No. 20230.
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 23 Februari
Tweede
Blad. Anno 1926.
OE VUILVERBRANDING.
Gemeenteraad van Leiden.
FEUILLETON..
Het Geheimzinnige
Telefoongesprek.
Wal leert de ervaring hier te lande en in
het buitenland ons omtrent de
vuil ver wij dering
door den heer K. DILLING,
oud-inspecteur der Ned. Heide-Maatschappij.
V.
ad c. Bij de beoogde verwijdering der
afvalstoffen moeten de noodige hygiënische
maatregelen worden genomen, zoodat dil
slelseJ ook in dat opzicht als het meest
volmaakte zal moeien worden aangemerkt.
Dit is mogelijk. Het lossen der vuilnis
wagens. waarmede het vuil in de slad wordt
opgehaald, moet onder een overkapte, ge
sloten loods plaats hebben, opdat elke hinder
van stof, papier en zelfs een onaesthetisch
aanzien wordt vermeden. Genoemde Directie
heeft zich bereid verklaard de benoodigde
overdekte inrichting voor haar rekening te
slichten, waarvoor een jaarlijksche vergoe
ding moet worden betaald.
In onze groole sleden zijn de meeste vuil
niswagens van losse afneembare bakken
voorzien, waardoor het dus mogelijk is, deze
hakken met behulp van éleclrische kranen
op zeer eenvoudige cn praktische wijze in de
wagons te ledigen. Bi] elk slelsel is natuur
lijk lossing der vuilniswagens noodig cn
het lossen der vuilniswagens op deze wijze
beteekent liet laden der wagons, zoodat voor
dc Gemeente het laadloon vervalt.
Bij deze afvoermelhode kan dus elke han
denarbeid worden vermeden en door gebruik
van electrische kracht kan het' lossen vlug
en goedkoop geschieden. Ter* voorkoming
van het wegwaaien van papier uil de gela
den wagons tijdens het vervoer, moeten de
wagons worden afgedekt met ramen van
vlechtwerk met nauwe mazen, waardoor
elke hinder voor de omgeving en tijdens het
vervoer is uitgesloten.
ad d. Het overladen der afvalstoffen uit
do wagons in de kipkarren" moet zoowel om
financieele en hygiënische redenen mecha
nisch worden uitgevoerd. De aangewezen
werktuigen, hiervoor zijn loopkranen met
grijpers, waarmede het lossen vlug is uit te
voeren, waardoor de zekerheid van tractie
wordt verhoogd
Daar het lossen der wagons, nl. overladen
yan het vuil in de kipkarren, builen in het
open veld plaats heeft, is voor die omgeving
van de verwerking der afvalstoffen niet de
minste hinder te duchten en behooven bij de
inrichting van de overlaadplaals geen bij
zondere maatregelen te worden genomen.
Bijaldien deze in de praklijk door ervaring
blijkt noodig te zijn, kan dezelfde voorzie
ning worden getroffen als bij de plaats van
afvoer.
Uit een en ander is zonder meer op te ma
ken, dat aansluiting van de lerreiuen met
'm afzonder!, zijtak aan 't spoorwegnet noo
dig is en dus de overlading plaats heeft op de
in cultuur to brengen gronden, bij voorkeur
zoover mogelijk van den hoofdspoorweg ver
wijderd. Eventueel aesthelische bezwaren
worden door het ommantelen mei hpsch-
singels ondervangen, die spoedig hoog zullen
opgroeien door bemesting met het stadsvuil
en dus het terrein met het vuil geheel aan
het oog onttrekken. Ontsiering van het land
schap wordt op deze wijze geheel buiten
gesloten, hoewol van ontsiering bij toepas
sing van dit systeem absoluut geen sprake is.
Ik wensch dit dan ook uitsluitend te berde
te brengen om de gelegenheid lot het aan
voeren van gezochte argumenten tegen dit
Stelsel te ontnemen.
ad e. Uit cultuur-technisch oogpunt is
het voor het welslagen der ontginning nood
zakelijk, dat van lo voren gezorgd wordt
Voor een dóórlatenden ondergrond. Als deze
van nature niet doorlatend is, moet hierin
door een diepe bewerking met sfoom- of
imolorploeg worden voorzien. Een diep losse
bodem geeft bij dit slelsel vooral bcleckenis
door betere waterverzorging der planten in
droge tijdon, terwijl bij overvloedigen regen
val geen nadeel voor dc gewassen wordt on
dervonden.
Verder is noodig een doelmatige parcel lee
ring, ni vol leering, aanleg van wegen en wa
terleidingen, waartoe van elk bepaald ter
rein een plan van aanleg moet worden op
gemaakt na de noodige melingen, water
passing en grondonderzoek. Het grond
onderzoek heeft naast de vaststelling van
Öen weerslandsgraa'd vooral betrekking op
die van de aanwezigheid van grondsoorten,
als de veenachtige laag. waarvan sprake is
in de brochure van de h.h. Hudig en Meier
cn die oorzaak is van het optreden van ziek
ten. Uit den aard der zaak mag niets worden
verwaarloosd om hel succes van den aanleg
financieel zoo goed mogelijk te doen zijn.
Vooral waar het hier een zaak betreft, die
niet alleen dc belangstelling heeft van de
overheid, en bovendien bij welslagen, dat
voor mij buiten allen twijfel vaststaat, tol
gevolg zal hebben, dat het vraagstuk der
verwijdering van afvalstoffen voor de steden
in ons land definitief zal zijn opgelost.
Het vervoer van het vuil naar de lan.d-
bouwveldcn moet eveneens met mechanische
trekkracht geschieden Bij deze bemesting
mol de afvalstoffen, zijn deze zonder verdere
sorlcering te verwijderen, zoodat hel slelsel
zicli ook leent lol een gemengd ophalen der
afvalstoffen in de stad, hetwelk voor de uit
voering van den reinigingsdienst een belang
rijke factor is. De toegepaste bemesting moet
bij den aanvoer direct met een dunne laag
grond worden afgedekt en blijft verder aan
de inwerking van de tucht blootgesteld. De
sloffen zijn na ongeveer 6 maanden in een
zoodanig stadium van verrotting gekomen,
dat dan het tijdstip van vermenging met den
grond is aangebroken.
Door deze vermenging wordt hel noodza
kelijke „leven" in een eertijds dorren en
sterielen grond gebracht. Door ruime toetre
ding van de lucht ontstaat een zoo gunstige
baclerieën werking tegelijk met humus-
vórming, dat de in het vuil vooradige plan
ten voedingsstoffen gemakkelijk mobiel wor
den en door de planten kunnen worden op
genomen.
De heiile zucht om haar doelloos wczca
Eq verlaogt naar hooger staat,
Geef haar steden, U\r bron van leven:
liet vuil van Uwe straat.
Hoewel op een bellterrein alle mogelijke
voorwerpen worden aangevoerd, is het toch
opmerkelijk, dat na eenige jaren hier van in
den bodem niets meer wordt terug gevonden.
Bij hun bezoek aan de landhouwvelden te
Hilversum kwamen de h.h. Hudig en Meier,
eerder genoemd, die op verschillende plaat
sen boringen uitvoerden tol dezelfde ontdek
king en spraken daarover hun verbazing uit.
Deze bijna algcheele verlering der afvalstof
fen is voor uilvoering van dit slelsel van
groot belang, omdat ecnerzijds daardoor geen
sorteering noodig is. anderzijds de gelegen
heid bestaat op dezelfde gronden nieuwe be
mesting lot te dienen, zonder dat blijvende
ophooging ontslaat. Hot is begrijpelijk, dat
steenen cn scherven niet vergaan, welke be
standeden dan ook bij het bovenkomen door
ploegen worden verwijderd en voor het aan
leggen van wegen worden benut, zoodat
op kosteloozc wijze het materiaal hier
voor wordt verkregen. Met het oog
op de zware bemesting heeft men bij het
verbouwen van graangewassen vooral de
eerste twee jaar rekening te houden met
lcgeoren door een te wcelderigen groei. Hoe
wel b vb. met het telen van haver op nieuw
land uitstekende uilkomsten ziin te verkrij
gen, is die teelt in verband met een sterken
groei niet aan te bevelen, maar verdient bic-
tenculluur en aanleg van grasland de voor
keur. Een voor de hand liggende cultuur op
deze terreinen is b.v.b. aanleg van boom
gaarden. zoodat grasland en fruilcultuur, ge
lijk in de Betuwe en waarvan zeer hooge op
brengsten worden verkregen, gecombineerd
kunnen worden.
Op deze wijze zal het eenmaal mogelijk
zijn, dat de inwoners dezer schoone stad hun
pic-nics met als hoofdgerecht kersen houden
in kersenboomgaarden, die op het stadsvuil
van Den Haag zijn aangelegd.
Het treft mij a-ls vakman steeds bij ver
nieuwing te vernemen, op welke praktische
wijze sommige particulieren dikwijls het vuil
nuttig weten aan te wenden. Dit trof mij
kort geleden nog, toen mij ongevraagd werd
medegedeeld, dat de weelderige groei van
eerder zieke hoornen aan bemesting en in
graving van stadsvuil van de Gemeente
Laren was .le danken. Een ondervinding uit
de praktijk, gelijk ook Dr. Faber en een rent
meester in hel Vaderland in een ingezon
den stuk vermeldden.
ad f. De exploitatie der terreinen is op
twee fhanicren mogelijk en wel als volgt:
1. cultuur in eigen beheer;
2. verhuur of verkoop.
Uitvoering in eigen beheer geeft behalve
eenig financieel voordeel een zekere voldoe
ning, omdat men het aangevoelde vuil weer
in den vorm van gewassen terug krijgt.
(Slot volgt).
RECLAME.
796
(Vervolg van gisteren.)
Na heropening stellen B. en W. voorspoed-
eischend te behandelen een voorstel tot aan
koop van eenige.perceelen tuinland, gelegen
Morschweg cn Pcsthuislaan voor respect,
f 5.500 cn f 18.000.
Hel voorstel wordt z. h. st. aangenomen.
Hierna wordt behandeld punt 26.
26o. Voorstel:
a. tol het aangaan van een 2-tal geldle
ningen bij het Algemeen Burgerlijk Pen
sioenfonds;
b. tot verlaging van den rentevoet van de
leening gesloten bij het Eigen Pensioen
fonds voor de Europecsche Burgerlijke Amb
tenaren in Ned. Indië, ingevolge raadsbesluit
van 25 Januari 1925;
c.tot aflossing van het restant der 51/*
pCt. obligatieleening, aangeg&an krachtens
raadsbesluit van *14 April 1919;
d. tot vaststelling van den desbelreffenden
begrootingsslaat. (36 en 37)
Conform besloten.
Nu wordt teruggekeerd tol punf*T5 (benoe
ming van een lecraar(es) in de oude talen
aan het Gymnasium).
Benoemd wordt mej. G. M. Itibbink, van
Leeuwarden.
7o. Praeadvies op het verzoek van Dr. N.
J. Beversen, om ontslag als Rector van het
Gymnasium. (31)
Conform besloten.
So. Praeadvies op hot verzoek van A.
Callel, om eervol ontslag als onderwijzer bij
het openbaar vervolgonderwijs. (32)
Conform besloten-
De Vrijz.-Dem. Partij verzoekt punt 29 eer
der te behandelen en niet le laten rusten tot
het einde, wanneer de raad vermoeid is.
De VOORZITTER meent, dat dit punt fei
telijk zonder debat wel zou kunnen worden
afgedaan. Het belooft een debat, geschikt
voor de Gehoorzaal. Ieder raadslid, weet pre
cies, hoe men stemt in deze.
Is de vergadering vermoeid, welnu, laat
men dan aanhouden tot een volgende ver
gadering.
Ilij wil de 28 andere punten liever eerst
behandeld zien, die zijn van meer haast.
9o. Voorstel tot verhuring van het perceel
Terweepark No. 8, aan Ir. J. M. Rade
maker. (4:3)
Conform besloten.
lo. Voorstel tol verhuring van de percee
len weiland in den CronestevnpoJder, Sectie
M. Nis. 3995, 3996 en 4003, aan H. C. Voor-
sluijs. (44)
Conform besloten.
llo. Voorstel inzake de verhuring van het
Notarishuis aan den Burcht, aan de ver-
eeniging van Leidsche Notarissen. (15)
De heer EERDMANS wil voorop stellen,
dat voor hem domineert de historische
schoonheid vaji dit gebouw. De Burcht
komt hier als verborgen parel zeer slecht
uit. nij zou gaarne willen komen lot een
meer waardige omgeving, doch dil voorstel
leidt niet daartoe naar zijn meening. De
boeren spannen er immers uit etc., de
burcht lijkt wel een stal. Zelfs nu en dan
niet ongevaarlijk voor bezoekers. Dan is er
Zaterdags nog een vrachtrijder.
De toekomst van een hotel daar lijkt hem
niet rooskleurig. Hoogstens zich aanpassend
bij die wagens ctc. Zijn de kosten door den
pachter eenmaal gemaakt, dan zitten wij
aan dezen vast. Het zou een bóeren-uit
spanning worden, vreest hij.
Hij vraagt tenslotte, in hoeverre juist is,
dat dc notarissen er nog een zeker recht
hebben, zie hun adres.
De heer KNUTTEL meent, dat door dit
voorstel weinig zal veranderen. Hij ver
wacht, dat in ieder geval geen storende ver
bouwingen zullen plaats vinden.
Den heer COSTER doel het genoegen, dat
B, en \V„ nel als hij in 1924 die uitstalling
nu toch ook hinderlijk oordeclen voor be
zoekers. Nu gaat men soms logeeren in
Noord wijk en Den Haag wegens gebrek aan
logies.
De heer HUURMAN erkent, dat het een
monumentaal gebouw betreft. Hij gaat na
der in op het adres der notarissen. Blijkbaar
is er een misverstand, want een overeen
stemming met de notarissen is niet bereikt,
in tegenstelling met hetgeen B en W. mee
deelden. Een andere gelegenheid te vinden
is niet gemakkelijk voor de notarissen en
het er zijn van zoo'n gelegenheid acht hij
toch in 't gemeentebelang.
Juridisch mogen B. cn W. gelijk hebben,
doch er is ook nog een moreele zijde. Hij
wil voorstellen oen langer opzeggingster
mijn toe te staan, tot 1 Mei 1930.
De heer W1LMER erkent, dat het voor
de notarissen moeilijk is, doch 1930 is wel
licht te lang. 1 Jaar is echter te kort. Bo
vendien, wanneer do tijd zoo nijpt, zal men
de notarissen wellicht gaan uitbuiten.
De VOORZITTER: Vooral als men cr zoo
over praat.
De heer DEUMER acht het een moeilijke
kwestie. Kan verkooping van roerende goe
deren niet geschieden op Hout- en Kalver
markt? HeU vestigen van een hotel acht hij
onnoodig. gezien hoe op goeden stand ge
legen hotels zelfs verdwenen.
Spr.. die zijn betoog voorleest, is zeer
moeilijk te verstaan, ook door lal van op
merkingen etc. uit den raad.
Do VOORZITTER voelt niets van die mo
reele verplichting, waar de notarissen hel
contract van hun kant verbraken.
De heer Backer exploiteert Graanbeurs
en Burcht zeer goed. Wanneer hij nu nog
een hotel daar wil inrichten, lijkt hem dat
zeer nuttig, want er is behoefte aan hotel
ruimte. De kamers zijn uitnemend, evenals
het gebouw.
Het plan acht hij zeer logisch. Altijd is
geklaagd over#dc vieze boel. Nu kwam er
gelegenheid om wijziging le overwegen cn
dit is geschied. Van overhaasting is toch
geen sprake. Een jaar tijd krijgen de nota
rissen om te overleggen. Feitelijk acht hij
het niet in hel belang van notarissen, die
rommel te verkoopen, die, dat weet hij uit
ondervinding, daar vrijwel te geef is.
Zeker, er komen wagens, auto's, enz.,
maar dat is zoo erg niet.
Hij begrijpt niet, waarom de notarissen
de zaak zoo op de spits drijven. Maar dat
schijnt Leidsche gewoonte om alles bij
request in den raad te brengen, zie het
adres van vanmiddag, dat afgehandeld is.
Hot hotelwezen is hier deels vernield.
Een herleving is wenschelijk.
De heer v. HAMEL komt er logen op. dat
de notarissen liet op de spits drijven. Dal
doen z. i. B. en W., die een soort wraak
willen oefenen voor de nederlaag bij dc
Mare-demping, meent hij. Nu werpen B. en
W. zich toch op als beschermers voor het
raonumenlschoon, dat er naar zijn meeniüg
aan den Burcht niet is.
Aan de toekomst van een hotel daar ge
looft hij lieelemaal .niet. Het kan nimmer
een hotel zijn, voldoend aan de eischcn des
tijds en eerlang zal de lieer Backer dan wel
om steun aankloppen bij de gemeente.
De heer v. Eek was destijds tegen het
niet weer verhuren aan wie goede huurders
waren gebleken, nu. de notarissen zijn altijd
goede huurders geweest en toonden zich al
tijd loyaal en royaal. En nu deze houding
van B. en W., die hij maar niet nader wil
Icwalificeeren.
De heer WILMER meent, dat den heer
Backer een eerlijke kans moet worden go-
geven. Hij acht een optreden tevoren tegen
dezen heer niet sympathiek.
Hij stelt echter voor het woord slechts
lo veranderen in voorloopig en dus voor
loopig vóór 1 jaar te verhuren.
De heer v. ECK kan den heer v. Hamel
niet steunen. Het geldt hier toch een wijzi
ging van inrichting, niet een wijziging van
huurder
De VOORZITTER raadt den heer Wilmcr
aan zijn voorstel in te trekken Het voorstel
acht hij praclisch niet mogelijk. Dan weel
de heer Backer niet waaraan hij toe is.
De notarissen zijn steeds loyaal en civiel
behandeld, herhaalt hij. Een goede huurdci
houdt zich toch aan contracj Deden de no
tarissen dat? Nu bieden zfj ook weer hel
bod van den heer Backer!
De heer EERDMANS blijft vreezen, dal
we er niet op vooruit gaan op deze manier
en daarom voelt hij wel iets voor hot voor
stel Huurman.
De VOORZITTER zegt, dat zoo toch voor-
dcclig voor 'de gemeente een proef met een
hotel wordt genomen, waaraan werkelijk
behoefte is:
Het voorstel-II u u r m a n wordt ver-,
worpen met 2110 stemmen.
Voor de heeren Eerdmans. Bergers. Zui-
dema. Wilbrink. Huurman, v. Hamel, Wil*
mer, Groeneveld, Spendel. Deumer.
Het voorstel van B. en W. wordl
z. h. st. aangenome n.
12o. Voorstel lot openbaren verkoop va»
op dc Sladstimmerwerf aanwezige, buiten
gebruik gestelde en onherstelbare voorwer
pen en materialen. (33>
Conform besloten.
13o. Voorstel lol aanvaarding van de voor-,
waarden, waaronder door Gedeputeerde Sla-
ten vergunning is verleend voor den aanleg
en de exploitatie van een hoogspanningslijn
ten behoeve van de levering van electrici-
teit in de gemeente Noordwijkerhout (buurt
schap „de Zilk"). (34)
Conform besloten.
14o. Voorstel om Burg. en Weth. te mach
tigen lot H. M. de Koningin het Verzoek le
richten, het maximum aantal patiënten, dat
in de beide paviljoens voor vrouwelijke en
mannelijke jeugdige idioten van het krank
zinnigengesticht „Endegecst" mag worden
verpleegd, lijdelijk (e vermeerderen. (46),
Conform besloten.
15o. Voorstel:
a. tot overname in eigendom bij de ge--
mcente van verschillende thans gedempte
en aan den Rijnsburgerweg verheelde ge
deelten sloot ten Noord-Oosten van dien
weg
b.lot overname in eigendom bij de ge
meente van een strook grond, gelegen ten
Noord-Oosten van- en bereids verheeld aan
den Rijnsburgerweg, Sectie P, No. 10 gcd.j
c. lot aankoop van verschillende ten
Noord-Oosten en ten Zuid-Westen van den
Rijnsburgerweg gelegen en aan dien weg
verheelde strooken grond. (40)
Conform besloten.
16o. Praeadvies op het verzoek van dé
Leidsche Duinwater-Maatschappij, om ver
gunning tot het aanbrengen van verschil
lende wijzigingen in hare machinale instal
latie en in haar buizennet. (48)
Conform besloten.
17o. Voorstel tot hel geven van namen
aan eenige stralen en aan dc lijdelijke brut
over de Maresingelgracht. - (49>
De heer EERDMANS verzoekt de namen
op bruggen wat bescheidener aan te brengen
Het voorstel wordt z. h. st. aangenomen.
18o. Voorstel tot verlenging van den ter
mijn van ontruiming van verschillende on
bewoonbaar verklaarde perceelen. (50)
Conform besloten.
19o. Praeadvies op hel verzoek van de
afd. Leiden van de vacanliekolonic „Naar
Buiten" ,om toekenning van een subsidie in'
de kosten van uitzending van kinderen naar
een vacantiekolonie. (51),
De heer KNUTTEL vraagt of hiermeo
bedoeld wordt de bij de begrooting toege
zegde uitbreiding van gemeentesteun 1 Deze
manier van steunen acht hij verkeerd. Do
gemeente moet zich z.i. niet inlaten met
categorieën van coroitó's. Z.i. moet ctc go-
raeente zelf deze zaak ter hand nemen.
Verzetten zal hij zich niet, want dan zou«
den thans de kinderen de dupe worden.
De heer HEEMSKERK meent, dat eerst*
bij falen van het particulier initiatief de
Uit het leven van den beroemden Engelsciien
detective HERBERT PORTER.
Vrij bewerkt naar het Engelsch door J. IL
(Nadruk verboden).
5)
„Ja. dal is nog het merkwaardigste Yan
alles. Dc aanvrage staat op naam van....
Fraulein Emma Heliberg. Ik kan me voor
stellen, dat u wat in het midden wilt bren
gen. ieder woord weet ik vooruit. Deukt
u eens over dc historie na. U hebt nu nog
tijd genoeg. Om vier uur-kom ik u halen."
tin de werkkamer van Dr. Loebe. waar
een kleine groep personen verzameld was,
hing een benauwde en benauwende atmosfeer.
Aaö eon klein tafeltje had een inspecteur
van politie plaats genomen, die azntc-ekenir.g
maakte van de verklaringen der verschillende
personen, die achtereenvolgens door den
commissaris ondervraagd werden.
De telegramjongen, een aardige blonde
jongen, gaf met een flinke stem inlichtingen.
„Ja, dat is de manheer, aan wien ik
gisterochtend om 11 uur 10 het telegram
.heb afgegeven."
„Dat was in het trappenhuis, nietwaar?"
„Ja. Op de trap van de eerste naar de
tweede verdieping. Mijnheer scheen mij ver
wacht te hebben. Toch lijkt hy mrj vandaag
efn beetje grooter, maai- ik geloof, dat lig
gisteren pantoffels aan. had
„Had Mijnheer hetzelfde pak aan als
vandaag?"
„Neen. Hij had een licht pak aan."
De commissaris wendde zich tot Dr.
Loebe: ,JJ wilde wat zeggen?"
„Ja. Ik hèb heolcmaal geen licht pak."
Do politieman ging naar de gang en
opende de krakende deur van een kleeren-
kast, die daar stond. De blikken der aan
wezigen volgden hem met spanning. Plot
seling ging er een gemompel van verbazing
op uit do aanwezigen., In de klerenkast
hing op een beugel een licht pak!
„En wat is düt dau?" vroeg de com
missaris triomfantelijk.
Loebe kromp ineeu van schrik en keek
nerveus rond of hij Herbert Porter ook zag.
„Dat is een nieuw raadsel," stamelde
Loebe eindelijk. „Dit pak is niet van mij."
Er ging nogmaals een algemeen gemompel
op. De stemming der aanwezigen was
tegen den natuurkundige.
Duiten ging de deur open. De commissaris
keek op. Herbert Porter verscheen »met c-en
heer naast zich.
„Dat is de huisheer, commissaris. Mijn
heer Walden was zoo vriendelijk mij eenige
inlichtingen te ver 3e haffen, die hij gaarne
hier wilde herhalen."
„Wat kunt u ons over het gebeurde
meedeelen?" vroeg de commissaris, terwijl
hij den pas-binnengekomene onderzoekend
aankeek.
„Ik woon," begon derie, „op de derde
verdieping; onmiddellijk boven deze woning.
Gisteravond, kort na zeven uur, hoorde ik
een doffen slag beneden mij, als het ge
luid van een val. Ik meen ook exi schreeuw
gehoord te hebbenmaat- dat kan ik
my ook verbeeld hebbeu. Mjju huurder, Dr.
Loebe, is zoo'n beetje wat men zonderling
noemt, en daarom heb ik er verder maar
niet veel aandacht aan geschonken. Ik dacht,
dat een van de machines, waaraao hij werkt,
omgevallen zou zijn."
„Wat merkto u verder op?"
„Ik hoorde, dat tweemaal de telefoon
ging."
„Ifm. dat was du3 in yen tjjd tus-
schen zeven en acht?"
„De doffe val, dien ik hoorde, was kórt
na zeven uur. Toen de telefoon ging, was
het al over achten. Dat weet ik zeker, want
om acht uur heb ik in de voorkamer het
licht aangestoken."
„In elk geval" de commissaris ver
hief 2tjd stem „in elk geval werd dia
doffe slag gehoord op een tijd, dat Dr.
Loebe nog thuis was."
Herbert Porter haalde de schouders op.
„U zult moeten toegeven," wendde de
commissaris zich nu tot Loebe, dat de zaken
een wending nemen, die niet gunstig voor
u is."
„Ik kan mij bij deze meening niet aan
sluiten, commissaris," antwoordde Herbert
Porter in plaats van zijn cliënt." Het is door
getuigen onweerlegbaar vastgesteld, dat een
vreemde zich in de woning van Dr. Loebe
heeft bevonden. Dr. Von Bodendorff, die
hier naast mij staat, heeft zelf met dien
vreemde gesproken, en nog wel op een tijd,
dat Loebe in persoon tegenover hem stond.
Het zal dus onze laak zijn allereerst dezen
vreemde op (e sporen."
„Och wat," de commissaris maakle een
ongeduldige handbeweging; „ik denk, dat
die vreemde niemand anders is dan dc be
roemde „Groole Onbekende.""
„U vergist u. Ik herhaal: er was inder
daad een vreemde in Loebe's woning,
iemand met wien zoowel Dr. Von Boden
dorff als Dr. Loebe zelf door de telefoon ge
sproken hebben."
„Goed. Mogelijk, dat er een vreemde was.
Maar dan heb ik daar zoo mijn eigen idee
over. Hoe zou het bijv. wezen, als de aan
wezigheid van dien vreemde afgesproken
werk was en dienen moest om de zaak ge
compliceerd te maken en Dr. Loebe te ont
lasten?".
Loebe schrok wéér op en legde de hand op
het hart: „Maar, commissaris...."
Ilij voelde, dat cr een hand op zijn arm
gelegd werd. Hij keek op. Het was Herbert
Porter, die hem glimlachend aanzag.
„Waarom klampt u zich aan zoo'n on
waarschijnlijke verklaring vast, commissa
ris? Ligt de aanwezigheid van een inbreker
niet veel meer voor de hand?"
„Inbreker.inbreker.zeker Een
inbreker, die als een goed-getrainde be
diende naar de telefoon gaat als er opgebeld
wordll Ik begrijp niet hoe een man van u
ervaring, Mr. Porter, zoo iels aan kan
nemen."
„Toch wel."
„Dan is uw fantasie levendiger dan de
mijne. De inbrekers, waar ik mee te maken
heb gehad, hielden er niet van die vriende
lijkheden op na. Of zij lieten de telefoon rus
tig bellen, óf zij sneden de draden door, wat
vrijwel de gewoonte van de heeren is."
„f k kan me heel goed een inbreker voor
stel ten," antwoordde Herbert Porter onver
slaanbaar en met een glimlachend gezicht,
terwijl hij zijn handen in zijn broekzakken
begroef, „die den hoorn van het toestel
neemt en zich aanmeldt met don naam van
den man, wiens ongenoode gast hij is."
„Hebt u heusch zulke grappenmakers ont
moet in uw praktijk?"
„Ik denk absoluut niet aan een grap, maar
aan een situatie, die den inbreker er toe
dwingt aan de telefoon te komen."
„Misschien wilt u dan zoo goed zijn," zei
de commissaris uil de hoogte, „mij een
situatie le schilderen, waarin dal noodig zou
zijn."
„Met het grootste genoegen," klonk lief
vriendelijke antwoord van den kalmen Brit.
„Stelt u eens het .volgende voor: een man,
laten we hem mijnheer Schultze noemen,
hoort dat aan een andere man, laten we
zeggen, Dr. Loebe, een bezoeker wacht.
Mijnheer Schultze heef! dringende redenen
om le wenschen, dat dit bezoek niet piaats
heeft. Méér nog.hij is er erg op gesteld,
dat die bezoeker niet met Dr. Loebe spreekt,
maar met hem zelf. met Schultze. Voorts is
het hem bekend, dal die bezoeker Dr. Loebe
nooit van zijn leven gezien heeft. Wat zal
hij nu doen?"
De commissaris keek zijn inspecteur eens
aan en haalde de schouders op. „Ik begrijp
er geep. steek van."
„Welnu dan. Mijnheer Schultze zal om (e
beginnen iels bedenken om Dr. Loebe uit
zijn woning weg le krijgen. Laten wij aan
nemen: hij zal hem een gefingeerde invita
tiekaart zenden."
Gefluister. Algemeene verbazing bij ds
aanwezigen 1
„Nu gaal de lieer Schultze aan het werk.
Bij een liefhebberij-tooneel heeft hij wel
eens als kapper gefungeerd; hij grimeert
zich zóó, dat hij, oppervlakkig gezien, vect
overeenkomst vertoont met Dr. Loebe, w;cnf
volle baard niet zoo heel moeilijk te imilee-
ren i9.
(Wordt vervolgdji