speelbal der fortuin
Hoest-
Jo. 20539
LEID5CH DAGBLAD, Zaterdag 26 Februari
Vierde Blad
Anno 1927
UIT ONZE STAATSMACHINE
MIJNHARDT'S
ta bietten
SPORT.
FEUILLETON.
HET WEGENFONDS.
IBespraken we in onze vorige bijdrage in
Lze serie de Wegenbelasting, in dit artikel
ijnen we het Wegenfonds tot onderwerp.
I de „Wet'van den 30en December 1926 tot
[et heffen van eene belasting en treffen van
•dere voorzieningen ten behoeve van
lenbare verkeerswegen te land" (Staats-
j no. 464) wordt in het tweede hoofdstuk
Cr dit fonds gehandeld. Zooals men weet,
j over dit fonds zeer veel gesproken en ge-
Ihreven. Nu de wet er is kunnen we niet
jjders zeggen, dan dat ze zeer zeker uitste-
md werk verrichten zal.
|Het Wegenfonds dan wordt ingesteld ten
ihoeve van den aanleg, de verbetering en
[et onderhoud van de krachtens deze wet
i te wijzen wegen. De inkomsten en uit
een voor dit fonds worden jaarlijks bij
ronderlijke begrooting vastgesteld; het
Cds wordt beheerd door den Minister van
jaterstaat en is onderworpen aan dezelfde
Uien als het beheer van de algemeene
[grooting der Staatsuitgaven.
.Vaaruit bestaan nu die inkomsten en uit-
jven? In dit fonds vloeien: een telken jare
|st te stellen uitkeering uit 's Rijks midde-
de opbrengst der wegenbelasting en de
jbrengst der rijwielbelasting, beiden in het
xitingsjaar; verder vergoedingen in ka-
I öf in den vorm van jaarlijksche bij
lagen, verschuldigd aan het Rijk wegens
[erneming- in beheer en onderhoud van
Vgen door het Rijk; bovendien voorschot-
door het Rijk aan dit fonds gedaan en
enals bij het Zuiderzee-fonds) het even
tóe batige slot der laatst afgesloten reke-
l van ontvangsten en uitgaven. Tegen
in deze inkomsten staan de volgende uit-
die voor aanleg, verbetering of on-
toud van de bij het Rijk in beheer en
lerhoud zijnde wegen, voor zoover die op
k wegenplan, waarover straks meer, voor-
penuitkeeringen aan de provinciën ge-
lenlijk tot een door de Kroon te bepalen
r van de opbrengst der wegenbelasting
[rijwielbelasting (in de eerste vijf jaren
1 dat deel bedragen hoogstens 30 pet, in
[daarop volgende vijf jaar hoogstens' 35
en in de daarop volgende vijf jaar
[stens 40 pet. van die opbrengst). Ver-
juitkeeringen voor onderhoud en verbete-
[van bij anderen dan het Rijk in onder-
1 zijnde wegen of gedeelten van wegen,
pe ecRter moeten voorkomen op het
wegenplan; vergoedingen in kapitaal of
Jien vorm van jaarlijksche bijdragen ver-
luldigd door het Rijk wegens overneming
[beheer en onderhoud van wegen door
peren. Natuurlijk komt onder de uitgaven
voor een post voor rente en aflossing
d voorschotten door het Rijk aan het we-
fcfonds verstrekt; de bijdragen, welke ver-
|nd mochten worden voor den afkoop van
ftollen, die krachtens octrooi of conces-
geheven mochten worden en tenslotte
J nadeelig saldo der laatst afgesloten re-
Bing.
fia deze nauwkeurige specificatie van in-
fcslen en uitgaven gaat de wet verder met
■spreken over het Rijkswegenplan, waar-
f»t nog een Provinciaal wegenplan komt
Het eerste dat vastgesteld wordt,
lat de Gedeputeerde Staten der provin-
n gehoord zijn, bevat de bestaande en de
j> Ie leggen wegen welke hoofdverbindin-
zullen vormen voor doorgaand verkeer
p motorrijtuigen. Tot die wegen worden
(gerekend de rijwielpaden, welke dienen
len om het verkeer over die wegen,
f zoover het althans rijwielen betreft, te
isten. Of die rijwielpaden al dan niet
ij uitmaken van de bewuste wegen blijft
beschouwing. Het plan moet verder
Mten een staat van bedoelde wegen, be-
"tende aanduiding omtrent het eigendom,
beheer en het onderhoud; de wijze,
rop de verbetering der daarvoor in aan
ging komende wegen en de aanleg van
N zal plaats vinden, terwijl een toe
tende kaart aan het plan wordt toege-
ïd. Het plan moet minstens eenmaal in
[tien jaar herzien en in de Staatscourant
ubliceerd worderf. Het Provinciaal we-
plan zal bevatten de bestaande en aan
1 leggen wegen, welke naast de wvegen,
Romende op het Rijkswegenplan, in de
pocie noodig zijn als verbindingen van
'faand verkeer met motorrijtuigen; ver
der de wegen, welke voor het algemeen ver
keer eerlang beteekenis zullen krijgen. Ook
hier geldt voor de rijwielpaden wat we bij
het Rijkswegenplan reeds opmerkten. Dit
plan wordt verder op dezelfde wijze uitge
werkt en toegelicht en herzien als het Rijks
wegenplan, terwijl het gepubliceerd moet
worden in het provinciaal blad, nadat de
Kroon het heeft goedgekeurd.
Door de Kroon wordt ieder jaar vóór 1 Mei
vastgesteld een lijst, waarop voorkomen de
bij het Rijk in beheer en onderhoud zijnde
op het Rijkswegenplan of op een goedge
keurd Provinciaal wegenplan voorkomende
wegen, die in goeden staat van onderhoud
verkeeren en niet voor motorrijtuigen ge
sloten zijn of voor zoover hunne verbetering
in het vorige jaar werd ter hand genomen
"of voortgezet en verder die wegen, die ont
worpen zijn en waaraan gewerkt is of wordt.
Onder aanleg wordt hier ook verstaan de
aankoop of de overneming der benoodigde
gronden. Wegen, op welke tol geheven
wordt, kunnen niet op de wegenlijsten wor
den geplaatst.
Ook de Gedeputeerde Staten doen iets
dergelijks, maar dan met betrekking tot de
wegen, welke op het Provinciaalwegenplan
voorkomen. Dit plan behoeft de goedkeuring
van de Kroon.
Over de uitkeeringen uit het wegenfonds
aan de verschillende provinciën hebben we
reeds iets gezegd. In den loop van het be
lastingjaar wordt aan de provincies reeds
een gedeelte der genoemde opbrengst van
de Wegen- en Rijwielbelasting uitgekeerd,
terwijl als teveel of te weinig uitgekeerd
werd, in het volgend jaar daarover de ver
rekening plaats vindt
Hoe wordt nu die uitkeering berekend?
Dat is een ingewikkelde kwestie. Het geza
menlijk bedrag voor de elf provinciën wordt
aldus bepaald: de maatstaf is de verhouding
van de lengte der wegen, welke alleen op
het Provinciaal wegenplan voorkomen, tot
het totaal der lengte van de wegen voorko
mende op het Rijks- en Provinciaalwegen
plan tezamen. Dit deel moet dan weerover
de onderscheidene provincies verdeeld wor
den. Daarvoor zal de volgende methode ge
volgd worden. De helft vanvdit bedrag wordt
verdeeld onder de elf gegadigden in ver
houding tot de totale lengte der wegen, die
op de voor het begrootingsjaar op de boven
reeds genoemde lijst voorkomen. De andere
helft wordt verdeeld naar evenredigheid van
de belastingopbrengst in elke provincie ge
durende het begrootingsjaar, vermenigvul
digd met de verhouding van de lengte der
wegen op de bedoelde Provinciale lijst voor
dat jaar tot de totale lengte der in die pro
vincie gelegen wegen, volgens het Rijkswe
genplan en van die welke bij anderen dan
bij het Rijk in beheer en onderhoud zijn,
voor zoover ze op het Rijkswegenplan of het
goedgekeurde wegenplan der provincie voor
komen, in voldoenden staal van onderhoud
zijn en niet voor motorrijtuigen zijn afge
sloten of voor zoover hun verbetering in het
afgeloopen kalenderjaar is ter hand genomen
of voortgezet, welke lengte vermeerderd
moet worden met de totale lengte van de
ontworpen wegen op het goedgekeurd we
genplan voorkomende, waarvan de aanleg is
ter hand genomen en regelmatig is of wordt
voortgezet.
Het aan de provincie toegekende bedrag
moet nu door de Gedeputeerde Staten ver
deeld worden onder de rechthebbende on
derhoudsplichten naar een maatstaf door
hen vast te stellen, terwijl op hen de plicht
rust om toe te zien, dat de gelden ook in
derdaad voor het doel besteed worden.
Rest ons nog te vermelden, dat een rege
ling omtrent de uitkeeringen aan de provin
ciën Noord-Brabant en Groningen getroffen
werd, waardoor deze geen schade zullen lij
den in verband met de provinciale belastin
gen terzake van het rijden met motorrijtui
gen. Gedurende de eerste vijf jaren toch zal
aan deze provincies worden uitgekeerd een
eventueel nadeelig verschil tusschen de op
brengst dezer belasting en het aandeel uit
het Wegenfonds. Behalve het heffen van tol
wordt voorlaan voor het rijden met motor
rijtuigen en rijwielen op den openbaren weg
geen andere belasting meer geheven, dan de
in deze wet genoer#de. toch kunnen ten aan
zien van rijwielen de provinciale belastin
gen gehandhaafd blijven. Nader zal nog be
paald worden, wanneer de bepalingen dezer
wet in werking zullen treden.
De jeugd van tegenwoordig krijgt veel pre
tenties: ..Toe, geeft u nog eens een paar
modelletjes voor mijn negenjarige dochter
en heeft u som9 ook een leuk kruippakje
voor haar broertje van drie jaar? De din
gen van twee jaar geleden zijn nu al weer
de mode uitl" Zoo schreef mij een jonge
moeder, die dus niet alleefi moeite heeft om
met haar eigen toiletten „bij" te blijven,
doch nu ook al voor de peuters bang is
ouderwetsch te worden 1
Het staat wel frisch en fleurig steeds
weer die nieuwe pakjes, maar wat een
idioot idéé toch eigenlijk om voor de klein
tjes ook geregeld andere modellen en varia
ties te bedenken 1 Een kind ziet er toch al
tijd aardig uit door zijn of haar natuurlijke
bevalligheid en hun heerijke jeugd! Ik ben
geen voorstander van 'Kindermode" de
kleeren. die onze jongens en meisjes moeten
dragen, behooren in de eerste plaats sterk
en practisch te wezen en vooral zóó. dat zij
er geheel vrij in zijn bij hun bewegingen,
dus géén knellende bandjes of precies aan
sluitende lijfjes, géén strookjes, kantjes of
frou-frous, waarmee zij voorzichtig wezen
moeten.
Maak nooit nufjes van uw kinders, door
ze een overdreven iorg voor haar kleeren in
te prenten! Dat krijgen zij uit zich zelf
zelf heusch al gauw genoeg!
En dan is er nog iels, dat ik vooral in den
tegenwoordigen tijd een punt van veel be
lang vind: kleed uw kinders niet te bloot!
Dat zeg ik niet uit angst voor kou maar.
fatsoenshalve!
Bewegelijke kinders, en dat zijn de mees
ten gelukkig, hebben veel aan een combina
tiepakje van jurk en broekje in één stof.
Jurk is feitelijk een te mooie naam voor het
hoesje of lange jumpertje, waaronder een
rand van de broekspijpen te zien komt Die
jumper, is een recht gladmodel met een
Eton-kraag. korte mouwtjes zooals de
Zeeuwsche meisjes 'dragen, een borstzakje,
waarop een sportief figuurt, monogram- bal
of racket is geborduurd en wat ruimte in
de beide zijnaden onderaan, zoodat het
meisje de beenen fiksch uit kan slaan. Het
broekje moet een uitstekend model hebben:
wijde korte pijpen, zooals aan sporlbroeken
zitten, en een ruim maar niet wijd hangend
kruis, 's Winters kan het aan een lijfje
vastzitten, dat op den rug wordt dicht ge
knoopt; 's Zomers kunt u volstaan met een
paar bretels. De broek moet natuurlijk een
achterklep hebben met knoopsluiting. De
voordeelen van deze drachl zijn: geen kans
op kou vatten en een „fatsoenlijk gezicht",
wanneer het kind hard loopt, valt, aan rin
gen, rekstok of schommel werkt, enz.
In den zomer kunt u ze in linnen of ga
bardine maken-, 's winters in vyella. tricot
of wol. Ik zou deze dracht graag voor school
kinderen zien. Desnoods kan het model
's winters met lange mouwen gedragen
worden. Onder het Etonkraagje- dat wit ,of
beige moet zijn, wordt een lang geknoopte
das gedragen.
De ronde liggende boordjes zijn nu voor
de jeugd algemeen: zoowel op daagsche, als
mooiere jurken. Het hangt af van de „ge
legenheid", waarvoor ze bestemd zijn
school, thuis, visite, wandeling of die
kraagjes met een gestrikte das. een fijn
fluweelen lintje of een geborduurde reep
6tof, die langs de jurk naar beneden loopt,
afgemaakt worden.
Alleen de extra-mooie jurk voor verjaar
dagen. partijtjes en dergelijke, heeft een
rond uitgesneden hals- die met een lintje
fijn omboord is. Soms. b.v. als het halsje
wal lang en mager is, is er een ruche of
kantje langs gezet.
Voor kleine meisjes blijven geplisseerde
jurken steeds in de mode Ik weet niet hoe
veel jaren ik die nu al heb gezien en zij
staan altij<J even lief voor de kleinsten. Dat
komt voor een groot deel door de mooie
stoffen en kleuren die men tegenwoordig
maakt, en door het uitstekende machinaal-
plisseeren. Laatst zag ik in bleekrose crêpe
de chine, zoo'n jurkje, dat uil twee deelen
bestond; onder het eigenlijke jurkje hing
nog een precies eendere strook. De beide
rokjes of strooken waren met een picot
randje (door de moeder in iets donk^der
nuance zijde gehaakt) afgezet: er zaten ab
soluut geen mouwtjes in. Het stukje bedek
te alleen de beide schouders Natuurlijk was
dat glad: echter had de moeder met de
zelfde zij als voor het picotrandje. een klein
kruismolief op die schouders gewerkt; een
vieuxrose fluweelen lint maakte stukje en
halsopening af. Geef hier rose kousjes bij
ea zwarte schoentjes als de peuter donker
is. doch wit glacé-leeren aan een blondje,
en u zult bemerken, dat zij er uit ziet „om
te stelen"!
En nu het kruippakje voor kleine broer!
Ach dat is zoo simpel- knip een ge
woon hansop-model en stop daar den jon
gen in!! Eon klein splilje van voren, een
klep van achteren in den broek, en verder
als eenige sluiting wat drukkertjes op één
schouder, eenvoudiger en practischer kan
het haast niet. Maak er nu dadelijk een do
zijntje van, zoodat de kleine kerel er vier of
kvijf vuil mag maken per week; neem goede'
kleurvaste stof van prima kwaliteit en. u
kunt er tijden mee toe; bovendien spaart u
er zijn nette kleeren mee, en heeft het kind
zolf het voordeel onbevreesd en ongestoord
te kunnen kruipen, klimmen, buitelen zoo
veel zijn hartje begeert!
De groote fout van vele moeders is, dat
zij zeggen: .,0 dat is maar een kruippakje
dat komt er niet op aan!" en dan koopen
zij e,en goedkoop stofje, dat direct verschiet
en in de wasch verkleurt, dat spoedig slijt en
even gauw scheurt als papier, en waarvan
ze nog geen maand haar vreugde kunnen
beleven.
Het is nonsense om te zeggen, dat klee
ren, die voor daagsch gebruik dienen, best
van minder kwaliteit kunnen zijn want
juist die daagsche draagt men het meeste
en de huisgenooten zien ze steeds-,ook
opvoedkundig beschouwd is het beter het
kind te gewennen, dat zijn of haar kleeren
er netjes uit moeten zien. Als u het goed
vindt- dat uw jochie in een vaal. verbleekt,
pakje rondkruipt, waarin bij de kleinste duw
een gat komt. kunt u niet van hem eischen,
dat hij daar erg voorzichtig mee is en zeker
kan hij het niet begrijpen waarom u dè.t
nu zoo erg vindt, dat er een winkelhaak in
is gekomen, of dat hij er roode limonade
over heeft uitgestort. Door dat rood kleurde
het juist weer zoo frisch bijl!
Luxe is verkeerd voor kinderen, maar
koopjes evenzeer! Kleed ze in solide aar
dige sloffen, waar ze graag naar kijken om
de mooie kleur of het leüke dessin, en ze
zullen er reeds uit zichzelf voorzichtiger
mee zijn dan met leelijk gekleurde, goed-
koope stofjes, die na één wasch reeds on
herkenbaar zijn.
RECLAME.
Doos 30d
Keelpijntabletten 30 en60ct
8IJ APOTH. EN DROOISTEN l
8562
VOETBAL.
Programma voor morgen. 1
NEDERLANDSCHE VOETBALBOND. i
Afdeeling 1ste klasse: Excelsior—*
't Gooi; Ajax—D.F.C.
Promotie 2e klasse: H V.V.D.E.O.
2e klasse A: V.V.A.—Weet Frisia.
2e klasse B: Z..V.V.Don ar; Kampong
-H.VC.
Afdeelinn H, 1ste klasse: V. O. C.—
H F.C.; Ldo—fi.B.S.HilversumFeyei*-
oord.
2e klasse A: ConcordiaS.V.V.Steeda
Hooger—B.M.T.Fortuna- Zandvoort.
2e klasse B: R.F.O.Neptunus; M«t-
wedeS.V.W.L.S.V.-1DO.; Xerxea-
Unitas.
3e klasse A: U.V.S.—Kennemera; T.H.
B.Lugdunum; Alpbon--V.S V.
3e klasse B: BodegravenV.D.S.
SchoonhovenO-N.A.
Res. 2e klasse A: AS C. IIB.M T. II.
Res. 3e klasse ALugdunum IIL.
F. C. II.
Afdeeling ID, 1ste klasse.- HeraclesGo
Ahead, HengeloZ AC.
Afdeeling IV, 1ste klasse: Bredani&—
Eindhoven. 1
Afdeeling V, 1ste klasse: G. V. A. V.—
Velocitas; Frisia—Be Quick; W.V.V.—
Achilles.
LEIDSCHE VOETBALBOND.
Ie klasse: Lugdunum 3— U.V.S. 2 (10
uur, P. van der Pot); Norvicus 2Raceël X
(12 uur; Th. van der Reijden); A.S.C. 3
Leidsc-be B. 1 (12 uur. B. A PrinSen); L.
F.C. 3—Qiuck B 2 (2V£ uur, P. de Boer).
2e klasse: U V.S. 3A.S.C. 4 11 uur,
J. C. van den Berg).
4e klasseRaceël 3Lugdunum 6 (li
uur, J. de la Rie).
Juniores: Lugdunum AA.S.O. A (10
uur, J. van Benten).
Van Overal.
Een klein competitie-program voor mor*
gen, en wij vermoeden dat de algemeenfl
belangstelling er evenredig aan zal zij© nu
bijna overal de beslissing voor de bezet
ting der eerste en laatste plaats is geval
len. Wie vragen wij ons af interes
seert er zich in bijzondere mate voor of
Ajax morgen winnen zal van D.F.C. en of
Excelsior er in zal slagen zich op eigen
terrein tegen 't Gooi te handhaven 1 Wèl
zijn daarentegen veler oogen gericht op
deo wedstrijd te Den Haag tusschen H.
V.V. en D.E.C. voor de promotie- en de
gradatiecompetitie. Het is de eerste maal
in haar langdurig leven dat de „Groote
HaagBche" een dergelijken moeilijken en
belangrijken strijd krijgt te strijden en
het staat daarom vast dat duizenden er
getuige van zullen willen zijn hoe en of
zij zich tegen de Amsterdamsche 2e klae-
se-kampioenen zal weten te weren.
Wat ons betreft: wij hebben goede®
moed en zien een overwinning der geel
zwarten in het vooruitzicht, te meer waar
zij de laatste weken ernstig hebben ge
traind onder leiding van Warburton, en,
jhr. SaDdberg zelfs voor dezen kamp van
uit Kopenhagen, waar hij werkzaam i«,-
©vèrkomt om z'n club te steunen.
In afdeeling II is de ontmoeting Hilver
sum- Feyenoord in zooverre van belang
dat zij de Rotterdammers het kampioene-
schap kan brengen. EeD gelijk spel zal
reeds voldoende zijn. VeTÜezen daarente
gen de rood-wit-gehalveerden, wat niet
waarschijnlijk is, dan behoudt Edo een heel
klein kansje om met hen gelijk te komen,
mits zij wint van H B.S.
Van promotie en degradatie-wedstrijden:
zal in deze aJdeeling vóór 13 Maart wel
geen sprake zijn. Als dan zuilen A.S O en
D.H.C- elkaar moeten bevechten. Voorloo-
pig hebben beide clubs eohteT nog rust,
hetgeen door beide ook naar waarde zal
worden geschat, gezien het feit dat bij A.
8.C. Wamstejker Sr. en Roem nog op de
ziekenlijst staan en bij D.H.C. de goalget-
Naar het Engelsch
van
RAFAEL SABATINI.
[Genntoriseerde vertaling van A'. T.
Kind! Kind!" viel hij haar in de rede, en
f zijn stem klonk zachl verwijt.
>Kunt ge denken, dat ik u zoo makkelijk
1 blootstellen aan de lichtzinnige praatjes
J de stad? Alleen? Stel u gerust. Ik zal
Fse vrienden vragen, om u de veriegen-
fd le sparen en zich als toehoorders bij u
joegen, om te hooren, wat ik geschreven
r Er zullen een paar dames van het
•ater des konings zijnmisschien wil juf-
I Seymour hier van het Hertogsthealer
Komen-, er is een kleine rol voor haar in
l 3hjk; en er zullen eenige vrienden van
r 'rif komen: misschien wil zelfs zijne
r.5?!®11 °ns de eer aandoen Wij zullen een
'Jk avondeten met elkander hebben, en
Lna F'1 gÜ uitspraak doen omtrent mijn
t. a- die gij moet uitbeelden. Is uw aar-
i)ai 0Verw°nnen?"
t Z<?° ^aar 2eesl was 1° een roes-
I® Tr m alLngf°rd House, waarbij
!kr.rfe opzicht de eere-gast was. an dat
F»ees!n?-2eIf Z0U bijwonen! Zij zou dwaas
sta Z^n' om 'e aarZf,'eri Het was met
in zo groo^e wereld binnen treden
- o overwon zij haar aarzeling, en ver-
Gpnade met haar toezegging, om
rawo°rtig te zijn.
HOOFDSTUK VII.
De Prentsche.
Aan den avond van den dag, dat Holles
en Tucker elkander ontmoet hadden, onge
veer op hetzelfde uur, dat Sir John Law
rence in Whitehall vergeefs de noodzakelijk
heid besprak, van -het sluiten van schouw
burgen en andere plaatsen van samenkomst
met het oog op het uitbreken van de pest in
de city zelf, zat Zijn Genade van Bucking
ham aan het avondeten met een vroolijk ge
zelschap in de groote eetzaal van Walling-
ford House Elf personen zaten aan een lafel,
waarvoor twaalf gedekt was. De stoel aan
de rechterhand van den Herlog was ledig.
De eeregast, juffrouw Tarquharson, was
nog niet gekomen. Op het laatste oogenhlik
had zij bericht gestuurd, dat zij voor korten
tijd in huis opgehouden werd, en dat, als zij
om die reden zich de eer'zou moeien ont
zeggen aan den avondmaaltijd bij Zijn Ge
nade aan te zitten, zij ten minste Waiimg-
ford House in tijete zou bereiken voor het
voorlezen waarmede Zijne Genade het ge
zelschap zou verheugen.
Het was gedeeltelijk een verzinsel. Er was
niets om juffrouw Farquharson op te houden
dan een weder opkomen van haar onrustige
gevoelens, die haar waarschuwden legen de
vermeerdering van vertrouwelijkheid, die
van zelf zou volgen op haar deelnemiüg aan
het avondeten bij den Hertog. Hel stuk was
echter iets anders. Daarom zou zij haar
komst zoo inrichten, dat zij den maaltijd af
geloopen vond en het voorlezen op het punt
was van te beginnen Om heelemaal veilig
(e zijn. zou zij twee uren later dan zij genoo-
digd was naar Wallingford House gaan:
Zijn Genade was geërgerd door haar
boodschap en hij had den maaltijd wel tot
haar komst willen uitstellen, maar zijn gas
ten lieten hem niet geheel vrij in dit geval.
De waarheid was, dat er nog geen eerste be
drijf bestond, want de hertog had er nog geen
regel van geschreven en zou het waar
schijnlijk ook nooit doen, en daar het sou
per het geheele onthaal vormde, volgt daar
uit, dat dit gerekt zou worden, en dat. hoe
laat zij ook kwam, zij alle kans had het ge
zelschap nog aan tafel te vinden. Daaren
boven was haar late komst len slotte niet
van beteekenis. Inlusschen wachtte de
ledige stoel aan de rechterhand van den her
tog op haar.
Het was een zeer vroolijk gezelschap, dat
gaandeweg nog vroolijker werd. Daar was
Etheredge. natuurlijk, die de geheele zaak op
touw had gezet en Sedley, die andere be
gaafde verkwister.
De jongste Rochester zou van de partij ge
weest zijn, maar hij was op het oogenblik in
den Tower, waarheen hij gezonden was als
een gevolg van zijn hoogst dwaze poging, om
juffrouw Mallet twee avonden te voren te
ontvoeren. Maar Sir Harry Stanhope nam
zijn ledige plaats in. En natuurlijk was er
Sir Thomas Ogle, de groote vriend van Sed
ley, en twee andere hperen. wier namen niet
bewaard zijn gebleven. De dames waren van
minder voornamen stand. Er was de betoo-
verende kleine Anne Seymour, gezeten tus
schen Stanhope en Ogle zou zij waar
schijnlijk een twistappel tusschen hem wor
den. Ie meer naarmate zij door het rijkelijk
gebruik van den wijn hun zelfb^heers«:hing
verloren. Er was Moll Davis van het theater
des konings aan den linkerhand van den
Hertog, met Etheredge naast haar, die haar
geheel in beslag nam en er was de ionkere
statige Jane HowdeD mei de brutale oogen.
die haar netten spreidde voor Sir Charles
Sedley, die zich zeer bereid loonde er zich
in te laten vangen. Een vierde dame aan de
linkerhand van Ogle deed wanhopige, maar
vergeefsche pogingen, de aandacht van Sir
Thomas, van juffrouw Seymour af te nemen.
Het feest was zoowel den voornamen gast
heer waardig, als die fraaie kamer met haar
rijk gebeeldhouwde lambrizeering, hooge zol
dering, die door sierlijk gevormde pilaren ge
dragen werd, en verlicht door een honderd
tal kaarsen in reusachtige, vergulde kande
laars.
Het gelach werd luider naarmate de gees
tigheid verminderde. Het souper was afgeloo
pen, en nog bleven zij aan tafel zitten bij
den wijn, wachtend op die late gast, wier
plaats nog steeds ledig bleef. Naast die
ledige plaats zat de Hertog een verblin
dend figuur in een gewaad van glanzend, wit
satijn met diamanten knoopen. die op water
druppels geleken. Tronend in zijn grooten,
vergulden zetel, scheen hij alleen te zitten,
afgetrokken, op een afstand, uit zijn humeur
door de afwezigheid van de dame, ter cere
van wie hij dit feest gegeven had, en boos op
zich zelf, dat hij uit zijn humeur was. alsof
hij een schooljongen, en voor het eerst ver
liefd was.
Hij was de eenige van het gezelschap, die
geen misbruik van den wijn maakte. Hij
wenkte telkens de lakeien weg. die hem na
derden. om hem in te schenken. Zeiden
glimlachte hij 3ls hij een vroolijke scherts
hoorde, die zijn gasten hartelijk deed lachen
Van de koele hoogte van zijn eigen, onge
wone matigheid vond hij ze ruw en verve
lend; hun gelach hinderde hem. Hij wierp
een vermoeiden blik op de gordijnen, die de
hooge ramen verborgen.
Terwijl Slanhope midden in een toast was,
werd de deur achter den Hertog opengewor
pen door een kamerdienaar, wiens slem
plechtig boven het algemeen lawaai uit*
klonk.
„Juffrouw Sylvia Farquharson, Uwe Ge
nade."
Er was een oogenblik stilte als van verba
zing; toen klonken de stemmen luider dan
ooit als een vroolijke toejuiching van de
mededeeling. Buckingham sprong op, en vele
anderen stonden met hem op om de iaat-
verschijnende gast behoorlijk welkom te hee-
ten. Stanhope, met één voet op zijn stoel,
den anderen op de tafel, boog voor haar.
Zij stond ademloos en plotseling verbleekt
boven aan de drie treden, die naar de kamer
voerden, haar verschrikte, wijdopen oogen
zagen met vrees naar dat looneel van brood
dronkenheid.
Zij zag de hooge, witte gestalte van den
Hertog op zich afkomen, zijn oogen dicht
geknepen, even een glimlach om zijn vale
lippen, de beide handen ter verwelkoming
uitgestoken. Mij bewoog zich met die bijna
overdreven bevalligheid, die hem eigen was,
en hij. len minste, gaf geen bewijs van die
dronkenschap, die de gasten van dit leest
kenmerkte. Maar zijn matigheid stelde haar
niet gerust. Van bleek, zooals zij eeTst ge
weest waren, werden haar wangen het
scheen haar toe haar geheele lichaam
donker rood Nu werd zij weer bleek, thans
van walging en angst.
Als betooverd zag zij een oogenblik Zijn
Genade nader komen. Toen keerde zij zich
om en vluchtte; met de gevoelens van
iemand, die een oogenblik'gpblikt had in een
helschen afgrond en weggeschrikt was in
een plotselinge angst, van verzwolgen te
worden.
(Wordt vervolgd.)