No. 20401.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 15 September
Tweede Blad Anno 1926.
UIT DE PERS.
BINNENLAND.
Let op Uw Gebit.
FEUILLETON.
Hei leedvermaak.
V De 60C.-dem. bij de opening
der Stateii-Generaal.
„Het Volk" schrijft naar aanleiding van
hel' besliiit der s.-d. fracties van Eerste en
Tweede Kamér om dit jaar de openingszit
ting der Stat en-Generaal bij te wonen:
„Dit besluit, dal afwijkt van de tot dusver
gevolgde praktijk, berust op de volgende
gronden:
Bij de allereerste intrede onzer partij in
het parlement, r.u bijna dertig, jaar geleden,
werd aanvankelijk besloten ook niet deel te
nemén aan de i eëedigmg van de Kamer
leden door de Koningin, die ten paleize
plaats vond, doch gebruik te maken van de
mogelijkheid om de beëediging (belofte) dooi
den voorzitter der Kamer le doen plaats
hebben.
Op dit besluit werd echter na eenigc jaren
weer teruggekomen, aangezien het gevolg
was, dal onze Kamerleden later zitting na
men dan de leden van andere partijen, waar
door zij dus pas later in hun rechten traden
en aan de eerste werkzaamheden van de
Kamer niet konden deelnemen.
In den loop van den tijd ontstond ook nog
op andere wijze persoonlijke aanraking van
onze Kamerleden met de draagster der
kroon. In de kommissies lot aanbieding van
de voordrachten inzake benoeming van den
voorzitter der Kamer en Van leden van den
Iloogen Raad werden herhaaldelijk sociaal
democraten als leden aangewezen en dezen
begaven, zich dan daartoe mede ten paleize.
Eveneens begaf in de laatste dertien jaren
bij kabinetskrisissen dc voorzitter - onzer
Tweede Kamer-fraktic, daartoe door de Ko
ningin uitgenoodigd, zich herhaaldelijk ten
palcizo om aan het staatshoofd advies uit te
brengen len aanzien van de oplossing der
krisis.
Tegen een en ander is in de partij nimmer
bezwaar gerezen.
Daarenboven heeft zich in de laatste ja
ren, bij onze steeds toenemende vertegen
woordiging in gemeentelijke en provinciale
besturen een praktijk ontwikkeld, volgent
welke bij officieele bezoeken van de Ko
ningin of van leden der Koninklijke familie
onze vertegenwoordigers zich niet ann hun
representatieve verplichtingen onttrekken.
Bij onze Kamerleden bestaat het gevoel,
dat bij deze ontwikkeling van de verhou
dingen niet meer past een wegblijven van
de openingszitting der Slalen-Generaal. .al
leen omdat daarbij de Koningin verschijnt
om de troonrede voor te lezen.
Hierbij zij opgemerkt, dat algemeen het
gevoelen bestaat, dat, wanneer het binnen
korter of langer lijd tot deelneming van onze
partij aan de regeering zou komen, liet van
zelf zou spreken, ddt onze Kamerleden de
lezing van de troonrede zouden bijwonen
cn niet de sociaal-democratische ministers
alleen aanwezig zouden doen zijn.
Daarenboven dient wel in het oog gevat
ie worden, dat het hier niet geldt een be
zoek der Kamer aan de Koningin, maar om
gekeerd een bezoek van de Koningin aan
de volksvertegenwoordiging. Onze Kamer
leden wonen, indien niet verhinderd, alle
vergaderingen der Kamer bij. Moeten zij af
wezig blijven bij één vergadering, omdat
daarin het staatshoofd verschijnt, overeen
komstig de wettelijke bepalingen nog wel?
-Er wordt te minder aanleiding voor aan
wezig geacht, omdat in andere monarchis
tisch geregeerde landen de sociaal-democra
tische parlementsleden sedert vele «jaren
geen andere practijk volgen als de bijeen
komst onzer Kamerfracties thans besloot ook
ten onzent te volgen. De inlichtingen, ten
vorigen jare in ons blad door Albarda op
grond van mcdcdcelingcn uit Denemarken,
Zweden, Engeland en België verstrekt, laten
geen twijfel er over, dat wij in dit opzicht
hier tot dusver een uitzonderingshcuding
aannamen.
Er is nog één punt: het met de bombarie
ran generaal Duymaer van Twist ingezet
geroep: „Leve de Koningin!", als de draag
ster der Kroon na de voorlezing van de
troonrede de zaal weer verlaat. Moeten onze
Kamerteden echter wegens die altijd min of
meer dwaze vertooning zich laten, weerhou
den om deze parlementszitting bij te
wonen? Het spreekt vanzelf, dat zij aan deze
opgeschroefde monarchistische komedie niet
deelnemen. Onzcs inziens zouden onze mo
narchisten verstandig doen. als zij voortaan
afzagen van een betooging, waaraan veel
van het beoogde effect ontnomen wordt,
wanneer een vierde deel van de vergadering
zich daarvan opzettelijk onthoudt. De heoren
moeten echter zelf weten, wat zij aan hun
respect voor de Kroon meenen verschuldigd
te zijn. Onze Kamerleden inlusschen zijn
van oordeel, dat zij aan Duymaer's bombarie
te veel eer zouden bewijzen, door zich daar
van iels aan te trekken. Zij zullen dus a.s.
Dinsdag aanwezig zijn.
Officieele berichten.
Bij Kon. besluit zijn benoemd, buiten
bezwaar van 's Rijks schatkist: t-ot gede-
legeerd'eii van de NederLandsche regeering
op het 22e intern. Americanistcn Congres
in September te Rome0. H. de Goeje,
oud-zeeofficier on oud-inspecteur van de
scheepvaart in. Ned.-Indië en prof. dr. J.
C. F. H. Schrijnen, hoogleeraar aan dc
R.-K. Universiteit te Nijmegen.
Sernm tot bestrijding van het
mond- en klauwzeer.
Op vragen van "liet lid van de Tweede
Kamer, den heer Wcitkamp. betreffende kos-
telooze beschikbaarstelling dan wel togen
verminderden prijs van het serum .tot be
strijding van het mond- en klauwzeer,
heeft de minister van binnenlandsche zaken
cn landbouw geantwoord:
Het is den ondergeleekende bekend, dat
meermalen de wensch te kennen is gegeven,
om hel hoog-immuunserum der Rijksserum-
in richting legen lageren prijs dan den hui-
digén Ier beschikking te stellen. Tot dusver
is steeds het standpunt ingenomen, dat het
serum tegen den kostenden prijs diende ver
strekt te worden.
Nu echter in den laatsten lijd de ziekte
een meer energieke bestrijding vordert, is
overleg met den minister van financiën ge
opend, om, zoolang de toestand niet aan
merkelijk verbetert, den prijs te verlagen.
Tegen kostelooze beschikbaarstelling be
slaan overwegende bezwaren, vooreerst uit
hoofde van de capaciteit der seruminrich
ting" en voorts omdat hel gevaar niet denk
beeldig is, dat zulks aanleiding zou kunnen
geven tot ondoelmatige toepassing, waar
door de resultaten in geenen doele zullen
beantwoorden aan de verwachtingen, wat
weer tot gevolg zal hebben, dat liet serum
in discrediet kan komen.
Het ligt nochtans in de bedoeling van den
ondergeleekende. de seruminspuitingen, in
dien de omstandigheden daartoe aanleiding
geven, door den vcearlsenijkundigen dienst
te doen toepassen bij de maatregelen lot be
strijding der ziekte. Uiteraard komen de kos
ten hiervoor voor rekening van den Staat.
Overigens hoede men zich voor le hoogc
verwachtingen ten aanzien van don duur der
immuniteit bij de voorbehoedende enling;
deze toch mag niet langer dan op 10 dagen
gesteld worden.
Het land van „Maas en Waal".
In antwoord op de schriftelijke vragen
van het Tweede Kamerlid, den heer Bullen,
deelt de voorzitter van den ministerraad
mede, dat het hem bekend is, dat in de door
overstrooming geteisterde landstreken van
Maas en Waal de noodwoningen niet ge
schikt zijn voor bewoning in den winter;
dat de heropbouw in het algemeen waar
schijnlijk niet voor den a.s. winter gereed
zal zijn, en dat het algemeen Watersnood-
comité niet over voldoende gelden schijnt
te beschikken, om bij dien heropbouw reke
ning te kunnen houden met zoodanige in
richting der woningen, dat de kleine man
daarbij ook gelegenheid voor stalling van
eenig vee heeft.
De zaak is, naar aanleiding van een in
den loop van deze maand ingekomen schrij
ven van het Algemeen Watersnood-comité
in onderzoek. De heropbouw wordt inmiddels
voortgezet.
Behoud van NedeiL Natuurschoon.
Gistermiddag is op initiatief van den
A. N. W. B. en de Vereeniging tot behoud
van Natuurmonumenten een vergadering
gehouden in het Koloniaal Instituut te Am
sterdam inzake het behoud van Nederland-
sche bosschen en landgoederen.
Tal van autoriteiten, w.o! burgemeesters,
Kamerleden en. leden van de Staten-Gene-
raal. woonden de bijeenkomst bij, terwijl
velen, die verhinderd waren aanwezig te
zijn. bewijzen van instemming met het doel
der vergadering haddèn gezonden.
In een rede, welke de heer .Bergsma
hield, wees hij erop, hoe weinig men in
Nederland, wat bosschen aangaat, le mis
sen heeft.-Het opgaand loofhout, dat juist
uil een oogpunt van landschapsschoon van
het allergrootste belang is, beslaat in Ne
derland sléchts 20,000 Hectaren grond
Helaas wordt nu het particulier boschbe-
zit door den NederlandsGhen Slaat zwaar
getroffen. Als motief werd destijds aange
voerd, dat de waardevermeerdering, voort
vloeiende uit de bebouwing van naburige
terreinen, den eigenaar bij verkoop ten goede
zal komen. De omstandigheid, dat de eige
naar die waardevermeerdering niet reali
seert, zou wijzen op draagkracht; men ver
gat echter, dat juist de zaak, waar het bos
schen betreft, zoo is, dat het bosch da
waarde van de omliggende terreinen ver
hoogt. Hoewel er in de Kamer zeer uit-,
voerige debatten in verband met dit onder
werp zijn gehóuden, is de tegenwoordige
toestand nog steeds onhoudbaar.. Toch is
het voortbestaan van landgoederen van het
grootste belang. Dit blijkt o.a. wel uit het
feit, dat vele gemeenten Iraaie landgoede
ren tegen grople sommen hebben aange
kocht om zo voor ondergang le bewaren.
De Staat heeft nog nimmer gebruik ge
maakt van de bij de Boschwet gegeven be
voegdheid om ter bewaring van het na
tuurschoon aan gemeenten steun te verlee-
nen voor den aankoop van bosschen; dit
jaar is daarvoor voor het eerst het luttele
bedrag van f 9000 op de .begrooting ge
bracht. Veel gaat dan ook in het Gooi, in
Gaasterland, in Drente, in Overijsel, kort
om in heel Nederland, verloren.
De Regeering heeft repds iets gedaan,
door de wet van 28 Juni 1926, waardoor
althans de jaarlijksche waardevermeerde
ring door groei van opgaand hout niet meer
door de Inkomstenbelasting wordt getrof
fen. De overblijvende belastingen zijn ech
ter zóó drukkend, dat zij zoowel uit een
billijkhcidsoogpunt als in het belang van
het voortbestaan onzer bosschen niet onge
wijzigd kunnen blijven.
Naast deze alge'mcenc herziening van de
belasting op geboomte dienen echter bij
zondere maatregelen genomen te worden
lot redding van die landgoederen, wier in-'
standhouding en behoud door het algemeen
belang wordt geëischt.. Zeer voordeelig zou
het voor den Staat zijn om landgoederen,
wajuwan de instandhouding naar het oor
deel van den Minister van Landbouw in het
algemeen belang is, onder -gunsligc belas- j
ting-bepalingen le brengen, mits de eige
naar tegenover den Slaat de verplichting op
zich neemt om het goed in stand te houden
en zich in verband daarmede aan zekere be
palingen onderwerpt, ook wat betreft open
stelling voor het publiek. Spr. riep de hulp
van de Pers "in om het volk voor le lichten
in deze, om het warm te maken voor de
zaak, die in het algemeen belang is om door
middel van het volk de regeering dan te
overtuigen. Hij gaf de vergadering in over
weging zich te bepalen tot enkele korte uit
spraken, waarin o.a. de Regeering en
Volksvertegenwoordiging worden uitgenoo
digd met spoed die maatregelen te nemen,
die de oorzaken van de ontluistering van
Nederland kunnen tegengaan. Ook stelde
spr. voor: de beide vereenigingon, die deze
vergadering georganiseerd hebben, een
studie- en propagandacommissie te laten
vormen, die de oogen van het Nederland-
sche volk ópen zou maken.
Na do rede van den heer Bergsma hidd
de heer Jac. Thijssen een lezing met licht
beelden, waarbij vele schoone plekjes in
ons land op het witte doek verschenen, doch
ook tal van plaatsen, eens schoon, doch nu
door ruwe handen verkracht.
Ten slotte werd door de vergadering een
motie aangenomen, waarin besloten werd
uilvoering le geven aan dc uitspraken en
voorstellen, die de heer Bergsma in zijn
rede had aangegeven.
Nedetlandsch Fabrikaat.
Heden vergaderde te Utrecht do Vereeni
ging „Nederlandsch Fabrikaat".
De voorzitter-, de heer ir. J. van Dussel-
dorp opende met een rede, waarin hij wees
op het samenvallen met de Jaarbeurs, waar
door afgezien is van uitstapjes, gelijk andere
jaren, om dan aldus te vervolgen:
Uit het jaaroverzicht, dal het voornaam
ste bevat wat door onze Vereeniging in hel
afgeloopeu jaar is verricht en dat slraks door
den secretaris zal worden voorgelezen, zal
u blijken, dat de werkzaamheden steeds toe
nemen en steeds veetzijdigcr worden. Meer
en meer wordt het streven onzer Vereeniging
op waarde geschat.
Niet genoeg kan er op gewezen worden,
dat de bevordering der Nederlandse he voort
brenging niet uitsluitend en ook niet in de
eerste plaats is een fabrikanten of onderne
mers belang. Onze statistiek heelt geen cij
fers, waaruit men eenige zekerheid valt af
te leiden welk deel van de waardevermeer
dering bij de voortbrenging aan de onder
nemers cn welk deel aan dc ondergeschik
ten toekomt. Die cijfers beslaan wel in de
Verconigde Stalen van Noord-Amerika. waar
het Nationaal Bureau of economie Research
heeft bevondéh. dat hij dé industrie (fac
tory production) 1909 tol 1018 verdiend
werd aan loon en salaris 73,7 pel. cn aan
overwinst 6,3 pet. van dc waardevermeerde
ring bij de productie. Ik neem hier de cijfers
van de industrie, omdat de jaarlijksche Ne
derlandsche bevolkingstoename van 100.000
personen wel voor het grootste deel in de
induslrie*werk zal moeten vinden. Men ziel
dus, dat de 73,7 pet. die de loon trekkende n
verdienen .heel wat meer gewicht in de
schaal legt dan de 6,3 pet overwinst van de
ondernemers. Zooals gezegd, zijn deze ver
houdingspij fers ten onzent niet bekend. In
onze Jaarcijfers 1915 vinden wij, dal van
allo N.V. in Nederland van 1905/6 tot
1914/5 de belaste uitdeolingen waren ge
middeld 7,4-3 pel. van het kapitaal, gevende
dus als wij 5 pel. als rente van het kapitaal
aannemen een overwinst van 2,43 pet Dczo
2,43 pet. overwinst zijn dus belangrijk min
der dan de 6,3 pet. in Amerika en wijzen er
dus op, dat bij de Nederlandsche voortbren
ging de belangen van loon- en salarislrok-
kende vermoedelijk een nog veel groolcr rol
spelen dan in Amerika.
Maar ook zij, die geheel builen handel en
industrie slaan, hebben er belang bij, dal de
Nederlandsche voortbrenging bloeit en dal
de in Nederland beschikbare werkkrachten
worden opgeëischt. Bij vorige legenhcden
heb ik er reeds op gewezen, hoe de opdrach
ten aan dc Nederlandsche nijverheid gege
ven, den omzet vcrgroolcn, daardoor dep
kostprijs verlagen en de exporlmogclijkhoi 1
l>e vorderen, dal tegelijker lijd de werkeloos
heid vermindert, dat hel aanlal personen,
dat in de productie piaalsng vindt, vergroot
wordt en dat dientengevolge ook het aantal
personen, dat zich met de distributie bozig
houdt en dus ook het aantal winkels, kan
verminderen, waardoor ook de omzet en dus
de winst der dislribuanlen vergroot wordt en
hun kostprijs verlaagd, dat tenslotte al die
genen, die meer verdienen dan vroeger ons
de hooge belastingen*helpen dragen, die vol
gens Minister de Geer tot gemiddeld 30 pet
van het inkomen zijn geslegen.
Tenslotte is er nog één punt waarop ik
Uwe aandacht in dit verband wilde vestigen,
omdat het ons allen raakt, ik zou haast zeg
gen ons allen zonder uitzondering.
Immers alle Nederlanders hebben een
familielid, een kennis, een vriend, die zoo
gaarne een betrekking zou hebben, doch die
bij sollicitatie de ervaring opdoet, dal er
voor elke plaats honderd of meer sollici
tanten zijn, waarvan een belangrijk deel aan
de gestelde ei9chen voldoet. Welnu, wan
neer algemeen aan Nederlandsclt fabrikaat
de voorkeur wordt gegeven, opent zich ook
voor "velen hunner de mogelijkheid om in de
productie werkzaam te zijn in het belang
van henzelf, in het belang van ons allen.
RECLAME.
Als U aan Uw gebit niet dc noodige zorg
besteedt, zult U spoedig bomerken, dat daar
door de ziektekiemen zich in Uw mond
hebben kunnen vastzetten en tanden ca
kiezen aantasten. Hel ge
volg daarvan kan zijn j
verlies van Uw gebit enfi
misschien nog van Uw®
gezondheid bovendien. U
zult geen verontschuldi
ging voor Uw nalatigheid
kunnen aanvoeren, want
voor weinig geld is hel
middel te verkrijgen om
Uw gebit gezond en mooi
le houden. Het mondwater
Odol is een geheel apart
preparaat dat zijn anliseplischen
verfrisschendcn invloed niet
alleen uitoefent gedurende de
oogen blikken, dat men daar^
mede de mond spoel l. doch ook
nog uren lang daarna.
Dank zij zijn vloeibaren vorm
dringt Odol tot in de allerklein
ste gaatjes en tusschenruimten.
van liet gebit door, doel zijn
invloed gelden op tandvleesch
en slijmhuid en is derhalve een
middel om hel gebit le bescher
men en te behouden als geen mondwater
ter worold. Juist de langdurige nawerking
van Odol geeft den gebruiker de zekerheid,
dat zijn mond gevrijwaard blijft voor ziekte
kiemen, welke verlies van het gebit ten
gevolge zouden kunnen hebben. 610
in het belang van de wolvaart van geheet
Nederland.
Aan het jaarverslag vah den Recretaris-
penningmeestor den heer H .F. IX. Snoek
dntlcenen wij
De Vereeniging; bewcogfc zich in opgaan
de lijn. Ilct aantal leden is stijgende, on
gerekend kan worden ,dat de contributies
over dit jaar die over 1925 zullen overtref
fen met. een bedrag van ruim f 800. Daar-»
mede is echter niet gezegd, dat alle zor
gen van ons zijn weggenomen. Propaganda
cn krachtige propaganda kost geld, on on»
jaarlijksoh inkomen is sleohts ongeveer
f 1-L000, alles cn alles inbegrepen.
De belangstelling in ons controlemerk
(nationaliieitskonmerk voor industrieel©
artikelen) wordt steeds grooter; geduren
de dit jaar kon een gevraagde vergunning
tot liet voeren van dit merk worden ver
leend aan 8 fabrikanten, wat echter in ver
houding tot het totaal aantal Nederland
sche fabrieken nog zper matig is, ©n nog
steeds wordt niet voldoende het grooto
nut van een gemakkelijk en 'betrouwbaar
kenmerk voor de nationaliteit van een.
product ingezien.
Onze industrieclo filmafdecling verheugt
zich in voortdurende groote cn stijgende
bel eng*belli n g.
In hét winterseizoen, vallende in dit
jaar, werden 7 industrieele filrabijeenkom-
sten onder yógon beheer gegeven, terwijl
23 maal compleet© filmvoorstellingen, met
gebruikmaking van ons materiaal voor an
deren werden tot stand gebracht. In het
geheel werd ongeveer 45.000 Meter fikn'
sinds 1 Januari vertoond, terwijl in het ge
heel door onze eigen technische filmdienst
meer dan 6800 Meter film is opgenomen.
Onze exportvoorliolitingsdienst heeft een
geduchte uitbreiding ondergaan. Moer dan
1600 maal zijn, sinds 1 Januari j.l. aan
Nederlandsche fabrikanten opgaven ver
strekt van handelaren in het buitenland
die met Nederlandsohc exporteerendc fa
brikanten in aanraking wilden komen.
Met de besturen van de verschillend©
groote vakbonden staan wij op aangena-
men voet.
Herhaaldelijk 'bleek dat lang niet allo
Nederlandsche fabrikanten voldoende op
de hoogte zijn van de vereischten aan welko
de verpakkingen van verschillende produc
ten voor export naar de tropen (speciaal
Ned. O.-I.) moeten voldoen.
In samenwerking met den heer v. <L
Het is eeuwig en altijd dezelfde geschie
denis eerst is men onafscheidelijk, dan on
eens komt een breuk en men is eikaars
doodsvijand.
„Doodsvijand" is eigenlijk maar een be
paalde manier van zeggen; men wenscht
elkaar niet direct den dood.... maar men
wenscht toch wél van ganscher harte, dat
de gelegenheid zich zal voordoen, om den
ander, zoolang hij leeft, nog van allerlei
aan te doen!
En daarom behoeft men toch ook niet
direct slecht te zijn, want" Vanon, die Pin-
guilet op de zooeven beschreven manier ver
afschuwt. is eigenlijk een zeer goedmoedig
men9ch. Hij lacht graag, h zacht legen alle
menschen, teer met dc zijnen en liet over
komt hem zejfs, dat hij op straal" een ar
men drommel een paar centen geeft, ook al
passeert er niet juist een knappe vrouw, die
dit oplet.
Maar.... als men hem over Pinguillet;
spreekt, gaan zijn wangen gloeien, treden
rijn oogen uit hun kassen en wordt zijn
snor electrkcli.
Wat heeft Pinguillet hem aangedaan?
Bat zegt hij niet. Misschien heeft de twist
maar een onbeduidende oorzaak gehad.
Maar de haat heelt geen forsche aanleiding
noodig om diep te zijn.
Heeft men echter aan zijn ergernis lucht
Segeven en moet men achteraf bekennen,
flat men zich om een dwaasheid wat al te
ruk heeft gemaakt, dan krijgt „men" geen
oogte van u en „men" vindt u twistzoe-
Gnu. Daarom is het beter, zich maar vaag
te laten, en als Vanon eenigszïn9 toon-
s zucht: „o, die Pinguil let I maakt dit
een grooten indruk; immers, zou men toe
vallig dadelijk hierop Pinguillet ontmoeten,
men zou zich wel even bedenken om hem
zonder meer de hand te drukken.
En toch was er zelden een vriendschap
geweest, die zich beter had kunnen laten
aanzien dan die lusschen Vanon en Pin
guillet. Zij waren beiden denzelfden dag op
de technische hoogeschool aangekomen, en
zij hadden beiden tezclfder tijd dezelfde
grappen aan zich moeten laten voltrekken,
die zelfs niet heelemaal uitgedroogde men
schen nog moppig vinden, en die daarin be
slaan, dat' het halve of het heele lichaam
der nieuw-aangekomen kameraden met po-
liloer-was bestreken wordt. Dat had hen
sterk aan elkander verbonden.
Het jaar daarop hadden zij dezelfde mal
ligheid jongeren collega's aangedaan, en dit
haalde den band nog nauwer aan. Toen
kwamen er jaren .waarin zij'hun geld, hun
ne droomen samen deelden. Daarop volgde
de tweedracht", waarvan de oorzaak door
Vanon aanhoudend verzwegen werd. Pin
guillet en Vanon waren voorlaan' ijskoud
legen elkaar en spraken elkaar aan met
„monsieur".
De atelier-geest leed er zeer onder. Wau-
Yiccr er met enthousiasme een kernachtig
lied werd aangeheven om een nieuwen gast"
le tarten door den durf van den tekst, was
al het plezier weg, zoodra de vijand mee
zong. En hoe kon er van harte meegedaan
worden aan de grappen, als de een den an
der met „monsieur" aansprak?
Dat voelden^ beiden eigenijk zóó goed, dat
zij op zekeren^ avond, bij een groot kunste-
naarsfeest, waar ze als Indianen moesten
verschijnen, zich allebei verstopten achter
een quasi al tê verhoogde stemming om
maar ongedwongen te kunnen zijn en el
kaar te kunnen tuloyeerenMaar den
volgenden dag haatte zij elkaar des' le feller!
Op zekeren dag verwierf Vanon een eer-
vollen prijs voor architectuur, en toen Va
non het gezicht van Pinguillet zag na dit'
succes, voelde hij zich gelukzalig; de last
bare bevestiging van zijn triomf lag er voor
het grijpen op!
Niet een ieder is hot gegeven, zooals aan
tooneeispclers, om direct door het applaus
over hel beiiaalde resultaat te worden in
gelicht: wie niet lot hen behoort, leest in
hot" gezicht van zijn vijanden triomf of ne7
dcrlaag.
Van dat oogenblik van Vanon's eersion
triomf, afgelezen op het gelaat van zijn
vijand, werd het de voortdurende gedachte:
„Het gezicht, dat Pinguillet zal zet
tenHet werd voor den goeden Vanon
nu de grootste occupatie. Zijn ouders, die
arm waren, schreven hun zoon elke weck
vermaningen om vlijtig te werken, maar
Vanon, die een luiaard was, zou soms lie
ver een glas bier hebben gedronken of een
partijtje billard gespeeld dan zijn pen in de
inkt gedoopt, als niet „het gezicht, dat Pin
guillet zal zetten...." de ware aansporing
was geweest.
Doch „dat gezicht" diende Vapon vrij
spoedig zich in zijn verbeelding voor den
geest te halen, want Pinguillet ging direct
na beëindiging van zijn studiën naar een
afgelegen oord voor den bouw van enkele
kleine huizere; hij was niet een man van
bijzondere beteekenis. geworden; eindelijk
was hij te Rennes beland, althans dit had
Vanon door een neef vernomen, die daar
gevestigd was.
Hij. Vanon, zuchtte af en toe om den an-~
der, dat deze het niet ver gebracht had. Wat
zou hij barsten van jalouzie, als hij over de
successen van Vanon las! Want Vanon
was in de opgaande lijn; zijn werk bracht
hem steeds meer naar voren; hi.i was „de
bekende, jonge architect"s
Hij trouwde ook mettertijd Hij werd voor
een keuze gesteld: aan den eenen kant eon
jonge vrouw, aan den anderen kant een»
jong meisje, dat zijn aandacht vroeg....;
geld of Liefde, zooals het gewoonlijk gaat.
Vanon óverwoog met helderen blik de voor-
en nadeelen, die 'n zakelijk huwelijk boden,
'n huwelijk uit liefde zou hem wel geluk
kunnen .geven, maar hier lokten bruidschat
relatieswat zou Pinguillet wei voor
een gezicht; zetten." Is het noodig nog te
zeggen, dat Vanon deze begeerte om Pin
guillet tot het uiterste te brengen niet weer-:
elaan kon?
De kleine onaangenaamheden, die cr wa
ren, welnu, die zouden niet lot Pinguillet,
op zoo verren afstand, doordringen! Hij zou
niet te hooren krijgen, hoe verzuurd me
vrouw Vanon eigenlijk was; evenmin hoe
Vanon eigenlijk was; evenmin hoe Vanon
zelf op een avond, ergens in Tourraine,
waar hij voor de restauratie van een slot
moest" zijn, naar het landschap aan de Loire
turend stil aan zichzelf moest bekennen:
„het werk wordt me zwaar genoeg.hoe
gaarne zou ik onder dezen blijden hemel
een rustig, verborgen beslaan willen le
ven.... Maar boe.... zou jk nu reedv al
les laten varen? mij hier begraven? Pin
guillet zou me voor afgedankt en gestrand
houden
Hij weet immers ook niet, hoe Vanon, om
het groote Palace-hotel te mogen bouwen,
dat zooveel opzien heeft gebaard, zich tot
machinaties heeft laten verleiden, die zijn
geweten nooit heeft kunnen billijken....
hij weet dat allemaal niet, Pinguillet weet
alléén, dat aan Vanon de bouw van het
beroemde Palace-hotel werd opgedragen.
en wal zou die wel yoor een gezicht gezet
hebbenI....
Wat zal hij" echler voor een gezicht zet
te? als hij binnen enkele dagen in de cou-.
ranlen onder de rubriek „onderscheidingen
zal hebben le lezen „legioen van eer. Va-
non (Pierre), architect'
Vanon trilt van opwinding, hij omlielsf
zijn vrouw.
„Gedecoreerd, gedocoreord! wat zeg jc er^
van?"
„Bravo!Maar zie jc niet wie hier
achter me staat, je neef Fargcau uit Hen
nes. zooeven aangekomen?"
„Warempel! dat is zeker wel tien ;iaar
geleden, dat wij elkaar het laatst gezien
hebben, neef! Hartelijk welkom! Vertol me
eens gauw, is Pinguillet nog altijd daar
ginds? Hoe gaat het hem?"
„Hij groeit."
„Hoe hij groeit? Op zijn leeftijd?"
„Maar stellig en zeker, hij zal bijna twaalf
jaar zijn."
„Neen, je begrijpt me verkeerd, ik heb het
over den vader!"
„O, de vaderl maar die is zeker al zeven
a acht jaar dood!"
„Wat.
Vanon zinkt in zijn leunstoel neer
dus sedert acht jaren heeft hij zich afg?-
beuld, zich vernederd, zijn bestaan vaak
verwcnscht.en dit alles om een man
te imponeeren, een man.die, nota bene
dood was!.... Wat een teleurstelling!
Hij wrijft zich over het kale hoofd, een
groote onrust bekruipt hem..'., wie nu zoL
hem de kracht en den ijver tol het werk
verleónen, waar hij dat niet uit liefde voor
een vrouw, noch uit haat tot een vijand, lot
stand kan brengen
„Wat heb je toch?" hoort hij de slem
zijner vrouw vragen; „als je eens kon zien#
waf y-oQr een gezicht j ij zet1