AAN DEN ANDEBEN KANT
LEEDSCH DAGBLAD, Dinsdag 21 September
Tweede Biad Anno 1926.
BINNENLAND.
GEMENGD NIEUWS.
p£WITSER
v OGc/zaa m
v&nsienkencï
FEUILLETON.
No. 2U*»06.
Hofberichten.
H.M. de Koningin is "voornemens, a.3.
Donderdagochtend een gedeelte van de le-
germanoeuvres bij te wonen. Daartoe zal
H.M. Woensdagnamiddag per Staatsspoor te
4.41 den Maag verlaten Donderdag tegen
den namiddag wordt H.M. terugverwacht.
Hedenmorgen om 8 uur ging de Koningin-
Moeder per auto naar Utrecht. Vandaar
gaat zij per trein naar het Schwarzwald
voor familiebezoek.
Nijverhcidsraad.
In zijn jongste vergadering heeft de Nij-
verheidsraad het feit herdacht, dat dr. F E.
Posthuma vijf jaar het presidium van den
Raad heeft waargenomen. Bij moncte van
den onder-voorzitter, den heer A. Spanjaard,
heeft de Raad den heer Posthuma zijn dank
betuigd voor zijn in die functie verrichte be
langrijke werkzaamheden en de gunstige
resultaten, die hij daarmee op velerlei ge
bied voor den Raad en dus voor de Neder-
landsche industrie heeft welen te bereiken.
Uit een voorloopig uitgebracht verslag van
den voorzitter van de commissie, aan wie
de Raad heeft opgedragen een onderzoek in
te stellen naar den invloed van de daling
van de buitenlandsche valuta op de Neder-
bndscho industrie, bleek, dat de omvang
rijke werkzaamheden van die commissie
goeden voortgang hebben, doch nog niet zijn
afgeloopen.
Op een indertijd aan den minister van
financiën gerichten brief inzake rentever
goeding over onverschuldigd betaalde belas
tingen is o.m geantwoord, dat de minister
in gevallen, dat een te late terugbetaling is
i'oe te schrijven aan een administratief ver
zuim, bereid is, om in ieder geval op zich
zelf te overwegen, in hoeverre aan den
belastingplichtige een vergoeding voor ren
teverlies behoort te worden toegekend
Aan den Nederlandschen hoofdgedelegeer
de in de voorbereide economische conferen
tie van den Volkenbond, dr. A. G. Kröller,
heeft de raad uitvoerige gegevens verstrekt
over der Nederlandschen scheepsbouw.
Indertijd heeft de Nijverheidsraad naar
aanleiding van eenige te zijner kennis ge
brachte gevallen over het verhoogen van
voor het gebruik van Staatseigendommen
verschuldigde rechten den minister van fi
nanciën verzocht te bevorderen, dat die
rechten weer tot de oorspronkelijke bedra
gen worden teruggebracht, althans voor die
gevallen, waarin de Staat voordeel heeft of
geen of zeer weinig kosten voor het mogelijk
maken van het gebruik van zijn eigendom
men door derden heeft moeten maken. Het
op dezen brief ontvangen antwoord heeft
den Raad doen besluiten, zich te dezer zake
andermaal lol den minister te wenden.
De Ziektewet.
De districtsvergaderingen van de Christe
lijke besturenbonden, Zaterdag gehouden te
Utrecht, Arnhem en Almelo, hebben een
motie aangenomen, waarin zij, constatee-
rende, dat d<f Ziektewet, opgenomen in het
Staatsblad van 5 Juni 1913, niettegenstaande
herhaalde toezegging nog steeds niet is in
werking getreden; overwegende, dat welis
waar voor een deel der arbeiders bij collec
tief contract of andere regelingen uilkeerin-
gen bij ziekte is verzekerd, doch deze rege
lingen sterk onder den invloed staat van de
zich telkens wijzigende conjunctuur en van
de meer of mindere welwillendheid der
werkgevers, zoodat van een gewaarborgde
uitkeering bij ziekte geenszins sprake is;
overwegende, dat de mate waarin deze uit-
keeringen worden verleend, zoowel wat be
treft het bedrag als den duur der uitkeerin-
gen, voor het meerendeel blijft beneden de
daarvoor in de Ziektewetaangegeven nor
men; overwegende, dat voor het grootste
deel der arbeiders geenerlei regeling getrof
fen is ter voorziening in het gemis van loon
bij ziekte, zoodat de zieke arbeider niet al
leen het lichamelijk leed te dragen heeft,
maar ook zijn gezin in de voorziening van
zijn nooddruft wordt bedreigd; van oordeel,
dat ten spoedigste in dezen noodtoestand
moet worden voorzien, en waar het parti
culier initiatief onvoldoende gebleken is om
die op te heffen, het de laak der overheid
is, hiervoor bindende voorschriften te ge
ven; er derhalve bij de regeering op aan
dringt maatregelen te treffen, ten einde de
Ziektewet, slechts gewijzigd voor zoover dit
door de veranderde verhoudingen dringend
noodzakelijk is, ten spoedigste in werking te
doen treden.
Deze motie zal ook in de andere districls-
vergaderingen aan de orde worden gesteld.
De Ned. Federatie van Transportaibeiders.
Op 18 en 1"9 dezer is te Amsterdam de
Nederl. .Federatie van Transportarbeiders in
congres bijeen geweest.
Het ledental der Federatie bedroeg op 1
Januari van dit jaar 4625, tegen op 1 Januari
1924: 4357. Van de 24 afdeelingen waren er
thans 19 op hel congres vertegenwoordigd.
Na de opening van het congres, dal onder
leiding stond van den heer E. Doiiman, hield
de voorzitter van het Nationaal Arbeidsse
cretariaat, de heer II Sneevliet, een hegroe-
tingsrede. die in hoofdzaak was gewijd aan
de houding van de vakbeweging met be
trekking tol de Engelsche mijnwerkerssta-
king.
Besloten werd een telegram aan de èta-
kende mijnwerkers te zenden, waarin sym
pathie met hun strijd werd uitgesproken.
De jaarverslagen van den secretaris en
penningmeester, zoomede het beleid van het
federatiebestuur en de redactie van „Het
Transportbedrijf" werden door het congres
na een korte discussie eenstemmig goedge
keurd.
Besloten werd hel federatiebestuur te
machtigen de werkloozenkas, die het vorig
jaar reeds gedeeltelijk was ingevoerd, ook
voor de ov.rige leden van de federilie in
te voeren, behalve voor de zeelieden en vis-
scherslieden. en tevens om over eenigen lijd
ook een ongevallenverzekering aan de f?de-
ratie te verbinden.
Een voorstel van de afdeeling Rotterdam:
„Het Federatiebestuur begint onverwijld,
zee mogelijk in samenwerking met de andere
transportarbeiders-organisalies, een ac'ie lot
wijziging van de Stuwadoorswet in dien zin.
dat in de p'aals van den tien-urigen arbeids
dag de ach*-urendag in de Stuwadoorswet
"wc-.'dt geregeld", werd aangenomen, evenals
een voorste' van den heer C. Foslhuma:
,,Het congr. s b-sluit hel federatiebestuur op
te dragen een onderzoek in de stellen naar.
de toepassing van de Ongevallenwet in de
verschillende Nederlandsche havens".
Verder werd op voorstel van het Federatie
bestuur bestelen om in het vervolg de con
gressen der federatie om de twee jaar te
-houden. Tot dusver was het elk jaar.
Het voorstel van de afdeeling Rotterdam
om den zetel van de federatie naar Rotter
dam te verplaatsen, werd na eenige discussie
ingetrokken.
De voorzitter der federatie hield daarna
een referaat over het eenheidsvraagstuk in
de transportarbeidersbeweging. Het congres
nam in verband hiermede met algemeene
stemme» een motie aan, waarin o.m. be
sloten werd tot het voeren van een inten
sieve propaganda voor versterking on uit
bouw van de federatie, ten einde langs dien
weg tot werkelijke georganiseerde machts
ontwikkeling tegenover de ondernemers in
het transportbedrijf en tot de georganiseerde
eenheid van het transportproletariaat te
komen.
Een Dancdiploma?
Het Verbond van Ned. Dansonderwijzers-
organisalies deelt mede, dat het plan be-
siaat een commissie in hel leven te roepen
tot het uitreiken van een bekwaamheids
diploma in hel daDsen.
Getracht zal worden de autoriteiten voor
het plan te winnen, opdat voor deze exa
mencommissie een gecommitteerde wordt
aangewezen. Men zou evenals in de gym
nastiek de diploma's L. O. en M. O., dans-
onderwijzersdiploma's A en B kunnen uil-
reiken.
Diploma A voor hen, die bij hel vak nog
een ander beroep, dat echter als passend bij
dat vak moet worden aangemerkt, uitoefe
nen.
Diploma B voor hen. die behalve hel kun
nen voldoen aan alle eischen, er geen neven
beroep op na mogen houden.
Dan zou men de regcering kunnen ver
zoeken. het geven van dansonderwijs door
niel-gediplomeerden te verbieden.
Zaterdag waren twee Tweede Kamer
leden zilveren jubilaris, n.l. de heeren L. F.
Duymaer van Twist en jhr. mr. A. Ff O. van
Sasse van IJsselt.
De huldiging van Utrecht's burge
meester dr. Fockema Andreae is gisteren
voortgezet met een zanghulde der school
kinderen, toespraken in den raad en een se
renade van het U.S.C.
Aan het G7c jaarverslag van de vcr-
ceniging Het Ncderlandsch Gasthuis voor
beho°eflige en minvermogende ooglijders, te
Utrecht ontleenen wij het volgende:
In 1925 zijn in het instituut 5804 patiën
ten behandeld legen 5774 in 1924. Het voor
naamste deel der patiënten kwam uil de
stad en provincie Utrecht, hoewel het aan
tal der andere provincies gestegen is. Uit
Ned.-Indië bezochten 2 patiënten en uit het
buitenland 12 de polikliniek. 498 patiënten
werden intern verpleegd.
De financieele commissie kon vaststellen
dat het nadeelig saldo, dat einde 1924
f 10.856,18 bedroeg, werd teruggebracht op
f4678,39, hoewel de onkosten over het al
gemeen iels verminderden.
De gewone audiëntie van den Min. van
Oorlog zal Donderdag a.s. niet plaats heb
ben.
UIT NED. OOST-INDIE.
liit Atjch.
PADANG, 29 Sept. (Anela). Het lijk van
het Adat-hoofd is te Magèk (afdeeling Agam,
Westkust van Sumatra) aan den kant van
den weg gevonden. Twee brigades militairen
zijn uit Fort-de-Kock derwaars vertrokken.
Tienlallen verdachten zijn aangehouden.
Ammoniakgas ontsnapt.
Gisteren was de machinist J. de G. van de
Banket-, Chocolade- en Suikerwerkfabriek,
gevestigd in de Willebrordusstraat 1Q0 te
Rotterdam, in den kelder bezig met het
zoeken naar een verstopping in de amoni-
aklciding, die voor verkoeling wordt ge
bruikt. Nadat hij een der buizen had los
gemaakt, sloeg plotseling de ophooping, die
de verstopping veroorzaakt had, naar bui
ten, waardoor het amoniakgas ontsnapte.
De machinist kon zich tijdig in veiligheid
brengen, terwijl het personeel, dat zich in
de nabijheid bevond, gedeeltelijk met de
lift naar het dak vluchtte en deels de wijk
naar den tuin nam.
Personeel van de reddingsbrigade, dat
spoedig ter plaatse was, begaf zich met gas
maskers in den kelder, waarna het lek kon
gestopt worden.
De rechercheur, die een be
keuring kreeg. 't Gebeurde dezer dagen
in een niet onvermaarde stad in ons vader
land. 't Leert ons, wat er aan een rijwiel
plaatsje vast kan zitten, als er geen fieta
aan zit, of als aan de fiets geen plaatje zit.
De krantclooper bezorgde in de ver
schillende hofjes, waaraan hoofjl- en hof-
en havenstad nog rijk zijn, het avondblad.
Per fiets gelijk dat meer gebeurt. In het
bezit van een plaatje, zooals 't behoort.
Maar hij had het plaatje in zijn zak,
zijnde bevreesd voor diefstal door sommi
ge hof-bewoners.
Rechercheur verschijnt.
,,Waar is je belastingplaatje
RECLAME.
89G
pmT^ W.V.HGILAN
j CHOCflLADË- F,
„As-tu-blieft, meneer."
,,'t Mot aan do fiets zitten, dat weet
jo toch wel
,,'k Ben bang voor stelen!"
,,'t Bommelt niet. Betaal direct een
gulden, dan kun je de fiets aanstonds
weer van het bureau halen."
„'k Heb geen gulden, meneer."
,,'t Zal mijn zorg zijn; mee!"
Verschijnt een burger; duidelijk een
agent in burger.
,,Toe, laat die man nu gaan. 't Is een
arme tobber en hij rijdt toch niet zonder
plaatje".
„Geef jij hem dan een gulden. Ik kan
hem 'bekeuren en ilc zal het doen ook."
De agent-burger, goedhartig, leent of
geeft den gulden. De man gered. De re
chercheur tevreden.
Een week later. De agent in uniform
heeft nu dienst. Passeert hem een... heer,
op een damesfiets.
Niet in orde, denkt de agent. Rijdt om
den... heer heen; ziet geen rijwielplaatje;
houdt hem aan.
,,Waar is uw plaatje, meneer 1"
,,Ik ben N. N., rechercheur van politie,
mag zonder plaatje rijden. Je kent iny
wel
,,Ik ken in dienst niemand. En u mag
zoo niet rijden; 't is geen dieustfiets."
,,Ncen, 't is de fiets van een werkvrouw,
die zonder plaatje reed. De fiets gaal
naar- 't bureau."
,,Best mogelijk, maar zóó mag het niet.
Ik moet u bekeuren. Geef maar op dus;
als u rechercheur is, kent u 't rijtje vra
gen wel!"
Er hielp geen lievemoederen aan. De
rechercheur werd bekeurd cn de werk-
vrouwfiets opgebracht, zooals dat be
taamt.
Maar de rechercheur beklaagde zich zoo
spoedig mogelijk bij den chef: hij was ten
zeerste beleodigd. Hoo kreeg die stomme
agent het in z'n hoofd I
De agent werd geroepen.
,,U hebt N. N. bekeurd. Waarom deed
u dat
Meneer, hij reed op een fiets welke hij
op wilde brengen, wat, naar ik meen, ver
boden is; hij reed op een damesfiets zon
der belastingplaatje, wat, naar ik meen,
ook strafbaar is."
Chef: Uitstekend, ge hebt uw plicht
gedaan 1"
Zóó kreeg dc rechercheur een bekeu
ring. (,,Rotterd.")
Een bende rijwieldieven
opgespoord. Sedert geruimen tijd werden
in de omstreken van Gorcum en wel in
verschillende dorpen in het Land van Alle-
na en Heusden en in de Alblasserwaard
fietsen ontvreemd, 't Gebeurde meestal dos
nachts, bij sommige boeren werden daartoe
dc schuren opengebroken.
De brigade-commandant der marechaus-
sée's te Woudrichem had het eerste succes,
door zekere A. A. van D., die des nachts met
een damesfiets zonder licht door Almkerk
reed, aan te houden. Later bleek dat Van
D. een valschen naam had opgegeven. Kort
daarop werd Van D. door de rivierpolitie
te Rotterdam aangehouden; toen kwam zijn
ware naam aan 't licht, alsmede het feit,
dat hij de bewuste damesfiets en
vermoedelijk tal van rijwielen te
Dussen, Made, Sleeuwijk, Maartensdijk en
in Zeeland met de hulp van een paar in
dividuen uit Rotterdam gestolen heeft. Tien
van de verkochte gestolen rijwielen zijn
reeds in beslag genomen.
Van D. en de Rpllcrdamschc medeplich
tigen zijn gearresteerd Men vermoedt dat
nog meer personen tot deze bende behoo-
ren.
Dc Harskamp afgebrand.
Zondagmiddag brandde de boerderij de
Harskamp van dr. Kröllcr tot den grond
toe af. De woning van den bedrijfsleider
brandde mede ai. De bi andwecr uit Edo
verleende hulp. Alles was verzekerd. Een
stier en een groot aantal kippen kwamen
in dc vlammen om.
De brand is ontstaan doordat kinderen,
die met klappertjes aan het spelen waren,
eenige hiervan in het stroo liotcn vallen,
waardoor dit vlam vatto.
Veelbelovend jong meisje.
Zondagnacht is te Enschedé in arrest
gesteld do 18-jarigo H. H Zij had in een
volkslogemcnt een logeergast van zijn
portefeuille beroofd met een bedrag van
f 75 aan bankpapier. Toen de visitcuso
aan het hoofdbureau van politie het meis
je wilde fouilleeren, verzette zij zich he-«
vig en beet zij deze ambtenares in haar
arm, zoodat deze zich onder behandeling
moest stellen. De beroofstcr i$ opgesloten*
Spoorwegongeval. Zater-
dag hoeft te Zevenaar een spoorwegonge
val plaats gehad dat betrekkelijk goed id
afgeloopen. Een goederentrein naar,
Duitschlaud, iiep voor het station Zeve-<
Uil het leven van den beroemden Engelschen
detective HERBERT PORTER.
Vrij bewerkt naar het Engelsch door J. H.
(Nadruk verboden).
5)
Een paar maal wierp de detective versto
len blikken op het gezicht van zijn metgezel,
die plotseling bleef staan. „Neen, Mr. Por
ter." barstte hij uit, „die geschiedenis wil er
bij mij niet in."
,,Wat voor geschiedenis?"
„Wel, de verklaring, die u mij gegeven
hebt, dat Bishop de schuldige zou zijn."
„Wat bevalt u daaraan dan niet?"
„Het schijnt me ongelooflijk, dat Bishop
het platina gestolen heeft. Waarom juist
Bishop 1 U weet net zoo goed als ik, dat
het sieraad ook in handen van mijnheer
Duval niet veilig was. Men zat achter den
armband heen. Nu is men er inderdaad
in geslaagd hem te stelen; waarom moet
het nu juist mijn bediende zijn, die het
gedaan heeft Is het niet veel waar
schijnlijker, dat het dezelfde kerels waren,
die mijnheer Duval al achtervolgd hebben
vóór hij er aan dacht in mijn zaak te
komen
Op het gezicht van den speurder kwam
een glimlach." Waarom begint u nu pas
te twijfelen
Alvarez zag hem eenigszins verward aan.
„U voelt dus zelf, dat mijn twijfel niet
ongerechtvaardigd is
„Iedere twijfel is gerechtvaardigd",
antwoordde de detective. „Niemand kan
een grooter twijfelaar zijn dan ik zelf."
„Nu dan. Ziet u wel..."
■„Alleen ben ik gewoon mijn twijfel te
laten varen op het oogenblik, dat ik do
'bewijzen heb, die mijn twijfel overbodig
maken."
„Bewijzen... hebt u die dan V
„Ik heb u al gezegd: het verwonderde
mij, dat u daarnaar niet allang gevraagd
hebt. U herinnert n het stukgeslagen
ruitje in de werkplaats
„Zeker", antwoordde de Spanjaard met
iets triomfantelijks in zijn stem, „van het
raampje, waarvan de scherven bewezen,
dat iemand, van de gang komende, naar
binnen moet zijn geklommen V'
„Niet zoo snel. Een oogenblik. U her
innert u, dat ik vroeg, of het ruitje tot aan
den nacht van den diefstal heel is ge
weest, of dat er een gal in gezeten heeft?
„Zeker. En ik heb u daarop geantwoord,
dat. het venster heel geweest is; in mijn
huis zijn geen kapotte ruiten."
„Mijn compliment, hoor. En nu moet u
mij eens het volgende vertellenIs u niets
bijzonders opgevallen aan do glasscher
ven, die op den grond lagen
Alvarez dacht na. „Neen."
„Luister dan. De hoeveelheid §Ias leek
mij opmerkelijk klein."
„Wat beteekent dat?"
„Alle scherven, die op den grond lagen,
hadden mèt elkaar Dooit een ruit van de
grootte van de kapotte gegeven. Er lagen
ook geen verspreidde glasdeeltjes; ik heb
de beele kamer afgezocht en vond niets.
Ik stelde mij daar op de vraag of op den
grond van de gang nog glasscherven te
vinden zouden zijn."
„Dat was gemakkelijk vast te stelten
geweest, Mr. Porter," antwoordde do
Spanjaard, nog steeds met een spoor van
ongeduld in zijn stem. ,,We hadden er ter
plaatse direct naar kunnen zoeken..."
en de aandacht van mijnheer Bishop
direct er op vestigen, dat ik hem op het
spoor was; heen, Mr. Alvarez, ik houd er
niet van om slapende honden wakker te
maken. Ik heb er dc voorkeur aan gege
ven om alleen terug te komen en de an
dere scherven op te zoeken."
„En hebt u er wat gc-vonden?"
De detective bleef schijnbaar het ant
woord schuldig en zei: „Laten we einde
lijk .eens doorloopcn."
Ze sloegen den hoek om naar Madison
Square. „Ja", begon Herbert Porter plot
seling weer: „Ik heb glasscherven op de
gang gevonden."
De Spanjaard staarde den naast hem
loopenden speurder vragend aan: „Welk
bewijs leidt u daaruit af zei hij na een
pauze.
Herbert Porter haalde zijn sigaretten
koker uit den zak en nam er een sigaret
uit. „Hebt u een beetje vuur voor me
Dank u wel. U vroeg wat daardoor wordt
bewezen? Wel: dat Mr. Bishop de schul
dige is, anders niet."
De Spanjaard bleef wéér stilstaan en
sloeg de oogen op naar zijp metgezel, die
meer dan een hoofd grooter was dan hij.
„De duivel mag me halen, als ik er iets
van begrijp... Op de gang liggen glas
scherven... en daaruit volgt met onafwijs
bare logica, dat' Bishop den armband ge
stolen heeft."
De detective nam kalm de sigaret uit den
mond, tipte de asch er of... „Ik schijn
duidelijker te moeten zijn", zei hij niet
zonder ironie. „De stukgeslagen ruit was...
daarover zijn wjj het eens... een bewijs,
dat er ingebroken is, nietwaar V'
„Zonder twijfel."
„Deze inbraak moet zóó hebben plaats
gehad, dat iemand 's nachts van de gang
uit de ruit heeft ingedrukt en daarop door
heb raam is binnengeklommen, nietwaar?"
„Ja."
„Nu bewijzen de glasscherven, die aan
beide kanten op den grond lagen, dat er
iets niet klopt."
„Hoezoo V'
„Als iemand een ruit kapot maakt om te
kunnen inklimmen zijn er twee mogelijk
heden. Of, de kamer, waarin hij naar bin
nen wil, is leeg dan hoeft hij zich met
bijzonder te geneerenj hij drukt de ruit ifl
en hij wandelt naar binnen. In dit geval
glijden de scherven naar binnen
in de kamer. Of, er is wel iemand in de
kamer en dit was bier het geval dan
moet de indringer geruischloos te werk
gaan. In zoo'n geval snijdt hij de ruit voor
zichtig uit en neemt haar weg. Dan moet
men de ruit in haar geheel of desnoods in
scherven buiten vinden.Begrijpt
u het nu?
„Ik geloof, Mr. Porter", fluisterde de ju
welier, die in ademlooze spanning geluis
terd had, „ik geloof van wel."
„Nu lag het grootste deel van de scherven
In de kamer. Dat was al iets bijzonders,
want de inbreker had toch alle reden om
de aandacht van den man, die in de kamer
aan het werk was, niet op zich te vestigen.
Maar voorts lag er een hoopje scherven i n
de gang; dat nam de rest van mijn twij
fel weg. Deze „inbraak" was niet van bui
ten af gebeurd, maar van binnen uit. De
„inbreker" heeft zijn best gedaan om de
scherven zoo nauwkeurig mogelijk in twee
hoopjes te verdeelen en de eene helft vóór,
de andere helft achler hel raam neer te leg
gen om zoo het onderzoek te bemoeilijken.
Daarop zaagde hij de tralies door. Alles bij
elkaar-, we hebben hier met een gcfin-
geerden aanval op uw bediende te doen.
Wie kan dat uitgevoerd hebben?
Er is maar één persoon, die daarvoor in
aanmerking komt...., hier mijnheer Al
varez, zijn wij bij hot station van den on-
dergrondschen spoor."
De oude vrouw in haar sjofele japon, die
op nummer 31 in de 87ste straat Oost, de
deur van het benedenhuis opende, wierp
een schuwen blik op de beide heeren en
zei: „Neen, mijnheer Bishop is vóór een
paar uur thuisgekomen, heeft zijn huur be
taald en is vertrokken."
„En u weet niet waarheen?" informeerde
Herbert Porter.
j,Tk heb er geen idee van." j
„Gestolen. Alles kwijt," kreunde de ju«»
welier, terwijl beiden weer op straat liepen
„Nu, nu," kalmeerde Herbert Porter",
een klein beetje kunt u toch wel op mij
vertrouwen, mijnheer Alvanez. „Plotseling
wendde hij "zich lol een jongen man, die
onverschiHig voor een winkelraam stond te
lummelen. „Hóe slaat het er mee?" De
uitdrukking van verveling op het gezicht
van den jongen verdween onmiddellijk.
„Bishop is drie uur geleden uit het huis
gekomen."
„Ben je hem gevolgd?"
^Ja. Op den hoek stonden vier heeren op
hem te wachten. Ze stapten met zijn vijven
in een auto."
„Ben je er achteraan gereden?"
„In het begin heb ik het geprobeerd. Zij
reden zigzagsgewijze."
,,IIeel verstandig van de heeren. Hoe vee
heb je ze in de gaten kunnen houden?"
„Tol een steiger van de. voorbooten aan
den Hudson. Bij de 14de straat. Daarop ben
ik teruggegaan en heb het huis verder in
het oog gehouden".
„En wie.
wDe „kleine" zit ze op de- hielen."
„Goed". Herbert Porter wendde zich (ot
den Spanjaard. „Mr. Alvarez, gaat u nu
kalm naar huis en zeg Monsieur Duval.dat
hij morgen terug komt. Ilct werk w.;s 1e las
tig of te*tijdroovend of een dergelijk praat
je. Ik denk, dat wij morgen een goed stuk
verder zullen zijn. Blijft u vandaag thuis. U,
hoort nog van me."
liet avondeten van het echtpaar Alvarez
was ongezellig en 9omber verloopcn. De
juwelier had nauwelijks een paar beten
kunnen doorslikken, had daarop mistroostig
zijn bord op zijde geschoven en zwijgend
een sigaar aangestoken.
'(Slot volgt.Jf