De 3-October-V ereeniging
te Leiden 40 jaar.
De Markies v. Bardeiys
No. 20288.
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 4 Mei
Tweede
Blad Anno 1926.
Een overzicht van wat er in deze 40 jaar gebeurde.
FEUILLETON.
BINNENLAND.
ii.
Een opwekking lol feestviering kwam
voor in de Leidsche Courant van Maandag
i Oclober, van den volgenden inhoud:
„Op. op lei* (eeste. Ingezetenen van Ley-
(Jen! Het Jubel, over den moed, de stand-
vaslighcid en de heilige trouw uwer Vade
ren in den strijd tegen de misdadige dwing-
landij van Spanje is aangebroken. Op. op,
ter fceste en openlijk, getoond, dat gij Ne
derlanders zijt, waardig het genot der Vrij
heid, waarvoor onze Vaderen moedig ge
streden en goéd en bloed opgeofferd hebben.
Heilig was en is II da jaarlijkschc dankdag
voor Leydens onlzel in den jare 107i eu
sou dan het hveehonderdvijttig jarig Jubel
u niet hoogst belangrijk zijn? De volharding
in dien strijd, de zegepraal van Leyden was
de zegepraal van geheel Nederland. Maar
waartoe aanmoediging? Hebt gij niel reeds,
op den eigen verjaardag van liet Ontzei
uwer stad. hebt gij niet reeds gisteren de
doorslaande bewijzen gegeven, dat gij nog
niet van het edel bloed Uwer doorluchtige
Vaderen ontaard, dat gij nog waardig zijt
idea grond te bewonen, waarop zij denjhard-
sten dood tartten, waarop zij voor uwe vrij-
1 heid streden. Uwe tempelgebouwen waren
ontsloten opgepropt met een Godsdienstige
schare en, voorgegaan door uwe waardige
Leeraren, storttet gij uwe dankzeggingen uit
tot verheerlijking des Allcrhoogstcn, zongl
gij. in gepaste lofzangen Zijne eer in de uit
redding dor beangste stad en jubelde! gij
Zoo voor Zijn aangezigte in zijne heilig
dommen.
Vrolijk breke het Jubel aan. Op. op ter
feest'1, Levdenarcn, dat de vreemdelingen,
die Uwe Stad bezoeken, zich van uwe op-
reglc deelneming overtuigen en in uwe
yreugde stemmen. Welkom zij u dezen dag!.
Prijke hij in de geschiedenis van uwe stad,
la. in de jaarboeken van Nederland met
pnuitwisclibarc letteren en worde uw jubel
feest in dierbare erkentcnissc overgebragt
bij een dankbaar nageslacht, gelijk wij ons
ïiog verlustigen in de jubelfeesten cn jubel
zangen onzer Voorvaders!"
„Wie loont dor Vadren moed bij het
verslaan van Spanje?
[Wie roemt der Vadren trouw, die
onbeneveld scheen?
Wie loont een Van der Wcrff, een Douza
cn Oranje,
Wie, dan een dankbaar kroost, op 't jubel
feest alleen?"
Diezelfde oproep, met een kleine wijzi
ging. zou elk jaar lot de Leidenaars gericht
kunnen worden.
Dat nummer der Leidsche Courant was
yoor een groot deel aan. de fpeslviering gc-'
.wijd. 'I Prijkte o.n. ook met 'l volgende
VOLKSLIED
Wijze: Lap ze maar, enz.
Leyden, pronk van al dc sleden
In het schoon Hollapdia,
Wijdt den blijden dag van heden
Aan don Vadren gloria
■.Laai zo maar, laat ze maar. laat zo maar
praten,
Leyden viert 's Lands zegepraal.
1 Leydens moed zul eeuwig prijken
Schitteren vol van gratia.
Zoo in de Almanaks Kronijken
Als in 's Lands Ilisforia.
Van der Does zal aan ons leeren
Hoe dat toen concordia
Nederland deed triomferen
Over Fjlips superbia.
Van der Werff loont, hoe dc Vadren
Wonnen door constantia.
Toen de muitzucht hem dorst nad'reo
Weck zij voor zijn lingua.
Naar het Engelsch van
RAFAëL SABATINL
..Neen, neen, een moord zouden ze nooit
hebben begaan".
„Misschien niet, maar toen kon ik daar
toog niet zoo zeker van zijn. De meeste
menschen in den toestand van uw vader
zouden mij om het leven gebracht hebben.
'Ach mademoiselle, hebt ge daar geen bewij
zen genoeg van? Gelooft ge mij nu?"
»la, mijnheer", antwoordde zij eenvou
dig, „ja, ik geiool u".
„Kunt u dan niet gelooven in de oprecht
heid van mijn liefde?"
2ij gaf geen antwoord. Zij wendde haar
Sczichl af, maar uil haar stilzwijgen putte
ik moed. Ik kwam dicht bij haar. En legde
*jn<jn hand op den rug van haar stoel en mij
haar overbuigende, sprak ik met een
uiarls loc hiel ij ken gloed, die hel hart van
iedere vrouw dï? mij niet haatte, zou doen
smelten.
„Mademoiselle, ik ben een arm man", zei
Jk eindelijk. „Ik oen niet langer dien luis-
Acrrijken edelman, wiens rijkdom en pracht
spreekwoordelijk waren. Toch ben ik geen
ulpbehoevend edelman, ik heb een kleine
czuting in Beaygency een plekje waar
<ic-n gelukkig kan zijn. mademoiselle. Parijs
/•f» rn!^v?'e' neerzien. Ik ga vreedzaam, in
wonen Ie Beaugency en. als ge
'irnij nacegmi. ZOo gelukkig a's ik in mijn
Leydens roem geeft ons Ic lezen,
Dat, hoe 't ook op aarde ga:
Altijd onze leus moet wezen:
Deus. Rex et Patria.
Laat nu blijd' .hel: Io! klinken.
Jubelt nu: Victoria!
Eer zal gansch Heolal verzinken,
Dan dat Leydens roem verga!
Laat ze maar. enz.
Waar bovendien in dalzelfde jaar van
den „Edel Achtbaren Raad dezer Stad" een
vereerende uitnoodiging aan de Studenten
was gezonden om ook nu weder ..het hunne
toe le brengen lol het plegtig en luisterrijk
vieren van de heugelijke gebeurtenis", waar
aan met <to meeste bereidwilligheid werd
voldaan, blijkt daaruit, dat dc feestviering
weer in eere was hersteld.
En nu, na de oprichting der 3-Oct.-Vcr.
op 13 Mei 1886 zou de a s. feestdag van bij
zondere beleekcnis worden. Twee maanden
na de 1ste algemeene vergadering hadden
zich reeds 1060 personen als lid aangemeld.
Bovendien was door den Burgemeester hot
uitzicht geopend op een vermoedelijk ge
meente-subsidie van 400 gld. en dat boven
dien de gelden, die de Gemeenteraad ge
woonlijk voor den 3dcn Oclober toestaat,
n.l. voor uitsteken van vlaggen, camllon-
bespeling, muziekuitvoeringen enz. zullen
besteed worden, zoodat ook die som feitelijk
de vereeniging ten goede zal komen.
Waar dc 3-Ocl.-Ver. een bij uitstek Leid
sche vereeniging is, lag het voor dc hand.
dat bij 't Bestuur bij de oprichting reeds
't denkbeeld gerezen was. het Eere-Voor-
ziüerschap der vereeniging op te dragen
aan den heer L. M. De Laat de Kanter.
Burgemeester van Leiden. Dit voorstel werd
op dc Algemeene Vergadering van 16 Juli
1886 onder levendige toejuiching aangeno
men, waarna de heeren Van Reencn, Knut
tel en Driessen zich in commissie per rij
tuig naar het woonhuis van dén heer de
Kanier begaven, om hem het besluit der
vergadering mede te deelen en bij aanvaar
ding van liet Eere-Voorzitterschap uit te
noodigen, de vergadering met zijn tegen
woordigheid te komen verblijden. Kort
daarna kwam de Burgemeester met do hem
binnenleidende commissie binnen en werd
met een warm woord van welkom toege
sproken door den voorzitter, die hem daarop
den voorzittershamer overhandigde. De
Burgemeester beantwoordde de woorden
van den voorzitter met de betuiging, dal
bet hem een waar genoegen was het Eere-
Voorzitterschap te aanvaarden van een ver
eeniging, die reeds, toon het plan der op
richting hem werd medegedeeld, zijn volle
sympathie wegdroeg. Hoewel hij meende,
dat de leiding der vergadering aan den
voorzitter moest blijven, als in goede han
den. wilde hij, alvorens den voorzitters
hamer terug te geven nog verklaren, dat hij
bij ervaring wist, dat do Leidsche burgers
warm zijn bij een feestviering van den 3den
October, zooals in 1881 nog zoo duidelijk
gebleken was, maar tevens, dat hij ook
wist. dat het veel waard was voor een der
gelijk feest mannen aan hel hoofd te heb
ben, die niet tegen drukte en moeite opzien
en het deed hem daarom zooveel genoegen
den lieer J. Goedeljce in het bestuur te zien,
die bij hel feest in 1884 een zoo ijverig aan-
de§J in de werkzaamheden op zich had ge
nomen. Nadat hij vervolgens de verzekering
had gegeven, van zijn kant zooveel mogelijk
de Vereeniging te zullen steunen en, waar
het liem gevraagd werd, steeds met zijn
raad het bestuur te willen bijslaan. reikte
hij den hamer aan den Isten voorzitter over.
Daarna kwam hel lste feeslplan in be
spreking.
Hoewel met 't oog op den Zondag, waarop
in 1S86 3 October viel, het bestuur gemeend
heeft de uilvoering van liet feestprogramma
■heele leven niet verdiend heb. Ik heb niet
langer een stoet bedienden. Een paar man
nen cn een paar dienstmeisjes zullen onze
huishouding vormen. Toch zal ik gelukkig
wezen mijn rijkdom verloren le hebben ia-
dien ge mijn lot wilt aeclen in een vredig,
vergelen leven. Ik ben arm, mademoiselle,
maar zelfs nu niet armer dan die edelman
René de Lespéron, voor wien ge mij hebt
aangezien en aan wien ge den onbetaalba-
ren schat van uw hart had geschonken".
„Acht mocht' hel God hebben behaagd,
dat ge die arme edelman waart gebleven!"
riep zij uit.
„Waarin bestaat het verschil, Roxa-
lannc?"
„Dat hij geen weddenschap had aange
gaan", antwoordde zij, plotseling opslaande.
Mijn hoop begon te verdwijnen. Zij was
niet boos. Zij zag bleek en haar lief gezicht
was ontsteld .achI hoe dToevig ontsteld!
Lk dacht haast dat ik haar verloren had.
Zij wierp mij een blik toe uit haar blauwe
oogen en ik geloof, dat er tranen in waren.
„Roxalanne!" riep ik smcekend. Maar zij
kreeg haar zelfbedwang (crug, dal zij een
oogenblik op het punt was geweest te ver
liezen. Zij slak mij de hand toe.
„Vaarwel, mijnheer!" zei ze.
Jk keek haar aan. Haar houding begon
mij boos te maken, want jk zag, dat zij niet
alleen mij, maar ook zichzclve weerstand
bood. Nog steeds woedde in haar hart op
onrustbarende wijze de twijfel. Zij wist
of moest weten dat er geen gevaar meer
voor was en toch weigerde zij'hardnekkig
hem uit le bannen. Altijd die weddenschap.
Maar niettegenstaande de hardnekkigheid,
moest zij het redelijke van mijn redeneering
hebben ingezien, de onweerlegbare logica
van de betaling. Zij sprak mij logen cn door^
op Maandag 4 October, te moeten doen
plaats hebben, hoopt de voorzitter toch, dat
de dag van 3 October zelf, zich, behalve
do^r de godsdienstige viering, ook zal ken
merken door het wapperen van vlaggen en
wimpels uit de meeste woningen. Thans,
40 jaar later, -valt 3 Oclober ook weer op
een Zondag en 't tegenwoordig bestuur
komt met den zelfden wcnsch als van den
voorzitter in 1886: „Loidcnaren, op 3 Octo
ber de vlaggen uit". En ook merkwaardig is,
dat "t programma, in 1886 voorgesteld, in
hoofdzaak nog overeenkomt met het tegen
woordige. mogen dan ook al enkele num
mers eenige verandering en uitbreiding
hebben ondergaan.
Voorgesteld weid:
De feestdag zou te 81/' ure plechtig wor
den ingewijd door Koraalmuziek van den
Stadhuistoren, uit le voeren door het mu
ziekcorps van de Leidsche Schutterij, aan
hol bestuur welwillend aangeboden door de
officieren van genoemd corps. Tegenwoor
dig heeft hel corps der politie^agenlen die
laak op zich genomen en vervult die
zij 'l dan ook enkele uren vroeger, op één
voor 't bestuur hoogst prettige wijze.
'I Bekende carillon zou bespeeld worden,
de fontein op de Yisclimarki haar stralen
omhoog spuiten cn aan 1000 mannelijke
en 1000 vrouwelijke ingezetenen zullen
haring en wittebrood, sigaren, cn bons voor
bier worden uitgereikt:
Mei dil gedeelte van hel programma wa
ren de morgenuren gevuld; de middag
moest, zooals steeds, het glanspunt van den
dag worden. Daartoe werd de burgerij op
gewekt door zelf een feest le helpen vieren.
Men wilde een optocht houden, omdat men
zich in Leiden haast geen fecsl kan voor
stellen, of een optocht moet 't hoofdpunt
van het programma zijn. Alle Leidsche
Vereenigingen werden opgeroepen met hare
banieren In optocht door de stad le trek
ken, en op bepaalde punten halt te houden,
om Vaderlandsehc liedoren uit te voeren.
Van andere zijde vrtnrd licl wenschelijk
geacht, een harddrqyerij te organisecren,
om hierdoor de onwoners van Leiden naar
de slad te lokkenten voordcele van de
neringdoenden. Ook inocslen de feestvie
renden met muziek van den trein worden'
gehaald, om zoodoende de stemming te ver-
hoogen. Denk eens, dat zulks in deze jaren
moest geschieden, nu alleen van uit den
Ilaag wel 20.000 personen met extra-lrei-
ncn worden aangevoerd. Doch ook toen
werd die wensch niel uitvoerbaar geacht
en besloten, het voorstel van het bestuur
goed-te keuren, waaraan nog werd toege
voegd. muziekuitvoering op Zomerzorg en
lot slot van den dag een schitterend vuur
werk op het Schuttersveld. Op verzoek van
don Eere-Voorzitter zou 't slolsluk van het
vuurwerk voorstellen: „Willem I aan Van
der Werff een gloeiende hand gevend". De
vereeniging van oud-Strijders „Het Metalen
Kruis" zou in oen rijluig aan den optocht
deelnemen onmiddellijk achter het rijluig
van het bestuur.
Dat velen de vereehiging gunstig gezind
waren bleek uil de aanbieding van hel
Leidsch Dagblad en de Leidsche Courant,
om de oproeping van leveranciers voor de
haring, wittebrood enz., gratis ie plaatsen
en van dan heer Trap, die 40 groolo aan
plakbiljetten voor de inschrijving leverde
voor den prijs van f 3. De animo voor die
inschrijving scheen ook toen, groot te zijn;
■tenminste 't bestuur ontving menig schrif
telijk verzoek, om voor de uitdecling: „in
de gunst te mogen slaan'".
Een enkele daarvan is bewaard gebleven
en volgde hier in zijn oorspronkelijken
vorm en eigen grammatica:
Leiden den 28 Augustus 18,..
Aan
Don WelE. Heere den Hcere Bestuurs Leden
der derde October Ver Ecniging. Alhier
WelEd. Hcere.
Door middel dezes doe Uwe Onder
getekende dw. dienaar F. W. Jhel
gcEerbicdigd Verzoek AanUwE. tocdien-
nen. Aangezien van in Aanmerking ie
mogen komen Ier uitreiking Uwer Giften
Strekkende lol hel doel onzer derden
Oclober Veesldag.
Mij in UwE. goedduukende Gunsle
Aanbevelende hept ik de Eer Mij met
Achting le noemen UwE. Dienstplichtige
dienaar en dienaresse.
F. W. Jen Echtgenoten.
-mij legen te spreken sprak zij ook zich zelve
legen, want dal zij mij had liefgehad, had
zij mij zelf gezegd, dat zij mij weer kon
liefhebben daar was ik zeker van, als zij
de zaak maar wou zien in het juiste licht,
het licht van rede en gerechtigheid.
„Roxalanne. ik ben niet naai- Lavédan
gekomen, om u goeden dag, vaarwel, le zeg
gen. Ik vraag van u een welkomstgroet en
niet een groet tot afscheid".
„En toch is dat alles wal ik u geven kan.
Wilt ge mijn hand niet aannemen? Mogen
wij niet als vrienden van elkaar scheiden?."
„Neen, dat kan niet, want wij scheidén
niet van elkaar'.
Het was alsof het slaal van mijn vastbe
radenheid sloeg op den vuursteen van de
hare. Zij sloeg de oogen even lot mij op
alsof ze mij excuus wilde vragen, zuchtle,
haalde de schouders op, keerde zich om en
ging naar de deur.
„Anatole zal u iels brengen omm te vcr-
frisschen voor uw vertrek", zei ze op be
leefden. officieclen toon.
Toen speelde ik mijn laatste kaart uil
Was het voor niets, dat ik mijn rijkdom
linA weggeworpen? Indien zij zich zelve
niet geven wou, dan zou ik haar noodzaken
zich zelve ie verkoopen. En ik schaamde mij
daarvoor, niet, want zoodoende redde ik
haar en mij zelve van een ongelukkig leven.
„Roxalanne!" riep ik uit. De heftigheid
van mijn slem hield haar terug misschien
togen liaar wil.
„Mijnheer?" zei ze zoo stemmig als ge
.maar wilt.
„Weet ge wel wal ge doel?"
„Ja, volmaakt goed".
„Neen, dat doet ge niet. Ik zal hiel u zeg
gen. Ge zendt uw vader naar het schavot".
Zij werd doodsbleek, zij waggelde en J
De bedoeling was goed en zeker zal aan
bovenstaand verzoek zjjn voldaan. Evenals
thans, zal ook in die dagen bel bestuur ten
opzichte van de aanvragen zeer foyaal te
werk zijn gegaan, 't Zou me niet verwon
deren, dat ct onder de tegenwoordige klan
ten er nog wel zijn, die in 1886 reeds in
aanmerking zijn gekomen. Lalen zc maar
■gerust terugkomen, met volle hartelijkheid
worden ze ontvangen.
(Wordt vervolgd).
De Kon. Familie naar het Loo. -
De Koningin, do Prins cn Prinses Juliana
zijn gislernamiddag te 6 uur'4 min. per
Staatsspoor naar het Loo vertrokken om
aldaar de zomermaanden te verblijven.
Dc Koninklijke salonrijtuigcn waren in
don gewonen D (rein geplaatst.
Officieele berichten.
Dij Kon. besluit is benoemd lol vast as
sistent aan de Landbouwhoogeschool te Wa-
geningen dr. H. R. Kooiman, te Bilthoven;
is toegekend dc zilveren ecrcmedaillc dor
Oranje-Nassau-orde aan A. Kervcr, te Wil
ms, meesterknecht op de scheepmakerij van
den boer H. Haring, te Boskoop.
Personalia.
Do Amsterdamsche wethouder De Miranda
is Zaterdag in den echt getreden met mej.
W. T. Timmerman, onderwijzeres aldaar.
Na korte ongesteldheid is te Rotterdam,
4-1 jaar oud, overleden de heer L. de Winter,
burgemeester van Dirksland, Mclissant cn
Herkingen.
Uitvoer van planten en bloembollen naar
Amerika.
Aan het departement van binnenlandsche
zaken cn landbouw heeft gistermiddag, on
der leiding van minister mr. Kan, een be
spreking van deskundigen en van belang
hebbenden bij den planlenhandcl en bloem
bollencultuur plaats gehad, naar aanleiding
van de maatregelen van Amerika met be
trekking tot den invoer van planten cn
bloembollen.
Onze bloembollen-export.
De heer Ernst H. Krelagc schrijft in den
„Holland's Import and Export Trader" een
cn ander over don Nederlandsehen bloem
bollenexport, waaruit wij het volgende ver
talen:
De bol Ion-uitvoer heeft in 1925 een record
behaald; er werden 31 millioen K.G. uil-
gevoerd voor een waarde van 45 millioen 1
guldon, terwijl in 1924 werd geëxporteerd
26 millioen K.G., ter waaide van f 30 mil
lioen. Deze groole stijging van hel waarde
cijfer is voor een deel ook het gevolg van
den hoögcrcn kilogramprijs.
De lieer Krelage schrijft echter deze gun
stige cijfers gedeeltelijk toe aan een minder
gunsligo omstandigheid; ten gevolge van
het invoerverbod der V. S. voor narcisbol-
len, aangekondigd drie jaar geleden en in
werking getreden 1 Januari j.l., zijn in 1925
grooto hoeveelheden van deze bollen naar
de V. S. verscheept. Maar een gevolg daar
van is, dat in de eerstkomende jaren véél
mmder naar Amerika zal worden uitge
voerde nu de narcissen zijn uilgesloten (in
1925 bedroeg het uitvoercijfer naar de V. S.
10 mHLiocn K.G. voor f 15 millioen).
Voorts werd naar Engeland uitgevoerd
pl m. 10 millioen K.G., naar de Scandinavi
sche landen 4 millioen K.G. en de rcsl naar
de Lalijnsche landen cn naar Ccntraal-
Europa.
De Rijkswaterstaat.
Ilel verslag is verschenen van de com
missie voor de reorganisatie van den Rijks-
watorstaatsdienst, ingesteld bij beschikking
van don minister van waterstaat van 11 Fe
bruari 1924.
Aan de commissie was opgedragen, een
onderzoeken te stellen naar de vraag, of de
bestaande organisatie van den Rijkswater-
staatsdienst in zijn tegenwoordigen opzet
kan blijven bestendigd, en, zoo neen. welke
wijzigingen dan moeien worden aange
bracht.
In haar vergadering van 15 April j.l. heeft
de commissie haar verslag vastgesteld.
De commissie is bij haar besprekingen
leunde tegen de deur om niet te vallen.
Toen keek ze mij aan met oogen wijd open
gesperd van schrik.
„Dat is niet waar", zei ze, maar zonder
overtuiging. „Hij is niet in levensgevaar. Zc
kunnen niets tegen hem bewijzen. Mijn
heer de St. Eustache heeft hier niets kun
nen vinden, ge^n enkel bc.wijs
„Maar we! de verzekering van mijnheer
dc St. Eustache; het is een feit een feil
van beteekenis dat uw vader de wape
nen niet heeft opgenomen voor den koning
dit kan aan dc beschuldiging van St. Eusta
che kracht verléenen. Ze zijn in den legcn-
woordigen tijd niet moeilijk le Toulouse. Be
denk hoe het mij zou gegaan zijn indien de
koning niet bijtijds was gekomen".
Dal hielp. Ilel laatste sprankje hoop ver
dween. Zij snikte en sloeg de handen voor
liet gelaat.
„Ach. heb medelijden met mij", riep zij.
„O het kan niet, liet kan niet wezen".
Haar verdriet trof mij bitter. Ik had haar
willen troosten, haar wilton smeeken niet
bang te zijn en haar^verzekeren dat ik haar
vader zou redden. Maar in mijn eigen be
lang bedwong ik mij. Ik wou dit gebruiken
als een knuppel om haar stijfhoofdigheid le
verbrijzelen en ik bad God om vergiffenis
indien ik iels deed dat een man van eer als
onwaardig moest beschouwen. Maar wal
moest ik doen, mijn liefde was alles over
weldigend; baar te bezitten dal was mijn
leven, mijn geluk en ik had reeds zoovee!
opgeofferd. Haar kreet: „liet kan niel, hel
kan niet wezen" klonk nog Ln mijn ooren.
Ik vertrad mijn toenemende tecderheid
onder den voet r-n gebruikte een strengheid
die ik niet geveelde ik daagde haar uil en
dreigde.
„Hél kan we! gebeuren en Het zal geHeu-
tot de conclusie gekomen, dat een voort
bouwen op den bcstaanden grondslag van
de inrichting van den dienst bezwaren ont
moette, dat hel niet mogelijk zou zijn. door
partieele herzieningen de bestaande inrich
ting met de gewijzigde omstandigheden en
inzichten in overeenstemming le brengen,
maar dat principieele herziening noodig
was. Als een der bezwaren van den tegen-
woordigen dienst wordt genoemd de om
slachtige behandeling van zaken, de lange
hiërarchische weg, dien de stukken moeten
afleggen, alvorens een resultaat tor uitvoe
ring bereikt is.
Bij de overweging van een nieuwe orga
nisatie van den dienst is de commissie uit-,
gegaan van dc volgende beginselen:
Do dienst worde zopvecl mogelijk gecen
traliseerd cn wel in één leidend hoofd
orgaan, gevormd door één persoon, aan wien
al het overige personeel ondergeschikt is.
Deze vormt de verbinding van den dienst
met den minister. Bij hem komt al het werk
van den dienst samen. Tegenover den mi
nister draagt liij alleen de verantwoorde
lijkheid.
De inrichting van don dienst cn de bc*
handeling van zaken worde zooveel moge
lijk vereenvoudigd door het aantal instan
ties le beperken lot twee, waarvan de eene
(plaatselijke dienst) in 't algemeen ontwerpt
en uitvoert, cn de andere (centrale dienst)
criliseert en het eindadvies uitbrengt.
Ook bij den plaatsclijken dienst worde
alle bevoegdheid geconcentreerd in het
hoofd Van dien dienst, die verantwoorde
lijk is aan hel hoofd van don ccntralcn
diensL
Ter voorkoming van een opeen hooping
van werk en ter bevordering van een vlollo
afdoening in 't bijzonder van minder be-
langrijke zaken en van aangelegenheden
van comptabelen aard, vinde een ruime de
legatie van bevoegdheid toepassing', zoowel
van den minister op het hoofdorgaan als
van dit op de hooiden der plaatselijke res
sorten. l)czc delegatie worde alleen in be
ginsel in de reglementen vastgelegd; om
vang cn strekking worde overigens zooveel
mogelijk ann dc delegeercnde ambtenaren
zelf overgelaten, opdat naar omstandig
heden kan worden gehandeld.
De verdecLing van het werk over de ver-,
schillende ambtenaren geschiede zoo -stel
selmatig mogelijk door ieder dato» oe op le
dragen, waarvoor hij door opleiding cn be
slemming is aangewezen en door een be
hoorlijk "doorgevoerde splitsing van het
technische cn het administratieve werk. Bij
de verdeeling van hel werk tusschen de
ingenieurs en de technische ambtenaren
worde aan de ingenieurs in de eerste plaals
1 opgedragen het belangrijke technische werk
en do werkzaamheden betreffende toepas
sing van de waterslaalswctgeving, terwijl
tevens in 't oog worde gehouden, dat zij ge
roepen zijn lot de vervulling van de lei
dende functies; tol dc taak der technische
ambtenaren behoort vooral het onderhouden
van het dageüjksch contact met dc streek en
het dagelijksch toezicht bij dc uitvoering
van werken cn c»p dc beambten.
De dienst worde voorts ingericht naar dc
behoeften van de.gewone beheers- cn on
derhoudstaak. In de regeling van dc werk
zaamheden van algemeenen aard cn van
die betreffende nieuwe werken wordt af
zonderlijk voorzien. Op den grondslag van
deze scheiding van de werkzaamheden in
dio voor beheer cn onderhoud cn voor
nieuwe werken, vinde voorts het beginsel
van specialisatie ruime locpassing en wel
bij den plaaiselijken dienst, voorzoover dit
met het oog op den onderlingen samenhang
der werkzaamheden mogelijk en gewenscht
is en bij den centralen dienst stelselmatig
cn georganiseerd, tenzij de omstandigheden
zich daartegen verzetten, of de specialisatie
economisch niel verantwoord is.
De dienst worde voorts zoo soepel moge
lijk geregeld, opdat zoowel ton aanzien van
de personeelsvoorziening als van de verdee-
ling van dc werkzaamheden steeds met ge
wijzigde omstandigheden aanstonds reke
ning kan worden gehouden.
Spooi wegpersoneel.
Dc voorzitter en 'de secretaris van den
Bond van Ambtenaren der Ned. Spoorwe
gen hebben gisteren een onderhoud gehad
met den minister van Waterstaat over de
toepassing van dc regeling der dienst- en
ien indien gc volhardt in uw onv :slandige
houding".
„Mijnheer, heb medelijden!"
„Ja, als gij zoo goed wilt wezen mij den
weg daartoe te wijzen en barmhartigheid
voor mij le gevoelen. Maar dal is nu een af
gedane zaak; daar weer mee beginnen zou
nergens loc dienen. Maar tol hier good op,
Roxalanne; er is één ding één enkpl
ding dut uw vader kan redden".
„En dat is mijnheer?" vroeg zij ademloos.
„Mijn bewering tegenover die van St.
Eustache. Mijn bewering tegenover zijn
majesteit dat hel verraad van uw vader niet
kan worden aanvaard op beschuldiging van
St. Eustache. Mijn inlichtingen aan den ko
ning van wat ik weel van dien édelman".
„Zult u gaan, mijnbeer?" vroeg zij smee-
kend. ..O u zuil hem redden! Mijn hemel,
als ik denk aan dc-n lijd dien wij ha r ver
beuzeld, hebben, u en ik, terwijl hij mis
schien naar het schavot wordt g bracht! Ik
dacht er niet over dal hij in zoo groot gevaar
verkeerde! I!: was wanhopig over zijn ar
restatie; ik dacjit dat hij missclto n eenige
maanden gevangen moest zitten. Maar dat
hij moet sterven n mijnheer do Bardeiys,
u zult hem red 1 -nZeg dal u dit voor mij
doen will!"
Zij lag voor mij o[> de krtovn. met haar
armen om mijn hooge laarzen cn haar
oogen smeekend tot mij opgeslagen.
„Sta op, mademoiselle, smeek ik u"' zei
ik mei een kalmte dto ik lang niet gevoelde.
„De zaak i? niet zoo dringend Lalen wij
kalin zijn. Uw vader is niel in onmiddellijk
levensgevaar. Wij hebben zeker nog we! pn-
kele dagen drie of vtor miselven".
'W^di vervol gd).