Aspirin- DE WILDE HERTOGIN. No. 20448 LEiDSCH DAGBLAD, Woensdag 10 November Tweede Blad Anno 1926. BINNENLAND. TWEEDE KAMER. H. P H. KECREWEER Tabletten FEUILLETON. HET NEDERLANDSCH—BELGISCH VERDRAG. Naar wij vernemen, zegt het „Vad.", is aan het einde van de replieken over het verdrag met België een motie te verwachten lot schorsing der beraadslagingen met de be doeling om tot nieuwe onderhandelingen te komen Deze motie zal o.a. onderteekend zijn door de heeren Knottenbelt. Marchand en Schaper. In parlementaire knngen acht men de kansen op aanneming van het verdrag te genover de vorige week iets gestegen hoe wel de meerderheid, die er thans voor het verdrag zou bestaan, heel klein moet wor den geacht ALGEMEENE VEREENIGING VOOR BLOEMBOLLENCULTUUR. In de bestuursvergadering van de Alge- meene Vereeniging voor Bloembollencul tuur is de datum van de algemeene verga dering bepaald op Maandag 20 December. WIJZIGING LAGER-ONDERWUS-WET. Verschenen zijn twee voorloopige versla gen en eindverslag over drie wetsontwerpen tot wijziging van de L. O.-wet 1920. Ten aanzien van het ontwerp, betreffende eischen van toelating tot het hoofdakte- examen hebben verscheidene leden er be zwaar tegen dat voor de vaststelling van den diensttijd de lijd wordt medegerekend, die men als assistent werkzaam was. Zij duch ten het gevaar, dat vele onderwijzers die thans geen assistent willen worden, er in de toekomst toe zullen overgaan, omdat ze langs dien weg hoofd van een school kun nen worden. Andere leden kwamen daaT tegen op. Het tweede ontwerp (betreffende de wacht-* geldregeling c.a. werd algemeen toegejuicht, evenals de terugwerkende kracht tot 1 Juii 1925. Een aantal leden drongen aan op een aan vulling van het wetsontwerp in dezen zin, dat wachtgeld als niet vervallen zal worden beschouwd, zoo de onderwijzer op den dag, waarop deze wet in werking treedt, een la gere jaarwedde geniet dan het door deze wet herziene wachtgeld zou bedragen. Men wilde voorkomen, dat verloofde onderwijzeressen, voorziende dat zij op wachtgeld zullen wor den gesteld, haar huwelijk vervroegen tot voor den datum van ingang van het wacht geld teneinde dit tijdens het huwelijk te be houden. Met het derde ontwerp (eindontwerp) (ver mindering toelagen aan gewezen arrondis sementsschoolopzieners) konden zeer veie leden zich vereenigen. NED. COMMISSIE VOOR INTELLECTUEELE SAMENWERKING. Op initiatief van prof. dr. H. A. Lorentz, lid en thans voorzitter der door den Vol kenbond ingestelde Commission Internatio nale de Cooperation Intellectuelle (C. I. C. I.) ia hier te Lande een Nationale Commissie voor Intfcllectueele Samenwerking gevorml, gelijk er reeds, volgens den wensch der C. L C. I., in meerdere landen in het leven zgn geroepen, met het doel het werk d a- internationale commissie en van het onder toezicht hiervan werkende Institut International de Coopération Lntellecfeueule te Parjjs, te steunen en te bevorderen, en anderzijds dit werk zooveel mogelijk aan de verschillende landen ten goede te doen komen. De Nederlandsche commissie bestaat uit de navolgende leden: dr. Peter van Anrooy, F. Per ens, hoofd eener school, dr. H. P. Berlage, Gi H. C. Bodenhamen, secr. der Studentenvereeriging voor den Vulkecibond. mr. J. J. Tan Bolhuis, mej. dr. E. C. van Dorp, mr. dr. J. P. A. Francois, prof. mr. B. Fruin, prof. dr. J. Huizinga, prof. dr. h". G van Iterson, prof. dr. F. M. Zaayer, prof. dr. Ph. Kohn tamm, mr. J. Limburg, prol. dr. H. A. Lorentz, prof. dr. H. VY. Methorst, dr. J. ter Meulen. prof. dr. A. W. Nieuwenhuis, Herman Robbers, prof. R. N. Roland Holst F. Schmidt Deg* ner, prof. dr. Jos. Schrijver, N. Tj. S wierstra, Leraar H. B. S„ prof. mr. C. van Vollenhoven, prof. dr. F. A. F. C. Went prof. dr. C. Winkler, prof. dr. N. van Wijk. Uit de commissie heeft zich het vol gende dagelijksch bestuur gevormd: prof. Van Wijk, te Leiden, voorzitter; dr. Van Dorp, te Bloemendaal, secr.-penningm.; prof. Francois; prof. v. Iterson; dr. Ter Meulen. ARBEIDERS NAAR HET BUITENLAND. De Commissaris der Koningin in de pro vincie Zuid-Holland heeft aan de burge meesters in zjjn provincie bericht, dat den Minister van Binnenlandsche Zaken, in overleg met zijn ambtgenoot van Arbeid, „de wenschelrjküeid is gebleken, om werk- looze Nederlandsche arbeiders, die naar het buitenland willen vertrekken, om aldaar tij delijk tot het verrichten van werk te verblijven (zonder dat bij hen sprake behoeft te zijn van het voornemen zich aldaar blij vend te vestigen) daarin n i e t fee belemmeren door weigering van het voor de reis bé- noodigde bewijs van Nederlanderschap op grond, dat zij belastingschuld hebben." TEGEN PROTECTIE. De Ned. Grossiersbond en de Ned. Sui- kerbond hebben tot de regeering een adres gericht naar aanleiding van den van ver schillende zijden uitgeoefenden aandrang om tot bescherming van de suikerindustrie in Nederland over te gaan. Adressanten vragen de regeering aan de zen aandrang geen gevolg te geven. Zij achten het onjuist maatregelen, die voor langen termijn zouden moeten gelden, te baseeren op den oogenblikkelijken toe stand van de wereldmarkt, die voor het arti kel suiker aan voortdurende en vrij belang rijke schommelingen onderhevig is. zoodat het geenszins uitgesloten moet worden ge acht, dat reeds een volgend jaar de wereld marktprijzen zich op een geheel ander ni veau zullen bewegen. Aan den anderen kant rijst de vraag, of waar herhaaldelijk is gebleken, dat de kostprijs der ruwe suiker in het buitenland lager is dan hier de kostprijs hier te lande ook te hoog is en of door de produ centen wel reeds het uiterste is beproefd om het minimum te bereiken, hetgeen toch bij de concurrentie, die men van het bui tenland verklaart te ondervinden, wel het eerste is. dat mag worden verwacht. Onjuist is, zoo wordt betoogd, dat de lan den met een export surplus zich alle zou den werpen op de weinige nog overblij vende vrije markten, waaronder Nederland, en daar zouden kunnen leveren tot prijzen, die voor de inlandsche industrie niet loo-' nend kunnen zijn. Aldus besluit het adres: In welken vorm ook maatregelen tot be scherming der suikerindustrie en bietencul tuur genomen zouden worden, deze zouden steeds gepaard gaan met offers van de schatkist dus van de belastingbetalers of wel van de consumenten van suiker. Waar de voorgestelde maatregelen noch noodzakelijk, noch doeltreffend, maar wel als schadelijk voor het Nederlandsche pu bliek moeten worden beschouwd, meenen adressanten de regeering met den meesten aandrang in overweging te moeten geven, in geen geval stappen in deze richting te doen. HET ENGELSCHE VLEESCHINVOERVERBOD. In hel Engelsche Lagerhuis vragen be antwoordend zeide de financieele secretaris van de Schatkist dat hij geen aanzienlijke wijziging of intrekking van het verbod van invoer van versch vleesch van het vaste land in overweging kon nemen. Het was on mogelijk te waarborgen, dat de beperkingen voor een gespecificeerde periode van kracht zouden blijven Sedert het verbod was in gesteld was de toestand op hel vasteland vel erger geworden Terwijl er in Mei in I Frankrijk. België en Nederland 7086 geva!- len van mond- en klauwzeeT waren ge weest, waren er in September 38.548, waar tegenover kon worden gesteld de betrekke lijke onvatbaarheid van het vee in Engeland onder het invoerverbod: in de laatste drie weken was slechts één ziektegeval voorgc komen. R.-K. OVERHEIDSPERSONEEL. Qemeld wordt: Zaterdag j.L vergaderden te Utrecht de hoofdbesturen van de bij de R.-K. Cen trale aangesloten organisaties, ten einde de salansactie voor het Rijkspersoneel te bespreken en te beramen wat verder dient te worden gedaan. Vertegenwoordigd waren het R.-K. Poet- personeel; de R.-K ambtenaren, de R.-K. Onderwijzers, de R.-K. leeraren bij het Nijverheidsonderwijs en <Je R.-K. werk lieden. Breedvoerig werd van gedachten gewis seld over het van de Kamerfractie inge komen antwoord, op verzoeken, met de R.-K. Kamerfractie mondeling besproken. Het antwoord werd onvoldoende geacht en er werd besloten zich opnieuw schriftelijk met de Kamerfractie in verbinding te stellen. Besloten werd, de R.-K. Centrale op te dragen, na het ontvangen van een nader bericht van de Kath Kamerfractie te overwegen, op welke wijsje uiting kon wor den gegeven aan de verbitterde stemming, welke onder het Katholieke Overheidsper soneel Leerscht. DE R.-K. HANDELSHOOGESCHOOL. Naar wjj vernemen, zegt de „Msbde", zal de Raad van Toezicht voor de op te richten R.-K. Handelshoogeschool te Tilburg op 22 December een vergadering houden ter vaststelling van het definitieve plan om in September 1927 de Handelshooge school te openen. Het ligt in de bedoeling van het Cura torium op 23 December de vertegenwoor digers der pers uit te noodigen om hen uitvoerig de besluiten van den Raad van Toezicht en de uitvoering der plannen mee te deelen. Bereids is men tot overeenstemming ge komen over de benoeming der hoog leeraren, die officieus reeds zgn aangesteld. Van de lichting 1927 worden in totaal 23254 dienstplichtigen voor inlijving aange wezen; hiervan zijn 1000 bestemd voor den zeedienst. De 's-Hertogenbossche Ct. meldt, dat de commissaris van politie te 's-Hertogen bosch, de heer Van Dam. ontslag heeft aan gevraagd, omdat hij is afgekeurd. Blijkens bij het Departement van Marine ontvangen telegram is Hr. Ms. on derzeeboot K. XIII, onder bevel van luit. ter zee le kl. L. G. L. v. d. Kun op de uitreis naar Ned-Indië via het Panama kanaal op 8 November te Manilla aange komen. RECLAME. UIT NED. OOST-INDIë. VERGIFTIGING? SOERABAJA, 9 Nov. (Aneta). Het „Soer. Handelsblad meldt, dat van het echtpaar G. G. C. Thierens. administrateur van de suikerfabriek Waroe. bij een diner in hotel Nongkodjadjar (boven Malang), mevrouw onpasselijk werd en opstond met krampen in de ingewanden. Kort daarop kwam zij terug, waarna de heer Thierens onpasselijk opstond. Hij bleef ziek en is den volgenden dag overleden. Mevrouw schijnt buiten ge vaar. Het is nog niet uitgemaakt of het hier een criraineele vergiftiging betreft of een vleesch- of blikvergiftiging. De bedienden zijn voorloopig gearresteerd. SOERABAJA, 19 Nov. (Aneta). Volgens het Soerabajasch Handelsblad is gebleken, dat de dood van den heer Thierens niet aan misdrijf is toe te schrijven. RECLAME. Menbelroaker-Stoff eerder AALMARKT 16 - TELEF. 861 3845 (Zitting van Dinsdag). HET NEDERL.—BELGISCH VERDRAG. Replieken. De heer LOVINK (G. H.) repliceert. Het doet hem leed. dat de Minister de uitge brachte adviezen niet wenscht over te leg gen. Spr. zal dus rekening moeten houden met de adviezen van anderen. Wat het ka naal AntwerpenMoerdijk betreft, vindt spr. geen enkel argument in de rede van den Minister die deze concessie kan verde digen. Het beginsel, dat hier nieuw is inge voerd, n.l. dat anderen toestemming krijgen op ons gebied een kanaal te graven, zonder dat er voldoende grond aanwezig is voor die concessie, is voor spr. een overwegend be zwaar. Als spreker te rade ging bij den Mi nister. dan gaf hij het gaarne over maar hij heeft alleen te rade te gaan met zijn ge weten. De heer KRIJGER (C. H.) is nog steeds van meening, dat de bepalingen van dit tractaat veel verder gaan dan noodig was, voor de belangen van België. De Wester- Schelde is geen rivier als de Waal. de Rijn, de Donau. Zij is slechts een zee-inham met bijzondere eischen voor de oeververdediging Spr. heeft voorts ernstig bezwaar er tegen dat de beheerscommissie en in hoogste in stantie een scheidsgerecht beslist over de al of niet noodzakelijkheid van de oeverdoor snijdingen. Wat met het oog op het interna tionaal rivierenrecht elders mogelijk is. be hoeft hier nog niet toelaatbaar te zijn. Met betrekking tot het Schelde-regiem had in ieder geval een nieuwe modus behooren te worden gesteld, die in het Verdrag gemist wordt. Waarom moet die beslissing liggen bij een Deen of Spanjaard? Deze zal zich op de Schelde thuis voelen als een kat in een vreemd pakhuis. Spreker kan aan dit nieuwe Schelde-regiem zijn medewerking niet verleenen en hij weet dat hij daarmee staat aan de zijde van alle waterstaats- autoriteiten in ons land. Met den heer Lo- vink dringt spreker aan op overlegging der adviezen van den waterstaat en van Ged. Staten van Zeeland. De Minister heeft niet kunnen aantoonen. dat de vrees voor on voldoende oeververdediging ongegrond is en dat zijn meening berust op het advies van waterstaatsautoriteiten. Ten aanzien van het Kanaal heeft de Minister niet aannemelijk kunnen maken, dat dit in een wezenlijke behoefte van Bel gië moet voorzien, in dien zin. dat het noodzakelijk is voor de economische be hoefte van dat land. Bovendien heeft de Minister spreker niet kunnen overtuigen dat het kanaal naar Moerdijk niet veel schade zal doen aan de welvaart van Rotterdam. Bij België zit im mers de bedoeling om Rotterdam te over vleugelen en nu had de Minister moeten aantoonen. dat Rotlerdaiyi er geen schade van zal ondervinden. Spr. moet tegen dit tractaat stemmen, omdat zijn argumenten door den Minister niet ontzenuwd zijn. Het gaat er niet om of de Minister in 1920 is gewaarschuwd of niet. het gaat over het inzicht van nu. dat men gekregen heeft na rijper studie. Toen was ook niet bekend dat het kanaal zulke afmetingen zou krijgen. Tegenover de opmerking van den heer Vliegen, dat men moet denken aan den in druk dien verwerping op de Limburgers zou maken, stelt spreker den indruk, dien aanneming op de Zeeuwen zou maken, vooral op Zeeuwsch-Vlaanderen dat veel grooter belangen heeft bij verwerping dan de Limburgers bij aanneming hebben. Dit verdrag gaat in tegen het Neder- landsch belang. De heer BRAUTIGAM (S. D. A. P.) is al lerminst overtuigd door de rede van den Minister, die de kwestie op verschillende plaatsen onjuist stelde. Spr. weet zich ge heel vrij van de atmosfeer van agitatie, waarop de Minister doelde. Hij kan toe geven. dat verwerping van het tractaat slecht is. doch veel nadeeliger voor Neder land. veel slechter zou aanneming zijn. Waarom stond België er op dat Nederland zijn aanhoudingsrecht op de Schelde zou prijsgeven? Hiervoor was toch geen enkele redelijke grond aanwezig en de minister behooren vóór hel gebruik In een glas water opgelost te «rorden, want aldus werken zij sneller en beter Zij zijn een weldaad tegen velerlei plln. Onovertrolien is de uitwerking bij hoofd- en kiespijn, rheumatlek, len denpijn, jicht, ^verkoudheden, neuralgie, enz. De origineele verpak king moet voorzien zijn van den oranje band enhet kruis. 3536 zoowel als de heer Vliegen bleven het ant woord schuldig. Waarom geldt de belood- singsregeling niet voor de uitgaande sche pen, omdat door de uitvarende schepen voor Antwerpen geen concurrentie is te duchten. Reeds hieruit blijkt de mentaliteit van Bel gië. Waarom is het corps loodsen zoo wei nig in deze zaak gemengd? Had men hen voldoende ingelicht, dan zou veel agitatie zijn voorkomen. Het hoofdbeginsel van het Schelderegiem dat de rivier steeds zal moeten voldoen aan de eischen van de scheepvaart, acht spreker in hooge mate fout. Natuurlijk staat Rotterdam boven Ant werpen wat hel Rijnverkeer betreft, doch het Rijnland is juist het eenige achterland voor Rotterdam en het is een groot bezwaar, dat Antwerpen het op dit eenige achterland toch wil dwars zitten. Antwerpen neemt een veel gunstiger po sitie in dan Rotterdam. Wekelijks worden honderden tonnen stukgoed van Rotterdam naar Antwerpen vervoerd, om vandaar naar andere landen te worden verscheept, omdat Rotterdam voor die bestemmingen geen scheepsgelegenheid heeft. De achterstand van Rotterdam ten aanzien van den uitvoer van stukgoederen is aanzienlijk, van de 10*/> millioen ton, voerde Antwerpen 7l/«» Rotterdam slechts 31/* millioen uit. Tenslotte heeft spr. geen antwoord gekre gen op zijn vraag of het juist is dat de wa terstaatsautoriteiten ongunstig geadviseerd hebben omtrent het kanaal naar Moerdijk. Hij behandelt vervolgens de aan het De- parlement van den Minister vervaardigde studie, welke in 1919 aan allerlei autoritei ten is rondgezonden. De minister heeft daarvan gesproken. Men krijgt daaruit den indruk dat het ongerijmd is dat toen geen protesten kwamen en nu wel. De minister zei, dat hij die mededeeling niet deed uit tactische overwegingen, doch om de waar heid te vinden. Sinds Donderdag is echter de waarheid aan het licht gekomen, n.l., dat in die stu die maar een paar regels gewijd waren aan het AntwerpenMoerdijkkanaal. Verschil lende bijvoegingen deden vermoeden, dat het kanaal er nooit zou komen. Op zijn zachtst gezegd vindt spr. dit een onjuiste voorstelling van zaken. Is het niet ontstellend dat een haven als Rotterdam slechts afhankelijk is van één vaarweg? Spr. is lid van de Rolterdamsche sub-commissie voor onderzoek naar den doorvoer van stukgoederen en kon gisteren een vergadering dier commissie niet bijwo nen. omdat hij zijn repliek aan het maken was Thans kreeg hij van die commissie een telegram waarin zijn afwezigheid wordt be treurd en tevens gewezen wordt op de ta rieven ten aanzien van de Antwerpsriie ha ven. die deze haven kunstmatig bevoordee- len. Spr. wil Antwerpen niet voor het hoofd Hit het Duitscb door ERNST KLEIN Geautoriseerde vertaling van L DITHMARINE (Nadruk verboden.) >,0ude vrienden, Sir Walter," antwoordde oudste van dezen, „het zal inspecteur uordon genoegen doen Jim, Wieseljimmy lefug te zien." „Zoo? Nu. doet dan den inspecteur dat joegen, zoo gauw mogelijk! Hij moet hem aar eens vragL.i wat hij in dit huis zoekt wie hem op den uitkijkpost van Burn- House gezet heeft!" de P[ booren van den naam van den in vreet?11^0-1180*10 on<^erwerP^ zoozeer ge- krom 60 'nspec^eilr- was de man ineenge- een P0°' ^ord°n had een eigen manier om te nemen zoodat hij den ttaatf onver9(|hrokken man zenuwachtig nerziid Wieseljimmy bleek daarom zij- aa h 3 'J1 hpf eeheel niet verheugd over het °nrusf P wederzien Steeds schuwer en Hii >JZer ^eken zijn kleine, listige oogen. Sir m te talmpT1- ambte a-3'*!1" Zap en wenkte den be- wildp k 10 gevangene reeds naar buiten wel of Jimmy zijn zondig ontlasten. Wacht een oogenblik! brengen Nu, wat is er, schoonheid, wat wil je mij toevertrouwen?" „Ik mag opgehangen worden. Mylord", stotterde de kerel, ..als ik er iets van be grijp Een paar dagen geleden komt een heer bij ons. ,,Bii wie bij ons? Wie ziin deze ..ons"? ..Hm Mvlord dat ben ik vergeten, rk heb altiid aan een zwak geheugen ge leden. Erfelijkheidskwaal". ..Het spijt mij dat ik dan den inspecteur Gordon zal moeten verzoeken die geheugen- zwakheid wat op te frisschenl" ..Gordonik ik zal zien of ik mij herinner. Mylord. Ja ja zeker Joe Schwanenhals en Schiffer-Dan waren het. Wij zaten'genoeglijk in onze salon, toen de vreemde heer binnenkwam „Een oogenblik! Hoe zag hij eruit?" „Hm hoe hij eruit zag? Een heer ik heb hem niet zoo bekeken". „Fran9chman?" „Nee." „Engelschman?" „Vast en zeker. Hij bracht een aanbeve ling van een gemeenscha^oelijken vriend mede ..Het zon mij interesseer en den naam van dezen gemeenschappelijken vriend te hoorm." „Ik weet hem werkelijk niet. Mylord. Hij was een vriend van Schiffer-Dan." ..En bijvoorbeeld, waar is Schiffer-Dan?" Wieseljimmy grinnikte. „Die bestaat in het geheel niet meer." „Hoe bedoel je dat?" „Zooals ik het zeg. Mylord. Schiffer-Dan bestaat niet meer. Die ellendige hond van een chauffeur. Hij hield plotseling op. Beet de tanden opeen. Hij had zich in zijn vertrouwelijk heid vergaloppeerd Maar Sir Walter liet hem niet meer los. „Halt, oude jongen nu .uoet je niet opeens weer je geheugen verliezen 1 Wat was dat voor een chauffeur? Misschien de chauffeur van den graaf Las Valdas? Kom op met je verhaal 1" Aarzelen, stotteren aan de zijde van den ondervraagde. „Dezelfde, Mylord," besloot hij eindelijk te antwoorden. Schiffer-Dan was niet be paald een suikerpoppetje, hij was zes voet hoog maar toen Perkins hem zijn vuist tegen zijn bloeiend gezicht legde, viel de arme Dan om als een stuk hout. Toen wij hem optilden, om hem in de auto te dragen, was niet alleen zijn kin. maar ook zijn heele schedel uit het fatsoen gegaan. Een geluk tenminste, dat Schwanenhals deze kerel er een van langs gegeven heeft ik denk dat hij ons anders alle tezamen om zeep gebracht zou hebben." „Waarom hebben juHie den chauffeur aangevallen „Mylord, wij moesten iets bij hem sok ken." „Wat?" „Een soort verdrag, Lord Burnham of een andere grootheid moest het onderteekend hebben." „Hebben jullie dat gevonden?" „Nee „Ook niet in zijn huis?'* „Ook niet. Mylord." „En waarom hebben jullie deze dames achtervolgd?" „De heer die ons deze zaak bezorgd had wilde dat hebben Hij dacht, dat de Lady's ook op zoek waren naar de papieren en als zij het mochten vinden moesten wij ziftn het in handen te krijgen. Maar dan zouden wij natuurlijk niet geslagen hebben," voeg de hij er aan toe als bewijs vin beleefd heid. Sir Walter had gehoord, wat hij hooren wilde. En wat, alles, de beide damès moes ten hooren. Hij liet den man wegbrengen. „Nu, mevrouw," wendde hij zich tot Gloria," „zoudt u het toch niet verstandiger vinden mij te vertrouwen, nu u met eigen ooren gehoord hebt met welk een onaange naam gezelschap wij te doen hebben?" Gloria en Grace hadden het gehoord Deze beide aristocratische dames zagen opeens personen uit een wereld voor zich opdoemen, waarvan zij totnutoe steeds uit romans het bestaan vinden. Schiffer-Dan Wie seljimmy I Wat een namen! Wat een menschen! Zelfs Gloria kon een tevoel van afschuw niet overwinnen I Zou de schande van de wereld misschien ook tot aan haar eigen voeten komen. Zij verademden beiden toen de deur zich achter de beambten en hun gevangene sloot. Zij voelden zich vrijer. Grace wendde zich met een smeekbede in de oogen tot haar zuster. „Ik geloof, dat S^ Walter oma zal helpen," zeide zij. „Ik zou niets liever willen, dames. Zoo- als u zelf gehoord hebt, bestaat hier een heele samenzwering, die tot doel heeft, het verdrag in handen te krijgen, lat nu kan ik uitspreken wat tot nu toe slechts een vermoeden was Lord Burnham over de Russische petrol eumaoncessies gesloten heeft. Ik ben zeker niet ver van het cen trum van deze samenzwering als ik denk aan een zeker heer in het Hotel Ritz „Maar waar is het dokument?" riep Gloria, „het is slechts een afschrift - niet het ori gineel. Waar is dat afschrift? Deze m$n- I schen en hun handlangers hebben het nietl En dan de Een blik van haar zuster bracht haar op het laatste oogenblik in herinnering Sir Walter ving dezen blik op en verbaasde zich erover. Waarover was lady Neville zoo angstig? Las Valdas Hij zag hoe Gloria haar zuster toeknikte. Hij begon langzaam aan te begrijpen waar om die twee trouwens zoo vérbijsterd voor het geheim vochten „Sir Walter," 'sprak Gloria eindetijk, „mijn zuster en ik zien in. dat wij het beste doen uw hulp in te roepen Maar voor wij alles aan u zeggen, zou ik Lord Neville willen spreken zou dat mogelijk zijn?" „Zoo'spoedig als u wilt. mevrouw Lord Neville is. weliswaar, in voorarrest, maar ik geloof met het oog op de ingewikkelde omstandigheden, redenen genoeg te kunnen vinden om een uitzondering op dezen regel te maken. Zou het u schikken in den loop van morgenochtend, mevrouw Sainsbury? Ja? Uitstekend dan zal ik zoo vrij zijn n morgenochtend om elf uur van Burnham House af te halen. „Sir Walter liet ook niet na de beide dames naar huis te begeleiden. Daarna snelde hij naar zijn oom. „Ik heb den draad ik heb hem It Maar de verwarde kluwe is vee! grooter dan ik gedacht had." Hij was buitengewoon tevreden over rijn werk. (Wordt vervolgd5.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5