AAN DEN ANDEBEN KANT LEEDSCH DAGBLAD, Dinsdag 21 September Tweede Biad Anno 1926. BINNENLAND. GEMENGD NIEUWS. p£WITSER v OGc/zaa m v&nsienkencï FEUILLETON. No. 2U*»06. Hofberichten. H.M. de Koningin is "voornemens, a.3. Donderdagochtend een gedeelte van de le- germanoeuvres bij te wonen. Daartoe zal H.M. Woensdagnamiddag per Staatsspoor te 4.41 den Maag verlaten Donderdag tegen den namiddag wordt H.M. terugverwacht. Hedenmorgen om 8 uur ging de Koningin- Moeder per auto naar Utrecht. Vandaar gaat zij per trein naar het Schwarzwald voor familiebezoek. Nijverhcidsraad. In zijn jongste vergadering heeft de Nij- verheidsraad het feit herdacht, dat dr. F E. Posthuma vijf jaar het presidium van den Raad heeft waargenomen. Bij moncte van den onder-voorzitter, den heer A. Spanjaard, heeft de Raad den heer Posthuma zijn dank betuigd voor zijn in die functie verrichte be langrijke werkzaamheden en de gunstige resultaten, die hij daarmee op velerlei ge bied voor den Raad en dus voor de Neder- landsche industrie heeft welen te bereiken. Uit een voorloopig uitgebracht verslag van den voorzitter van de commissie, aan wie de Raad heeft opgedragen een onderzoek in te stellen naar den invloed van de daling van de buitenlandsche valuta op de Neder- bndscho industrie, bleek, dat de omvang rijke werkzaamheden van die commissie goeden voortgang hebben, doch nog niet zijn afgeloopen. Op een indertijd aan den minister van financiën gerichten brief inzake rentever goeding over onverschuldigd betaalde belas tingen is o.m geantwoord, dat de minister in gevallen, dat een te late terugbetaling is i'oe te schrijven aan een administratief ver zuim, bereid is, om in ieder geval op zich zelf te overwegen, in hoeverre aan den belastingplichtige een vergoeding voor ren teverlies behoort te worden toegekend Aan den Nederlandschen hoofdgedelegeer de in de voorbereide economische conferen tie van den Volkenbond, dr. A. G. Kröller, heeft de raad uitvoerige gegevens verstrekt over der Nederlandschen scheepsbouw. Indertijd heeft de Nijverheidsraad naar aanleiding van eenige te zijner kennis ge brachte gevallen over het verhoogen van voor het gebruik van Staatseigendommen verschuldigde rechten den minister van fi nanciën verzocht te bevorderen, dat die rechten weer tot de oorspronkelijke bedra gen worden teruggebracht, althans voor die gevallen, waarin de Staat voordeel heeft of geen of zeer weinig kosten voor het mogelijk maken van het gebruik van zijn eigendom men door derden heeft moeten maken. Het op dezen brief ontvangen antwoord heeft den Raad doen besluiten, zich te dezer zake andermaal lol den minister te wenden. De Ziektewet. De districtsvergaderingen van de Christe lijke besturenbonden, Zaterdag gehouden te Utrecht, Arnhem en Almelo, hebben een motie aangenomen, waarin zij, constatee- rende, dat d<f Ziektewet, opgenomen in het Staatsblad van 5 Juni 1913, niettegenstaande herhaalde toezegging nog steeds niet is in werking getreden; overwegende, dat welis waar voor een deel der arbeiders bij collec tief contract of andere regelingen uilkeerin- gen bij ziekte is verzekerd, doch deze rege lingen sterk onder den invloed staat van de zich telkens wijzigende conjunctuur en van de meer of mindere welwillendheid der werkgevers, zoodat van een gewaarborgde uitkeering bij ziekte geenszins sprake is; overwegende, dat de mate waarin deze uit- keeringen worden verleend, zoowel wat be treft het bedrag als den duur der uitkeerin- gen, voor het meerendeel blijft beneden de daarvoor in de Ziektewetaangegeven nor men; overwegende, dat voor het grootste deel der arbeiders geenerlei regeling getrof fen is ter voorziening in het gemis van loon bij ziekte, zoodat de zieke arbeider niet al leen het lichamelijk leed te dragen heeft, maar ook zijn gezin in de voorziening van zijn nooddruft wordt bedreigd; van oordeel, dat ten spoedigste in dezen noodtoestand moet worden voorzien, en waar het parti culier initiatief onvoldoende gebleken is om die op te heffen, het de laak der overheid is, hiervoor bindende voorschriften te ge ven; er derhalve bij de regeering op aan dringt maatregelen te treffen, ten einde de Ziektewet, slechts gewijzigd voor zoover dit door de veranderde verhoudingen dringend noodzakelijk is, ten spoedigste in werking te doen treden. Deze motie zal ook in de andere districls- vergaderingen aan de orde worden gesteld. De Ned. Federatie van Transportaibeiders. Op 18 en 1"9 dezer is te Amsterdam de Nederl. .Federatie van Transportarbeiders in congres bijeen geweest. Het ledental der Federatie bedroeg op 1 Januari van dit jaar 4625, tegen op 1 Januari 1924: 4357. Van de 24 afdeelingen waren er thans 19 op hel congres vertegenwoordigd. Na de opening van het congres, dal onder leiding stond van den heer E. Doiiman, hield de voorzitter van het Nationaal Arbeidsse cretariaat, de heer II Sneevliet, een hegroe- tingsrede. die in hoofdzaak was gewijd aan de houding van de vakbeweging met be trekking tol de Engelsche mijnwerkerssta- king. Besloten werd een telegram aan de èta- kende mijnwerkers te zenden, waarin sym pathie met hun strijd werd uitgesproken. De jaarverslagen van den secretaris en penningmeester, zoomede het beleid van het federatiebestuur en de redactie van „Het Transportbedrijf" werden door het congres na een korte discussie eenstemmig goedge keurd. Besloten werd hel federatiebestuur te machtigen de werkloozenkas, die het vorig jaar reeds gedeeltelijk was ingevoerd, ook voor de ov.rige leden van de federilie in te voeren, behalve voor de zeelieden en vis- scherslieden. en tevens om over eenigen lijd ook een ongevallenverzekering aan de f?de- ratie te verbinden. Een voorstel van de afdeeling Rotterdam: „Het Federatiebestuur begint onverwijld, zee mogelijk in samenwerking met de andere transportarbeiders-organisalies, een ac'ie lot wijziging van de Stuwadoorswet in dien zin. dat in de p'aals van den tien-urigen arbeids dag de ach*-urendag in de Stuwadoorswet "wc-.'dt geregeld", werd aangenomen, evenals een voorste' van den heer C. Foslhuma: ,,Het congr. s b-sluit hel federatiebestuur op te dragen een onderzoek in de stellen naar. de toepassing van de Ongevallenwet in de verschillende Nederlandsche havens". Verder werd op voorstel van het Federatie bestuur bestelen om in het vervolg de con gressen der federatie om de twee jaar te -houden. Tot dusver was het elk jaar. Het voorstel van de afdeeling Rotterdam om den zetel van de federatie naar Rotter dam te verplaatsen, werd na eenige discussie ingetrokken. De voorzitter der federatie hield daarna een referaat over het eenheidsvraagstuk in de transportarbeidersbeweging. Het congres nam in verband hiermede met algemeene stemme» een motie aan, waarin o.m. be sloten werd tot het voeren van een inten sieve propaganda voor versterking on uit bouw van de federatie, ten einde langs dien weg tot werkelijke georganiseerde machts ontwikkeling tegenover de ondernemers in het transportbedrijf en tot de georganiseerde eenheid van het transportproletariaat te komen. Een Dancdiploma? Het Verbond van Ned. Dansonderwijzers- organisalies deelt mede, dat het plan be- siaat een commissie in hel leven te roepen tot het uitreiken van een bekwaamheids diploma in hel daDsen. Getracht zal worden de autoriteiten voor het plan te winnen, opdat voor deze exa mencommissie een gecommitteerde wordt aangewezen. Men zou evenals in de gym nastiek de diploma's L. O. en M. O., dans- onderwijzersdiploma's A en B kunnen uil- reiken. Diploma A voor hen, die bij hel vak nog een ander beroep, dat echter als passend bij dat vak moet worden aangemerkt, uitoefe nen. Diploma B voor hen. die behalve hel kun nen voldoen aan alle eischen, er geen neven beroep op na mogen houden. Dan zou men de regcering kunnen ver zoeken. het geven van dansonderwijs door niel-gediplomeerden te verbieden. Zaterdag waren twee Tweede Kamer leden zilveren jubilaris, n.l. de heeren L. F. Duymaer van Twist en jhr. mr. A. Ff O. van Sasse van IJsselt. De huldiging van Utrecht's burge meester dr. Fockema Andreae is gisteren voortgezet met een zanghulde der school kinderen, toespraken in den raad en een se renade van het U.S.C. Aan het G7c jaarverslag van de vcr- ceniging Het Ncderlandsch Gasthuis voor beho°eflige en minvermogende ooglijders, te Utrecht ontleenen wij het volgende: In 1925 zijn in het instituut 5804 patiën ten behandeld legen 5774 in 1924. Het voor naamste deel der patiënten kwam uil de stad en provincie Utrecht, hoewel het aan tal der andere provincies gestegen is. Uit Ned.-Indië bezochten 2 patiënten en uit het buitenland 12 de polikliniek. 498 patiënten werden intern verpleegd. De financieele commissie kon vaststellen dat het nadeelig saldo, dat einde 1924 f 10.856,18 bedroeg, werd teruggebracht op f4678,39, hoewel de onkosten over het al gemeen iels verminderden. De gewone audiëntie van den Min. van Oorlog zal Donderdag a.s. niet plaats heb ben. UIT NED. OOST-INDIE. liit Atjch. PADANG, 29 Sept. (Anela). Het lijk van het Adat-hoofd is te Magèk (afdeeling Agam, Westkust van Sumatra) aan den kant van den weg gevonden. Twee brigades militairen zijn uit Fort-de-Kock derwaars vertrokken. Tienlallen verdachten zijn aangehouden. Ammoniakgas ontsnapt. Gisteren was de machinist J. de G. van de Banket-, Chocolade- en Suikerwerkfabriek, gevestigd in de Willebrordusstraat 1Q0 te Rotterdam, in den kelder bezig met het zoeken naar een verstopping in de amoni- aklciding, die voor verkoeling wordt ge bruikt. Nadat hij een der buizen had los gemaakt, sloeg plotseling de ophooping, die de verstopping veroorzaakt had, naar bui ten, waardoor het amoniakgas ontsnapte. De machinist kon zich tijdig in veiligheid brengen, terwijl het personeel, dat zich in de nabijheid bevond, gedeeltelijk met de lift naar het dak vluchtte en deels de wijk naar den tuin nam. Personeel van de reddingsbrigade, dat spoedig ter plaatse was, begaf zich met gas maskers in den kelder, waarna het lek kon gestopt worden. De rechercheur, die een be keuring kreeg. 't Gebeurde dezer dagen in een niet onvermaarde stad in ons vader land. 't Leert ons, wat er aan een rijwiel plaatsje vast kan zitten, als er geen fieta aan zit, of als aan de fiets geen plaatje zit. De krantclooper bezorgde in de ver schillende hofjes, waaraan hoofjl- en hof- en havenstad nog rijk zijn, het avondblad. Per fiets gelijk dat meer gebeurt. In het bezit van een plaatje, zooals 't behoort. Maar hij had het plaatje in zijn zak, zijnde bevreesd voor diefstal door sommi ge hof-bewoners. Rechercheur verschijnt. ,,Waar is je belastingplaatje RECLAME. 89G pmT^ W.V.HGILAN j CHOCflLADË- F, „As-tu-blieft, meneer." ,,'t Mot aan do fiets zitten, dat weet jo toch wel ,,'k Ben bang voor stelen!" ,,'t Bommelt niet. Betaal direct een gulden, dan kun je de fiets aanstonds weer van het bureau halen." „'k Heb geen gulden, meneer." ,,'t Zal mijn zorg zijn; mee!" Verschijnt een burger; duidelijk een agent in burger. ,,Toe, laat die man nu gaan. 't Is een arme tobber en hij rijdt toch niet zonder plaatje". „Geef jij hem dan een gulden. Ik kan hem 'bekeuren en ilc zal het doen ook." De agent-burger, goedhartig, leent of geeft den gulden. De man gered. De re chercheur tevreden. Een week later. De agent in uniform heeft nu dienst. Passeert hem een... heer, op een damesfiets. Niet in orde, denkt de agent. Rijdt om den... heer heen; ziet geen rijwielplaatje; houdt hem aan. ,,Waar is uw plaatje, meneer 1" ,,Ik ben N. N., rechercheur van politie, mag zonder plaatje rijden. Je kent iny wel ,,Ik ken in dienst niemand. En u mag zoo niet rijden; 't is geen dieustfiets." ,,Ncen, 't is de fiets van een werkvrouw, die zonder plaatje reed. De fiets gaal naar- 't bureau." ,,Best mogelijk, maar zóó mag het niet. Ik moet u bekeuren. Geef maar op dus; als u rechercheur is, kent u 't rijtje vra gen wel!" Er hielp geen lievemoederen aan. De rechercheur werd bekeurd cn de werk- vrouwfiets opgebracht, zooals dat be taamt. Maar de rechercheur beklaagde zich zoo spoedig mogelijk bij den chef: hij was ten zeerste beleodigd. Hoo kreeg die stomme agent het in z'n hoofd I De agent werd geroepen. ,,U hebt N. N. bekeurd. Waarom deed u dat Meneer, hij reed op een fiets welke hij op wilde brengen, wat, naar ik meen, ver boden is; hij reed op een damesfiets zon der belastingplaatje, wat, naar ik meen, ook strafbaar is." Chef: Uitstekend, ge hebt uw plicht gedaan 1" Zóó kreeg dc rechercheur een bekeu ring. (,,Rotterd.") Een bende rijwieldieven opgespoord. Sedert geruimen tijd werden in de omstreken van Gorcum en wel in verschillende dorpen in het Land van Alle- na en Heusden en in de Alblasserwaard fietsen ontvreemd, 't Gebeurde meestal dos nachts, bij sommige boeren werden daartoe dc schuren opengebroken. De brigade-commandant der marechaus- sée's te Woudrichem had het eerste succes, door zekere A. A. van D., die des nachts met een damesfiets zonder licht door Almkerk reed, aan te houden. Later bleek dat Van D. een valschen naam had opgegeven. Kort daarop werd Van D. door de rivierpolitie te Rotterdam aangehouden; toen kwam zijn ware naam aan 't licht, alsmede het feit, dat hij de bewuste damesfiets en vermoedelijk tal van rijwielen te Dussen, Made, Sleeuwijk, Maartensdijk en in Zeeland met de hulp van een paar in dividuen uit Rotterdam gestolen heeft. Tien van de verkochte gestolen rijwielen zijn reeds in beslag genomen. Van D. en de Rpllcrdamschc medeplich tigen zijn gearresteerd Men vermoedt dat nog meer personen tot deze bende behoo- ren. Dc Harskamp afgebrand. Zondagmiddag brandde de boerderij de Harskamp van dr. Kröllcr tot den grond toe af. De woning van den bedrijfsleider brandde mede ai. De bi andwecr uit Edo verleende hulp. Alles was verzekerd. Een stier en een groot aantal kippen kwamen in dc vlammen om. De brand is ontstaan doordat kinderen, die met klappertjes aan het spelen waren, eenige hiervan in het stroo liotcn vallen, waardoor dit vlam vatto. Veelbelovend jong meisje. Zondagnacht is te Enschedé in arrest gesteld do 18-jarigo H. H Zij had in een volkslogemcnt een logeergast van zijn portefeuille beroofd met een bedrag van f 75 aan bankpapier. Toen de visitcuso aan het hoofdbureau van politie het meis je wilde fouilleeren, verzette zij zich he-« vig en beet zij deze ambtenares in haar arm, zoodat deze zich onder behandeling moest stellen. De beroofstcr i$ opgesloten* Spoorwegongeval. Zater- dag hoeft te Zevenaar een spoorwegonge val plaats gehad dat betrekkelijk goed id afgeloopen. Een goederentrein naar, Duitschlaud, iiep voor het station Zeve-< Uil het leven van den beroemden Engelschen detective HERBERT PORTER. Vrij bewerkt naar het Engelsch door J. H. (Nadruk verboden). 5) Een paar maal wierp de detective versto len blikken op het gezicht van zijn metgezel, die plotseling bleef staan. „Neen, Mr. Por ter." barstte hij uit, „die geschiedenis wil er bij mij niet in." ,,Wat voor geschiedenis?" „Wel, de verklaring, die u mij gegeven hebt, dat Bishop de schuldige zou zijn." „Wat bevalt u daaraan dan niet?" „Het schijnt me ongelooflijk, dat Bishop het platina gestolen heeft. Waarom juist Bishop 1 U weet net zoo goed als ik, dat het sieraad ook in handen van mijnheer Duval niet veilig was. Men zat achter den armband heen. Nu is men er inderdaad in geslaagd hem te stelen; waarom moet het nu juist mijn bediende zijn, die het gedaan heeft Is het niet veel waar schijnlijker, dat het dezelfde kerels waren, die mijnheer Duval al achtervolgd hebben vóór hij er aan dacht in mijn zaak te komen Op het gezicht van den speurder kwam een glimlach." Waarom begint u nu pas te twijfelen Alvarez zag hem eenigszins verward aan. „U voelt dus zelf, dat mijn twijfel niet ongerechtvaardigd is „Iedere twijfel is gerechtvaardigd", antwoordde de detective. „Niemand kan een grooter twijfelaar zijn dan ik zelf." „Nu dan. Ziet u wel..." ■„Alleen ben ik gewoon mijn twijfel te laten varen op het oogenblik, dat ik do 'bewijzen heb, die mijn twijfel overbodig maken." „Bewijzen... hebt u die dan V „Ik heb u al gezegd: het verwonderde mij, dat u daarnaar niet allang gevraagd hebt. U herinnert n het stukgeslagen ruitje in de werkplaats „Zeker", antwoordde de Spanjaard met iets triomfantelijks in zijn stem, „van het raampje, waarvan de scherven bewezen, dat iemand, van de gang komende, naar binnen moet zijn geklommen V' „Niet zoo snel. Een oogenblik. U her innert u, dat ik vroeg, of het ruitje tot aan den nacht van den diefstal heel is ge weest, of dat er een gal in gezeten heeft? „Zeker. En ik heb u daarop geantwoord, dat. het venster heel geweest is; in mijn huis zijn geen kapotte ruiten." „Mijn compliment, hoor. En nu moet u mij eens het volgende vertellenIs u niets bijzonders opgevallen aan do glasscher ven, die op den grond lagen Alvarez dacht na. „Neen." „Luister dan. De hoeveelheid §Ias leek mij opmerkelijk klein." „Wat beteekent dat?" „Alle scherven, die op den grond lagen, hadden mèt elkaar Dooit een ruit van de grootte van de kapotte gegeven. Er lagen ook geen verspreidde glasdeeltjes; ik heb de beele kamer afgezocht en vond niets. Ik stelde mij daar op de vraag of op den grond van de gang nog glasscherven te vinden zouden zijn." „Dat was gemakkelijk vast te stelten geweest, Mr. Porter," antwoordde do Spanjaard, nog steeds met een spoor van ongeduld in zijn stem. ,,We hadden er ter plaatse direct naar kunnen zoeken..." en de aandacht van mijnheer Bishop direct er op vestigen, dat ik hem op het spoor was; heen, Mr. Alvarez, ik houd er niet van om slapende honden wakker te maken. Ik heb er dc voorkeur aan gege ven om alleen terug te komen en de an dere scherven op te zoeken." „En hebt u er wat gc-vonden?" De detective bleef schijnbaar het ant woord schuldig en zei: „Laten we einde lijk .eens doorloopcn." Ze sloegen den hoek om naar Madison Square. „Ja", begon Herbert Porter plot seling weer: „Ik heb glasscherven op de gang gevonden." De Spanjaard staarde den naast hem loopenden speurder vragend aan: „Welk bewijs leidt u daaruit af zei hij na een pauze. Herbert Porter haalde zijn sigaretten koker uit den zak en nam er een sigaret uit. „Hebt u een beetje vuur voor me Dank u wel. U vroeg wat daardoor wordt bewezen? Wel: dat Mr. Bishop de schul dige is, anders niet." De Spanjaard bleef wéér stilstaan en sloeg de oogen op naar zijp metgezel, die meer dan een hoofd grooter was dan hij. „De duivel mag me halen, als ik er iets van begrijp... Op de gang liggen glas scherven... en daaruit volgt met onafwijs bare logica, dat' Bishop den armband ge stolen heeft." De detective nam kalm de sigaret uit den mond, tipte de asch er of... „Ik schijn duidelijker te moeten zijn", zei hij niet zonder ironie. „De stukgeslagen ruit was... daarover zijn wjj het eens... een bewijs, dat er ingebroken is, nietwaar V' „Zonder twijfel." „Deze inbraak moet zóó hebben plaats gehad, dat iemand 's nachts van de gang uit de ruit heeft ingedrukt en daarop door heb raam is binnengeklommen, nietwaar?" „Ja." „Nu bewijzen de glasscherven, die aan beide kanten op den grond lagen, dat er iets niet klopt." „Hoezoo V' „Als iemand een ruit kapot maakt om te kunnen inklimmen zijn er twee mogelijk heden. Of, de kamer, waarin hij naar bin nen wil, is leeg dan hoeft hij zich met bijzonder te geneerenj hij drukt de ruit ifl en hij wandelt naar binnen. In dit geval glijden de scherven naar binnen in de kamer. Of, er is wel iemand in de kamer en dit was bier het geval dan moet de indringer geruischloos te werk gaan. In zoo'n geval snijdt hij de ruit voor zichtig uit en neemt haar weg. Dan moet men de ruit in haar geheel of desnoods in scherven buiten vinden.Begrijpt u het nu? „Ik geloof, Mr. Porter", fluisterde de ju welier, die in ademlooze spanning geluis terd had, „ik geloof van wel." „Nu lag het grootste deel van de scherven In de kamer. Dat was al iets bijzonders, want de inbreker had toch alle reden om de aandacht van den man, die in de kamer aan het werk was, niet op zich te vestigen. Maar voorts lag er een hoopje scherven i n de gang; dat nam de rest van mijn twij fel weg. Deze „inbraak" was niet van bui ten af gebeurd, maar van binnen uit. De „inbreker" heeft zijn best gedaan om de scherven zoo nauwkeurig mogelijk in twee hoopjes te verdeelen en de eene helft vóór, de andere helft achler hel raam neer te leg gen om zoo het onderzoek te bemoeilijken. Daarop zaagde hij de tralies door. Alles bij elkaar-, we hebben hier met een gcfin- geerden aanval op uw bediende te doen. Wie kan dat uitgevoerd hebben? Er is maar één persoon, die daarvoor in aanmerking komt...., hier mijnheer Al varez, zijn wij bij hot station van den on- dergrondschen spoor." De oude vrouw in haar sjofele japon, die op nummer 31 in de 87ste straat Oost, de deur van het benedenhuis opende, wierp een schuwen blik op de beide heeren en zei: „Neen, mijnheer Bishop is vóór een paar uur thuisgekomen, heeft zijn huur be taald en is vertrokken." „En u weet niet waarheen?" informeerde Herbert Porter. j,Tk heb er geen idee van." j „Gestolen. Alles kwijt," kreunde de ju«» welier, terwijl beiden weer op straat liepen „Nu, nu," kalmeerde Herbert Porter", een klein beetje kunt u toch wel op mij vertrouwen, mijnheer Alvanez. „Plotseling wendde hij "zich lol een jongen man, die onverschiHig voor een winkelraam stond te lummelen. „Hóe slaat het er mee?" De uitdrukking van verveling op het gezicht van den jongen verdween onmiddellijk. „Bishop is drie uur geleden uit het huis gekomen." „Ben je hem gevolgd?" ^Ja. Op den hoek stonden vier heeren op hem te wachten. Ze stapten met zijn vijven in een auto." „Ben je er achteraan gereden?" „In het begin heb ik het geprobeerd. Zij reden zigzagsgewijze." ,,IIeel verstandig van de heeren. Hoe vee heb je ze in de gaten kunnen houden?" „Tol een steiger van de. voorbooten aan den Hudson. Bij de 14de straat. Daarop ben ik teruggegaan en heb het huis verder in het oog gehouden". „En wie. wDe „kleine" zit ze op de- hielen." „Goed". Herbert Porter wendde zich (ot den Spanjaard. „Mr. Alvarez, gaat u nu kalm naar huis en zeg Monsieur Duval.dat hij morgen terug komt. Ilct werk w.;s 1e las tig of te*tijdroovend of een dergelijk praat je. Ik denk, dat wij morgen een goed stuk verder zullen zijn. Blijft u vandaag thuis. U, hoort nog van me." liet avondeten van het echtpaar Alvarez was ongezellig en 9omber verloopcn. De juwelier had nauwelijks een paar beten kunnen doorslikken, had daarop mistroostig zijn bord op zijde geschoven en zwijgend een sigaar aangestoken. '(Slot volgt.Jf

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5