PAPIEREN ROZEN
overwerkte
zenuwen
No. 20613
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 27 Mel
Tweede Blad Anno 1927
GEMEENTEZAKEN.
zmimtalMtm
FEUILLETON.
ONTSLAG EN BENOEMINGEN.
Door B. en W. wordt voorgesteld aan den
beer J. Koelma op diens verzoek met ingang
van 1 Juni a.s. eervol ontslag te verleenen
als opzichter bij het Bouw- en Woningtoe
zicht alhier.
Voorts om eervol ontslag te verleenen als
leeraar in de Schei- en Natuurkunde aan het
gymnasium alhier aan den heer J. J. Val
kenburg, ingaande 1 Sept. a.s. en als onder
wijzer bij het openbaar vervolg-onderwijs
aan den heer J. M. Vos, ingaande op 12
Sept. a.s. den dag, waarop hij den pensioen
gerechtigden leeftijd heeft bereikt.
Ter benoeming van een opzichter, chef der
afdeeling bestratingen, in den rang van
hoofdopzichter, worden voorgedragen:
lo. P. A. H. Knoben, opzichter bij den
dienst der Gemeentewerken te Roermond;
2o. B. J. Sanders, opzichter bij den dienst
der Gemeentewerken te Rotterdam.
In verband met de tegenwoordige positie
en het salaris van deze titularissen wordt
eene benoeming in den rang van hoofdop
zichter voorgesteld.
In het Bestuur der Vereeniging tot Bevor
dering van den bouw van Werkmanswonin
gen zijn twee vacatures.
Een door het aftreden van mr. E. A. Cos-
man en een door het aftreden van dr. Th. W.
van Lidth de Jeude. De laatste heeft mede
gedeeld zich niet meer herkiesbaar te stellen.
Voor de vacatures heeft het Bestuur der
Vereeniging de navolgende aanbevelingen
opgemaakt:
Voor de vacature mr. E. A. Cosman:
1. mr. E. A. Cosman,
2. mr. H. F. A. Donders, beiden alhier.
en voor de vacature dr. Th. W. van Lidt
'de Jeude:
1. mr. G. J. van Deventer,
2. mr. M. R. Rinkel, beiden te Leiden.
VERHURING VAN HET BUITENGOED
GROENOORD.
In overeenstemming met het advies van
de Commissie van Fabricage, geven B. en W.
den Raad in overweging het perceel Haar-
lemmertrekvaartweg No. 49, met tuin c.a.
(„Groenoord"), kadastraal bekend gemeente
Leiden, Sectie K Nis 42 en 43, voor den tijd
van twee jaren, ingaande 1 Juli 1927, tegen
een jaarlijkschen huurprijs van f700.te
verhuren aan J. M. Mante, alhier, met bepa
ling, dat de huur daarna geacht wordt tel
kens voor den tijd van drie maanden tegen
denzelfden huurprijs te zijn verlengd, indien
zij niet drie maanden voor het eindigen van
den huurtermijn schriftelijk door een der
partijen is opgezegd, zullende de huur in elk
geval eindigen op 1 Juli 1939, zonder dat
eenige opzegging daartoe wordt vereischt.
OVERNEMING VAN GROND DOOR DE
GEMEENTE.
In verband met de uitvoering van de wer
ken voor het noordelijk pompstation der cen
trale rioleering aan den Heerensingel zal ter
plaats een uitweg naar dien singel worden
gemaakt. Indien de gemeente niet de beschik
king krijgt over een strookje terrein zal een
afscheiding over een lengte van circa 19 M.
I moeten worden gemaakt.
De eigenaar van deze strook grond ter
I grootte van pl.m. 14 vierk M. heeft zich
I echter bereid verklaard van die strook koste
loos afstand te doen.
De kosten op de overdracht vallende, zul
len voor rekening van de gemeente komen.
VERKOOP VAN GEMEENTEGROND.
De heer J. Warmendam Pzn. te Noordwij-
kerhout verzoekt B. en W. van de gemeente
te mogen koopen een gedeelte berm ter
grootte van pl.m. 570 vierk. M. aldaar.
Waar er tegen dezen verkoop geen enkel
overwegend bezwaar bestaat en er voor de
gemeente geen enkel belang is waarom zij
dezen grond zou willen behouden, geven B.
en W. den Raad in overweging dezen berm-
strook tot een totaal bedrag van pl.m. 570
vierk. M. aan den heer Warmendam te ver-
koopen tegen f 1.10 per vierk. M.
VERKOOP VAN EEN WONING AAN DE
GEMEENTE WARMOND.
Tengevolge van een veranderde wijze van
gasvoorziening der gemeente Warmond be
hoeft aldaar niet meer een fitter te worden
gestationneerd en kan de door dezen be
woonde dienstwoning worden verkocht Met
het Gemeentebestuur van Warmond werd
bereids overeenstemming verkregen over den
verkoop van bedoelde woning met bijbehoo-
rende schuur en grond, gelegen Dorpsstraat
B 34, groot circa 14 Are en 44 centiare, ka
dastraal bekend te Warmond Sectie D Nis
1737, 1738 en 1739, voor den prijs van
f 11.500, hetgeen Comm. der St. Fabrieken
aannemelijk voorkomt. Reeds werd door den
Raad van Warmond op 28 April j.l. tot den
aankoop besloten.
B. en W. geven nu den Raad in overwe
ging in denzelfden geest een besluit te ne
men.
VERGUNNING TOT DE VERGROOTING
VAN DEN WATERVANG AAN DE
LEIDSCHE DUINWATER-MAATSCHAPPIJ.
De Leidsche Duinwatermaatschappij heeft
aan den gemeenteraad toestemming gevraagd
voor de uitvoering van werken onder de
gemeenten Katwijk en Wassenaar ter ver
grooting van den Watervang, bestaande in:
lo. de uitbreiding van het kanaal met
een lengte van 1210 M.;
2o. het plaatsen van 12 putten met
mammouthpompen en verlenging der lucht-
persleiding
3o. de uitbreiding van de transportleiding
langs het nieuwe kanaal;
4o. het maken van een brug over dit
kanaal.
B. en W. stellen den Raad voor de uit
voering dezer werken toe te staan, zulks
onder de gebruikelijke voorwaarde, dat de
Commissaris der gemeente bij de Leidsche
Duinwater Maatschappij bevoegd zij zich in
de uitoefening van zijn toezicht op de uit
voering der werken te doen vertegenwoor
digen door den Directeur der Gemeente
werken, met dien verstande, dat op- en
aanmerkingen slechts door tusschenkomst
van den Commissaris bg de Directie der
Maatschappij zullon worden aangebracht.
DE KEERPLAATSKWESTIE
VAN DE RIJN- EN SCHIEKADE.
In de vergadering van 30 Augustus 1926
werd met 13 tegen 12 stemmen een motie
van den heer T. Groeneveld aangenomen,
waarbij B. en W. werden uitgenoodigd de
noodige maatregelen te nemen, teneinde te
bereiken, dat op ongeveer het midden van
de Rijn- en Schiekade een keerplaats voor
voertuigen wordt gemaakt. B. en W. hebben
thans doen nagaan, op welke wijze aan
dit besluit uitvoering zou kunnen worden
gegeven.
In de eerste plaats hebben zjj daartoe
laten onderzoeken, in hoeverre voor de ge
meente ongeveer in het midden der Rijn
en Schiekade de beschikking was te ver
krijgen over eenige naast elkaar gelegen
voortuintjes. Dit bleek alleen het geval met
d9 tuintjes Nis. 49 en 50 en dan nog
slechts tot een diepte van 2 M. uit den
gevel; de totale diepte bedraagt 5.50 M.,
de aldus te winnen diepte derhalve 3.50
M De lengte van ieder der voortuintjes be
draagt 5.30 M„ de in totaal te verkregen
oppervlakte mitsdien pl.m. 37 M2. De prijs
bedraagt f10 per M2., dus f370 voor beide
voortuinen te zamen. Hierbij komen dan nog
de kosten van overdracht, het terugplaatsen
van de hekwerken, het bestraten, het rooien
van boomen en het verplaatsen van een
gaslantaarn en een straatkolk. De uitvoering
van dit plan kost, den aankoop van de
voortuintjes inbegrepen, f 800. Hiervoor
wordt een keerruimte verkregen ter lengte
van 10.60 M. (de gezamenlijke lengte der
beide voortuinen) en ter breedte van 9.60 M.
Het voornaamste bezwaar tegen het plan
van B. en W. is, dat 't de betrokkenen niet helpt
aan hetgeen zij wenschen, aangezien de
breedte der aldus te verkregen keerplaats te
gering is. Zij hebben derhalve onderzocht,
op welke wjjze deze breedte grooter zou
kunnen worden gemaakt. Dit ware te be
reiken door, behalve bij trekking van de
voortuintjes, de bestaande schoeiing over
lenge van 20 M. op te trekken en daarachter
een gelijk met den weg liggende grond-
aanvulling en bestrating aan te brengen.
Op de verhoogde schoeimg zal een leuning
en op ieder der uiteinden een gaslantaarn
moeten worden geplaatst. De kosten van dit
plan bedragen in totaal f 1400; de keerplaats
verkrijgt aldus een breedte van 11 M. Een
keerplaats van voldoende breedte is echter
h.L slechts te verkrijgen door haar boven
dien 1.50 M. in het vaarwater uit te bou
wen. Een zoodanige uitbouwing zal evenwel
behalve op de hooge kosten (in totaal f 2500)
moeten aïstuiten op haar vermoedelijk on
verenigbaarheid met de waterstaats- en
scheepvaartbelangen.
B. en W. meenen, dat de eenig over
blijvende mogelijkheid, om aan het besluit
uitvoering te geven, bestaat in het maken
van een keerplaats op het te dempen sloot-
gedeelte tusschen de perceelen Nis. 65 en
66, voor f7000, benevens de kosten van
overdracht. De kostenzullen derhalve met
inbegrip van die voor het maken van de
keerplaats ad f700, tezamen pl.m. f8000
bedragen, waartegenover alleen huur staat,
die van het door den aanleg van de kesr-
plaats belangrijk in waarde verminderde
perceel zal kunnen worden verkregen.
Mocht de Raad derhalve, in afwijking
van bet bekend advies, van meening bljjven,
dat het noodzakelijk is tot het maken van
een keerplaats ongeveer in het midden van
de Rijn- en Schiekade over te gaan. dan
geven B. en W. in overweging te besluiten
al3 't laatst vermelde.
NADERE VASTSTELLING VAN
VOORSCHOT AAN BIJZONDERE
SCHOOLBESTUREN.
Door eenige schoolbesturen is de wen9ch
te kennen gegeven, dat als grondslag voor
de berekening van het voorschot op de ex
ploitatievergoeding voor he\ jaar 1927, in
plaats van de uitgaven volgens de gemeen
te-Tekening 1925, alsnog worden genomen
de uitgaven volgens de laatst gesloten ge
meente-rekening. i.e. die over 1923, waar
door, althans voor het gewoon lager onder
wijs, aanspraak op een hooger voorschot
zou kunnen worden gemaakt.
Aangezien daartegen noch bij de overige
besturen noch bij B. en W. bezwaar bestaat,
hebben B. en W. ^ich bereid verklaard een
aanvullend voorstel aan den Raad te doen
toekomen. Gelijk uit het Ingekomen Stuk
No. 149 van 1926 is gebleken, beliepen de
kosten per leerling van het gewoon lager
onderwijs en die van het uitgebreid lager
onderwijs over 1923 resp. f 17.11 en f24.32.
Bij de berekening van deze bedragen wer
den echter buiten beschouwing gelaten de
kosten van brandassurantie, waaromtrent
bij Koninklijk Besluit, d.d. 28 Januari j.l.
werd beslist, dat zij wel in aanmerking die
nen te worden genomen.
Dientengevolge worden de bovengenoem
de bedragen van f 17.11 en f24.32 verhoogd
resp. tot f 17.20 en f 24.43.
In verband met een en ander geven B. en
W. in overweging: het voorschot op de ver
goeding voor het jaar 1927, bedoeld bij ar
tikel 101 der Lager Onderwijswet 1920, uit
te keeren aan de besturen der bijzondere
scholen, aanvankelijk (met inbegrip van de
vergoeding voor vakonderwijzers) vastge
steld op f 83.686, nader vast te stellen tot
een totaal bedrag van f 91.465.
VERGOEDING KRACHTENS ART. 100 DER
L.O.-WET 1920.
Art. 100 der Lager Onderwijswet 1920
bepaalt, dat. indien in eene gemeente aan
een openbare school meer onderwijzers
werkzaam zijn dan het a.anfal, waarvan de
jaarwedden door het Rijk aan de gemeente
worden vergoed, het bestuur eener, naar de
onderscheidingen van art. 3, tweede en
vierde lid van genoemde wet, overeenkom
stige bijzondere school in die gemeente aan
spraak heeft op vergoeding uit de gemeentp-
kas van de jaarwedden en wedden van een
met betrekking tot het aantal leerlingen aan
elk dier scholen, evenredig aantal aan dio
scholen verbonden onderwijzers.
In verband daarmede werd door verschil
lende Schoolbesturen een verzoek om een
vergoeding gedaan en voorgesteld wordt
daaraan te voldoen. Het bestuur der school
aan de Iloogl. Kerkgracht dat krachlens het
eerste lid van artikel 100 geen aanspraak op
vergoeding maken, vraagt op grond van het
tweede lid van dat artikelvergoeding van de
jaarwedde van een leerkracht over het tijd
vak van 1 Mei31 December. Die „andere"
leerkracht werd met ingang van 1 Mei 1925
aangesteld ter vervulling van een op dien
datum ontstane vacature. Naar de meening
van B. en W. kan slechts vergoeding wor
den verleend over het tijdvak van 1 Ja
nuari1 Mei en niet over het resteerende
deel van het jaar.
Al geven zij gaarne toe, dat de redactie
van artikel 100 niet bepaald overduidelijk
is. blijkt h.i. toch wel, ook uit de geschie
denis van dat artikel, dat met de slotbepa
ling van het tweede lid, „en tot twee jaren
daarna" wordt bedoeld het gedurende zeke
ren tijd „behouden" van boventallige leer
krachten aan de bijzondere school en niet
het bevorderen van het voor rekening van
de gemeente aanstellen van boventallige
leerkrachten aan eene bijzondere school.
Het kan toch nimmer in de bedoeling van
den wetgever, die de gelijkstelling wilde,
gelegen hebben mogelijk te maken, dat een
schoolbestuur, op kosten van de publieke
kas. een leerkracht benoemt boven de for
matie van het personeel aan de openbare
scholen.
Zij meenen dus dat aan de wet geen deug
delijk motief kan worden ontleend om de
door het bestuur der school voor gewoon
lager onderwijs aan de Hooglandsche Kerk
gracht gevraagde vergoeding over het tijd
vak van 1 Mei31 December 1925 staan.
WIJZIGING DER BEGROOTING DIENST
1927 KEURINGSDIENST VAN WAREN.
Bij schrijven deelen Gedeputeerde Staten
eenige opmerkingen mede naar aanleiding
van de ingezonden begrooting voor den
dienst 1927 van den Keuringsdienst van
Waren in het district Leiden.
De eerste opmerking betreft de afschrij
ving op de verbouwingskosten.
Op volgn. 14 van de uitgaven is uitgetrok
ken als afschrijving wegens waardevermin
dering f384.96, zijnde l1/» pet. van de ver
bouwingskosten „na aftrek van de afschrij
ving over 1926."
Dit is onjuist. Met Gedeputeerde Staten
zijn B. en W. van oordeel dat de afschrijving
steeds behoort te geschieden van de volle
som der verbouwingskosten. De 9om der af
schrijving zou anders van jaar tot jaar min
der worden.
Wij zullen dan ook bij het opmaken der
begrooting voor het volgend jaar met de ge
maakte opmerking rekening houden.
Wat betreft het verschil met betrekking tot
de som uilgetrokken wegens rente van de
waarde van den inventaris, kunnen B. en W.
mededeelen, dat het bedrag van f 3953.55 al
leen betrof de waarde van de instrumenten.
Bij nader inzien meenden zij dat ook de
chemicaliën tot den inventaris behoorden en
dat het alleszins rationeel was de rente te
berekenen van de volle waarde, d. w. z. van
het geheele door de gemeente Leiden ver
strekte kapitaal.
Zij zullen het College van Gedeputeerde
Staten dan ook in dien zin inlichten.
De derde opmerking vordert eene wijziging
van de begrooting. Zij is echter van formee-
len aard en brengt geen verandering in het
eindcijfer.
Voor zoover noodig zullen B. en W. in ver
band hiermede ook een wijziging voorstellen
van de gemeente-begrooting.
BESCHIKBAARSTELLING VAN GELDEN
VOOR AANSLUITING OP DE CENTRALE
RIOLEERING.
Nu het zich voorzien laat, dat het noorde
lijk hoofdrioolgemaal met de persleiding naar
de Slaaghsloot dezen zomer gereed zal ko
men, is het gewenscht dit niet werkeloos te
laten blijven, doch nog dit jaar over te gaan
tot aansluiting van eene eerste wijk op de
centrale rioleering. De aansluiting van ver
dere wijken kan daarna in 1928 en volgende
jaren geschieden, aldu9 B. en W. Het stads
gedeelte benoorden den Maresingel en den
Heerensingel komt het eerst voor aansluiting
in aanmerking.
De kosten van deze aansluiting zullen vol
gens B. en W. pl.m. 68.000 bedragen.
Behalve de genoemde kapitaalsuitgave zal
voor 1927 nog een exploitatie-uitgave noodig
zijn van f 2200.
B. en W. geven den Raad derhalve in
overweging deze bedragen ter hunner be
schikking te stellen.
VERBETERING EN VERBREEDING
DER HAARLEMMERVAART.
Bij de beihandeldng van de be^rooting
voor 1926 weard door den heer J. J. van
Stralen, een motie ingediend, waarbij de
Raad werd uitgenoodigd zich, mede uit
RECLAME.
almeeren en worden gesterkt door
Buisje 75cl Bij Apoth en Drogisten.
3230
werkverruimingsoogpunt, uit te «preken:
voor een verbetering en verbreiding van
den Haarlemmerweg, gepaard gaande zoo
mogelijk met het doen vervallen van do
voortuinen on hot dempen van de sloo-
ten. Doze motie werd om praeadvieo in
handen gesteld van B. en W. Zij deelen
dienaangaande thans heit volgende mede.
Een aanvankelijk onderzoek wees al
spoedig uit, dat een verbetering en ver
breeding van den Haarlemmerweg over de
volle lengte, van de Warmonderbrug tot
den spoorwegovergang, bestaande uit het
aanbrengen van een klinkerbestrating,
aankoop van de voortuinen, en het maken
van een rijwielpad en een verhoogd trot
toir, een uitgave met zich zou brengen
van f 78.000. Een dergelijk© groote uitgave
kwam aan B. en W. alsook aan de Commis
sie van Fabricage voor dat doel niet gej
wettigd voor. Vergeleken met tal van an
dere werken in deze gemeente, kon de
voorgestelde verbetering van den Haar'
lommerweg h.i. niet als zoo urgent worden
beschouwd, dat een uitgave van f 78.000
daarvoor te rechtvaardigen zou zijn. Voor
werkverschaffing van eenige beteekenia
leende het werir zich bovendien niet, aan
gezien het voor een groot deel uit verstra
ten bestond.
Overeenkomstig h»et advies der Com
missie van Fabricage is toen een nader
onderzoek ingesteld naar de koeten van
uitvoering van een beperkter plan, alleen
voor het gedeelte tusschen de Warmonder
brug en de Groen oord straat waarbij alleen
een rijwielpad en een verhoogd trottoir
zouden worden aangelegd en het maken
van een klinkerbestrating achterwege zou
blijven.
Allereerst werd daarbij onderzocht, in
hoeverre de eigenaren der voortuinen be
reid waren deze om niet aan de gemeente
af to staan. Nadat evenwel gebleken wa§,;
dat het overgroote deel der eigenaren hier
toe niet bereid was, werden onderhande
lingen geopend over aankoop op de basis
van f 10 per M2. Deze onderhandelingen'
leidden tot het volgende resultaat. Van de
37 voortuinen zijn er 27 ?n hun geheel ver
krijgbaar tegen f 10 per M2., bovendien 3
tegen dien prijs tot 1 M. en 3 tot op 1.50
M. uit den gevel. Van den eigenaar van 1
voortuin werd, ook na herhaald verzoek,
geen bericht ontvangen, terwijl voor 3
voortuihen prijzen werden gevraagd van
resp. f 12, f 20 en f 25 per M2. Voorta bleek
de eigenaar van het 6lootgecreelte voor dé
perceelen Nis 4143 bereid dit gedeelte
om niet aan de gemeente af te staan.
Uitgaande van de veronderstelling, dat
ook aan hen, die zich vroeger tot gratis
afstand bereid verklaarden, thans f 10 per
M2. wordt betaald, zullen de totale kosten'
van uitvoering van dit beperfete plaö
f23.200 bedragen. Men zou hiervoor tus
schen de boomenrij en de huizen vanaf
de Warmonderbrug tot aan de Groenoord-
6traat naast elkaar een rijwielpad en eeö
verhoogd trottoir krijgen, ieder ter breedtyé
van 3 M. doch op niet minder dan 4 plaat-
een, n.l. bij de Nis 3, 13, 15 en 26 onder
broken, terwijl op 2 andere plaatsen, n.L
bij de Nis 22—24 en 3810 een gedeelte
lijke onderbreking zou plaat* vinden. Met
de Commissie van Fabricage betwijfelen
B. en W. of deze voorziening, welke bo
vendien niet zal bijdragen tot werkverrui
ming, aangezien deze werkzaamheden ge
heel in eigen beheer dienen te worden uit
gevoerd, het daarvoor te besteden bedrag
wel waard is, temeer waar een dergelijke
De Roman van een Cizcnsmeisje.
Uit het Engelsch van RYBY M. AYRES.
Vertaald door J. van der Sluys.
(Nadruk verboden).
27)
Maar Fergerson zou toch een wakend oog
I op hem blijven houden, zonder dat hij het
zelf wist en te hulp komen, als er een mo
ment kwam, dat Roric het werkelijk niet
alleen zou klaarspelen. En als de oude heer
zou vinden, dat de tijd ertoe gekomen was,
zou hij hem weer zachtjes en voorzichtig
oaar zich toe halen. Maar eerst moest hij
keren op eigen beenen te staan. De taxi ver
dween om een hoek van de straat en Fer-
Eerson ging het huis binnen.
Een bediende ontving hem met de mede
deling dat op zijn werkkamer een heer op
hem zat te wachten. Hij was gekomen even
üadat de advocaat was uitgegaan. Het was
k- Myers.
Fergerson was zeer verheugd over dat be-
z°ek en ging naar de bibliotheek. Zijn be
uker had het zich gemakkelijk gemaakt
e& had beslag gelegd op een formidabele kist
froote sigaren.
Je ziet. dat ik me hier al thuis voel,
zei opgewekt, terwijl hij opstond
en zijn gastheer begroette. Ik was zeker
wel de laatste, dien je hier verwacht
te. hè?
.Ja, ik ben benieuwd om te hooren, hoe
hl hier zoo opeens verzeild komt Brenda
Uitstekend, dank je..Ik ben recht
streeks van Bedmund hierheen gekomen.
Van Bedmund?
Ja, ik ben hier in Londen met het oog
op onze kleine vriendin, Rosalie Dean.
De oude heer had moeite om niet te laten
merken hoe groot zijn belangstelling was.
Je zult het misschien vreemd vinden,
Teddy, zei de dokter, maar ik ben tot het
besluit gekomen om niets onbeproefd te
laten om haar er bovenop te helpen, al kost
het me ook mijn laatste penny.
Fergerson keek hem vebaasd aan.
Ik heb haar vanochtend nog eens heel
nauwkeurig onderzocht en nu ben ik naar
de stad gekomen om het geval eens met Idd-
ler te bespreken, je weet wel, den bekenden
specialist. Hij is de eenige die me helpen
kan, als er hulp mogelijk is. Het zal na
tuurlijk handen vol geld kosten, maar die
Sherny.
«Fergerson maakte een afwerend gebaar.
Ze sterft liever dan'dat ze naar hem
teruggaat, Eustace.
Ik beschouw de zaak als medicus; als
er voor een geval hulp bestaat, mogen we
niets onbeproefd laten. En bovendien, als ze
weer heelemaal flink en gezond is, heeft ze
waarschijnlijk een ander oordeel over de
zaak dan nu; ze is immers heel zwak
en uitgeput. Na den lunch ga ik naar
Iddler; ik heb hem getelegrafeerd. Ik wil
zien. dat ik hem in Bedmund krijg voor een
consult. Ja, ze huilde toen ik haar zei, dat
ik dacht, dat we haar beter zouden kunnen
maken. Maar dergelijke overwegingen mag
ik als medicus niet laten gelden. Doch ik
kan eigenlijk niet wijs uit haar worden.
Ze heeft gebeden en gesmeekt om er toch
geen anderen dokter meer bij te halen en
baar maar aan haar lot over te laten.
Ik'wil niet beter worden, ik wil niet beter
worden zegt ze telkens maar. Er moet
toch meer achter zitten dan alleen de angst
voor Sherny. Hij is een bruut, maar ten
slotte heeft ze het toch zooveel jaren uit
gehouden bij hem. Ik wilde dat ik maar
precies wist wat er achter zat. Ik vroeg
haar naar dien trouwring of ze getrouwd
was en wie haar man was, maar ze gaf
eenvoudig geen antwoord. Natuurlijk een
een of andere jonge schoft, durf ik wedden.
Als ik maar gewaar kan worden wie het
is. Mrs. Fowler zei me, dat er voortdurend
een gebrekkige man om het huis zwerft.
Maar dat zal haar man toch zeker niet zijnl
Natuurlijk nietl
Hoe kun je dat zoo gedecideerd zeg
gen? Dr. Meyers keek hem vorschend aan.
Zoo'n kind zal toch niet met zoo
iemand trouwen 1
Je kunt nooit met absolute zekerheid
zeggen wat een vtouw wel of niet zal doen.
Maar het lijkt mij ook niet onwaarschijn
lijk. Ik geloof dat het een heel mysterieuze
geschiedenis is.
Het schijnt je bijzonder te interee-
seeren, merkte de oude Fergerson droogjes
op.
Inderdaad. En met Brenda is het net
zoo. Ze is vanochtend met me mee geweest.
Misschien kan zij het vertrouwen van het
meisje winnen. Een vrouw is 9oms eerder
openhartig tegen een oudere vrouw dan
tegen een man. Brenda denkt dat het meis
je getrouwd is met iemand boven haar
standmet iemand, die zich voor haar
schaamt.
Brenda's tusschenkomst beviel Fergerson
maar matig.
In elk geval, ging Myers voort,
moeten we dien kerel vinden. Rosalie heeft
ten slotte toegegeven dat ze getrouwd is,
toen ze zag dat ik er toch van overtuigd was.
Ze smeekte om het aan niemand te vertel
len en dat zal ik natuurlijk ook niet doen,
behalve aan jou en aan Brenda dan. Ik zei
ook nog. dat als ik naam en adres van haar
man wist, ik zou zorgen, dat hij bij haar
kwam.
En wat zei ze daarop, vroeg Fergerson
geïnteresseerd.
Als hij om me gaf, zou hij al dien tijd
bij me geweest zijn. Daar is niet veel tegen
in te brengen, vindt je ook niet?, zei de dok
ter.
Fergerson gaf geen antwoord; met toege
wijde zorgvuldigheid koos hij zich een
sigaar uit een openstaand kistje.
In elk geval, praatte Myers door, zie ik
er Brenda wel voor aan, om achter de waar
heid te komen. Als het haar niet lukt, lukt
het geen men9ch.
Fefgerson dacht aan het vastberaden ge
zichtje van de kleine Rosalie en twijfelde
ernstig aan 't succes van Myers vrouw, on
danks haar charmes en haar diplomatie.
De beide mannen lunchten samen. Myer3
praatte aan een stuk door, maar de oude
scherpzinnige menschenkenner merkte al
gauw, dat er iets onnatuurlijks en opge
schroefds was in de vroolijkheid van zijn
vriend en dat er iets was, waarmee hij niet
goed voor den dag kon komen. Hij kon het
gevoel niet van zich afzetten, dat er in de
belangstelling van zijn vriend voor het cir
cusmeisje. nog wel een ander element school
dan het zeer hoog-opgevatte plichtsgevoel
van den medicus.
Na den den maaltijd zaten beiden met
een sigaar aan een kant van het vuur. Fer
gerson achtte het moment gekomen om maar
eens van wal te steken,
Je moet me niet kwalijk nemen,
Eustace, dat ik er eerlijk voor uitkom, maar
ik kan het gevoel niet van me afzetten dat
je me niet alles hebt gezegd, dat je eigen
lijk op het hart hebt. Ik ken je hooge opvat*
ting van je plicht als dokter, maar is er mis
schien nog een andere reden dat je zooveel
belang stelt in Rosalie Dean?
De scherpzinnige advocaat verloo
chent zich nietl Maar laat ik niet probee-
ren me er met een grapje af te maken; ik
ben eigenlijk blij dat je me om zoo te zeg
gen dwingt om eerlijk op te biechten. De
waarheid is. Teddy, dat ik evenals jij de
gedachte niet kan verdragen dat het kind
weer naar het circus terug zou moeten. Het
is een hondeleven en ik heb me afgevraagd
of het niet mogelijk zou zijn dien Sherney af
te koopen, al heeft hij geen recht op het
meisje. Maar dan zijn we tenminste van
hem af. Hij geeft zelf toe dat hij geen recht
op haar heeft; haar moeder was school rijd
ster en die schijnt heel jong gestorven te
zijn. Sherney heeft haar daarna als kind
aangenomen. Haar vader is hij in elk ge
val nieten wie het wel was. dat schijnt
een mysterie op zich zelf te zijn. Alleen
zegt Sherney dat haar moeder altijd ver
klaard heeft, dat het meisje een kind uit een
wettig huwelijk i9. Maar om op de zaak te
rug te komen: ze is doodsbang voor Sherney
en heeft een gruwelijken hekel aan hem. Nu
zou ik zoo graag willen dat het kind een
betere toekomst tegemoet ging.... het is
zoo'n lief, aardig meisje. Als ze een paar
jaar jonger was zou ik geen moment aar-r
zelen om haar te adopteeren, maar onder
deze omstandigheden is het onmogelijk.
Trouwens.... Brenda zou er niet van wil*
len hooren. J
(Wordt vervolgd)*