No. 20548
WOENSDAG 9 MAART
Anno 1927
OFFICIEELE KENNISGEVING
STADSNIEUWS.
MUZIEK.
Het voornaamste nieuws
van heden.
Burgerlijke Stand v. Leiden.
L
LAD
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
80 Cts per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs.
Kleine Advertentiën uitsluitend bij vooruitbetaling Woensdags en
Zaterdag* 50 Cts bij en maximum aantal woorden van 80.
Incasso volgens postrecht Voor eventueele opzending van brieven
10 Cts porto te bplalpn Bewijsnummer 6 Cis.
Bureau Noordelndspleln Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54
PRUS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden 2 85 per weekU 18,
Guiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week„0.18.
Franco per post 2 35 portokosten.
Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen
EERSTE BLAD.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
brengen ter algemeene kennis, dat door hen
rerunning is verleend aan a. W. F. Moene
ra rechtverkrijgenden tot het oprichten van
een steenhouwerij in het perceel Oude Vest
No. 81. kadastraal bekénd gemeente Leiden,
Sectie H No. 1199; b. de N.V. Sajetfabrieken
P Clos en Leembruggen en rechtverkrijgen
den tot het uitbreiden van de fabriek van
vollen garens in 't perceel Ververstraat No.
8, kadastraal bekend gemeente Leiden. Sec-
te C No. 1856. 9133
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRIJEN, Secretaris.
Leiden, 8 Maart 1927.
DE 3de APOLOGETISCHE LEZING.
Ik geloof de vergeving der zonden.
Gisteravond hield dr. Locher in de Üoster-
kerk de laatste zijner apologetische lezingen
et bovenstaand onderwerp.
Spreker zette het volgende uiteen:
De eisch aan een Kerk, die Gods ge*
eente wil zgn, is ontzaglijk groot; en ze
taat uit zondaren. Ze zou niQt kunnen
bestaan als ze niet leefde uit de vergeving
ran zonden. Van die vergeving jubelen de
Psalmen. Onze Heere leert ons er om te
bidden. Hg spreekt ze uit over menschen
als de zondares, die Hem zalfdeHg, Die Zelf
Zgn leven geeft tot een rantsoen voor velen,
mag zonden vergeven op aarde. In Zgn Naam
tal gepredikt worden bekeering en vergeving
der zonden. Vooral Paulus wist, dat hg
met anders dan door de vergeving der
tonden, voor God, kon bestaajx.
Is de vergeving der zonden nog een
levensvraag? 't Staat wel treurig met ons,
lift bet niet zoo is. Dan neemt men 't ge
makkelijk met Gods gebodmen vergeeft
liehzelf de zonden. Er is geen besef van,
dat door elke zonde iets gebroken wordt
in de teere verhouding tusschen God en
ons Immers, vergeving der zonden is#niet
slechts kwijtschelding van straf, maar her
stel dier verhouding. Als de Vader den
verloren zoon heeft vergeven, gaan ze niet
uiteen ais twee, die afgerekend hebben,
maar de zoon blgft in huis met den ring
ran zijn hand.
Ook iü dezen schijnen beide Kerken dik-
*tjls hetzelfde te zeggen. De Roorasche Kerk
leert niet, dat men er zonder genade kan
komen. Over de verzoening door Christus
kan men in de Roomsche dogmatieken stuk
ken lezen, die dicht komen bij hetgeen onze
Catechismus er over zegt. Toch is er in de
eigenlijke levensverhouding groot verschil,
fa" we moeten de geschiedenis nagaan,
"3 dat verschil goed te verstaan.
Keeds in de eerste eeuw na Christus
risten de eerste Christenen weinig meer
jan de genade, die vooral Paulus had ver
kondigd. Slechts bij één moment leerde de
i?rk van ouds volkomen schuldvergiffenis,
wt was bij den Doop. Wat daar achter lag,
*as radicaal uitgewischt. Maar nu kwam
®en onder een nieuwe wet, om een stel
baarheden aan te nemen en bet leven in
to richten naar Gods wil. Men werd ver
goddelijkt. Maar als men dan weer in zonde
riel? Sommigen zeiden, dat het dan geheel
was; anderen wilden nog één keer ver
geven, maar dan niet meer. Maar ook al
jverd meer dan eens vergeving in kerkelijke
Metedoening geschonken, zondigen na den
Doop was geen kleinigheid. Daarom wilde
Constantijn zich liever eerst op zgn sterf-
Md laten doopen.
Hoe meer 't Christendom tot de massa's'
Doordrong, des te minder kon men de oor
spronkelijke strengheid handhaven. Men ver-
gM zonden, men legde .boetedoeningen op.
Hat geschiedde meer in 't openbaar. Eén
kerkvader is er geweest, Augustinus, die de
flraehl van Gods genade in zijn leven heefj
ttvaren: door hem leerde men den 51sten
Psalm weer bidden. Doch ook bij hem is
tenade toch weer iets, dat in den mensch
ogestort wordt. De wijze, waarop men aan
•to genade deel moet krijgen, werd al meer
'eregeld door het stelsel van boete en
uecht. Als het Nieuwe Testament van be
kering spreekt, verstond men daaronder den
der penitentie. Dit ééne bleef: door
•toe doop was men van alles vrij. Maar
- men na den Doop weer zondigde, dan
't een onderscheid, of men een dood
dode dan wel een „vergefelijke zonde" had
'egaan. Het onderscheid is niet altijd ge-
^kHelgk uit te maken. Doodzonden moeten
gebiecht worden, de andere hoeven 't niet.
e priester vraagt, of men berouw heeft
aangerichte schade wil goed maken, en
^preekt dan vrij; men is weer in staat van
koade. Maar n» is men nog niet klaar.
borden penitentie's opgelegd. Juist wie
Qjtoat van genade is, staat bij den Heere
als 't ware in rekening-courant. Goede
«rken geven verdienste; zonden, ook als
ze gebiecht en vergeven zgn, zgn kwade
posten; een nadeelig saldo wordt in 't
vagevuur onder zware pijnen afgeboet. De
tijd aldaar wordt echter afgekort door de
verdiensten van zielemissen en aflaat, kwijt
schelding van vagevuurstraffen, al is dat
onderscheid door het volk en de aflaat-
predikers niet scherp uitgesproken.
Ligt er ook een waarheid achter dat stel
sel? David had vergeving ontvangen. Toch
moest zijn kind sterven, en het zwaard
week niet meer van zijn kind. Dab was tot
Gods eer en Davids eigen heil noodig. Juist
omdat God David vergeven had, liet Hij
hem niet los, maar kastijdde hem. Evenals
de Vader het kind kistijdt en kort houdt
en de geneesheer pijn moet doen, houdt
God de Zijnen onder tucht. Ook is er in
een Kerk, die gezond is, tucht, die nooit
straf of vergelding mag zijn, maar die het
doet gevoelen, dal het niet aangaat, Gods
weldaden te aanvaarden en Zijn woorden
daarbij in den wind te slaan.
Dit is nu de groote verkeerdheid, dat men
van deze genadige tucht weer gemaakt heeft
een stelsel van rekening en 'vergelding, dat
de verhouding tot God weer wordt bedor
ven. Daarbij kwam, dat zulken, die het
nauw nemen, voortdurend verontrust wer
den door de vraag, of men eerlijk alles had
opgebiecht en genoeg berouw had; want
anders was de absolutie ongeldig. Vandaar,
dat ernstige zielen, als Luther, Zwingli en
Calvijn er nooit onder tot vrede, tot de kin
derlijke verhouding tot God konden komen.
Toch had de Roomsche Kerk nog iets
overgehouden, om den mensch in dezen op
de goede plaats te brengen. Toen Luther in
't klooster niet tot rust kon komen, was 't
een oude monnik; die hem herinnerde aan
't artikel: ik geloof de vergeving der zonden.
Dat woord viel als een licht in zijn ziel. En
toen hij ook nog begrepen had. wat er on
der de rechtvaardigheid Gods in Rom. 1
vs. 17 moet worden verstaan, stond hij an
ders voor God.
Als een mensch dat leert gelooven, is hij
niet meer afhankelijk van biecht en pries
ter, of daarvan, hoe hij zelf of anderen zijn
zonde en zijn berouw taxeeren. Hij heeft
onmiddellijk met zijn God* en Vader te
doen. Maar dat geloof is niet een verstande
lijk aannemen van hetgeen de Kerk over
vergeving der zonden leert; het is het ver
trouwen, dat God ons, mij, alle zonden
heeft vergeven, het vertrouwen in dien God,
Die in Christus de wereld met Zich ver
zoende. Dat vernemen we uit Zijn Woord,
Hij verzekert het door de Sacramenten en
werkte het vertrouwen door Zijn Geest.
De Sacramenten nemen dus een heel an
dere plaats in. Door de handeling van den
Doop wordt de schuld niet weggenomen. De
Doop is voor 't geloof een teeken en onder
pand van de afwassching der zonden.
Zonde, die daarna komt, doet den Doop niet
teniet; de Doop is een getuigenis, dat wij
een eeuwig genadeverbond met God heb
ben en dus telkens weer tot Hem mogen
gaan.
Maar er is toch gezegd: Welken gij de
zonden vergeeft, dien zijn zij ve/geven? We
lezen echter nergens in 't Nieuwe Testa
ment van vergeving der zonden in de oor
biecht; wel daarvan, dat de Apostelen in de
prediking haar aankondigden, en dat in
2 Cor. 2 aan de Gemeente de raad gegeven
werd, iemand die door de tucht bedroefd
was, te vergeven, dus de tucht op te heffen.
Men vreest altijd, dat door zulk geloof de
goede werken in 't gedrang kamen. Men
vergeet daarbij het geloof in den Heiligen
Geest. De Psalmist zegt- Bij U is, vergeving,
opdat gij gevreesd wordt. We worden in
Christus ingeplant, en wie in Hem blijft,
draagt veel vrucht. Ook is het ware geloof
„door de liefde werkende", en draagt in de
werken het bewijs, dat we in Christus zijn.
Zóó worden we ook uit de werken gerecht
vaardigd. Maar onze consciëntie zal alléén
rust hebben in de schuldvergevende genade
Gods. Het gaat om de verhouding tot God.
God wil niet vóór ons staan als slaven
houder of handelsheer, maar als Vader.
Ernstig hebben we toe te zien, dat we
niet als we de vergeving door den priester
onnoodig achten, ons zelf vergeven.. D..n
staan we beneden den Roomsche. Het ge
loof in de vergeving der zonden is niet: zich
er mee gerust stellen, dat God het niet
nauw neemt. Maar we mogen terwille van
praktisch succes nimmer ons begeven in
een stelsel van dienstbaarheid en het Evan
gelie loslaten, dat ons zet in de kinderlijke
verhouding tot God.
Hiermee is deze reeks van lezingen ge
ëindigd. Wie ze begrepen heeft, heeft ver
staan, dat het niet ging om ons geloof tn
onze Kerk, maar om waarheid, om Gods
eer, om de juiste verhouding tot God, aldus
dr. Locher.
DE GROOTE KERKERAAD IN DE DOOPS
GEZINDE GEMEENTE BLIJFT BESTAAN.
De uitslag van hel onder de gemeente
leden van de Doopsgezinde gemeente aihier
over het door 38 leden tot den Kerkeraad
gericht verzoek om in de wijze van verkie
zing van Jen Dienenden Kerkeraad ver
andering te brengen en den Grooten Kerke
raad als gemeentevertegenwoordiging af te
schaffen, was. dat 217 leden zich verklaar
den voor behoud van den Grooten Kerke-
aad en 52 voor afschaffing, dat 187 leden
de beslaande verkiezing van den Dienenden
Kerkeraad door den Grooten Kerkeraad-
wenschen te handhaven en 79 waren voor
verkiezing door de gemeenteleden.
GEMEENTEAVOND
IN DE DOOPSGEZINDE KERK.
Op Dinsdag 22 Maarl te beginnen 's avonds
8 uur zal een bijeenkomst plaats hebben in
de Doopsgezinde Kerk uitsluitend voor de
leden dier gemeente.
De voorganger ds. Bonga zal een lezing
houden over: ,,De Leugen" Mevrouw Van
LeeuwenDe Paauw zal alleen en ook met
een quartet eenige lieden zingen, terwij! de
heer S Broekhuizen zich bereid verklaard
heeft een paar vioolsolo's te spelen en de
heer K v. d. Berg en mej. Toos Gleuns op
orgel en piano den zang zullen begeleiden.
De predikant zal voor zoover de lijd het
toelaat eenige religieuze verzen voorlezen.
ADRES AAN B. EN W.
Aan B. en W. der gemeente is het vol
gende adres verzonden:
Ondergeteekenden, naar volgorde voorzit
ter, secretaris en penningmeester van den
Nederlandschen Blindenbond, afdeeling Lei
den, hebben bij deze de eer namens boven
genoemde afdeeling, het volgende onder de
welwillende aandacht van uw geacht College
te brengen.
Onze afdeeling, welke 22 Februari j.l.
werd opgericht, stelt zich ten doel, algeheele
verbetering van het lot der blinden in Lei
den, op grondslag van gemeensohapazorg,
ten laste van den Slaat en der Gemeentebe
sturen.
Over het algemeen is de toestand der blin
den zoodanig, dat de meesten hunner vaak
in zeer zorgvol b omstandigheden verkee-
ren. Dit kan ook gezegd worden van ver
schillende blinden in deze stad. De oorzaak
hiervan is, dat de meesten geheel op zich
zelf zijn aangewezen en door eenigen arbeid
of koophandel trachten te voorzien in hun
onderhoud en in dal van hun gezin.
Het zal uw College echter wel zeer ver
klaarbaar voorkoipen. dat een blinden uit
den aard der zaak weinig arbeid kan pr'es-
teeren, om daarin een behoorlijk beslaan te
vinden® Daarom is hel streven van onze af
deeling, een behoorlijke Overheidszorg voor
de blinden tot stand te brengen, op den basis
van het verschaffen van produclieven ar
beid. en steun voor ouden van dagen.
In het tot stand brengen van deze Over
heidszorg zou. naar onZe meening, hel ge
meentebestuur van Leiden een zeer belang
rijk aandeel kunnen nemen.
Hel spreekt echter vanzelf, dat allereerst
een grondig onderzoek dient te worden inge
steld naar het aantal blinden in uwe ge
meente en naar de omstandigheden waarin
deze verkeeren. Daarom verzoeken wij uw
College door deze, dit onderzoek vanwege het
gemeentebestuur te willen instellen, om
daarna in overleg met onze afdeeling vast te
stellen, wat van de zijde van het gemeente
bestuur kan worden gedaan, om het lot der
blinden in deze gemeente Ie verbeteren.
.Ten zeersfe hopen wij. dat uw College be
reid is, aan dit verzoek te willen voldoen.
Hierdooi^toch zal een groot sociaal belang
worden gediend.
(w.g.) L. ROMBOUT, Voorzitter.
L. BOOM, Secretaris.
J. J. APSPOEL, Penningmeester.
ACADEMISCHE EXAMENS.
Geslaagd is voor het candidaalsexamen
wis- en natuurkunde letter (K), mej. H. Win
kel (Rotterdam).
De heer dr. H P. Blok, uit Leiden, door
den Raad van Bestuur der Academie van
Beeldende Kunsten te 's-Gravenhage be
noemd tot hoogleeraar voor den Bijzonderen
Leerstoel om onderwijs te geven in de Egyp
tische en Voor-Aziatische Kunstgeschiedenis
te Utrecht, zal zijn inaugureele rede hou
den op Maandag 21 Maart e.k.
Voor den dienst in Ned.-Indië is be
stemd mr. H. J. van der Veen alhier, adm.
ambt. bij het Binnenlandsch Bestuur.
Hedenmiddag heeft dr. W. F. Suer-
mondt, toegelaten als privaat-docent aan de
Universiteit alhier om onderwijs te geven in
de heelkunde voor een talrijk auditorium
zijn colleges geopend met het houden van
een openbare les over ..De chirurgie van
het sympathisch zenuwstelsel".
Door de Buurthuurdersvereeniging ,,De
Kooi" is aan het bestuur van de „Vereeni-
ging tot Bevordering van den Bouw van
Werkmanswoningen" een verzoekschrift ge
richt om de huurverhooging, welke door de
bewoners der Kooiwoningen met Mei as.
vijf jaar lang zal zijn betaald, na dien da
tum te doen vervallen De adressante be
roept zich daarbij op de groote werkloosheid,
waardoor zeer vele Kooibewoners worden
gedupeerd.
In den afgeloopen nacht omstreeks een
uur is op de spoorrails even benoorden den
overweg aan den Rijnsburgerweg het vree-
selijk verminkte lijk van een vrouw gevon
den, die bij nader onderzoek bUck te zijn
mej. van G. uil Den Haag.
Uit het feit. dat o. m. in de onmiddellijke
nabijheid van de spoorbaan de keurig opge
vouwen mantel van het slachtoffer werd ge
vonden. leidde de politie af, dat het hier een.
geval van zelfmoord betrof.
Gistermiddag is onder de gemeente
Langeraar de heer F. v. d. F., uit Leiden,
met zijn motorrijwiel in botsing gekomen
met een auto van den heer v d. W. uit
Alphen, tengevolge waarvan de heer v. d F.
met zijn motor in het Aarkanaal terecht
kwam.
Hij werd spoedig gered, doch bleek een
zeer ernstige hoofdwonde te hebben beko
men. Na door eenige doktoren ter plaatse te
zijn verbonden, werd hij naar de St. Johan-
nesstichting te Nieuwveen overgebracht,
waar bleek, dat zijn toestand zeer zorgwek
kend was en hem de laatste H. H. Sacra
menten zijn toegediend.
MAATSCHAPPIJ VOOR TOONKUNST.
Utrechtsch Stedelijk Orkest.
Niet alle bestaansgronden van het solo
concert met orkestbegeleiding zijn, artistiek
gesproken, even zuiver. Zijn primair be
ginsel moge zijn vorm van muzikale uit
drukking, het secundaire, de gelegenheid
tot virtuose schittering, lot op zekere hoogte
toelaatbaar, werd gemeenlijk zoo gekoes
terd, dat de virtuositeit de overhand kreeg.
Het uiterlijke beheerschte het inne/.ijke.
Aan die wanverhouding eens en vooral een
eind te hebben gemaakt, is de groote ver
dienste van Beethoven, in wien zich de
ontwikkeling van het concert heeft voltrok
ken van minderwaardig speelstuk tot vol
waardig muziekstuk. In zijn drie laatste
concerten (voor piano nos. 4 en 5 en het
vioolconcert) heeft hij de solopartij op een
geheel ander plan gebracht dan vóór hem
gebruikelijk was. Nu niet meer de solist
met achter of beneden zich het orkest in
ondergeschikte positie, voortaan zou de ge
lijkwaardigheid van beide elementen uit
gangspunt zijn in de compositie van het
soloconcert. Uiterlijk boete het iets in. in
nerlijk won het veel, zoo niet alles. Speciaal
aan het concert in es voor piano valt nog
een merkwaardigheid te constateeren uit een
oogpunt van vormgeving De cadens, oor
spronkelijk bedoeld als gelegenheid voor
den solist om improvisatorisch iets van zijn
scheppend vermogen te too'nen, verdwijnt.
Of liever: Beethoven brengt zelf iets als een
improvisatie in het concert. En wel op ge
heel andere plaats dan waar de cadens
placht te verschijnen. -Beethoven laat den
pianist dadelijk in den aanvan". het voor
beeld is eenig, in de toetsen grijpen, als om
hem in postuur te zetten voor het eigenlijke
werk dat aanstonds een aanvang zal nemen:
het werk van zoo sterk heroïsch karakter
dat het de incarnatie mag heetun van ener
gie, van wil om te triomfeeren.
Dit concert, eigenlijk een symphonie met
een obligate pianopartij, was één van de
beide hoofdmomenten van het Toonkunst
concert van gisteravond. De pianopartij
werd vervuld door Stefan Bergmann, een
nog jeugdig pianist uit Weenen. Technisch
had hij zijn partij volkomen in de macht;
hij gaf volmaakt gaaf pianospel te hooren,
klankschoon en gespierd rhythmisch. Maar
zeer bijzonder was voor een toch nog maar
beginnend kunstenaar, dat hij zich artistiek
wist te verheffen tot de sfeer, waarin het
concert zich beweegt. Want hij heeft het
heroïsche stuk heldhaftig gespeeld. Moeten
we hier aan een geval van vroegrijpheid
denken met al de gevaren, die ze in zich
sluit? Of heeft de natuur hier een artist ge
schapen, die niet met de gewone maat mag.
worden gemeten. Het laatste schijnt inder
daad het geval te zijn. En dan hopen we,
dat het groote succes, hier en naar we
vernemen ook elders behaald, den jongen
pianist niet van de wijs zal brengen en dat
hij doordrongen zal blijven van de waar
heid, dat ernstige studie in den vorm van
zelfverdieping hem slechts kan handhaven
op de plaats, die hij zoo spoedig heeft kun
nen veroveren. Dan zal er van Stefan Berg
mann nog veel moois zijn te verwachten.
De andere partij, het orkest, heeft voor haar
deel prachtig bijgedragen aan het schoone
geheel. Onder de bezielende leiding van
Evert Cornelis is deze rijke partituur, al
mede de schoonste die de concertliteratuur
kan aanwijzen, in klank gebracht zoo voor-
tpeffelijk als hare hoogheid dat vordert.
Solist en dirigent zijn buitengewoon enthou
siast door het publiek toegejuicht.
In de overige orkestnummers. Egmont-
ouverture en vijfde symphonie hebben we
genoten van Beethovenspel in grooten stijl.
Zoo dikwijls men de c moll symphonie
hoort, telkens komt de gedachte boven, dat
men ze moeilijk te vaak kan hooren. Bij
elke auditie voelt men zich aangetrokken
door iets dat men vroeger niet of niet zóó
waarnam. Ze mag haars gelijke hebben in
muzikale schoonheid, maar eenig staat ze
in het oeuvre van den grooten meester als
voorbeeld van artistieke plichtsbetrachting,
als voorbeeld van volmaakte overeenstem
ming tusschen interne gedachte en externen
verschijningsvorm. Het schijnt alsof Beet
hoven zonder veel bedenken deze sympho
nie heeft neergeschreven. Uit talrijke, be
waard gebleven, schetsbladen weten we het
tegendeel. Ze is het resultaat van angstval
lig nauwkeurig afwegen van inhoud en
vorm ,die hier als volmaakte éénheid ver
schijnen. Dit heeft een groot man dezen zin
eens m de pen gegeven: ..het zijn ceen flui-
„ten. hoorns, violen en bassen, die men
„hoort; het is de wereld, het universum,
BINNENLAND.
De Eerste Kamer heeft een aanvang ge
maakt met de behandeling van het Neder-
landsch-Belgisch Verdrag.
De Tweede Kamer heeft het ontwapenings
voorstel der S.D.A.P. verworpen.
Een schrijven aan de Tweede Kamer Li-
zake de instelling van een departement van
defensie.
Het verslag der commissie tot zegeling v~n
den rechtstoestand van het marine-perso
neel.
Jubilea te Koudekerk en Alphen.
BUITENLAND.
De V. Staten noodigen Engeland en Japan
nit tot een drie-mogendheden-conierentie
inzake ontwapening ter zee.
Verdere besprekingen in en buiten den
Volkenbondsraad.
Italifi ratificeert het verdrag van 1920 be
treffende de toekenning van BessarabiB aan
Roemenie.
Poincaré behaalt een overwinning in de
Fransche Kamer.
De aardbeving in Japan blijkt veel meer
slachtoffers te hebben geBischt dan eerst ge
meld werd.
„dat zich in beweging zet". Onder Cornelis*
uiterlijk zog rustige, innerlijk zoo bewogen
leiding is de vijfde symphonie weer gewor
den het grandiose stuk waaraan de muziek
gevoelige zich zoo gaarne verkwikt.
De zaal was goed bezet.
De mooie Bechsteinvleugel, die Bergmann
bespeelde kwam uit het magazijn der firma
Mens.
GEBOREN:
Hendrik, z. van G. v. d. Laar en W,
Scheffers Joannes Adriamus, z. van J A.
Lamboo en J. C. Korenhof Josephine Ca-
tarina, d. van J. F. M. Pont en C. M. Vogele-
zang Alida Maria, d van J. v. d. Voet en
T. Wijnands Emiel Maarten, z. van W.
J. Jansma en B. W. J. de Smidt Christi-
aan, z. van J. W. Planjer en L. A. Schipper
Anna, d. van J. Dissevelt en L. Voor
zaat Cornelis, z. van C. Bekooij en A.
Robbers Johannes, z. van H. Brandt en
M. J. de la Rie Arie, z. van A. v. d.
Kaay en C. M. Giezen Johannes Phillip-
pus Nicolaas, z. van F. J. van Luijken en
C. Krassenburg Barbara Arike, d. van D.
Noordijk en A. Rietdijk Elly Cornelie May
d. van J. C. B Hüner en M. Gerritse Au-
nigje, d. van W. v. d. Reijden en A. Pikaar
Catharina Wilhelmina, d. van T. H. W.
Sandberg en H. G. van Zaten Hermanus
Franciscus. z. van P. H. van Benten en J.
C. v. d. Eshof Gerardus Majella. z. van
H. P. Zwetsloot en M. A. J. v. d. Ven
Pieter, z. van C. Springer en A. Nieters
Lourens, z. van L. Zitman en J. C. Nieu-
wenhuizen Arie, z. van D. v. d. Bosch
en A. Kooij Maria Johanna, d. van H.
Riethoven en J. M. W. Bonte Antoon, z.
van A. Devilee en W. E. van Haarlem
Anna Elisabeth, d. van P. A. Breddel9 en
A. E. Tuithof Annie Elsje, d. van N.
Roos en M Groenwoudt Catharina Maria
d. van P. Freeke en N. A. J. Voorbij
Maria, d. van J Holswilder en G. van Hou
ten Johannes Gerardus. z. van J. van
Voorlhuyzen en M. J. F. Duivesleijn
Hendrik, z. van H. de Bolster en M. J. Zit
man Janna. d. van A. Otto en W. Boluyt
Adrianus. z. van H. Tegelaar en J. E.
Sterk.
GEHUWD:
A. R. B. Gerritse jm. en J. H. Riphagen jd.
Ph. Hijman jm. en A. C. Klap jd. A.
Fuchs jm. en M Kapaan jd. A Leuring
jm. en A. v. Polanen jd. W. J. Brakel jm.
•n C. Pennenburg jd J. P. v d. Hoek jm.
n C. D. v. Egmond jd.
OVERLEDEN:
A. v. d. Laan man 41 j. P. M. Pleging
zn 2d. P. v. d. Velden man 54 j. P. T.
Lombert wedr 77 j. S. v. Gemert wede 76
C. Planjer zn. 2d. J. M. PlanjeVis-
«r, wede 71 j. F. Schrijver dr. 3 weken.
S. v. GemerenHagen vr. 32 j. M, Mes-