vn fotdgrrm
i
df wilde hertogin.
No. 20450
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 12 November
Derde Blad Anno 1926*
DAT SPREEKT
GEMENGD NIEUWS.
FEUILLETON.
Holland ontvangen bericht, de matroos
Zwaan door een stortzee om- boord ge-
slager en verdronkeiL Zwaan W3S te Rotr
teraam woonachtig.
HET ONGEVAL BIJ HALFWEG.
D wachter P. Hamelink uit Haarlemmer
meer, die Dinsdagavond aan de Zwetbrug
onder Halfweg bij het daar geplaatste wacht
huisje door een auto werd overreden en
zeer ernstig gewond werd, is in het St. Eli
sabeth gasthuis te Haarlem overleden.
DE GOUDZOEKER.
De 21-jarige Duitscher K., die dank zij de
activiteit van twee Bloemendaalsche politie
mannen geknipt werd, toen hij met zijn buit
uit de villa van mevr Coninck Westenberg
Calkoen te Aerdenhout per E.S.M naar
Amsterdam vertrekken wou, is een eigen
aardig man Men staat nog voor de vraag:
Is hij een slimme simulant of een abnormale
zonderling? Als zijn blik valt op de in be
slag genomen gouden voorwerpen, die hij
buitgemaakt had, schitteren zijn oogen en
aroept hij in bewondering uit: „Gold gold!"
Verder mompelt hij iets, wat beteekenen
moet: „Wat is goud toch mooi!"
Als men gelooven mag wat de Duitscher
vertelt, heeft hij in zijn jonge leven al heel
wat doorgemaakt München is zijn officieele
woonplaats, waar hij al eenigen tijd in de
gevangenis heeft doorgebracht. Na zijn vrij
lating heeft hij eerst in Zwitserland ver
toefd. waar hij als ongewenschte vreemde
ling over de grens werd gezet. Hij heeft
door Frankrijk en België gezworven en is
ten slotte te Rotterdam gekomen, waar hij
beweert gewerkt te hebben. Daarna is hij
steeds noordelijker getrokken en eindelijk
was hij te Haarlem gekomen. De naam Bent
veld had veel indruk op hem gemaakt. Ik
dacht dadelijk, zei hij: hier moet goud te
vinden zijn. Zijn aandeel in het goudbezit
van de wereld moest hij daar vinden. Dins
dag omstreeks half twaalf ging hij met de
tram naar Bentveld en hij heeft daar, naar
hij verklaarde, naar goud loopen zoeken. Ik
heb, zoo vervolgde hij zijn verhaal, steeds
ondervondenZoolang iemand zoekt, vindt
hij, en het goud heb ik dan ook gevonden
al was het dan niet in Bentveld, dan toch
dicht daarbij.
Van de belichting, het goud gestolen te
hebben, wil hij niets weten; niet gestolen,
alleen afgehaald, is zijn uitlegging.
De commissaris van politie te Zandvoort
deelde het volgende mee aan de „N. R.Ct.":
De aangehouden Duitscher is naar Zand-
voor gebracht, omdat hij verdacht werd, drie
weken geleden ook te hebben ingebroken in
de onbewoonde villa aan den Boulevard de
Favauge. In een bed, waarin de inbreker
dien nacht blijkbaar rustig heeft geslapen, is
een tramkaartje gevonden, dat verkocht is
den avond voor de inbraak te Zanlvoort aan
een persoon, die 's avonds met de laatste
tram van Haarlem naar Zandvoort was ge
gaan. De afgifte van dit kaartje door den
conducteur heeft plaats gehad in tegenwoor
digheid van vier Zandvoorters. Al deze vijf
personen hebben in den Duitscher den man
herkend, die het kaartje dien avond heeft
gekocht De herkenning was daarom gemak
kelijk, omdat op zijn jas een zilveren speldje
bevestigd was, voorstellende een zilveren
baarsje, wat het insigne is van de Henge
laarsclub Tusschen het Riet. Ook dit speldje
is drie weken geleden in het bewuste bed ge
vonden.
De man heeft zeer waarschijnlijk eenige
weken geleden ook inbraak gepleegd in een
te Heemstede liggende motorboot. Daar is
een insigne, voorstellende een zilveren
baarsje, ontvreemd Ook is daar gestolen een
damesvest, en ditzelfde vest had de Duit
scher nu aan.
De Duitscher ontkent intusschen halsstar
rig. de inbraken te Zantvoort en te Heem
slede te hebben gepleegd.
JEUGDIGE BOEFJES.
Sedert eenigen tijd werden bij de politie
te Roosendaal voortdurend aangiften ge
daan van kleine diefstallen, meerendeels
door caféhouders en winkeliers, die grootere
of kleinere bedragen uit de lade misten. De
politie mocht er thans in slagen een tweetal
jeugdige boefjes achter slot en grendel te
zetten. Zekere W. J. en G. de Gr. die bij na
der onderzoek aan een groot gedeelte dezer
diefstallen schuldig bleken. Hun laatste ver
grijp pleegden ze in het kantoor van het
lompenmagazijn van den heer Tree aan de
Spoorstraat, waar zij zich meester maakten
van 5 rolletjes dubbeltjes, te samen f 60.
Ze gebruikten het geld voor snoeperijen,
sigaretten en bioscoop.
Er schijnt nog een derde jongen bij het
complot betrokken te zijn.
AUTO DOOR DEN TRAM GEGREPEN.
Op de St Annalaan te Nijmegen is een
auto, bij het passeeren van de Maasbuurt-
stoomtram door de locomotief aan de ach
terzijde gegrepen en zoo goed als geheel
vernield. Persoonlijke ongelukken hadden
i niet plaats.
SCHIP GEZONKEN.
Gistermiddag is op de Waal onder Her
wijnen gezonken het schip Scheepvaart 5,
groot 69 ton van de gebr. Roest Co., te
Schiedam. De schipper, J. v. d* Sluys, en
zjjii knecht werden gered.
GROOTE BOERDERIJ AFGEBRAND.
Gisternacht is een stelphuizinge te Deer-
sum, eigenaar jhr. Godin de Beaufort in
Den Haag, en bewoond door den heer Theu-
nis Sijbrandi, totaal afgebrand. Omstreeks
12 uur 's nachts hoorde de bewoner een
eigenaardig lawaai, de dakpannen n.l. vie
len al kletterend op den zolder. De heer Sij
brandi stond natuurlijk dadelijk op en ont
dekte, dat de middelste golle in lichten laaie
stond. Onmiddellijk werd in de woonslaap-
kamer een raam opengeschoven, waardoor
de bewoners, man, vrouw en zeven kinde
ren van 5 tot 14 jaar een der kleinen lag
met een gebroken arm te bed zich uit de
woning konden verwijderen.
In het dorp had de arbeider A. Wallinga
reeds ontdekt, dat de hoeve in vlammen
stond en alarm gemaakt.
Om twee uur arriveerde de motorbrand
spuit uit Rauwerd. Evenwel de felle Zuiden
wind had het vuur reeds zoodanig aange-
wakkerd, dat niets meer gered kon worden.
Zelfs het kistje, dat het huurcontract en de
waardepapieren bevatte, moest worden ach
tergelaten. De heer Sijbrandi kon slechts
zijn portefeuille inet geld meenemen.
Ook de op stal staande dieren, 29 koeien,
10 hokkelingen en 1 kalf, benevens al het
pluimvee, kwamen in de vlammen om. De
kalverieren liepen in het land cn zijn dus in
het leven gebleven alsook de paarden, die
gisteravond bij wijze van uitzondering inde
weide waren achtergelaten. De 10-jarige
Gosse, het zoontje van den boer, die belast
was met het stallen van deze dieren, had ze
gisteravond in verband met de drukte van
het St. Maartensvuurtje, dat de kinderen op
10 November plegen te branden, maar laten
loopen.
VERDRONKEN.
Te Hooghalen is de hulpbesteller der
posterijen de heer J. Wold, die per rijwiel
de buitenbestelling deed, door de duisternis
misleid, in het Oranje-kanaal geraakt en
verdronken.
Veldwachter, (tot een boer, die varkens
voortdrijft): Zeg weet je niet, dat hier
slechts voetgangers mogen loopen?
Boer (op de varkens wijzend). Noem je
dat soms cavalerie?
NED. HERV. KERK.
Beroepen: Te Varik. H. Kluin, te Angeren.
Bedankt: Voor Kamperland, A. M. v. d.
Most van Spijk, te Opwierde.
GEREF. KERKEN.
Beroepen: Te Eede, W. Seinen, te Opper
does.
CHR. GEREF. KERK.
Beroepen: Te Zwijndrecht, W. J. van Ree
te Schiedam.
Bedankt: Voor Nieuwe-Pekela, J. L. de
Vries te Rijnsburg.
DE GEREFORMEERDE KERKEN.
Gisteravond is een vergadering gehouden
van ongeveer vjjftig „bezwaarde" leden der
Gerei. Kerk van Amsterdam-West, die nog
RECLAME.
VAN OUDS BONGENAAD
APOT HE K E R-SÖ'JK. 27- T E L 306.
9922
niet, zooals andere bezwaarden, tot de Ned.
Geref. Kerk van Amsterdam-Zuid waren
overgegaan.
Op de vergadering werd besloten, dat
men zich en bloc zou aansluiten bij da
Ned. Geref. Kerk van Amsterdam-Zuid, al
dus „Het Hbld.". Men wil het aan den
Raad dezer gemeente overlaten, later uit
to maken, of de stichting van een Ned.
Geref. Kerk te Amsterdam-Weet wensche-
ljjk is.
De classis Workum heeft gisteren de
zaak van ds. S. P. Vermeer te 0ud6mirdum
naar een commissie verwezen en is daarop
verdaagd tot 24 November.
VRIJZINNIG-HERVORMDEN
IN Z.-HOLLAND.
De Prov. Vereeniging van Vrijzinnig-Her
vormden in Z.-Holland hield haar najaars
vergadering in Hotel De Burcht te Voorburg
onder leiding van d9. J. P. de Graaf van
Naaldwijk. In zijn openingswoord wees spr.
er op, dat van de vrijzinnige gemeenten in
Z.-Holland slechts vacant zijn Zwartewaal
en Kedichem. Wat de jl. gehouden kerke
lijke verkiezingen betreft, alle vrijzinnige
meerderheden wisten zich te handhaven be
halve in Boskoop, waar het kiescollege
thans „om" i3 en in meerderheid rechts.
Evenwel niet dan na ingespannen strijd. In
de gemeente Gouda is door de bizondero
geesteshouding van den eenigen vrijzin
nigen predikant, de linksche meerderheid
reeds langen tijd verloren gegaan. Spr. me
moreert het overlijden van het bestuurslid,
de heer Joustra van Leiden, die als voorzit
ter van de afd. Leiden en lid van het be
stuur der Prov. Vereeniging veel tijd en toe
wijding gegeven heeft aan de zaak der
Vrijz.-Hervormden.
Een verblijdend verschijnsel is, dat dank
zij den propagandistischen arbeid van den
penningmeester der vereeniging bijna 300
verspreide leden voor de vereeniging zijn ge
wonnen; o.a. in 20 gemeenten waar de ver-»
eeniging tot nu toe geen relaties had In ver
band met de steeds meerdere arbeid, die van
het bestuur gevraagd wordt, wordt overwon
gen het bestuur met 2 leden uit te breiden.
Op de a.s. algemeene vergadering zullen de
ze twee nieuwe bestuursleden worden ver
kozen.
Met blijdschap mag geconstateerd worden,
dat de beweging van de Vrijzinnig-Her
vormden over het geheele land wint aan
kracht.
Als plaats voor de eerstvolgende algemeene
vergadering wordt aangewezen Hoek van
Holland.
In de vacature-Jouslra wordt verkozen de
heer dr. K. H Boersema, voorganger van de
afd. Vrijz. Herv. te Leiden.
Na de pauze geeft ds M. C. van Wyhe
van Amersfoort een inleiding over de Vrij
zinnig-Hervormde propaganda, speciaal
door het georganiseerde vereenigingsorgaan
Kerk en Volk Een breede en geanimeerde
gedachtenwisseling volgt op dit referaat,
waarna de voorzitter met een opwekkend
woord de goedbezochte vergadering 9luit
POSITIE NIET-DOCEEREND
HOOGER-ONDERWIJS-PERSONEEL.
In de jongste vergadering der bijzondere
commissie voor georganiseerd overleg voor
't niet-doceerend hooger-onderwijspersoneel
DE MOORD TE ROTTERDAM.
De dader gevat
Plotseling, terwijl de politie reeds eeniger-
mate de hoop had opgegeven den dader van
den moord in de Asterstraat te Rotterdam te
zullen vinden, is gisternacht door de verkla
ringen van een getuige, die zich tot nog toe
stil liield de vermoedelijke moordenaar van
K. Remgoud gearresteerd en in verzekerde
bewaring gesteld. Hoewel de aangehoudene,
de 36-jange caféhouder R. de Ruyter van de
Maashaven, blijft ontkennen, zijn de aan
wijzingen tegen hem thans zoo sterk, dat hij
in arrest blijft.
Deze zelfde caféhouder werd Zaterdag
avond vrij kort na het gebeuren gearresteerd,
daar men wist, dat hij Reingoud zeer vijan
dig gezind was, omdat deze met zijn vrouw
in ongeoorloofde betrekking stond. De Ruy
ter was tengevolge hiervan aan den irank
geraakt en had zich reeds eenige malen -op
een dreigende wijze over Reingoud uitgela
ten. Op den middag van het gebeuren, was
Reingoud in een café geweest, waar ook de
caféhouder de R. binnen kwam. Deze had
hem toen, althans zoo luiden de getuigen
verklaringen, een langen tijd onafgebroken
strak aangekeken, waarop Reingoud gezegd
bad: ,,'t Is geen vriend van me, maar ik be
grijp niet, waarom hij me zoo aankijkt".
Reingoud was daarop nog naar een ander
café gegaan en tenslotte in de Asterstraat
teruggekomen. Daar werd hij, zooals men
zich herinnert, door den moordenaar aange
sproken en even later doodgeschoten.
Behalve de juffrouw, die de beide mannen
ad hooren twisten, was er nog een andere
ptuige geweest, die, toen Reingoud op straat
serviel en de moordenaar wegliep, tegen de
rerschrikt toeloopende menschen had ge
legd: „Zie je niet, dat het allemaal flauwe
ril is, 't is maar een bleekpoeiertje". Daar
op was de dader kalm weggeloopen.
Toen nu de caféhouder des avonds gc-
irresteerd werd, had geen der toen aanwe
zige getuigen in hem den dader herkend, hij
was daarom weer op vrije voeten gesteid.
De politie deed door middel van de pers wel
een verzoek om den getuige, die geroepen
bad dal het geen ernst was en dat er slechts
met een kinderpistool geschoten was. uit te
vinden, doch deze hield zich schuil. Het on
derzoek had daardoor, nagenoeg geen voort
gang. Daar de politie nog te weten was ge
komen, dat de man, die door zijn opmerking
den moordenaar de kan9 had gegeven, rus
tig te ontkomen, ook gezegd had, dat hij wel
wist, wie het gedaan had, heeft zij alle mo
gelijke moeite gedaan, dezen getuige, of
schoon hij zich niet vrijwillig kwam mei
den, toch te kunnen hooren. Door combina
tie der verschillende getuigenverklaringen
Ion worden uitgevonden, wie dit vermoede
lijk moest geweest zijn. Men stuurde een
agent naar zijn woning met het verzoek of
de man op het bureau wilde komen.
Toen de getuige, die inderdaad wist, wie
ile moordenaar was, van zijn vrouw hoorde,
kt men hem op het politiebureau had onl-
öden, werd hij zeer ongerust. Hij ging de
■'^at op, liep heen en weer, kon niet lot
besluit komen en ging tenslotte, 's nachts
j? kwart voor een naar het bureau aan dc
fiul Krugerslraat, waar hij zeide, dat hij
morgens niet komen kon, omdat hij zijn
*erk dan zou verzuimen, doch, daar nij wel
ids te vertellen had, 's avonds zou verschij
nen.
Toen vertelde de getuige, een havenarbei-
•fer, ongeveer het volgende:
Zaterdagmiddag moest ik naar iemand toe
liep, daar ik nog te vroeg was, een paar
Graatjes om. In de Violierstraat kwam ik
Jen caféhouder de Ruyter tegen, dien ik wel
tende We groetten elkaar. Toen ik even
--ter voorbij de Asterstraat kwam, zag ik
Ruyter op den rijweg loopen, in sen
'Wistgesprek gewikkeld met een man, die op
let trottoir liep en dien ik niet kende. Ik
wilde wel eens zien, wat dit te beteekenen
«ad en ging daarom achter de beide man
den aan. Omdat ik niet wilde dat een huil
er zou merken, dat ik hen volgde, ging ik
Joor een winkelruit staan en deed alsof ik
oe étalage bekeek; in werkelijkheid lette ik
tthter goed op. Plotseling zag ik de R. naar
2l)n achterzak tasten en hoorde even later
dö schoten Ik dacht toen heusch, dat het
^en ernst was en riep daarom dat het
Dit het Duitsch door ERNST KLEIN
Geautoriseerde vertaling
van L. DITHMARINE
(Nadruk verboden.)
41)
i.Gisteravond telefoneerde een vreemde
ame, dat Gloria vanavond in Ostende
"geloof in de Kurzaal de papieren kon
afhalen..."
>.De papieren?"
Als dolken staken zijn oogen de ver
wrikte vrouw
»Jk bedoel natuurlijk het het.
trdrag Zouden wij nu eigenlijk niet
gaan Sir Walter?"
dp'n 00genb'ik nog, mylady! Een vreem-
dame was het, zegt u. die opbelde? Ook
n uw zuster onbekend? Is het dan niet
l ke.verme^ er 200 maar op af te gaan?
arhi! Bezien.-met welk een schurk-
n ^en<^e te doen hebben!"
Qj" bedoelt toch niet. Sir Walter, dat men
^na in een val zou willen lokken?"
la ori er tiaar toestemming af te wachten.
Bitz m1] ^en telefoonhaak op en vroeg het
iei aan.
daar?" ^eer Aubain uit Parijs nog
IW°q? ^et antwoord kreeg, kwam er
2ijn ge^^an twijfelachtige uitdrukking op
*s Sisteren vertrokken, eide hij; „al
flauwe kul was. De Ruyter liep toen veg.
Pas toen ik zag, dat Reingoud uit zijn hoofd
bloedde, begreep ik wat er gebeurd was. Het
maakte diepen indruk op mij en ik vond het
't beste mij maar stil te houden. Toen ik
eenmaal hoorde, dat ik op het bureau noest
komen, had ik geen rust of duur meer, daar
om ben ik nu maar alles komen vertellen."
De commissaris heeft, toen hij deze getui
genverklaring had, ten spoedigste den café
houder van zijn bed laten lichten en over
brengen naar het bureau aan de Nassau-
kade.
Hoewel de man pertinent ontkende, werd
hij niet vrijgelaten.
Gisteravond is geconfronteerd met de ge
tuigen, die het gebeuren hadden gezien. Ver-
scheidenen hunner herkenden hem nu.
Doordat de bewijzen zich tegen hem opsta
pelden heeft hij tenslotte bekend, de moor
denaar te zijn.
Voorts verklaarde hij den moord niet met
voorbedachten rade te hebben gepleegd. Hij
was Reingoud dien middag toevallig tegen
gekomen en had hem aangesproken over het
feit, dat hij hem zijn vrouw had afgetrog
geld. Toen was hij plotseling zoo kwaad ge
worden dat hij zijn revolver greep en schoot.
Over geld had hij niet met hem gesproken,
volgens zijn bewering. Den revolver Iroeg
hij al geruimen tijd bij zich. niet om R. te
dooden, doch om zich zoo noodig tegen hem
te verdedigen, verklaarde hij verder. Rem
goud zou hem n.l. verschillende keeren be
dreigd hebben.
Na den moord had hij geen rustig oogen-
blik meer gehad en zich om te vergeten, ge
regeld bedronken.
De man verkeerde den ganschen dag na
zijn aanhouding in een zeer opgewonden
toestand en toonde zich na zijn bekentenis
aanmerkelijk verlucht.
Hoewel het koelbloedige gezegde toen hij
zag dat zijn slachtoffer dood was: „Ziezoo,
die is knock out" niet klopt met de bewe
ring dat hij in een aanval van drift had ge
handeld, acht men zijn verklanngen wel
aannemelijk.
Hij zal hoogstwaarschijnlijk wegens dood
slag vervolgd worden en morgen naar hat
Huis van Bewaring worden overgebracht.
ONGEVAL OP EEN MULO-SCHOOL.
In de Mulo-school aan de Prins Hendrik
laan te Rotterdam was het Hoofd der school
M. v. K. bezig om proeven te nemen. Hij
gebruikte daarbij spiritus.
De onderwijzer G. 't H. 9tond met eenige
jongens om de tafel heen. De proef lukte
niet en de onderwijzer wilde eenige spiritus
bijgieten. Hoewel hij gewaarschuwd was,
deed hij het toch en plotseling sloeg een
groote vlam omhoog.
Het hoofd der school en een drietal jon
gens, M. K., A. S. en J. de R. allen dertien
jaar kregen brandwonden in het gelaat
Door een spoedig ontboden geneesheer wer
den zij verbonden.
K. en S. moesten nog naar het ziekenhuis
worden vervoerd om daar verder behandeld
te worden.
ERNSTIGE AANVARING.
Een matroos doodgevallen.
Gisteravond te ongeveer zes uur heeft op
de Maas bij Maassluis een ernstige aanva
ring plaats gehad. Het uitgaande Grieksche
stoomschip „Dimitris" kwam in botsing met
het binnenkomende Noorsche stoomschip
Fagerbro". Beide schepen werden zwaar
beschadigd.
Een matroos die op de brug van het Noor
sche stoomschip stond werd door den schok
van de brug geslingerd en viel op het dek.
Hij werd dood opgenomen.
De beide schepen moesten naar Rotterdam
worden gesleept, daar ze geen van beide op
eigen kracht de reis konden vervolgen.
ONTSPORING.
Gistermiddag zijn op het spoorwegempla
cement Feijenoord, ter hoogte van de
Tweede Rozestraat te Rotterdam, eenige
goederenwagens van een rangeertrein ont
spoord. Het ongeval beperkte zich tot mate-
rieele schade.
OVER BOORD GESLAGEN EN
VERDRONKEN.
Van de sleepboot „Friesland" van he4
bureau Wijsmuller, op reis van Rotterdam
naar Zuid-Afrika, is, volgens te Hoek van
geloof ik niet, dat een man als St. Aubain
de zaak geheel leidt, zoo moet ik toch het
ergste ervan vreezen.Maar wat.hm,
naar Ostende, zegt u, is mevrouw Sains-
bury vertrokken? Zoo? Naar Ostende
Hij geleidde haar naar de auto en bracht
haar naar de gevangenis. Daar liet hij haar
onder hoede van den directeur achter en
nam met een korte buiging afscheid van
haar. Als een bom sprong hij een oogenblik
later in het bureau van zijn oom.
„Sir Arthur, het gevecht is begonnen!"
riep hij, „zij hebben de hertogin uit Londen
weggelokt. Om half elf vertrekt van Liver
pool-station de trein naar Dover die Kan
ik niet meer halen. Maar het schip moet ik
nog bereiken Zoudt u in Croydon dadelijk
een vliegmachine voor mij kunnen bestel
len? Ik haat het vliegen weliswaar
maar het moet nu eenmaal 1"
Sir Arthur deed geen onnoodige vragen,
hij liet zich met het vliegveld verbinden en
gaf zijn instructies.
„Over een half uur zal er een toestel voor
je klaar staan." zeide hij daarop.
Sir Waller had ondertusschen aan een
ander toestel zijn huis opgebeld en zijn
knechts bevolen den koffer, dien hij voor
zulke eventualiteiten altijd gepakt had,
klaar te zetten
Sir Arthur, geef mij twee of drie blanco
papieren ter inhechtenisneming. Ik wil daar
meteen schoon schip maken
Vijf minuten later reed hij. zonder zich
over de verbaasde gezichten van de politie
agenten in de straten te bekommeren, met
een 80 kilometer vaart naar het vliegveld.
Een toestel stond reeds voor den hangar en
de mecanicien was juist bezig den motor
aan te slaan
JJet zeer gemengde gevoelens trad Sn
Walter op de aeroplane toe. Hij bekeek het
lichte, sierlijke ding, waaraan hij zichzelf
ging toevertrouwen, van alle kanten. De
piloot, bruin verbrand, met lichtblauwe
oogen, lachte hem genoegelijk toe.
„U kunt gemakkelijk lachen," zeide Sir
Walter, ,ik wil u er op opmerkzaam maken
dat de tocht in dienst van Z. Majesteit is cn
als u mij niet goed en wel nog vóór de boot
in Dover brengt, zult u voor uw verdere
leven opgesloten worden."
Vijf kwartier later was hij in Dover. Het
was nogal goed gegaan. Zijn maag had wel
19 waar een zwakke opstandige poging ge
waagd. toen het toestel boven zee begon ti
„bumpen". Maar eeD paar flinke slokken
uit zijn cognacflesch en een paar even flinke
ververschingen om zijn gemoed op te luch
ten, hadden het gevaar intijds bezworen. Het
weer was mooi, warm en zonnig, maar de
ellendige kanaalwind deed zich geducht
gelden.
„Een stijve Zuid-Ooster, riep de piloot
van over zijn schouder naar zijn passagier,
„die komt van Biscaye".
Sir Walter knorde een leelijk woord.
Toen hij aan boord van het schip kwam,
stelde hij zich aan den kapitein voor en
vroeg:
„Wat voor een overtocht zullen wij heb
ben. kapitein?"
„Een beetje levendig misschien. Een
stijve Zuidooster. Sir Walter."
„Het is me, of ik dat vandaag al weer ge
hoord heb Als u niets beters weet, kapi
tein
Gloria kwam aan boord en liet zich een
dekhut in orde maken. Zij was vermoeid pn
afgejakkerd Reeds vroeg in dm morgen was
het jachten begonnen. De kaartjes, de pas.
de bank.... Dat alles had Zij tusschen
negen en tien uur in orde moeten maken.
Zij kwam in het geheel niet meer naar huis
terug, maar reed direct door naar het sta
tion, waar moeder Anne haar koffer bracht.
Met veel moeite had zij in den trein nog
plaats gekregen.
Toen was zij eindelijk op de boot. Zij was
dadelijk in haar hut gevlucht want liet
drukke gedoe van de passagiers maakte
haar zenuwachtig. Haar hoofd en ->ogpn
deden pijn. In haar slapen klopte het voort
durend. Zij had nog in het geheel «een
tijd gehad de zaak rustig te overdenken. En
nu, nu zij met een diepe zucht op de kleine
canapé in haar kajuit neerviel, was haar
eerste gedachte haar vader Zij had niet
eens afscheid van hem genomen, nog minder
een reden van haar plotseling vertrek opge
geven. Grace kon zij hierin niet vertrou
wen. 1 In tegendeelZij zou al!e9
kunnen verraden' Harald....! Grace zou
hem de waarheid gaan zeggen I Hij zou
wachtenI Over een of twee dagen zou zij
toch weer terug kunnen zijn. Dan zou hij
vrij komen. Het was bijna een geluk dat hij
de schuld op zich genomen had ten
minste zoo lang. totdat zij de papieren terug
zou hebben. Daarna....!
Neen. Niet daaraan denkenI Haar jon
gen I Neen Neen!
Hoe klein was haar hut! Hoe benauwd*
Zij ging op het dek.
De boot voer juist vanuit de kleine haven
in volle zee. De witte en wild voortstormen
de golven pakten dadelijk het schip. Wier
pen het omhoog en naar beneden hei be
gon te stampen en te rollen op een niets
goeds voorspellende manier voor den ver
deren tocht. Het dek. dat in de haven nog
met lachende, vroolijke passagiers overvol
was, begon nu verlaten 'e worden. De en-
I kelen, die gebleven waren, zochten be-
schutte plekjes op en hulden zich geheel in
hun reisdekens Als af en toe een overmoe
dige golf tot op het promenadedek kwam,
een wolk van schuim om zich heen ver
breidend. lachten zij en zeiden ..heerlijk!"
Maar ook het aantal dier enkelingen werd
met den tijd nog minder.
Gloria leunde tegen de reeling en ademde
diep de frissche zeelucht in. In jaren was
zij niet op zee geweest het deed haar
goed er weer eens te zijn. Hoe wilder de
golven rolden, des te rustiger werden haar
zenuwen
In de verte verloren zij de rotsen van
Dover uit het oog. Niet ver achter die kust
lag Burnham Tower 1 Zou zij het spoe
dig terugzien.
Zij begon te overleggen en haar gedach
ten te ordenen Misschien had Grace toch
wel gelijk, dat zij niet te zwaar veroordeeld
zou worden! Zij zou er voor vechtenI Zij
zou haar menschelijk recht verdedigenl
Was deze Las Valdas ook eigenlijk niet een
mensch geweest, die den dood verdien
de Had zij niet moeten schieten om
de eer van haar familie neen. haar eigen
eer te verdedigen? Haar eigenwaarde moest
zij tegenover de wet stellen! Waar zou er
in Engeland een man zijn. die het zou
wagen haar te veroordeelenJa zij
zij zou het vertellen, die laatste, vreeselijke
scènel Nogmaals kwam hd alles voor haar
op. Zij zag hem voor den divan staan..
Ach nu zou zij weei geschoten hebben
(Wordt vervolgd).