k ri(Q( bef Jc J fs do Jdlggrscbbofd van (lysmas Een speelbal der fortuin No. 20565 LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 29 Maart Tweede Blad Anno 1927 BINNENLAND. gQkschfvan I?OQ/ CQ.r?t-Qr7/ csncurronfbi?. GEMENGD NIEUWS. Leidsctie Begrafenis-Onderneming FEUILLETON. i DE VERWERPING VAN HET NEDERL.—BELGISCH VERDRAG. De Belgische Ministerraad. Een B. T. A.-telegram nit Brussel meldt, flat de Belgische Ministerraad gisteren is bijeengekomen. Een officieel comminuqué van de zitting is uitgegeven, waarin ver klaard wordt, dat de Raad zich bezig heeft gehouden met het bespreken van den toe stand, ingetreden door de verwerping in de Eerste Kamer van het Nederlandsch-Bel- gisch verdrag van 3 April '25. Men was er des te meer door getroffen, daar België het was, dat getuigenis aflegde van zijn zeer gematigden geest, in het verlangen tnsschen de beide landen een oprechte en dunrzaame verbintenis te sluiten. Deze zou trouwens beantwoorden zoowel aan de wederzgdsqhe belangen als aan die van Europa, zooals blijkt uit de ratificatie in 1920 door de mogendheden van de bases der conventie. De regeering, zich sterk voelend door den eensgezinden steun van het volk, is besloten met kracht te blijven streven naar de herziening van de tractaten van 1839, ten einde België de inwilliging harer essen- tieele dischen te verzekeren, vooral van die welke de verbinding met de zee en met den Rijn betreffen. Minister Masson schrijft in de „Province 'de Mons": We kunnen niet In goede verstandhouding leven met onze naaste buren wanneer niet de kwesties, die van nature dagelijks ge schillen uitlokken, geregeld zijn. Hoe uit de impasse te geraken? De onderhandelin gen heropenen? Onze waardigheid laat niet toe ons tot een dergelijke houding te ver nederen. We kunnen geen besprekingen meer houden met z'n tweeën. De machten, die er toe samenwerkten, dat het oude verdrag werd opgeheven, dienen nu met beide be trokken partijen onder het oog te zien wat gemeenschappelijk belang, rechtvaardigheid en recht thac3 eischen. RECXA1"^ 163 ARBEID IN BROODBAKKERUEN. Vooz en na de a.s. feestdagen. De Minister van Arbeid, H. en N. heeft vergund, dat in broodbakkerijen in alle ge meenten des Rijks door hoofden of bestuur ders en door bakkersgezellen bakkersarbeid wordt verricht op Zaterdagen 16 April en 4 Juni a.s.. telkens van 12 uur des nacht af, met dien verstande, dat voor zooveel be treft broodbakkerijen, voor welke een ver gunning. als bedoeld in art. 37, eerste lid. der Arbeidswet is verleend reeds op Vrij dag 15 'April, resp. op Vrijdag 3 Juni, tel kens om tien uur des namiddags met arbeid, bestaande in het gereedmaken van deeg en ovens, mag worden aangevangen. Hieraato is de voorwaarde verbonden, dat in de on dernemingen. waar op genoemde data van deze vergunning gebruik wordt gemaakt, op 18 April en/of 6 Juni geen arbeid wordt ver richt. Deze voorwaarde geldt niet met be trekking tot banketbakkersarbeid in brood bakkerijen, tevens zijnde koek- en banket bakkerijen. verricht door het hoofd of den bestuurder en door banketbakkers, t.a.v. wie van deze vergunning geen gebruik wordt ge maakt. welke personen op die dagen ban ketbakkersarbeid mogen verrichten als op een gewonen werddag. De vergunning geldt voorts op Dinsdagen 19 April en 7 Juni a.s. en op Woensdag 25 Mei a.s., telkens van één uur des voormid dags af, of, indien o mvijf uur des voormid dags met den bakkersarbeid mag worden dags af, of, indien om vijf uur des voormid dags af. Bovendien mag voor zooveel betreft broodbakkerijen, voor welke een ver gunning. als bedoeld in art. 37, eerste lid, der Arbeidswet, is verleend op die dagen gedurende twee uren vóór het tijdstip, waarop alsdan de bakkersarbeid mag aan vangen, arbeid, bestaande in het gereedmar ken van deeg en ovens, worden verricht; een en ander, voor wat laatstgenoemden da tum betreft, onder voorwaarde, dat op 26 Mei geen arbeid wordt verricht, met uit zondering van banketbakkersarbeid, als hierboven genoemd. Mede geldt de vergunning op Dinsdag 19 April, op Vrijdag 27 Mei en op Dinsdag 7 Juni van twaalf uur des nachts af, doch alleen voor het stoken van ovens door één persoon Voorts mag bakkersarbeid worden ver richt door bakkersgezellen op Zaterdagen 16 April en -4 Juni a.s. gedurende ten hoogste dertien uren, met dien verstande, dat in elk der weken, waariü die dagen vallen, door hen niet langer dan vijftig uren arbeid mag worden verricht; alsook op Woensdag 25 Mei gedurende ten hoogste tien uren. Hoofden of bestuurders van bovenge noemde ondernemingen wordt er aan herin nerd, dat; lo. zoolang van de vergunning gebruik wordt gemaakt, uit een naast de arbeidslijst opgehangen geschrift op duide lijke wijze moet blijken, hoe de weekuren over' de verschillende dagen der week wor den verdeeld; 2o. aan een bakkersgezel, die tusschen acht uur des namiddags en zes uur des voormiddags bakkersarbeid ver richt, onmiddellijk vóór den aanvang van zijn arbeid, die geheel of gedeeltelijk tus schen die uren is gelegen, een onafgebroken rusttijd van tien uren moet worden ge geven. A%n hoofden of bestuurders van brood bakkerijen in alle gemeenten des Rijks is vergund, dat op Zaterdag 16 April. Dingdag 19 April. Zaterdag 4 Juni en Dinsdag 7 Juni a.s. deeg of brood, dat na acht uur des na middags van den vorigen dag gebakken of opgewarmd is, van 71/s uur des voormid dags af uit het gebouw met aanhoorigheden, waarin zich de broodbakkerij bevindt, wordt vervoerd, en van acht uur des voormiddags af wordt verkocht of afgeleverd. STEUN VERLEENING AAN BURGER- WACHTEN. De Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw heeft per circulaire aan de gemeentebesturen doen weten, dat, behoudens het toestaan door de Staten-Generaal van de noodige gelden, de steunverleening aan (niet rustend verklaarde) burgerwachten o.a. voor wat betreft de^ verstrekking van patronen voor schietoefeningen, alsmede het toekennen van oefeningsgelden en subsidies voor kring-i schietwedstrijden, in 1927 in hoofdzaak op dezelfde grondslagen zal plaats hebben als in 1926. De regeling is aangevuld met een punt betreffende toekenning aan niet-rustend verklaarde burgerwachten, van onderhouds- gelden. VLOOTCOMMISSIE, Bjj Kon. besluit is de officier van admi nistratie le kl. W. H. Heeres, eervol ont heven als secretaris van de commissie, be noemd bjj Kon. besluit van 24 Januari 1922 no. 25 (Vlootcommissie), en benoemd tot secretaris - van die commissie de officier van administratie le kl. D. B. A. Franken. HERSTELLINGSOORD VOOR KANTOOR BEDIENDEN EN REIZIGERS. Onder voorzitterschap van den heer Jac. F. Vogel werd Zaterdag te Rotterdam de jaarvergadering gehouden van NederL ver. tot he*t oprichten en instandhouden van herstellingsoorden voor handels- en kan toorbedienden, handelsreizigers en handels agenten. De voorzitter deelde mede, dat een op 12 Maart te Amsterdam gehouden bloe mendag ruim f 3100 opleverde en dat een uitgeschreven prijsvraag om tot een korte- ren naam voor de vereeniging te komen, niet tot. het doel heeft geleid*, waarop be sloten werd dat een soortgelijke poging nog deun zal worden herhaald. Blijkens het jaarverslag werd in het af- geloopen iaar ongeveer 6 H.A. boschgrond bijgekocht, waardoor bijna 25 H.A. eigen grond verkregen werd, te midden waarvan het Herstellingsoord „Dennenheuvel" te Ossendrecht gelegen is. In de plaats van den penningmeester, den heer H. Wassenaar te Rotterdam, die rich niet herkiesbaar stelde, werd gekozen de heer J. A Hazewïnkel te Rotterdam; het bestuur wecrd voorts met één lid uitge breid, voor welken zetel de heer Semeyn te Den Haag gekozen werd. Besloten werd o.m. tot het in Juni a.s. orgaoiseeren van een speciale propaganda campagne en om de volgende jaarvergade ring te Amsterdam te houden. OVEREENKOMST ROTTERDAMSCHE BANKVEREENIGING. De wettelijke grondslag. Ten einde aan de met de Ned. Bank ge troffen regeling in zake de hulp aan de Rot- terdamsche Bankvereeniging Verleend, een wettelijken grondslag te geven, is thans bij de Tweede Kamer een wetsontwerp inge diend, waarbij in de Memorie van Toelich ting wordt herinnerd aan de indertijd ge troffen maatregelen ter voorkoming van een voor het aanzien van het Nederlandsche financiewezen gevaarlijke crisis. Een en ander, waarvan door de regeering bij voorkomende gelegenheden aan de Sta ten-Generaal reeds mededeelingen zijn ge daan, werd geregeld in een op 29 Juni 1925 gesloten overeenkomst met de Nederland sche Bank. De uitdrukkelijk voorbehouden goedkeuring van de wetgevende macht werd nog niet gevraagd, omdat'in een periode, waarin het geschokte vertrouwen bezig was te herstellen, alles vermeden moest worden, wat de Rotterdamsche Bankvereeniging op nieuw in opspaak zou kunnen brengen. Te minder zag de toenmalige regeering aanleiding om tot overhaaste indiening van het uiteindelijk vereischte wetsontwerp over te gaan, omdat als spoedig nadat de statu tenwijziging *van de Rott. Bankvereeniging was tot stand gekomen, en de balans- en winst- en verliesrekening over 1924 in de aandeelhoudersvergadering van 20 Mei 1925 waren goedgekeurd, de loop van zaken bij de Rotterdamsche Bankvereeniging zich weder op alleszins bevredigende wijze be gon te ontwikkelen, zoodat voortdurend de kans kleiner begon te worden, dat van de garantie gebruik gemaakt zou behoeven te worden. Nu op 't oogenblik ook blijkens het jongste jaarverslag van de Rotterdamsche Bankvereeniging zich de toestand der mate hersteld heeft, dat het hoofdmotief voor het vooralsnog niet-aanvragen der goed keuring is weggevallen, wordt tot indiening van dit ontwerp overgegaan. Inmiddels is het speciale crediet, tot hand having van de liquiditeit ter beschikking gesteld, op 31 December 1925 komen te ver vallen. Ook voor de garantie van de rente derving heeft de Nederlandsche Bank afge zien, zoodat nog slechts gehandhaafd is de garantie, tot een bedrag van f 13 129.951 800 en f 10.000.000 is f23 129.951.80 voor ver liezen. verband houdende met haar mede werking bij het aankoopen van aandeelen der Rotterdamsche Bankvereeniging, en het verstrekken van voorschot tegen onderpand en van amortisatiebewijzen. Het uit dien hoofde te loopen risico is be perkt tot f23 129.95180 en wordt gedekt door verpanding aan de Nederlandsche Bank (gedeeltelijk rechtstreeks, gedeeltelijk nè. een syndicaat) van nominaal f 1.810 000 aandeelen Rott. Bankver. en van 23.425 amortisatiebewijzen (die elk met f 1000 uit geloot worden) als bedoeld in artt. 11 en 31 van de statuten dier vennootschap. Gelijk blijkt uit de balansen der Rott. Bankver. per 31 December 1925 en 1926 zijn het kapitaal en de statutaire reserve geheel intact, terwijl de regelmatige winsten het reeds mogetijk maken, om. na ruime af schrijving op gebouwen enz. en versterking der balansposilie door interne reserveering van f2.000.000 over 1926 een dividend van 4 pCt. uit te keeren, zoodat de toestand der bank weder volkomen gezond kan worden genoemd. Behoudens onvoorziene omstandigheden kan dus worden aangenomen, dat in de toe komst de aflossing der amortisatiebewijzen regelmatig kan plaats hebben. BOND VAN CHR. TRANSPORTARBEIDERS Gisteren is te Amsterdam de algemeen© vergadering begonnen van de Chr. Trans- poriarbeidersbond onder leiding van den heer W. Strybis Pzn. In zijn openingswoord wees de voorzitter er op, dat het ledental weder stijgende is, hetgeen hij toeschreef aan een veranderende mentaliteit onder de arbeiders* Op 1 Januari 1927 bedroeg het ledental 7359, een vermeerdering met 181 leden. Het jaarverslag meldt nog, dat over de afgeloopen twee jaar 176 collectieve con tracten werden afgesloten, al dan niet in samenwerking met andere bonden, dat in 17 bedrijven in 145 plaatsen bij 12 stakingen _actie werd gevoerd, dat 3087 leden ge- gedurende korter of langeren tjjd werkloos waren en dat het aantal af deelingen en correspondentschappen van den bond op 1 Januari 1.1. 139 bedroeg, daar 13 afdeelingen werden opgeheven en 11 nieuwe afdeelingen werden opgericht. Na behandeling en goedkeuring van dit jaarverslag was aan de orde de bespreking van hel jaarverslag van den penningmeester, den heer S. Veltman. Uit dit verslag bleek, dat het saldo van de bondskas op 31 Dec. 1926 bedroeg f26.921 (31 Dec. 1924: f 16.406) en dat op 31 December 1926 het bondsvermogen bedroeg f 158.052. Na eenige bespreking werd ook dit ver- slag goedgekeurd. De heer W. Strjjbos Pzn. werd bij accla matie als voorzitter herkozen en eveneens als redacteur van het bondsorgaan. Als plaats, waar de volgende algemeene vergadering zal worden gehouden, werd aangewezen VGravenhage. De heer K. Kruithof sprak hierna als vertegenwoordiger van het Christelijk Na tionaal Vakverbond de vergadering toe en vervolgens deed dit de vertegenwoordiger van het Int. Verbond van Chr. fabrieks- en transportarbeiders, de heer P. v. Brussel. De algemeene vergadering is hierna ge schorst tot hedenochtend In den ouderdom van 68 jaar is overleden de heer G. Stenger, oud-commo dore der Holland—Amerikalijn, ridder in de orde van Oranje-Nassau. Mr. C. L. baron van Harinxma thoe Slooten, raadsheer in het Gerechtshof te Leeuwarden, is aldaar in den ouderdom van 61 jaar overleden. RECLAME. AUTO-TRANSPORTEN, CREMATIE H. P. H. KREREWEER TELEFOON «61 - LEIDEN 4C30 VERDUISTERING BIJ DE BELASTING ADMINISTRATIE TE HAARLEM. Bij de belastingadministratie te Haarlem heeft men een verduistering ontdekt. Het bleek dat een ambtenaar sinds eenigen tijd kans had gezien belastinggelden, die als postwissels ingestuurd werden, achter te houden en het geld daarvan voor eigen ge bruik aan te wenden. De zaak kwam uit, doordat iemand die per postwissel reeds be taald had, toch een waarschuwing kreeg om zijn belasting te betalen. In totaal is voor pl.m. f 3000 verduisterd. Het juiste be drag is nog niet bekend. De betrokken amb tenaar een pas gehuwde jongeman is ontslagen en de zaak is in handen van de justitie gegeven. ZINGENDE CANDIDATEN. De onlangs opgerichte anti-stemdwang partij, die voor de Provinciale Staten van Noord Holland in enkele districten candi- daten heeft gesteld, heeft Zaterdagavond 'n openbare vergadering te IJ muiden gehou den. De candidaten. onder wie twee bekende wildslroopers uit IJmuiden, die eerst, ge tooid met den hoogen hoed, in een rijtuig waren rondgereden, traden zingende op. Later werden de gezongen liedjes in de zaal verkocht. Debaters mochten alleen zingende optre den, maar er waren geen liefhebbers. Een der candidaten had zijn harmonica met slagwerk meegebracht, doch het maken van muziek was verboden. De candidaten deel-, den mee. dat wanneer zij gekozen zouden worden, zij in de Statenvergadering ook zin gende zouden optreden. EEN VERKEERDE MANOEUVRE. Gistermiddag is een autochassis, toebe- hoorende aan de firma S., te Haarlem, en bestuurd door den heer van K., eveneens te Haarlem wonende, van de pont te Velzen in het Noordzeekanaal gereden, doordat de bestuurder per abuis op het gaspedaal trapte. De heer van K. werd op het laatste oogenblik door een der omstanders van het chassis getrokken, zoodat hij met deij schrik vrijkwam. Het voertuig verdween echter in de diepie Een handkar, die er voor stond, werd in den val meegesleurd. Met behulp van een duiker zal men trach ten de voertuigen weer op het droge te brengen. SNOEPLUSTIGE INBREKERS. Zondagnacht mocht het der gemeente politie te Oss gelukken een tweetal inbre kers, terwijl zij zich in een kelder, gele gen onder den winkel der fa. Wagenmakers aan den Heerckeweg te goed deden aan si naasappelen, op heeterdaad te betrappen. Eenige fijne vleeschwaren en kaas lagen gereed om mee te nemen. Bij arrestatie van de inbrekers, Br. en BI., geen onbekenden voor de politie, bleken beiden in het bezit te zijn van een breekijzer en een met scherp geladen revolver. In denzelfden nacht was ook een bezoek gebracht in den winkelkelder van de fa. Jansen, gelegen in de Floraliastraat. Hier hadden ze zich, getuige de leege doppen, te goed gedaan aan eieren, overigens was hier niets vermist. Bij huiszoeking bij een der gearresteerden, wonende in de heide, zijn nog meer zaken aan het licht gekomen, welke getuigen van vroeger gepleegde in braken. AAN DE GEVOLGEN OVERLEDEN. De recruut van de B., uit Rotterdam, in gedeeld bij het 8ste reg. veld-art. te Ede, die Donderdag een trap van een paard tegen zijn voorhoofd had gekregen, is gisteren aan de gevolgen overleden. ONWEER. Te haaksbergen is Zaterdagmiddag het erve Schoenmaker, bewoond door den land bouwer Joh. Wielens en in eigendom toebe-. hoorend aan de Hervormde Diaconie, door den bliksem getroffen en afgebrand. Drie pinken en zeven varkens kwamen in de vlammen om. Verzekering dekt gedeeltelijk de schade. Naar het Engelsch van RAFAEL 8ABAT1NI. Geautoriseerde vertaling van A. T. 44) „Weg, weg," riep hij, en zich omkeerenie rende hij de straat af. Zijn schrik deelde zich onmiddellijk aan zijn vrienden mede en zij liepen hem na, de jongen met den fakkel in de achterhoede, zijn toorts hoog op houdend. Versuft, uitgeput door de inspanning, zonk juffrouw Farquharson kreunend achterover, zij voelde zich afgemat en verlaten. Maar toen een der dragers, op bevel van den kolo nel. het deurtje opentrok, sprong zij op eens op en er uit. en zou weggehold zijn. als de andere drager haar niet om haar tenger lichaam gegrepen had. en haar stevig vast hield. terwijl zijn kameraad een langen doek om haar hoofd wond. dien Holles hem voor dat doel gegeven had. Na dit gedaan te heb ben. bonden zij haar handen op haar rug met een zakdoek vast, zetten haar weer in den stoel en sloten haar op. Zij zat nu hulpeloos half gestikt door den doek die niet alleen diende om haar kreten te dempen, maar haar ook blinddoekte, zoo dat zij niet meer wist. waarheen zij ge bracht werd Hel eenige. wat zij wist. was, dat de ^oel in beweging was. Het ging verder, toen weer links om, en de steile helling van Paul's Chains op, en ein defijk rechts af, de Knight Ryder Street in. 57oor een flink huis aan den noordkant, tus schen Paul's Chains en Sermon Lane werd dt stoel eindelijk neergezet. Het bovendek werd opgelicht, hel deurtje opengedaan, en handen grepen- haar aan, om haar er uit te trekken. Zij boog zich achterover, in een laatste zwakke poging tot weerstand. Toen voelde zij zich in sterke armen opgetild en tegen iemands schouder gelegd. Zoo droeg Holles haar in het huis, waar de stoel, nadat de stangen er af genomen waren, ook binnen gebracht werd. De kolonel keerde zich naar rechls in de ruime vestibule, waar twee zwijgende gestalten in afwachting ston den de twee andere Fransche lakeien van Buckingham en trad een middelmatig groote, vierkante kamer binnen, die somber gemeubeld en somber behangen was van den kalen vloef af tot de gewitte zoldering toe, In het midden van de kamer stond een tafel met gedraaide poten, gedekt voor het avondeten en op het gladde blad schitterde kristal en zilver in het licht van den groe ten kandelaar, dip midden op stond. Het hooge venster dat op straat uit zag, was ge sloten. eD de blinden waren gegrendeld. Er onder stond een rustbed van riet en gebeeld houwd eikenhout, bedekt met donkerrood© fluweelen kussens. Hierheen droeg Holles zijn last. Toen hij haar neergezet had, bukte hij, om den doek weg te nemen, waarmee haar polsen gebonden waren. Het was een daad van medelijden, want hij wist dat hel gebonden zijn haar armen nu pijn zou doen Onder den breeden rand van zijn hoed, scheen zijn gelaat wit en* vochtig door de inspanning, zijn lippen wa ren vastgesloten. Paar hij tot nu toe al zijn aandacht bepaald had bij -de volbrenging van het werk. zooals hij zich dit^^dacht had, had hij weinig nagedacht over den lee- lijken aard er van. Toen hij zich nu heen- boog over die gestalte, die tegelijkertijd zoo bevallig, teer en slank was, en 'een lichte, zoete geur, dien zij gebruikte, in zijn neus gaten drong en daarmee aan zijn zinnen bewustzijn van haar teerheid en vrouwelijk heid gaf, overstelpte hem op eens een wal ging van hetgeen hij deed, als een lichame lijke afkeer. x Hij keerde zich af, om de deur te sluiten, wierp zijn hoed en mantel af, en veegde zich het voorhoofd af, want het zweet liep langs zijn gezicht neer, als hel vet van een kapoen. Terwijl hij de kamer doorliep, stond zij op en daar haar handen nu vrij waren, trok zij aan den doek, totdat zij hem zoo ver los had, dat hij van haar gezicht afviel en in plooien om haar hals ep schouders hing boven d2n rand van haar laag uitgesneden lijfje. Rechtop, diep ademhalend, met schitte rende oogen, slingerde zij haar woorden toor nig naar de groote gestalte van hem, die haar gevangen genomen had. „Mijnheer.' zeide zij, „ge zult me dadelijk laten vertrekken, of deze laagheid zal u duur te staan komen." Hij sloot de deur en keerde zich weer tot haar Hij trachtte door een glimlach de glui perige uitdrukking van zijn gezicht te ver bergen. „Tenzij ge me onmiddellijk laat heengaan, zult gij. Hier hield zij op. Plotseling brak zij af, om zich iets voorover te buigen, en hem met open mond nan te staren, haar wijdopen oogen getuigden van een verbazing, zoo groot, dat zij haar toorn en vrees overtrof. Heesch en scherp klonk eindelijk haar stem: „Wie zijige? Watwat is uw naam?" Hij keek op zijn beurt, hield op met zijn voorhoofd le vegen, zich afvragende, wat zij in hem zag, waardoor zij zoo vreemd be wogen werd. Waar zij stond, was haar ge laat voor meer dan de helft in de schaduw, terwijl het licht van de kaarsen op tafel vol op het zijne scheen. Hij dacht er nog over, hoe Jiij haar zou antwoorden, welken naam hij zou aannemen, toen zij hem verschrikte en hem verdere moeite bespaarde. „Ge zijt Randal Holles,riep zij op woes- ten, scherpen toon. Hij kwam een slap nadir in een soort ver bijstering, buiten adem, terwijl een vree9e- lijke aandoening zijn hart bestormde, hij keek haar verwezen aan, met open mond, zijn gelaat bleek ais van een doode. „Randal Holles," herhaalde zij met die vreemd, verwrongen stem. „Gijl Dat gij juist dit moest doen!" Waar er eerst slechts woeste verwonde ring in haar oogen had gelegen, zag hij nu een toenemenden afschuw, totdat zij genadig haar gezicht met haar handen bedekle. Een oogenblik deed hij hetzelfde. Hij be dekte ook krampachtig zijn gezicht. De jaren weken terug; de kamer met de gedekte tafel voor dien schandelijken maaltijd verdween, om voor zijn oogen plaats te maken voor een bloeienden kersenboomgaard, en in dien boomgaard zat een meisje op een schommel, plagerig, maar toch aanbiddelijk, een lied te zingen, dat hem, jong en rein en eerlijk, spoedig aan haar zijde bracht. Hij zag zichzelf, een jongm van twin tig jaar, de wereld ingaan met een da meshandschoen, dien hij nog altijd trouw bewaard had, om heldendaden te bedrij ven ter wille van die schoone dame, om niets minder dan de wereld te veroveren, om die haar in dp schoot te k%nnen werpen. En hij zag haar deze Sylvia Farquharson van den Her togsschouw burg zooals zij in J die lang vervlogen dagen geweest was, toen haar naam Nancy Sylvester was. De jaren hadden haar volkomen doen ver anderen. Waar kon hij in deze schitterend mooie vrouw het kleine meisje terugvinden, dat hij zoo vurig had liefgehad? Hoe kon hij er aan gedacht hebben, dat zijn kleine Nancy Sylvester herschapen was in de schit terende Sylvia Farquharson? Hij wankelde achteruit, tot zijn schouders de gesloten deur raakten, en keek en keek in stomme verbazing, zijn ziel kwam in verzet door het afschuwelijke van den toestand, waarin zij zich bevonden. „Mijn Nan! Mijn kleine Nan!" kreunde hij luide. HOOFDSTUK XVin. De onderhandeling. Op een anderen tijd en een andere plaats zou deze ontmoeting hem met een ander soort afschuw vervuld hebben. Zijn ziel zou pijn en toorn gevoeld hebben te merken, dat Nancy Sylvester, die hij in zijn verbeelling hoog en onbereikbaar als de sterren zelf ge plaatst had. wier herinnering als een baak voor hem was. die een rein, wit licht wierp, om hem door het moeras van ménige lage verzoeking te geleiden, vernederd was tot dezen staat van zooal3 hij het zeggen zou kwade pracht. Doch nu vaagde het be wustzijn van zijn eigen, schandelijk gedrag, ieder ander gedachte uit. Hij wankelde voorwaarts, en viel op zijn knieën voor haar neder. „Nan! Nan!" riep hij met gesmoorde stem« „Ik wist niet. Ik dacht niet...." (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1927 | | pagina 5