geldkoningêïL
No. 20487
LEIDSCH DAGBLAD, Maandag 27 December
Tweede B!ad Anno 1926
BINNENLAND.
GEMENGD NIEUWS.
INGEZONDEN.
FEUILLETOH.
DE RADIO-OMROEP.
De verdeeling van de partijen over de
zenders.
Een conferentie heeft plaats gehad tus-
schen den Minister van Waterstaat en de
heeren van Deurne, resp. van de Christe
lijke Radiovereeniging en den Hilversum-
schen draadloozen omroep. Men kwam
overeen, dat de Roomsch-Katholieken. de
Orthodox-Chrislelijken en de Vrijz.-Pro-
testanten te zamen gebruik zullen maken
van den zender van de R.-K. en de Ortho
dox-Chnsteliiken. terwijl het in de bedoe
ling ligt, dat de Hilversumsche draadlooze
omroep en de Vereeniging van arbeiders
radio-amateurs zich van den zender der
Ned. Seintoestellenfabriek zullen bedienen.
DE KERSTREDE
VAN DEN SOCIALISTEN-LEIDER.
De Katholieken .aansprakelijk voor
verzwakking van den volksinvloed.
Te Amsterdam heeft de leider der S. D. A.
P.-fractie in de Tweede Kamer, ir. Albarda,
z'n Kerstrede gehouden, waarin hij consta
teerde dat het afgeloopen jaar niet rijk is ge
weest aan belangrijke gebeurtenissen.
Er viel, zoo ging hij verder, een matheid
en een zekere male van bewegingslposheid
in onze partij te conslaleeren, waaruit mag
worden afgeleid, dat wij ons bevinden tus-
schen twee tijdperken van activiteit.
Uitvoerig ging de heer Albarda nog eens
de feiten na, die aanleiding hadden gegeven
tot de langdurige kabinetscrisis in November
1925 ontstaan. In den loop van zijn uiteen
zetting merkte hij op, dat de tijden voorbij
zijn, waarin de liberalen zich van hun
macht bewust waren. Als politieke factor is
de arbeidersbeweging daarentegen van groot
belang geworden, van dien aard zelfs, dat de
burgerlijke partijen zonder den steun der ar
beidersklasse niet vermogen te regeeren. On
danks dezen vooruitgang, zijn de arbeiders
nog niet zelfstandig. Toch, vervolgde spr.,
nadert het tijdstip onzer zelfstandigheid.
Sprekende over het huidige extra-parle
mentaire Kabinet gaf de heer Albarda ais
zijn meening te kennen, dat dit de ontwik
keling der democratie tegenhoud! Tegenover
de Kamers is de Regeering te sterk. Van
eenig verband is geen sprake; bovendien is
het Parlement niet bij machte de Regeering
te dwingen Uit hel feit, dat dit intermezzo
kabinet aangenomen moties zonder meer
naast zich neer durft leggen, spreekt duide
lijk, dat de volksvertegenwoordiging aan
zeggenschap en invloed heeft ingeboet. Hier
door ontstaat het gevaar, dat het Neder-
landsche volk het vertrouwen in de demo
cratie verliest, zoodat het geneigd is elders
heil te gaan-zoeken.
Met slemverheffing, riep de heer Albarda
vervolgens uit, dat de katholieken aanspra
kelijk geacht moeten worden voor de ver
zwakking van den volksinvloed. Spr. kan
niet inzien, waarom de katholieken er te
gen zijn om met de S. D. A. P. een democra
tische meerderheid te vormen.
Dat er bitterheid en wrok in de harten der
R.K.-arbeiders leeft jegens hun werkgevers
kan, gezien de feiten, zooals die in het be
kende rapport van het R.K.-Werklieden Ver
bond zijn gepubliceerd, niet meer geloochend
worden.
In den boezem der R.K.-werknemers moet,
zeide spreker, de vraag riizen of thans Ie
tijd niet gekomen is. dat men afziet van ver
deren steun aan de R K. werkgevers ten
einde zich bij de sociaal-democraten aan te
sluiten met hel.oogmerk het moderne kapi
taal te fnuiken.
Voortgaande betoogde de heer Albarda, dat
men moet komen tot samentrekking der de
mocratische macht. Ten einde zulks moge
lijk te maken moet allereerst de invloed der
soc.-dem. partij vergroot worden; zulks kan
alleen als gelijkdenkenden niet schromen
zich bij de partij aan te sluiten. Met blijd
schap constateerde de heer Albarda voorts,
dal het op Pinksteren j.! gehouden interna
tionale feest der A. J. C. voor de toekomst
schoone beloften inhoudt. Tijdens deze festi
viteiten kwam voornamelijk tol uiting de
éénsgezindheid van de aanstaande leiders.
Ook de in September j.l. gehouden ontwape-
ningsbetooging is, volgens spT., een daad ge
weest. die niet heeft nagelaten indruk te
oefenen op ons volk.
In dit verband zeide de heer Albardfc niet
te gelooven, dat het S. D. A. P.-voorstel tot
ontwapening, dat in Februari in behande
ling komt, zal worden aangenomen, aldu3
„De Crt.".
Dit neemt echter niet weg, dat de behan
deling op zichzelf reeds als een gewichtige
gebeurtenis is te beschouwen, omdat daarin
ligt opgesloten, dat de onlwapeningsgedachte
voor practische uitwerking geschikt is ge
maakt.
Er gaat een gerucht, zeide spr., dat van
burgerlijken kant niet aan het debat zal
worden deelgenomen. Indien zulks juist
mocht blijken te zijn, voorspel ik dat de ont
wapeningsbeweging den aanhang zal krijgen
van het geheele Nederlandsche volk.
Spr. betwijfelde niet of het socialisme zal
op den duur die groote problemen weten op
te lossen, die leiden tot dit ideaal: „levens
behoud der menschheid".
EEN INTERNATIONAAL NEUTRAAL
VAKVERBOND.
Bijeenkomst te Utrecht.
Dezer dagen heeft te Utrecht een bijeen
komst plaats gehad als vervolg op een vorig
jaar te Luxemburg gehouden bespreking
over de stichting van een Internationaal
neutraal Vakverbond.
De vergadering werd in de ^ochtendzit-
ting geleid door den voorzitter van het alge
meen Nederlandsch Vakverbond, den heer
B. de Boer en in. de middag- en avondzit-
ling door den voorzitter van het C. N. 0. P.
den heer Cohen.
Van de bij het A. N. V. aangesloten
Bonden waren alle voorzitters en secreta
rissen uitgenoodigd.
Na een uiteenzetting van den voorzitter
wat er reeds vroeger is gedaan, deelde hij
mede dat de voorbereidende werkzaamheden
er nu toe hebben geleid, dat volgend jaar
de stichtingsvergadering op de voorloopige
stichting zal kunnen volgen.
De heer Berghuys, secretaris A. N. V. gaf
daarna een uiteenzetting van hetgeen dit
jaar is verricht.
Voorts gaf de heer Cramer een overzicht
van heigeen mogelijk is om te komen tot
de oprichting van een internationale van
spoorwegpersoneelbonden.
De heer Lemmer van het Duitsche Vak
verbond zeide dat aan de Handelc- en Kan-
toorbediendenvereeniging Mercurius nog
maals gevraagd zal worden zich bij den I.
B. N. A. aan te sluiten. In de tweede helft
van 1927 zal dezp in Berlijn zijn tweede
congres houden. Spr. stelde voor dan tege
lijkertijd daar de definitieve stichtsingsver-
gadering van de Algemeene Neutrale Inter
nationale te houden, terwijl dan eveneens
de spoormannen kunnen samen komen om
te doen wat de Handels- en Kantoorbedien
den reeds bereikten.
De voorzitter, de heer Cohen, onder
steunde dit voorstel, hetwelk na eenige dis
cussie werd aanvaard.
NED. BOND
VAN GEMEENTE-AMBTENAREN.
Bij enkele candidaalstelling zijn als be
stuursleden van de afd. Zuid-Holland van
den Ned. Bond van Gemeente-ambtenaren
herkozen de heeren C. J. van der Lelie,
hoofdcommies ter secretarie van Leiden en
K. de Boer, secretaris van Hardinxveld.
PROV. STATEN VAN ZUID-HOLLAND.
De winterzitting der Prov. Staten van
Zuid-Holland zal worden voortgezet op
Dinsdag, 28 December, des voormiddags te
11 uur.
EEN NIEUWE WERKGEVERSBOND.
Naar wordt medegedeeld, is in beginsel
besloten tot de oprichting van een Bond
van werkgevers in het Heerenkleedingbe-
drijf, welke in de plaats treedt van den
meer lossen organisatievorm, welke sedert
eenige jaren in dat bedrijf bestond, n.l. de
belangengemeenschap van werkgevers in
het maat-confectiebedrijf.
De constitueerende vergadering van den
nieuwen bond zal gehouden worden op
Donderdag 13 Januari a.s. Het secretariaat
is gevestigd Keizersgracht -128 te Am
sterdam.
EEN BANKBILJET VAN 120.
De directie van de Nederlandsche Bank
maakt bekend, dat zij na 27 December 1926
een bankbiljet van f 20 in omloop zal
brengen.
NEDERL. LIKEUREN NAAR FRANKRIJK.
Naar de „Te!" verneemt zal de invoer
van jenever en likeuren uit Nederland in
Frankrijk eerstdaags weer toegelaten wor
den. Het desbetreffende decreet wacht alleen
nog op de onderteekening van Poincaré, den
minister van Financiën. De ingevoerde hoe
veelheden zullen alleen niet die van 1913
mogen overtreffen.
De actie van Nederlandsche zijde ten
einde een opheffing van het verbod van in
voer van Nederlandsche likeuren te verkrij
gen is ingezet naar aanleiding van de we
der toelating van Engelsche whiskey in
Frankrijk.
OFFICIEELE BERICHTEN.
Bij Kon. besluit is J. Schild erkend en
toegelaten als consul van Oostenrijk te Pa-
dang voor Sumatra;
is B. Simon-Fehr erkend en toegelaten
als consul van Zwitserland te Medan voor
de Gouvernementen Oostkust van Sumatra
en Atjeh en Onderhoorigheden, alsmede de
residentie Tapanoeli;
is benoemd tot burgemeester der ge
meente St. Philipsland H. P. Ivleppe;
zijn met 1 Januari benoemd tot accoun
tant der directe belastingen: ie Arnhem
B. Holtland, adj-accountant der directe be
lasting, aldaar; te Amsterdam le bureau
J. O. T »v;enzen, adj.-accountant der directe
belastingen aldaar; te Arnhem L. IJofstra,
adj.-accountant der directe belastingen al
daar; te Rotterdam 2e bureau A. H. J.
Schmitz, adj.-accountant der directe belas
tingen aldaar; te Haarlem W. Schmidt,
adj.- accountant der directe belastingen al
daar; te Haarlem T. Popma, adj.-accoun
tant der directe belastingen aldaar; te
Breda A. Oudt. adj.-accountant der directe
belastingen aldaar;
is met 1 Januari op verzoek eervol ont
slag verleend uit 's Rijks dienst, met dank
betuiging voor de aan den lande bewezen
diensten: aan A. J. J. En te, ontvanger der
directe belastingen, invoerrechten en ac
cijnzen te Tilburg; C. J. Plomp, ontvanger
der successierechten te Utrecht;
is benoemd tot ontvanger der successie
rechten no. 1 te 's-Gravenhage J. J. Berde
nis van Berlekom, inspecteur der registra
tie en domeinen te Haarlem 49e divisie;
is benoemd tot ontvanger der directe be
lastingen, invoerrechten en accijnzen le
Budel (station) J. Mennink, assistent dier
middelen te Dordrecht.
UIT NED. OOST-INDIE.
NA HET COMMUNISTEN-OPROER.
Drie personen ter dood veroordeeld.
BATAVIA, 24 Dec. (Aneta). De landraad
deed heden uitspraak in de zaak van den
moord op den politie-agent Karet en het
verwekken van oproer en sprak de volgen
de* vonnissen uit; een beklaagde werd ver
oordeeld tot levenslange gevangenisstraf,
één tot 20 jaar gevangenisstraf en drie an
deren tot de doodstraf.
F.r was zeer veel publieke belangstelling.
Het gebouw stond onder sterke politie-be-
wakmg.
AUTO-ONGELUK
MET DOODELIJKEN AFLOOP.
Zaterdagmiddag, heeft op de West-Kruis
kade te Rotterdam een doodelijk ongeluk
plaats gehad. Te kwart voor vijf kwam ue
62 jarige koetsier B. Th. A. Schoolwerth,
wenende Oudaenstraat. met zijn collega
W. G V. uit de Gouvernestraat en wilde
daarna nog voor een stilötaanden motorwa
gen van lijn 15 de West-Kruiskade over
steken. Reeds waren de beide mannen de
tram gepasseerd, toen snel uit de richting
van den Mauritsweg een personenauto na
derde, welke bestuurd werd door den '22-
jarigen kantoorbediende A. C. M. K., wo
nende Heemraadsingel. V. kon nog juist
het trottoir bereiken, doch S., die op
klompen liep, was niet zoo snel ter been.
Hij werd door de auto tegen den grond
geslingerd en kreeg zware inwendige kneu
zingen. Per auto van den Geneeskundigen
Dienst werd de man naar het Ziekenhuis
Cooisingel vervoerd, waar hij spoedig over
leed.
De auto is in beslag genomen en pro
ces-verbaal opgemaakt.
MISHANDELING
VAN EEN POLITIE-AGENT.
Zaterdag werd de 36-jarige kermisreiziger
A. N. wegens een overtreding, op den
Schiedamschendijk te Rotterdam aangehou.
den en naar het politiebureau Grooto
Paauwensteeg gebracht. De iqan moest in
de agentenwacht even wachten. Plotseling,
zonder dat er de minste aanleiding voor
bestond, greep hij een ketel warme thee,
die op de kachel stond, en wierp deze naar
het hoofd van den niets kwaads vermoe
denden agent G. V., die aan het linkeroor
bloedend gewond werd en brandwonden
in het gelaat bekwam.
De kermisreiziger is daarop in bewaring
gesteld.
HET SPOORWEGONGEVAL BIJ HAARLEM
Twee seinwachters gestraft.
Naar de „Te!" verneemt zullen naar
aanleiding van het onderzoek naar de oor
zaak van de ontsporing bij de splitsing te
Haarlem, waarbij gelijk men weet, een lo
comotief in een sloot geraakte en een weg
werker licht gewond werd, twee semwach-
teters word^p gestraft, de een, wegens on
voldoende controle van de werking van
den wissel, de tweede ter zake van het
zelfde feit en bovendien wegens onvoldoen
de zorg voor den wissel, reeds vóór de
ontsporing gebeurde Uit het onderzoek
is n.l. gebleken, dat laatstgenoemde sein-
werker reeds voor de ontsporing in verzuim
was.
EEN DUITSCH DIENSTMEISJE
VERDWENEN.
Waar zijn de jnweelen van mevrouw?
De# familie B. te Aerdenhout. had een
Duitsch meisje in dienst. Eenige malen
verving zij de kamenier.
Een week geleden ging het meisje uit
en keerde tot aller verwondering niet terug.
Aanvankelijk dacht men, daar haar koffers
nog ten huize van den heer B. stonden,
dat haar een ongeluk was overkomen en
werd haar vermissing door de politie per
radio uitgeseind.
Dezer dagen vermiste men echter ten
huize van den heer B..de juweelen van me
vrouw, o.a. een groot parelsnoer met ro
bijnen en#saphieren bezet en andere kost
baarheden, een groote waarde vertegen
woordigende.
Bij de Bloemendaalsche politie is het
vermoeden gerezen, dat het meisje naar
Berlijn is vertrokken.
VELE INBRAKEN TE HEEMSTEDE.
Een groote hoeveelheid tafeTzilver gestolen.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag
is ingebroken in vier velschillende villa's
aan de Zandvoortschelaan te Heemstede.
De inbrekers hebben zich. naar uit het
onderzoek is gebleken, vóór de inbraak
schuil gehouden achter eenige broeikassen.
In de eerste villa brachten zij het niet
verder dan de keukendeur. Daar werd
f 7.94 aan geld meegenomen In de andere
huizen werden echter groote hoeveelheden
tafelzilver ontvreemd. De gestolen voor
werpen heeft men waarschijnlijk in de
eerstgenoemde broeikassen ingepakt, waar
na de inbrekers in de richting Haarlem
verdwenen moeten zijn.
Men heeft hen tot dusver niet kunnen
ontdekken.
VERDRONKEN.
Het 14-jarig zoontje van den heer Pos-
tuma te Maastricht is in de Staatsmijn
„Emma" in een der koeUorens geraakt en
verdronken.
Te Overdinkel is een l1/^-jarig kind in
een tobbe met water verdronken.
Te Rotterdam is Zaterdagmiddag de
7-jarige A. N. Wijngaard, wonende Ege»
lantierstraat, in de Rijnhaven to water ge
raakt. Door de kou bevangen, zonk het
knaapje onmiddellijk in do diepte.
Burgers, die zich in een roeiboot bega
ven, slaagden er spoedig in den drenke
ling op het droge te brengen, waarna ge-
ruimen tijd kunstmatige ademhaling werd
toegepast, echter zonder resultaat. Dr. v.
d. Berg kon slechts den dood vaststellen.
DE VERDUISTERING TE DODEWAARD.
Naar ,,Het Hbld." verneemt heeft de
aangehouden kassier van de Boerenleen
bank te Dodewaard voor den rechtercom
missaris te Tiel een volledige bekentenis
afgelegd Hij was sedert de oprichting van
de Boerenleenbank daarvan kassier en
genoot als zoodanig onbeperkt vertrouwen.
Hoe groot het aldus verduisterde hedrag
is. valt niet te zeggen. De aangehoudene
was ook secretaris van den polder en wet
houder der gemeente.
HET MEISJE UIT HET BOSCH.
Naar het ,,Db! v. N.-B." meldt, is de
toestand van het meisje, dat in het Ulven-
houtsche bosch is gevonden en thans ver
pleegd wordt in het St.-Laurentiusgesticht
te Ginneken. langzaam vooruitgaande.
Het bericht, dat een harer beenen zon
moeten worden geamputeerd, is niet juist.
KINDJE IN EEN KUSSEN GESTIKT.
De vrouw van den visscher K. J. Smit,
te Giethoorn, had haar jongste kindje, on
geveer vier maanden oud, zorgvuldig te
slapen gelegd. Toen zij eenigen tijd daar
na eens ging kijken, was de kleine tot
haar groote ontsteltenis in het zachte vee-
ren kussen van het wiegje gestikt.
FAILLISSEMENTEN.
Volgens mededeeling van het Handels
informatiebureau van Van der Graaf Co.'s
Bureaux voor den Handel zijn over de af
geloopen week, eindigende 23 December in
Nederland uitgesproken 81 faillissementen,
tegenover 68 faillissementen in dezelfde
week van het vorige jaar.
Van 1 Januari lot en met 23 December
1926 3710 faillissementen tegenover 4012
over hetzelfde tijdperk van het vorige jaar.
„De eenige keer, dat je me kust, is als
je om geld vraagt", bromde de echtge
noot.
„Lieve genade", verwonderde zich de
vrouw, is dat nog niet dikwijls genoeg."
RECLAME.
5793
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie?
Copie van al of niet geplaatste stukken
wordt niet teruggegeven.
COMMUNISME EN BELEEFDHEID!
M. de R.l
Uw raadsverslag geeft de door mij naar
aanleiding van het afscheid van den bur
gemeester gehouden rede, naar geest en in
houd zeer gebrekkig weer, veel gebrekkiger
dan het nog kortere extract van de N.R.Ct
Dit te herstellen zou een tegenverslag
eischen, waaraan ik natuurlijk niet kan
denken. Maar wel moet ik ten stelligste
ontkennen dat ik geëindigd ben met een
verklaring als uw verslaggever mij in den
mond legt:
„Ondanks dit verschil heeft hij persoon-
Geautoriseerde vertaling naar het Engelsch
van E. PHILIPS OPPENHEÏM
door
W. M. D. SPIES—VAN DER LINDEN.
25)
Zij glimlachte allerbekoorlijkst tegen hem
„En ze hebben mij altijd gezegd, dat En-
gelschen zoo langzaam zijn! zeide zij.
„We! ik ken u nauwelijks een kwartier".
„Maar ik heb u al twee dagen lang ge
zien", antwoordde hij.
„Nu, ik houd van impulsieve menschen",
zeide zij, ..dus ik geloof we! dat ik uw adres
zal vragen voor wij landen. Woont u in
Londen?"
„Ik heb er een huis", antwoordde hij. „Ik
ben er zoowat twee maanden in 't jaar en
soms eenweek-eind in den jachttijd".
„Vertel me wat van Londen, w t u?"
„Historisch," begon hij weifelend, „ben ik
bang
Zij viel hem in de rede, terwijl zij haar
hoofd schudde.
„Neen," zeide zij. „vertel mij van de beste
restauraties en theaters en de manier waarop
de menscheD leven."
„Dat is een uitgebreide opdracht," ant
woordde hij. maar ik zal mijn best doen."
Zij praatten een uur of langer; geen van
beiden lette eigenlijk precies op den tijd.
Plotseling keken ze op en zagen een donkeT
■uitzienden, onberispelijken knecht voor
zich staan.
„De gong voor de lunch is gegaan, uwe
Genade." zeide hij. „Zal ik de reisdekens
meenemen?"
Ze gingen samen op weg naar de eetzaal.
Virginia keek vragend naar hem op.
„U zeide, dat uw naam Mildmay was,"
merkte ?ij op. „Wat bedoelde uw knecht er
mee. om u „uwe Genade" te noemen?"
Hij lachte.
„O, ik heb den man nog niet lang in
dienst," zei hij, „en hij kwam regelrecht bij
een Italiaansfchen hertog vandaan of
iemand anders van adel. Ik veronderstel, dat
hij het uit gewoonte zegt. Ik ben, benieuwd,
of ik het zal kunnen klaarspelen, dat ik aan
uw tafel kom te zitten. De administrateur
lijkt me nogal een geschikte kerel.
,Jk ben nog niet in de eetzaal geweest,"
zei Virginia, „maar het zou erg prettig zijn,
als u ergens in mijn buurt kon zitten."
Het viel den heer Mildmay niet moeilijk
de zaak te regelen. Zijn plaats aan de kapi-
tein's tafel wérd omgeruild legen één, aan
die van den purser en de twee zalen naast
elkaar.
Toen kreeg Virginia, terwijl zij rondkeek,
opeens een lichten schok. Zij hoorde aan
den overkant van de tafel op vriendelijken
toon haar naam noemen en opkijkend merkte
zij. dat vlak over haar de heer Lillleson zat.
„Dag juffrouw Longworth. hoe maakt u
het?" zei deze. ..Ik had er geen idee van.
dal wij mede-reizigers waren."
Zij was bijna te verbaasd om hem be
hoorlijk te antwoorden, maar zij stamelde
wat over een onverwachte reis Naderhand,
op weg naar haar hut. haalde zij hem in
bij een van de trappen en legde haar hand
op zijn arm.
„Mijnheer Littleson," zeide zij, „zoudt u
mij een dienst willen bewijzen?" i
„Natuurlijk," antwoordde hij. „Niets zal
mij aangenamer zijn."
„Vertél* aan niemand iets over mij,"
smeekte 'zij. „Ik bedoel over mijn oom. of
ook maar iets in verband daarmee. Ik steek
over naar Engeland voor iels heel dwaas,
en ik heb maar liever, dat het niet he
kend is."
Het werd Littleson wat crpstig te moede.
Hij was geen kwade kerel en Virginia was
niet veel meer dan een bekoorlijk kind, ter
wijl zij daar zoo met smeekende oogen en
even geopende lippen naar hem slond op
te zien.
„Meent u," vroeg hij, „dat u van uw oom
bent wegeloopen?"
„Dat niet bepaald," antwoordde zij. „Mijn
oom vond het heel goed, dat ik wegging,
maar hij weet niet precies, waar ik ben en
dat weten ze bij mij thuis ook niet. Wilt u
mijn geheim bewaren, als u blieft?
„Zeer zeker!" antwoordde hij.
„Voor iedereen aan boord en ook, als u
brieven zendt uit Queenstown?"
„Wel, ik zal probeeren te doen, wat u mij
vraagt," antwoordde hij, „"maar vóórdat we
van boord gaan. zou ik nog graag eens met
u willen praten."
Hij ging peinzend naar zijn hut. De ge
dachte was nog niet in hem opgekomen, dat
Virginia's reis naar Londen en de zijne mo-
gelük iets gemeen konden hebben.
HOOFDSTUK II.
Overpeinzingen.
Voordat er vele uren van de reis voorbij
gegaan waren, had Littleson gemerkt, dat
Virginia niet in het oog loopend. maar toch
onmiskenbaar trachtte hem Ip ontwijken.
Hij had te Cambridge gestudeerd, was een
soort athleet en een gezien jongmensch van
goede familie; de gedachte kwam echter
geen oogenblik in hem op, dal er iets per»
soonlijks in haar gevoelens kon zijn. Hij
kwam daarom tot de conclusie, dat hij óf
ontdekt had, dat hij niet vreemd was aan
Stella's daad, óf dat zij het doel van haar
reis naar Europa voor hem wenschte geheim
le houden.
Op den middag van den dag, dat zij hem
voor den eersten keer duidelijk getoond
had, dat zij hem op een afstand wilde hou
den ,kwam hij op een gegeven moment met
zijn stoel naast haar zitten.
„Ik ben niet van plan u heel erg lang las
tig te vallen, juffrouw Longworth," zei hij,
„maar ik kan niet nalaten u een vraag te
■doen. Ik verlang niet van u, dat u een mo
gelijke belofte breekt, zelf kan ik u ook niet
veel zeggen, maar ik zou graag willen we
ten of uw bezoek aan Engeland iets te ma
ken heeft, met wat er op zekeren middag
in de bibliotheek van uw oom gebeurde."
„U weet daar dus van af?" vroeg zij
kalm.
„Ja," antwoordde hij. „Ik weet, dal er
een stuk gestolen werd door üw nichtje, die
het aan iemand gaf. wiens naam ik niet
noemen wil, maar die nu in Europa is. Ik
wil u ook dit zeggen: ik steek naar Engeland
over om dien man in het oog te houden. Het
is eigenaardig, dat u, die ook in de zaak ge
moeid was, nu met dezelfde boot Je over
tocht maakt.'
„Hef doel van mijn reis gaat niemand
aan, behalve mijzelf," zei Virginia terwijl
zij over de zee staarde.
De jonge man knikte.
„Ik verwachtte, dat u dat zoudt zeggen.'
merkte hij kalm op. „Toch, onze ontmoeting
noopte mij tot deze vraag. Als ik u in Lon
den met iets van dienst kan zijn, dan hoop
ik, dat u mij dat dadelijk zult laten weten.
Uw oom zou hét mij nooit vergeven, als ik
niet alles voor u deed. wal ik kon."
Virginia lachte eenigszins bitter.
„Mijn oom,' zeide zij, „zal waarschijnlijk
zijn hoofd niel over mij breken. Hij heeft in
hel vervolg mijn diensten niet meer noo-
dig. Als ik terug ga, ga ik weer naar mijn
eigen familie."
Littleson had werkelijk met haar te doen.
Hij voelde, dat tot op zekere hoogte dit alles
zijn schuld was.
„Dat is juist iets voor Phineas," zei hij,
„Hard als staal én zonder een greintje mede
gevoel. Ik zie niel in, hoe u iets doen kunt
aan wat gebeurde. U stond niets vrijwillig
af. U hebt aan niemand wat verteld."
„Mijn oom oordeelt alleen naar den uit
slag,' zeide Virginia. Per slot van rekening
is die manier onfeilbaar. En nu ga ik wat
lezen. Vindt u het goed? Van praten krijg ik
hoofdpijn."
Hij boog en ging heen. Voor een uur of
langer liep hij hel dek aan Je andere zijde
op en neer en dacht na. Het wa9 natuurlijk
onmogelijk, dal dit kind den oceaan over:tak
in de hoop het stuk van Norris Vine los te
krijgen, waar al hun aanbiedingen en hun
overredingen hem niet hadden kunnen be
wegen er afstand van te doen. En toch kon
hij haar reis niet verklaren. Hij wist heel
goed. dat Phineas Duge geen vrienden of
familie in Engeland had. En pas een paar
weken geleden had Virginia, toen zij aan
tafpl me! hem praatte, hem verteld, dat zij
voorvers! zeen hoop koesterde naar Europa
te gaan Later op den dag. zond hij een
mareonigram naar New York. Misschien zou
Weis? hegrijpen wat er achter stak, dat dit
kin'' •- de boot was.
Qïordt ïervolgd),