No. 20231. LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 24 Februari Tweede Blad. Anno 1926. DE VUILVERBRANDING. UIT DE RAADZAAL BINNENLAND. Leidsche Begrafenis-OndernemiiTg f_FEUILLETON. Het Geheimzinnige Telefoongesprek. ,Wat leert de ervaring hier te lande en in het buitenland ons omtrent de vnilverwijdering? door den heer K. DILLING, «ond-ïnspectciir der Ned. Heidc-Maalschappij. VI. *t Gcilcbl van wuivend korenveld. Op "t eertijds dorre heideveld, 't Genot der vrucht van eigen werk Dat maakt ons kloek en sterk. Het financieele voordeel heeft vooral be- teekenis voor een bedrijf, waar men de ge teelde gewassen voor voeding van eigen vee kan gebruiken en de producent dus ook con sument is. Bij de beoogde onderneming, waarbij men op verkoop van verbouwde ge wassen is aangewezen, verdient het ver- huursysteetn de voorkeur. Hierbij wordt niet alleen de risico van oogstten van een voor ons land belrekkelijk te groot bedrijf uitge sloten, doch is bovendien het ideëele voor deel verbonden van den boeren meer bedrijfs gelegenheid te geven en mede in den land- nood te helpen voorzien. Het groole tekort aan boerderijen is de laatste jaren in tal van artikelen-van be voegde personen aangetoond, zoodat door toepassing van dit systeem ook de steden hun aandeel op voortreffelijke wijze in deze voorziening bijdrageD. waardoor de samen werking tusschen stad en land krachtig wordt bevorderd. Bij iedere ontginning moet dan ook mede als doel worden gesteld ver meerdering van cultuurgrond en in verband daarmede verdient het .vcrhuursysleem de voorkeur. Tot meerdere zekerheid van per manente toepassing der bemesting op het zelfde terrein worden reserveterreinen Ier beschikking gesteld, zoodat de huurder voor liet tijdelijk afstaan van de gehuurde gron den ten behoeve van opnieuw bemesten schadeloos wordt gesteld. Dit zal hem zeer welkom zijn, daar hij dan steeds de beschik king heeft over vruchtbaren grond. ad g. Het is van algemcene bekend heid, dat de trek van de plattelandsbevol king naar sleden en industriecentra nog Steeds voortgaat, waarvan de voornaamste oorzaak is gelegen in gebrek aan arbeids gelegenheid. Daar de landarbeiders uit den aard der zaak uitsluitend met de landbouwwerkzaam- aeden bekor.d zijn, kan deze categorie van werknemers in de groole steden zeer moei lijk passend en loonend werk bekomen. Het gevolg hiervan is, dat zij helaas veelal mis lukken cn ten slotte op ondersteuning zijn aangewezen. Om dus de grondoorzaak weg te nemen, moet de arbeidsgelegenheid op het land worden vergroot in 't belang van het platteland zoowel als van de sleden. De ontginning- met stedelijke afvalstoffen biedl hiertoe uitstekende gelegenheid en ver schaft blijvende arbeidsgelegenheid, meer werk. Hierbij merk ik nog op, dat de groole na tuurlijke vruchtbaarheid van deze terreinen de gelegenheid lot bevordering van klein- grortdgebruik enorm vergroot en daarmede de mogelijkheid van vestiging van meer menschen per oppervlakte-eenheid. Het is een algemeen landsbelang, dat de <rek van hel platteland naar de steden, m. a. w. de ontvolking van het platteland met doeltreffende middelen wordt bestreden, in de eerste plaats in het belang van de ar beiders zelf en hunne gezinnen. Hoe groo- ler de bijdrage tot oplossing van dit vraag stuk ook van de zijde onzer steden i9, hoe doeltreffender hel tegenwicht zal zijn, dat met vereende krachten van stad èn land wordt tot stand gebracht. In plaats van een toespitsing der tegenstelling stad-land, leidt zij tot verzachting en gezonde samenwer king. En wat zijn de hygiënische bezwaren j tegen een verbranding? Als hygiënische nadeelen worden ge noemd stof. rook, vliegasch en slank. Men spreekt van een venijnige en geniepige vliegasch en stofregen in wijden omtrek. Deze hinder doet zich zoo gevoelig gelden, dat te Amsterdam bij hel passeeren van de yuilverbranding de passaggiers op de boot worden gewaarschuwd hunne oogen te be schermen voor de kwaadaardige vliegasch. Dit geldt niet alleen Amsterdam, doch even eens Leiden, waar het vliegasch in de om geving der verbranding door alles heen dringt en zelfs hinder veroorzaakt in hel museum de Lakenhal, waarin, het door het dak heendringt, zoodat telkens de veroor zaakte stoflaag mo.el worden verwijderd. De stank, zooals reeds in een mijner inge zonden stukken in 't Vaderland is opgemerkt, ontstaat door de broeiing van het vuil, dat in de bunkers is opgeslagen. Dé praktijk toch heeft bewezen, dat het aan te voeren vuil niet direct verbrand kan worden, omdat de aanvoer onregelmatig is en regelmatige verbranding alleen dan is te verkrijgen wanneer van hel in depot opge- sla'gen vuil kan worden afgenomen. De honderden M3. in bunkers voorradig vuil veroorzaken tengevolge van de sterke broeiing der vochtige afvalstoffen en in ont binding komende etensresten een zeer on welriekende atmosfeer. De rookplaag is niet minder ern stig. Het is bekend, dal bij 't verbranden van vochtige en minderwaardige brandstof meer rook ontslaat dan van meerwaardige brandstoffen. Dit is wel gebleken uit het tijdperk, dat achter ons ligt. Bij verbranding van slechts kleine hoeveelheden hééft men in de omgeving een ondraag'lijken hinder van den rook en smeeken inzenders om ver lossing daarvan. Hoewel inrichtingen, die voor krachtop wekking met meerwaardige brandstof ge stookt worden, minder hinder veroorzaken dan een vuilverbranding, heeft de overheid toch de noodzakelijkheid begrepen om in hunne gemeenten industriecentra aan te wijzen. Het behoeft dus geen beloog, dat alleen reeds om de rookplaag een vuilverbranding zeker niet thuis behoort midden in een stad, indien er ooit sprake zou mogen zijn van toepassing van clil systeem. 'Voor een stad als Den Haag, die om zijn aesthetische en hygiënische volmaaktheid met roem in de wereld bekend is, moet dit vraagstuk nog veel belangrijker worden geacht. Meerdere inzenders klagen over hel ge vaar van oogontsteking tengevolge van de vliegasch, waarvan de eerste Hulpdienst vol gens een inzender blijkbaar veel meer af weet. Het is te betreuren, dal deze inzender of de geneeskundige dienst zelf hieromtrent niet met nadere gegevens is gekomen. Te Zurich ducht men van de verbranding dan ook niet ten onrechte gevaren voor de volksgezondheid. Men vreest voor een bezwangering vanüe lucht met schadelijke stoffen en wenscht over ie gaan tot verwijdering door land bouwkundige bemesting. De verbranding is bereids builen werking gesteld. Dr: Blooker, Oud-Wethouder van Amster dam, constateerde te Hamburg aantasting der ademhalingsorganen, zoomede dat het werk der arbeiders in die omgeving- zeer- on gezond is. De heer Spier, lid van den Amsterdam- schen Raad, zegt, dal de stank en asch zeer hinderlijk zijn en de wijze van verwerking onsmakelijk, zoodat hij zich een veel doel treffender methode kan denken. De ernst moge wel blijken uit het feit, dat zelfs de Woningdienst te Amsterdam een ge meentelijke instelling, in 1923 bij de Ge zondheidscommissie geklaagd heeft over den groolen hinder van stof. stank, rook enz. die de bewoners in wijden omtrek ondervin den. Het Gemeentebestuur van Buiksloot verzocht in 1919 aan Am3ierdam in dezen onhoudbaren toestand verbetering te bren gen. Mijn persoonlijke meening is dat elke leek. die een vuilverbranding bezoekt nolens volens het volgende oordeel zal moeten vellen: hel werk bij een bedorven atmosfeer bij een temperatuur in de ovens van 1200 gr. is voor de menschen moordend. De ondragelijke hitte sloopt de menschen, mat ze af, terwijl de stinkgassen en het slof nog tot overmaat van ramp hierbij komen. Hoewel halfnaakt gekleed zijn transpireeren zij bij voortduring hevig. Als compensatie voor dit onmenschelijk werk zijn deze ongeschoolde werklieden dan ook in een hoogere loonklasse geplaatst. De arbeidswet, die de strekking behoort te hebben den arbeider le beschermen tegen de gezondheid bedreigende invloeden, zoude de toepassing van dit systeem moeten ver bieden. Een politieke hoofdschotel en wat kleine gerechten. De tweede raadsvergadering van dft jaar heeft weer eens getoond, wat politiek ge werden is in onze dagen. De avondzitting, waarin eventjes 3 uur is gepraat over het voorstel van B. en W. tot ontslag aan de huwende onderwijzeres, een absoluut dood gepraat onderwerp, in pro en contra, heeft dat opnieuw bewezen. De neuzen waren geteld, ieder wist, hoe de stemming zou -zijm Nieuwe argumenten noch voor noch tegei waren meer te ver konden; voor de tegenstanders heelemaal niet meer na de jongste protestvergade ring: toch praten maar en zelfë nog heel naief doen, alsof men gelooft elkaar te kun nen overtuigen in zoo'n grootendeels aan partijprogram etc. vastgelegde materie. Ge meenschapsgelden zoek brengen voor politiek gedoe. De vrijz.-dem. vonden dit zelfs zoo gewichtig, dat zij desbetreffend punt voor de andere wilden doen gaanl Wij willen niet in dezelfde fout verval len als do raad, waar de voorstanders de verdediging van den wethouder weer voor uit moesten loopen, hoewel deze zoo iets best alleen af kan, cn zullen er verder het zwijgen toe doen. Zij slechts nog vermeld, dat, zooals algemeen bekend was, de stem verhouding was: zuiver links tegen rechts, zoodat met 1 stem meerderheid B. en W. het pleit wonnen. De afwezige hceren Mui- dor cn Dubbelderaan hieven elkaar op. 't Was een hartverheffend schouwspel Overigens valt er ook weinig te zeggen, de verdere agenda geeft daartoe weini» aanleiding. De Burcht is voor dc notarissen verloren, wat voor beide partijen in dezen wellicht het beste is 't Is alleen te hopen, dat de nieuwe bestemming van het notaris huis zal kunnen slagjen. Veel vertrouwen hebben we er niet in. Verder nog de Boskoopsche affaire; fei telijk was het te veel eer voor de uit Gouda uit depit in de wereld gebrachte beschul digingen, maar do groote „men" wil nu eenmaal in zoo'n geval ontkenning ten overvloede.Dan 'n bij voorbaat al aangekon digd verzet van do S.D AP. tegen verdere bekorting van het? gemeente-verslag. Ja, stel je voor, dat het nageslacht niet precies ah de gulden woorden der vroede vaderen uit deze tijden kan lezen't Zou o.i. voor het prestige van deze tijden een uit komst zijn En tot slot, hoewel de raad er mee begon, het heibeltje, gelijk wethouder Sanders het noemde van de „Leidsche Post" over ae roetplaag der vuilverbranding, waarmee ook verder braaf de spot werd gedreven in den raad en daarbuiten. Niet, omdat de roet plaag geheel wordt ontkend, maar omdat het niets nieuws is en zoo getracht werd een open deur te rammeien. Mogelijk blijft niettemin, waar de .fraaie boekwerken", gelijk de voorzitter zeide, door de „Leidsche Post" ingezonden, ter visie worden neergelegd, dat straks uit den raad een nieuwe stem zal opgaan, al too- nen B. en W. zich diligent, t' Is een te dankbaar motief. De Kabinetscrisis. Wij hebben reden aan te nemen, zegt het „Hbld." dat mr. J. Limburg bij de oplossing der kabinetscrisis, in den geest als door hem ontworpen, nieuw oponthoud heeft onder vonden, ten gevolge waarvan hij de oplos sing weer moet zoeken in een andere rich ting. Eenige weken geleden hebben wij reeds doen uitkomen* dat hij bijzondere waarde scheen te hechten aan de medewerking van rechlsche personen als minister. Aanvanke lijk moet hij die medewerking ook gekregen hebben van twee Roomsch-Kalholieken en twee Christelijk-Historischen (onder wie mi nister De Geer), terwijl het Kabinet herder zou worden gevormd door vier personen van links, benevens den heer Van Karnebeek. Maar nu zou de tweede Christelijk-Hislori- sche aanslaande minister (niet de heer De Geer) niet heen gekomen zijn over zijn be zwaren legen het herstel van het gezant schap bij den Paus. waarvan mr. Limburg was uitgegaan. Dientengevolge zal de kabi- netsformaleur de oplossing weer in een andere richting moeten zoeken. De Bloembollenbeuis. Men schrijft ons uit Hülegom: Dc actie, die te Haarlem op initiatief van de vcreeniging voor vreemdelingenverkeer gevoerd wordt om den zetel en de beurs van de Algemeene Yereeniging voor Bloembol lencultuur te Haarlem te behouden, wordt door de bloembollenhandelaren en de kwee kers met eenige. doch niet al te groote be langstelling gevolgd. Ten behoeve van een centraal gebouw en een beurs te Hillegom is f 150.000 aangeboden terwijl de ontbrekende f 100.000 op zeer billijke voorwaarden ge leend zullen worden. Hel Hillegomsche plan heeft alzoo een kwaft millioen ter beschik king, en waar de voorzitter der Algemeene Yereeniging. de heer Krelage, in de laatste jaarvergadering nog zei: het gaat om „Hille gom of niets" maken de voorstanders van Hillegom zich niet bevreesd voor de Haar- lemsche actie. Haarlem immers heeft niet het vak achter zich; Haarlem kan zich al leen op traditie beroepen en schermt met het woord „bloemenstad". Daarin ziet de handelaar en de kweeker niet anders dan een fictie. Met het gemeente bestuur van Hillegom, den Bond van Bloem bollenhandelaren en het kapitaal achter zich, maakt de vakman zich niet bevreesd voor de actie van Haarlemsehe winkeliers en caféhouders. Slechts wanneer de gemeente Haarlem zich vernederde om tegen Hillegom met zijn kwart millioen op te bieden, wordt de kans voor Hillegom een weinig bedreigd. Niet meer dan een weinig echter, want dc Bond van Bloembollenhandelaren is een organi satie. die haar zin weet door te zetten. Bij de verhuur van kamertjes met tele foon in de te stichten beurs te Hillegom is zoo veelvuldig ingeschreven, dat. d«e rente van het te leenen kapitaal zeer ruim ge dekt is. Jhr. mr. L. H. L. J. van der Maesen de Sombieff f 4 y in den ouderdom van 71 jaren is gister avond tegen 7 uur op zijn landgoed te Huls berg, waar hij sinds de vorige week ziek lag, overleden jhr. mr. L. II. L. J. van der Maesen de Sombreff, lid der Eerste Kamer 'en kantonrechter te Heerlen. Jhr. Louis Henri Leonard Joseph var.- der Maesen de Sombreff werd geboren te Moas- slricht den 12den September 1854. Hij stu deerde rechten en promoveerde aan do uni versiteit te Leiden. Zijn rechterlijke loop baan begon hij als ambtenaar van het open baar ministerie bij het kantongerecht te Schiedam Gelijke functie vervulde h:j later aan hel O M te 's-Hertogenbosch. Sinds 1880 was de thans overledene kantonrech ter le-Heerlen. Yan 1S941921. lot de wij ziging der onderwijswetten, was jhr. Van der Maesen de Sombreff schoolopziener RECLAME. AUTO-1 RANSPORTEN, CREMATIE N. P. H. KEEREWEER mKFOON Krt1 - LEIDEN 4 'J30 voor de arrondissementen Heerlen en Sit- lard. Hij heeft deel uitgemaakt van de Frov. Staten van Limburg en was sinds 1909. lid der Eerste Kamer der Staten-Ge- neraal. Als gewoon lid nam hij zeer actief deel aan het leven van tal van vereenigingen, als het Oudheidkundig Genootschap, het Natuurhistorisch Genootschap enz. Voorts was hij voorzitter van de gezondheidscom missie te Gulpen, lid der kamer van toe zicht op het notarisambt, lid van den voogdijraad le Maastricht, vice-president der vcreeniging „Het Geuldal", bestuurslid der Bouwgrond-Mij. Tijdig enz. Jhr. Van der Maesen was drager van de ridderorde van den Ncd. Leeuw. Personcclraad Spoorwegpersoneel. Gisteren werd te Utrecht de eerste confe rentie gehouden tusschen de directie der Nederlandsche Spoorwegen en den Perso- neelraad. Uitvoerige besprekingen werden gevoerd over de herclassificatie van een aantal standplaatsen. De directie verklaarde even als vroeger bij gebrek aan voldoende ge gevens de rijksregeling zoo maar niet zon der meer le willen invoeren. Zij was even wel, ookjn verband met een door den Mi nister van Waterstaat geuilen wcnsch, be reid de geheele standplaalsindeeling aan een onderzoek le onderwerpen door een commis sie, beslaande uil door de directie en door den Personeelraad aan*te wijzen leden. Inzake de positie-regeling der bureau bedienden, schrijvers en bureelambtenaren, waaromtrent tusschen de leden van den Personeelraad overeenstemming was ver kregen, verzocht de directie toezending van de schriftelijke voorstellen. De werkverschaffing in Groningen en Drente. Op de vragen van den beer Ebels betref* fendo de uitsluiting van arbeiders bij dó werkverschaffingen ia Groningen en Drenthe die na oen -bepaalden datum gehuwd zyn, heelt Minister De Gaer geantwoord, dat door zijn ambtsvoorganger destijds is be paald, dat, te rekenen van 4 Mei 1924 af, geen nieuwe arbeiders bij de door het Ryk gesubsidieerde werkverschaffingen in Gro ningen en Drenthe te vyerk zullen worded gesteld, behoudens door den Minister van Binnenlar.dsche Zaken en Landbouw te ver- leenen ontheffing van deze bepaling. De bedoeling hiervan was, jonge ar beiders er van terug te houden op jeugdigen leeftjjd een onberaden huwelijk aan te gaan. By de werkverschaffing immer3 worden alleen gehuwden te werk gesteld. En het verschijnsel deed zich voor, dat men ging huwen, om daarbij te werk gesteld te worden, of ook weinig minder bedeo.- kelykdat men ging huwen, terwyl mea vooruit wist, dat onmiddellijk na de hu welijksvoltrekking de hulp der Overheid zou moeten worden ingeroepen. Beoogd werd, dit onjuiste effect van de werkverschaffing af te snyden. Niet verzwakt immers mocht worden hef besef, dat slechts dan een huwelijk behoort te worden aangegaan, wanneer men d& redelijke kans heeft, zonder tot werkver schaffing of armenzorg te vervallen, door vrijen arbeid een gozin te kunnen onder houden. De in de eerste alinea genoemde be paling reikte op zich zelf verder dan het hier aangeduide doel, in zoover iedere nieuwe tewerkstelling na 4 Mei 1924 werd afgesneden. Zii werd echter tot haar eigenlyk doel beperkt door haar aldus toe te passen, dat aan hen, die reeds vóór haar afkon diging, dus vóór 4 Mei 1924, gehuwd waren» en daarna tot werkloosheid kwamen te vervallen, ontheffing werd verleend. Uit het leven van den beroemden Engelschen detective HERBERT PORTER. Vrij bewerkt naar het Engelsch door J. II. (Nadruk verboden). 6) Zóó -vormend heeft hij van den lele- graafbeamble 's morgens hel telegram aan genomen.... zóó treedt hij. om ongeveer fialfacht, als Dr. Loebe is uitgegaan, diens woning binnen. Om acht uur komt het be zoek laten we gerust maar al zeggen de dame.die een onderhoud met Dr. Loebe zal hebben en die nu door mijnheer Schultze wordt ontvangen. Zooals ik zei. zij kent Dr. Loebe niet; hel bedrog gelukt aanvankelijk. Dan rinkelt onverwacht de telefoonbel. iWat denkt u nu, dat mijnheer Schultze doen zal?" „Hij zal aan hel toestel komen onder den «aam van Dr. Loebe," mompelde de com missaris. „Zeer juist Hij zal zeggen U spreekt met Dr. Loebe. Want daar naast hern zit immers eer dame, die zich waarschijnlijk niet wei nig verwonderen zou. als de vermeende mijnheer Loebe de telefoon maar in alle eeuwigheid liet doorbellen. Een dergelijke handeling van mijnheer Loebe zou wellicht 2-dfs haar argwaan opwekken en dat is )diat wat hij tol eiken prijs vermijden wil: wantrouwen van zijn bezoekster.... Dus iwrat h:j den hoorn op en spreekt. En nu t,°?ehiedt er iets. waardoor de argwaan van j de dame tóch wordt opgewekt. Misschien valt hij uit zijn rol, doordat hij het spreken met veranderde slem niet lang kan volhou den, misschien herinnert de stem van mijn heer Loebe haar erg aan die van mijnheer Schultze. dien zij kent. Zij staat van haar stoel op en kijkt den vermeenden Dr. Loebe scherp aan, die niet veel intelligentie nocdig heeft om te ontdekken, dat hij ont maskerd is. Met één slag is alles voor hem verloren. De eerste gang van de dame zal natuurlijk naar den echten Dr. Loebe zijn en dan zal het onheil onverbiddelijk yerder zijn gang gaan." v „Wal is het eigenlijk voor een onheil, waarvan u zoo aardig aan het vertellen bent?" zei de commissaris spottend. „Luister nog een oogenblikje. Ik ga verder. Laten we bijv. eens aannemen, dat Dr. Loebe een uitvinding heeft gedaan; een elec- trische verrekijker! Hij heeft iederen nacht daaraan gewerkt.. bij verlichte vensters, waar geen jaloezieën voor waren. Ik heb den muur van dit huis eens goed bekeken. Het is denkbaar, dat iemand eiken nacht, even tueel met behulp van een touw, zich op het achterbalkon, waarvan men in Loebe's werkkamer kan kijken, heeft laten zakken en van deze observatiepost uit, de vorderin gen van Loebe's werk heeft kunnen gade slaan Laten we nu nog verder gaan en aan- nenien, dat het een gladde vogel was, die zich hier de gelegenheid geboden zag om een vermogen te verdienen. Hij reconstrueert de uitvinding, want hij heeft wel versland, van eleclro-teehniek. Hij verkoopt de uilvinding met alle rechten aan een dame, die hij als rijk kent, maar die om goede redenen van hem onder zijn eigen naam waarschijnlijk de zaak niet koo- l pen zal. Ilij (reedt dus onder den naam van den echten uitvinder met haar in correspon dentie, stuurt leekeningen en beschrijvin gen want hij heeft alles gezien en is goed op de hoogte. De list gelukt; de dame, die rijk en ontwikkeld is en graag kunste naars en mannen van wetenschap steunt, gaat op de zaak in. De valsche Dr. Loebe slaagt door allerlei voorwendsels er in een persoonlijke ontmoeting te vermijden en alles schriftelijk te doen. Hij is, zooals ik al zei. een gladde vogel. Op 10 October geeft de koopster van het patent laten we zeggen Frdulein Emma Hellberg een chèque af van 75.000 Mark, die door een onbekend heer geïncasseerd wordt. Men kan, dunkt me, toch wel veilig aannemen, dat deze trancactie geen ander doel had dan ik uiteenzette." Herbert Porter had voorloopig uitgespro- ken en begon op zijn gemak een sigaret aan le steken. Een ademlooze spanning was er onder de aanwezigen. Zij keken allen naar hem. maar hij rookte met langzame trekjes en met blijkbaar genot zijn sigaret. ,,U spreekt," begon de commissaris einde lijk ,en aan zijn stem kon men hooren, dat het betoog van den Engelschen detective hem opgewonden had," u spreekt daar van een onbekende, die eiken nacht Dr. Loebe's onzichtbare gast was. Deze zelfde man heeft naar uw uiteenzetting gisterochtend den telegrambesteller op de trap opgewacht, in de gedaante van Dr. Loebe. Deze onbe kende, die u mijnheer Schultze noemt, zou verder in de gelegenheid zijn geweest de woning van den geleerde te openen en bin nen le gaan en nog wel zóó, dat aan het slot geenerlei sporen van geweld zichtbaar zijn. Ja, nog meerhet lichte kostuum, dat in de kleerenkast van Dr. Loeb'e hangt, be hoort niet aan hemt De inbreker.de moordenaar.heeft hel dus meegebracht om de verdenking op Dr. Loebe le richten. Ik geef toe, dat is allemaal m o g e I ij k. Maar nu komt een punt, dal, naar ik meen, al uw theorieën ik geef toe, dal ze vernuf- lig zijn.... omverwerpt. Het huis Alexan- derslrasse 36 heeft een portier, die op ieder een, die binnenkomt of weggaat, let. Hij heeft zoowel gisterochtend den telegram besteller als gisteravond de dame zien komen. Van een of anderen vreemde weet hij echter niets, hij heeft gisteravond géén heer in een licht pak zien komen, noch gis teravond iemand met een pak bij zich, waar dat lichte kostuum in zou hebben kunnen zitten of die zelf de dubbelganger van Dr. Loebe had kunnen zijn. Zoo is het toch, Meyer?" Deze, een oud-militair, nam de houding aan en zei: „Zóó is hel, commissaris." Deze laatste wendde zich weer tot Herbert Porter: „Hoe wilt u nu, nu we deze verkla ring van den portier hebben, uw vernuftige theorie bewijzen?" De detective ging met langzame schreden door het vertrek, door aller oogen in span ning gevolgd, en speelde als onopzettelijk met den sleutel, dien hij in het slot van de deur, die naar de gang voerde, slak. Als in gedachten draaide hij den sleutel om en slak hem zoo ongemerkt mogelijk in zijn zak. „Er i9 maar één vérklaring," zei hij daarop kalm, maar met iels scherps in zijn welluidende slem. „De moordenaar, die hier in huis zijn werk kon doen zonder dit huis te moeten verlaten, of te verlaten, meel een huisgenoot geweest zijn." De commissaris verrast: „Maar ook huis- genooten kunnen niet zoo maar in de wonin gen van hun buren binnenvallen, Mr. Por ter," zei hi1 „Volkomen juist," luidde hel antwoord, en wat nu volgde klonk als een pistoolschot; hard en scherp kwamen de woorden „Maar de huisheer pleegt de sleutels van alle étages te hebben." Met een plotselinge beweging richtte Walden, de huisheer, zich op en ging op den detective toe, die met zijn breede gestalte den weg naar de gangdeur opzettelijk of on opzettelijk.versperde. Mr. Porter wierp een snellen blik op de andere deur, daarop knikte hij tevreden. Voor dezen uitgang zat aan zijn tafeltje de polilie-inspecteur. „Ik kan mij voorstellen," hervatte Mr. Porter, „mijnheer Walden, dal het onaan genaam voor u moet zijn. al3 ik den com missaris. moet verzoeken in plaats van den gefingeerden .naam Schultze. dien ik ge bruikt heb, den werkeJijken Walden l© gebruiken. Maar lot mijn spijl is het nu een maal niet anders. Het eerste, wat in uw mededeelingen niet klopte, was wat u mij vanochtend vertelde, nl. dat u 's avonds om acht uur de lampen in de voorkamer hebt aangestoken. In werkelijkheid is d.i! orn kwart voor zevenen gebeurd, dal hebben meerdere bewoners aan den overkant, zon der eenige tegenstrijdigheden in hun verkla ringen, mij medegedeeld. Uw mededeelinj maakte op mijn den indruk van een opzette lijke misleiding en als mijn wantrou wen eenmaal is opgewekt, mijnheer Walden, dan moet ik verder aan het uitspinnen, ik zou bijna zeggen- of ik wil of niet. In difc geval is mijn moeite beloond. (Slot volgt).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1926 | | pagina 5