn leven beteekenen. Iets om voor te zorgen, iets om je toewijding aan te geven. Voor wie werk ik? Voor wie spaar ik? Aan wie moet ik mijn geld nalaten? Er is immers niemand behalve Brenda, die wat om me geeft en een paar verre neven en nichten zullen mooi weer spelen van het geld dat ik met hard werken verdiend heb. Alleen geloof ik niet dat Brenda die dingen ook zoo beschouwd, maar.. Was deze man blind, dacht Fergerson, dat hij het groote verdriet en het groote gemis in het leven van zijn vrouw niet zag? De advocaat zweeg een oogenblik. bang dat zijn stem zijn ontroering zou verraden. Daarop zei hij rustig en effen: Er zit zonder twijfel een groote kern van waarheid in wat je zegt. Maar als je er werkelijk in ernst aan denkt om een kind aan te nemen, neem er dan een aan dat jong genoeg is om zich heelemaal aan jelui aan te passen en om opgevoed te worden naar jelui eigen ideeën. Maar dit meisje, dat zich nooit in jelui kring zal thuisVSelen, dat notabene al getrouwd is. Maar toch is ze nog een kind, een on bedorven kind. hield de ander vol. Een kind dat uiterst gevoelig is voor liefde en hartelijkheid. Maar ik zie wel dat ik je toch niet overtuigen kan. Bovendien is het mijn tijd om naar Iddler te gaan. Tusschen haak jes.ben je van plan om me voor vanmid dag te eten te vragen? Maar dat spreekt immers van zelf! Myers had zijn gewone, joviale opgewekt heid weer teruggevonden Maar de advocaat ging. nadat hij zijn vriend had uitgelaten, met langzame passeü naar binnen. Een ge- voel van moedeloosheid bekrop hem. Hij had neer" als den vo'waardigen „ambtenaar" die zich, om zijn kwaliteit reeds, dezen titel rustig kan assumeeren. 's-Gravenhage is nu eenmaal 's Gravenbage en daarmee: basta CUNAEUS. Breuk tusschen Engeland en de sovjets Moskon in de knel Oorlogs rumoer zonder oorlog. De groote gebeurtenis van de week is het afbreken der betrekkingen tusschen En geland en sovjet-Rusland, waardoor in de politieke constellatie in en buiten Europa groote wijzigingen mogelijk worden. Mogelgk, want de toekomst zal eerst kunnen aantoonen wat er geschieden zal. Onder de regeering van Mc Donald is de sovjet-republiek de iure erkend. De verwach ting, dat daardoor goede betrekkingen zou den ontstaan, was A priori bijkans zeker niet te verwezenlijken. Betrekkingen aangaan met sovjet-Rusland wil immers zeggen, het officieel inhalen van den vjjand in alle landen, die den z.g. kapitalistischen staats vorm huldigen. Dat kan niet anders. Alge meen bekend is immers, hoe sovjet-Rusland streeft naar de wereld-revolutie, overtuigd, dat dan alleen eigen bestaan is verzèkerd. Zoo is het uitgekomen ook. De sovjet-ge bouwen te Londen waren het centrum van spionnage niet alleen, maar ook van actie tot ondermijning van het Britsche rijk. Nauwelijks was Mc. Donald's konston- aig bewind voorbij, of de Engelsclie regeering van Baldwin richtte klachten tot Moskou over deze ondergrondsche actie, geheel in strijd met het wezen van vriendschappelijke Le- trekkingen. Moskou wees deze dan geregeld af. Op z'n mooist werd nog toegegeven, dat het het werk der derde internationale was. Alsof die derde internationale niet synoniem is met de sovjet-regeering! Trots alle Britsche klachten kwam liet van kwaad tot erger. Men denke aan de door de bolsjewisten tegen Engeland ontketende actie in China, in Perzië en elders. Al grooter werd in Engeland de drang om aan de betrekkingen een einde te maken, docli Chamberlain verzette zich krachtig daar tegen, wel inziende, welk een uitwerking zoo'r. gewichtige stap hebben moest ten aanzien van de algemeene politiek. Toch kwam het begin van dit jaar tot een laatste waarschuwing, die door de sovjets geheel werd geignoreerd. Steeds meer groeide daar om in Engeland het drijven om zich te ontdoen van dien vijand in eigen huis, en tenslotte is de regeering daarvoor bezweken. De omstandigheden gaven daartoe gereede aanleiding. In China ging het met de bolsje wisten toch hard bergaf. Borodin, de sovjet-agitator als zoodanig door Moskou steeds gedesavoueerd! heeft zijn werk bjjna geheel zien ineenstorten. Te Peking werden bewjjzen van zijn waren staat ge vonden, bovendien, die de volledige zeker heid gaven van wat iedereen voelde. Borodin. niet beseft wat voor risoco's hij liep toen hij had besloten Roderick onkundig te laten van het feit dat zijn vrouw nog leefde. Maar nu kwam hij tot de ontdekking dat hij niet ge rekend had op de moeilijkheden en compli caties die van alle kanten op hem loerden. XIV. Toen Eustace Mvers weggedoken zat in de kussens van de taxi. was de vroolijke glimlach waarmee hij van Fergerson af scheid had genomen, van zijn gezicht ver dwenen en staarde hij bezorgd en bedrukt voor zich uit. Zijn vrouw kende dien trek en placht te zeggen dat haar man veel te hard werkte. Zij koesterde een soort verborgen jaloezie tegen zijn werk, het was alsof dit hem van haar aftrok en vervreemdde Ze had zich veel gelukkiger gevoeld in den tijd dat zijn praktijk nog klein was, al was zijn inkomen toen nog bescheiden, omdat hij toen veel met haar had kunnpn samenzijn. Brenda voelde zich eenzaam en doordat ze teveel opging in zelfbeklag, had ze. al zag ze den vermoeiden trek wel af en toe op zijn gezicht, toch niet opgemerkt dat zijn vroo lijke lach den laalsten tijd af en toe minder spontaan, eenigszins geforceerd was gewor den. Als 7.p zijn gezicht nu had kunnen zien. zou ze den vermoeiden, ontstemden trek hebben toegeschreven aan de zorgen van zijn beroep. Eustace neemt altijd alle? veel te zwaar op, placht ze te zeggen. Als er een kind aan croupe sterft, tobt hij er dagen over. Het is immers gewoon dat er kleine kinde ren doodgaan En de bittere herinnering aan haar eigen baby kwam bij haar op en ze dacht aan de kast met kleine ongebruikte kleertjes boven. En toen kwam tenslotte de inval in de Arcos-gebouwen te Londen, die aan bewijs materiaal in menig opzicht nog aanvulde, wat nog ontbrak in den keten van bewijs van do anti-Engelsche actie der sovjets. Het was, om zoo te zeggen, de genadeslag, aan da EngelschRussische verhoudingen toe gebracht. Baldwin viel het niet moeilijk in het Lager huis een verklaring af te leggen, die wel een zeer zware beschuldiging mocht heeten aan het adres der sovjets, goed gedocumen- teera als anderszins, waarop de gebruikelijke venalschings-ontkenning totaal geen vat heeft. De eind-conclusie, die op een laatste waarschuwing volgen moest, werd nu ge trokken: de bestaande handelsovereenkomst werd opgezegd, de betrekkingen werden ver broken. Dit besluit is door het Lagerhuis volkomen bekrachtigd. Zelfs Labour durfde het niet aan het voor de sovjets op te iumen en kwam slechts met een soort uit stel-motie, die uit den aard der zaak ver worpen werd. De kogel is nu door de kerk Feitelijk behoeft dit geen beletsel te zijn voor het doen van handel tusschen de be woners van beide landen. Drijft sovjet- Rusland ook niet met Amerika, hoewel daar mede nimmer betrekkingen zijn aangegaan, minstens evenveel handel als het deed met Engeland? Doch Moskou is thans officieel natuurlijk zeer beleedigd en verzekert, dat daarvan geen sprake meer kan zijn. Tusschen zoo'n verzekering en het naleven daarvan ligt evenwel een groote afstand. En wanneer de Russen elders niet terecht kunnenVeel om het lijf had die handel trouwens ook niet, de cijfers zijn daar om het te be wijzen, nog geen 6 millioen p. st. per jaar. Men mag verwachten, dat de sovjets den mond wagenwijd zullen openzetten; zulten spreken van oorlogsgevaar etc., hoewel aan het begrip oorlog in den waren zin des woords o. i. niet behoeft te worden gedacht De sovjets zullen zich daaraan niet wagen, aidus voo.r zich zelf den ondergang be reidend bg een nederlaag. Neen, de strijd zal worden gevoerd politiek. Als vanzelf zullen twee kampen ontstaan: het een aan gevoerd door Engeland, het ander door Moskou. Quantitatief en qualitief achten wij het laatste niet sterk, want wie zal openiijk de zjjde der bolsjewisten kiezen? Het is al mooi, wanneer men onzijdig blijft Dat Tsjitsjer^, de volkscommissaris voor buitenlandsche zaken, juist thans een bezoek aan Parijs heeft gebracht, is geen toeval. Ongetwijfeld zal h\j hebben getracht Frank rijk terug te houden van openlijken steun aan het Engelsche standpunt, doch veel succes gelooven wij aan zijn reis niet te kunnen toekennen. Daarvoor zouden immers belang rijke concessies noodig zijn geweest inzake de erkenning der oude schulden en daartoe is Moskou niet bereid. En ook op Duitsch- land, al zal men daar probeeren, om een strikte onzijdigheid in acht te nemen, be hoeft sovjet-Rusland niet te bouwen. Het zal wel al zjjn krachten gaan concentreeren buiten Europa, maar vindt daar bij optreden in China als van zelf Japan tegenover zich. Tijd en omstandigheden zijn de sovjets niet gunstig. En dat heeft Engeland heel goed ingezien. Meer dan een „blijmakerlje" hebben de Russen te Genève ook niet kunnen bereiken ter inmiddels gesloten economische confe rentie, die een soort charter op dit terrein heeft vastgelegd, dat echter voor niemand bindende kracht geniet. Door een en ander gaan we een drukke periode van politieke „berekeningen" tege moet, waarbij meer dan ooit zal gelden: ieder' vischt op zijn getij Door toevallige omstandigheden heb ik juist eens inzage gekregen in een lijst, opgemaakt in betrouwbare bron, wie in Engeland de 16 rijkste menschen zijn, en het i«s wel interessant, dat de algemeen als rijkst geachtste klasse, namelijk die van bankiers en financiers, niet tot u«? „upper sixteen" behooren. Nummer één komt Sir John Ellerraan, de scheepseigenaar, met over de 2-10 mil lioen gulden. Geboien te Huil, 65 jaar geleden, heeft hij dit fortuintje heelemaal Maar het was niet aan den dood van een klein patiëntje of aan andere zorgelijke ziektegevallen, waaraan dr. Myers dien mid dag in de taxi dacht Zijn gedachten werden onweerstaanbaar getrokken naar een ver, vaag verleden, naar een lijd dat hij Brenda nog niet gekend had en li ij nog niet de ge dachte en algemeen vertrouwde geneesheer was; naar zijn wilden studententijd, toen hij zich ondergedompeld had in wroesle verma ken en een soort Bohemiens-Ieven had ge leid Er was een meisje in dat leven ge weest... een meisje met een aardig ge zichtje en een warm, liefhebbend hart Hij had in jaren niet meer aan haar gedacht, ze was totaal uit zijn leven verdwenen ge weest; hoe het kwam kon hij'zich niet ver klaren. maar de laatste dagen was ze we?r dóór zijn gedachten komen spoken.wilde haar beeld hem niet loslaten Hef was alsof ze voortdurend weer om en bij hem was; het waren visioenen die hij niet bij machte was af te weren Hij schreef hel toe aao overspanning*, misschien had hij inderdaad wel te hard gewerkt den laalsten lijd en zich de narigheden uit de praktijk te veel aange trokken. maar geen enkel argument van zijn koel verstand en zijn scherpe redeneering, was in staat het spokend verleden uit zijn brein te bannen. In den regel genoot Mvers buitengewoon van zoo'n bezoek aan Londen, knoopte hij er een avond aan vast om een vroolijke music-hall te bezoeken, om naar het vertier van de uitgaande wereld te kijken en zijn provinciaal gevoel af te schudden in een mondain restaurant. Maar vandaag wa9 hel alsof hij geen oog had voor h?t levendige verkeer, voor dpn haastigen men- schenstroom. voor de ononderbroken auto colonnes. waarnaar hij anders met zooveel interesse keek. Hij voelde zich gedrukt; de alleen verzameld. Hij heeft absoluut geen „hobbies" en leett slechts voor geld maken. Nummer twee is Lord Iveagh, die een beetje minder heeft dan 240 millioen. Nu 80 jaar oud heeft hij in tegenstelling met nummer één vele liefhebberijen. De koning komt geregeld op zijo landgoed jageD. Met een sprongetje van 60 millioen naar beneden komen we bij nummer drie de juist overleden Lord Cowdray, dio zijn kapitaal gemaakt heeft uit olie. Zijn ge lukkige ingeving, die hem zijn aandeden' in een groote Maatschappij deed verkoo- pen toen deze op zijn hoogst genoteerd stonden, is in de oliewereld wel bekend. In dezelfde 180 millioen afdeeling zitten Sir David Yule, een zeer eenvoudig man, waar niet veel van te zeggen valt, en Solly Joel, de zoo populaire racehorse owner.. De laatste, wiens broer tusschen tweo haakjes ook in deze klasse thuis behoort, geeft met even veel pleizier geld uit als hij het verdient. Hij bezit de meeste be roemde stallen in de wereld, een soortt paleis aan de rivier met een Pompeian! swimming bath, een Palm-court. Hij heeft een mooie vrouw met schitterendo juwee- len, twee veelbelovende zoons, cn een en thousiaste dochter, die uitstekend paard rij dt. Deze afdeeling sluit met Lord Rother- mere, een „selfmade man", die in de jour nalistiek aan alle touwtjes trekt. Hij leeft zeer eenvoudig, misschien wel omdat hij twee van zijn drie zoons in den oorlog verloor. Weer met een sprongetje van 60 millioeü komen we nu bij de Duke of Westmiostcr, de „huisjesmelker." Zijn bezittingen in gebouwen zijn enorm, en hij heeft veel van zijn rijkdom te danken aan zijn huwe lijk en de enorme stijging in waarde van land in Londen. Tenslotte bereiken we de laagste trap van den ladder, namelijk zi.i, die „maar" 60 millioen gulden bezitten Er zijn er ver scheidene, ik wil z© oven in 't kort op noemen. De Duke of Portland, die alles geërfd heeft. Op dezelfde gemakkelijke manier kwam Earl Fitzwilliam aan zijn bezit. Hij heeft het grootste countryhouse in Enge land. en de gasten maken herkenningstee- kens op de muren in de erangen om hun weg terug te kunnen vinden naar hun kamers. Lord Derby, rs een bon-viveur, die van alles houdt dat goed is. Sir George Wills, de tobacco-king, heeft zijn geld in deze lijn verkregen, alsook Mr. Bernhard BaroD, die een machine uitvond om sigaretten te maken. Lord Bearsted, wiens vader hem onlangs vier millioen naliet, dankt dit aan olie. Lord Dcwar, meer bekend om zijn gees tigheid dan om zijn geld, een uitstekend after-dinner sneaker. Uit whisky sproot zijn fortuin en uit bieT, dat van Lord Woo- lavington. Tenslotte Lord Vestey, the Cold Storage King. Een ijsberg, een stier, een schaap en een rij eieren vormen zijn familie wapen. En als we nu zoo'n beetje gewend zi.irk aan deze Engelsche millioenen, laten we dan eens oven aan Amerika denken, aan Henry Ford met zijn vijf duizend millioen. J. K. RECLAME. Tel. 216 Met herstelplaats voor elk fabrikaat Ö2£6 grijze herfstmiddag paste volkomen bij zijn stemming. Hij keek even op zijn horloge. Het was een heel mooi horloge, dat hij uit zijn vest zak te voorschijn haalde; hij had het van den ouden Briton gekregen na een typhus- epidemie op het dorp. Hij had inderdaad dag en nacht gewerkt zonder een moment aan zichzelf te denken, maar toch was niemand verbaasder geweest dan hij. toen Rodericks vader hem dit kostbare cadeau, met een vriendelijke opdracht er in gegraveerd, hal gegeven. De barsche Briton scheen geen man voor zulke attenties en van de medische diensten van Myers maakte hij bovendien nimmer gebitiik; als hij een dokter noodig had kwam er een of andere beroemdheid uit Londen. Dat alleen was al voldoende ge weest om de heele familie Briton van Brenda's ongenade (e verzekeren en ook op Roderick had ze altijd afgegeven, ofschoon ze hem nauwelijks kende. liet was nu half drie: hij had nog een poosje lijd voor hij hij zijn beroemden col lega moest zijn. Hij bedacht dat een wande ling hem wellicht goed zou doen *n liet de taxi sloppen. Toen hij met veerkrachtige passen over de straal liep, voelde hij zich alweer wat beier. Hij bleef nu en dan voor ren aardige étalage staan; dal gaf afleiding. Het viel hem in dat hij Brenda een bond- ^lel beloofd had voor haar verjaardag: hij had nu mooi gelegenheid om er eens naar uit te kijken. Voor de uitstalling van een fijne bontzaak bleef hij staan en epn heer die juist uil den winkel kwam, bolste zoo wat legen hem aan. (Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 9