No. 20173. DINSDAG 15 DECEMBER Anno 1925. Officieele Kennisgeving. STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIE If: 30 Ct». per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs Kleine Advertentiën uilsluitend bi] vooruitbetaling, Woensdags en Zaterdags 60 Cts bij «en maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht Voor eventueele opzending van brieven 10 Cta. porto te betalen. Bewijsnummer 5 Cts Bureau Noordeindspleln Telefoonnummers voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54 PRUS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden 12.35, per week .vrt.V. iTiT V. 0.18. Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn. per week „0.18. Franco per post f 2.35 portokosten. Mt nummor bestaat uit DRIE Bladen EERSTE BLAD. GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP. Aan den gemeentelijken vischwinkel, Vischmarkt 18, tel. 1225 is WOENSDAG verkrijgbaar: SCHELVISCH a f 0.19—f 0.30 GEH. KABELJAUW f 0.27 en TARBOT a 0.65 per pond. 8073 N. C DE G1JSELAAR, Burgemeester. Leiden, 15 December 1925. Eet Nederlandsch-Belgisch Verdrag in strijd met 's lands belang. Op uitnoodiging van het departement Lei den en Omstreken van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen nield prof. dr. H. Th. Colenbrander gisteravond in het Nutsgebouw een voordracht over: ,,Het Nederlandsch- Belgisch Verdrag in strijd met 's lands belang". De vergadering werd geleid door den departementsvoorzitter prof. dr. B. D. Lerd- mans, die de vrij goed bezochte vergade ring welkom heette en er op wees, dat er moeilijk een parallel zal zijn te trekken tus schen de gewone nutslezingen, die zich ge woonlijk op nationaal gebied bewegen, en deze. die van internationaal belang is. Maar juist daarom heeft hot departement deze vergadering belegd, waar een man als prol. Colenbrander, die onze staatkundige geschie denis door en door kent, doch ach ook bezig houdt met internationale vraagstukken, er toe zal bijdragen, dat de meeningen over dit voor ons land zoo gewichtig vraagstuk mllen worden verhelderd. Hierna gat hg net woord aan prof. Coleubrander, die aan ving met een parallel te trekken tusscnen Amsterdam en Antwerpen, er op wgzend, dat eertijds inderdaad liet zwaartepunt van den .handel in het Zuiden lag. Verder deed hg Vo de inleiding uitkomen, dat, naar zgn overtuiging, dit verdrag de souvereimteit en levensbelangen van Nederland aantast en ons lasten oplegt, die niet binnen rede lijke grenzen zijn beperkt, terwijl het voor Nederland politieke, economische en Iinan- cioele gevaren oplevert, welke niet noodza- kelijk verbonden behoeven te zijn aan eco nomische faciliteiten, welke ook hy aan België zou willen verleeneu. Spr. schetste daarna de verhouding van Noord-Nederland tot de Zuidelijke Neder landen, die altijd kiesch is geweest, besprak na de mislukte proef van innige vereeniging de hernieuwde scheiding van 1839 om daarna te laten zien, hoe in het begin der 20ste eeuw, bij toenemende spanning tusschen Duitschland en Engeland, in het belang van beider toekomst, België voorsloeg de Ne- Ö6rlandscho verdediging aan de landzijde aan de Belgische te verbinden, waarop Ne- icrland niet inging, daar dit zgn behoud aag in een neutrale houding. Dat Nederland het noodlot ontkwam, dat België trof. be dierf tijdelijk de stemming van België tegen over ons land. Spr. ging na wat Bei gis na den oorlog wenschte, waartegen nnoister Karnebeek het dilemma stelde, dat de re^ geering elke overweging van afstand van grondgebied uitgesloten achtte. Wilson en Lioya George hielden met deze gezindheid rekening. Wel was Nederland b:reid nadere voorstellen van België inzake het kanaal Antwerpen en Moerdijk in overwegaig te nemen on medewerking te verleenen ten behoeve eener kanaal verbindingAntwerpen- Rijn op voorwaarde van België's medewer king tot verbetering der scheepvaart-verbin ding Nederland-Luik. België brak de aangegane onderhandelin gen ai, waarin wy konden berusten, omdat België veel meer aan ons had te vragen dan wg aan België. Spr. ging vervolgens na, waartoe wij ons by hei op 3 April 1925 door minister Karnëbeek geteekend verdrag verbonden, v/narhij hij den inhoud van het verdrag in het algemeen en de bepalingen betreffende do Schelde en de kanalen in breede trekken uiteenzette, om daarna de economische ge volgen van het verdrag in het licht te stellen, ten einde te concludeoren, dat de in hei nieuwe verdrag opgenomen regeling vooi Nederland onaannemelijk is; niet uit hoofde van de paar ton gouds, die in de eerstvolgende jaren Nederland zou moeten betalen in plaats van België, maar, omdat hij de regeling principieel onjuist acht en niet tie verantwoordelijkheid zou willen aan vaarden voor de instandhouding van ~ulk ee» gevaariyk vaarwater, waarbij wij zoo goea als geen belaag hebben. Dat du partgen over de onderlinge ver- beding der kosten zich nader zullen verstaan, is één van die bepalingen in het verdrag, die de moeilijkheden naar de toekomst ver schuiven. Dat het nieuwe verding in plaats van de Commissie van Toezicht van 1839 een Commissie van Beheer in het leven roept, volgens spr., ook een schaduwzijde. In ieder geval behooren wy geen verantwoor delijkheid te aanvaarden voor een vaarwater. Waaraan door Antwerpen eischen gesteld worde®, die verre uitgaan boven het be lang, dat wy er bjf hebben. Ten slotte werd nog stilgestaan by de in het verdrag voorziene uiteindelijke scheids rechterlijke beslissing. Deae wordt toever trouwd aan een te benoemen internationale commissie van vijf leden, waaronder vier buitenlanders. Zulk een commissie is^ met het oog op haar verhouding van de leden niet zonder bedenking. Het is, in het kort gezegd, zoo, dat Bel gië krygt en Nederland geeft, zoodat het nieuwe verdrag het rechtsgevoel niet be vredigt, maar beleedigt. Spr. is ton volle overtuigd vau onzen zedelyken plicht om België geen onnoodige hindernissen in deo weg te leggen, waar het betreft den wensch om den vaarweg van Antwerpen naar zee zoo goed mogeiijk te doen zijn, maar daartegenover staat, dat Nederland ook plichten tegenover zichzelf, tegenover zgn groote koopsteden cn tegen over Zeeland heeft. Spr. stelde tegenover de bepalingen van dit verdrag de wijzigingen van de oude bepalingen, de beginselen, die moii tot uit gangspunt behoort te nemen. Eindelyk werden ook de politieke gevolgen van het verdrag besproken, zooals spr. deze ziet. Juist uit de ratificatie van dit- ver drag zal met ontstellende zekerheid het gevaar, dat de goede verstand-houding be dreigt, ontstaan en daarom zal het niet ge ratificeerd mogen worden, gel Ijk het daar ligt. Minister Karnebeek moge zich onder omstandigheden, waaromtrent hij aan het Nederlandsche volk nog alle opheldering verschuldigd is, tot teekening verbonden hebben geacht, in de goed- en afkeuring staat nog de volksvertegenwoordiging en*, en spr.'s overtuiging is, dat deze het verdrag niet ongewyzigd mag goedkeuren. Spr.'s doorwrocht betoog werd door de aanwezigen met groote aandacht gevolgd. Van de gelegenheid i»t gedachten wisseling werd gebruik gemaakt door den heer Van Ginkel, die niet alle bezwaren tegen het verdrag met den spreker deelde en met name niet geloofde, dat de financieele lasten voor ons zooveel grooter zouden zijn. Na het antwoord van den spr., die zijn bezwaren onverzwakt handhaafde, beant woordde prof. Colenbrander nog een'ge door den heer Krantz gestelde vragen, waarna'do goedgeslaagde vergadering door prof. Eerd- mans gesloten. De Volkenbond te Genève. Hoe lang bestaat dit insti tuut, waartoo dient het en wat heeft het gedaan? Over dit onderwerp hield gisteravond onze oud-stadgenoote mevrouw C. A. Kluy- ver, commies a. h. Departement van Bui- tenlandsche Zaken en secretaresse der Nc- derlandsche delegatie van den Volkenbond een belangwekkende voordracht in de groo te zaal van het Lcidsche Volkshuis. Evenab men het best een indruk krijgt van wat het Lcidsche Volkshuis betcekeat, wanneer men het Volkshuiswerk ter plaat se kan gadeslaan, zoo begon spreekster, zoo is ook een bezoek aan de Volkenbonds wereld te Genève het beste middel om in zicht in den Volkenbond te verkrijgen. De zelfde vragen, (jie een oningewijde zou stel len omtrent het Volkshuis, zou spreekstci ten aanzien van den Volkenbond willen beantwoordenHoe lang bestaat het al Waartoe dient het? Wat heeft het al ge daan Het Leidschc Volkshuis heeft verleden jaar zijn 35-jarig bestaan herdacht; ook ten aanzien van den Volkenbond bestaat er aan leiding 25 jaar achteruit te zien. In- 1809 namelijk kwamen op de Eerste Vredescon ferentie voor het eerst vertegenwoordigers van een groot aantal Regeeringen bijeen om over oorlog en vrede te spreken, zonder dat de beëindiging van een oorlogstoestand hiertoe de aanleiding was. Daarop volgde een langzaam voortgaande ontwikkeling van de internationale rechtsorganisatie, waaraan de oorlog ecu plotseling "einue scheen te maken. Intusschen het tegendeel geschiedde; aan het einde van den oorlog bestond een sterker vredesverlangen dan ooit tevoren en vooral, dank zij Wilson, werd tegelijk met de vredesverdragen de Volkenbond gesticht. Spreekster gaf daar op een overzicht van de inrichting van den Volkenbond, als vereeniging thans van 55 Staten, die alle het Volkenbondsverdrag hebben aanvaard, .met zijn jaarlijkschc al- gemeene vergadering, den om de drie maan den bijeenkomenden Volkenbondsraad, het permanente Secretariaat en tal van Com missies voor verschillende vraagstukken. Als doel van den Volkenbond stond aan vankelijk voorop het handhaven van den vrede, het voorkomen van een nieuwen oorlog. Te dien einde werd in het Volken bonds verdrag een uitvoerige regeling ge troffen omtrent vreedzame oplossing van geschillen en omtrent den bijstand, dien alle Leden aan een aangevallen Staat zou den moeten verleenen. Bovendien zouden dcor optreden van den Volkenbond oorza ken voor oorlogen worden weggenomen men dacht hier met name aan minderhe denbescherming, maatregelen op econo misch gebied en uitvoering -van de vredes verdragen op verschillende punten. Gedu rende het bijna zesjarig bestaan van den Volkenbond, heeft deze zijn bemoeiingen ook uitgestrekt over tal van onderwerpen, die met de vraag vdn oorlog of vrede in een min of meer vewijderd verband staa.0, maar ten aanzien waarvan internationale samenwerking het wolzijn der menschheid bevordert. Dat de Volkenbond reeds op velerlei ge bied op daden kan wijzen, zette spreekster nader uiteen aan de hand van de Agenda van de 37e zitting van den Volkenbonds raad, die dezer dagen te Genève bijeen was Hierbij word in het bijzonder stil ge staan bij het Grieksch-Bulgaarsche geschil. Reeds van den aanvang af heeft men voorop gesteld, dat men nog niet had den idealen Volkenbond, dat met name de ver plichtingen teu aanzien van de vreedzame beslechting van geschillen zouden moeten worden uitgebreid. Al spoedig bleek, dat men zonder een ontwikkeling van den Vol kenbond op dit punt de veiligheid niet vol doende zou kunnen verzekeren en niet tot Internationale ontwapening zou kunnen ko men. Men heeft .eerst getracht deze groo- tere waarborgen te verkrijgen door een universeele regeling met vèrstrekkenue verplichtingen voor alle Leden van den Bond, n.l. in het Protocol van Genève. Toen dit plan niet voor verwezenlijking vatbaar bleek, hebben de Staten, die in het bijzonder deze grooterc waarbovgen ver- langden, met elkander afzonderlijke ver- dragen gesloten, (Li- de regeling van Lo carno, die als het ware een aanvulling is van het Volkenbondvcrdrag, waardoor dc oorlog minder waarschijnlijk wordt en de oplossing van het ontwapeningsvraagsfuk wordt vergemakkelijfct. Aldus acht spreekster alle aanleiding aanwezig om do totstandkoming cn dc ont j wikkeling van den Volkenbond dankbaar te gedenken, zoowel op grond van do reede bereikte resultaten ais in verband met de thans gewekte verwachtingen. Spreekster eindigde met een waarschu wend woord in verband met de titel van haar voordrachtmen stelle zich toen vooral niet voor, dat do Volkenbondswe reld zich beperkt tot Genève, maar beden ke dat de daden van den Volkenbond zgn de' daden van de Staten, die Lid zgn van den Bond. Wat de vertegenwoordigers van j deze Staten te Genève zullen doen, hangt af van het vertrouwen, dat men in hun land in den Volkenbond stelt Naar het oordeel van allen, die van dicht bij den Volkenbondsarbcid hebben gadege slagen, zoo eindigde spreekster, zijn dc daden van den Volkenbond voldoende om dit vertrouwen te wekken. Adres voor Woningbouw. Aan den Raad dezer Gcmeento is door de besturen van de woningbouwverccnigm Kcn De Eendracht" Juinstadwijk on Ons Doel", een adres gezonden, waarin medegedeeld wordt, dat zij met belangstel ling kennis genomen hebben van de voor waarden, welke de Raad op voorstel van B en W. in de openbare Raadszitting van 1 September 11)25 heeft vastgesteld cn wel ke voorwaarden de woningbouwvereniging Ons Belang" heeft moeten aanvaarden om 'de voorschotten te verkrijgen benoodigd voor haar -Ie bouwplan, dal deze voorwaarden veel meer cn voel scherper bepalingen inhouden dan de voor- j waarden, waaronder tot nu toe door de ver- I schillende bouwvereenigingen werd gewerkt, dat B en W. blijkens een schrijven tot de verschillende woningbouwverenigingen gericht voornemens zijn de nieuwe voor waarden bij eventucelen toekomstigen bouw eveneens op te leggen, dat adressanten tan mccning zgn, aal deze nieuwe voorwaarden onnoodig een groot uitbreiding geven aan de bemoeienis van B. en W. inzake woningbouw en dat de woningbouwverenigingen zelf 111 sterke mate aan banden worden gelegd, redenen waarom zij met den mccstcn aan drang verzoeken, mochten B. cn W. aan hun voornemens gevolg geven, deze voor waarden dan af te wijzen o__. Voor de gronden waarop <bt t erzock steunt verwijzen zij naar een «"tvoerige toelichting, waarin o.m. wordt gezegd De aan „Ons Belang" opgelegde voor waarden doet al dadelijk zien, dat b_ en \V in den bouw zelf meer direct betrok ken zullen worden. Gold tot nu toe, dat de voorschotten werden verleend volgens door B cn W. vooraf goed te keuren plan nen en bestekkeu, terwijl gunning aan aan nemers, ook van onderdeden van den bouw slechts mocht geschieden na daarvoor beko^ mcD machtiging van B. en W„ dit schijn blijkbaar onvoldoende. Uit alles blijkt, dat de vereeniging met meer vrij is in het kiezen van haar arehr tect en is deze eenmaal gekozen dan i. hg de onderdanige dienaar van B cn tv., im- mers „de uitvoering zal gedurende den ge- heelen bouw moeten geschieden volgens "de aanwijzingen door of vanwege B. en W te geven." Ook het benoemen vau de opzichters behoeft in het vervolg de goedkeuring van B cn W, ja sterk" «een bode, schoonmaakster, timmerman, enz kan meer worden aangesteld of ten stadhuize moet dit eerst worden gevraagd en goedgevonden. Nog één stapje en de keuzo van de velschillende bestuursfunctie narissen behoeft de goedkeuring van B. en w. en dan zijn er feitelijk geen vereomgin- gen meer, maar beboeren B. cn W. de wo- Heeft een woningbouwvereniging rechts kundigen bijstand noodig, B. en W. zullen bepalen of dit werkelijk wel het geval n en zoo ja welke advocaat zal worden geraad pleegd. •Men stelle zich nu voor, dat er tusschen B. cn W. cn de woningbouw vereeniging verschil ontstaat omtrent de uitleg van een voorschotbepaHng en denkë zich de recht spraak in welke dan ontstaat. Men behoeft volgens adressanten geen rechtsgeleerde te zijn om in to zien cn te erkennen, dat een rechtspraak waarbij een der partijen de rechter aanwijst een cari- eatuiir van een rechtspraak is. Ook voor de exploitatie van de woningen zijn dc voor waarden zeer verscherpt. B. en W. verkrijgen het recht do huren te gaan innen; voor onderhouds-, vernieu- wings- en herstellingswerken is schriftelijke machtiging van B. en W. noodig wanneer de kosten daarvoor f 100 te boven gaan; wanneer B. cn W. van meening zijn, dat de huren gewijzigd dienen te worden heb ben de woningbouwverenigingen de wijzi gingen binnen een door B. en W. te bepa len termijn aan tc brengen; do statuten der vereeniging moeten in overeenstemming worden gebracht met de bepalingen van de nieuwe voorwaarden. Adressanten kunnen zich heel goed voor stellen, dat het gemeenschapsorgaan nauw lettend er voor waakt, dat de gelden, door de gemeenschap ter beschikking van de woningbouwverenigingen gesteld, goed worden beheerd. Zij erkennen dus het recht van de gemeente op een scherpe controle \n deze. Ook kunnen zij zich een bepaling voorstellen, dat bij wanbeheer de gemeente ingrijpt en regelend optreedt. Maar dat de Raad goed zou vinden, dat de woningbouwverenigingen de handen worden gebonden, dat ook hun meest inter ne aangelegenheden door B. en W. worden bedisseld wat tot gevolg zou hebben, dat alle initiatief zal worden gedood, meenen zij toch te mogen betwijfelen. Vandaar hun vertrouwen, dat de Raad, wanneer deze zaak opnieuw aan de orde komt, op wijziging der voorwaarden zal aandringen. Herv. (Gerei.) Staatspartij. Voor de afdeeling Leiden van bovenge noemde partij hield gisteravond in de groote zaal van het gebouw .Prediker" in de Jan- Vossensleeg het Tweede-Kaincr-lid, ds. G. A. Lingbeek een rede over den Schoolstrijd. De vergadering werd geopend met gebed en het gezamenlijk zingen van ps. 119 17, waarna de voorzitter niet een enkel woord den spreker inleidde. L>s. Lingbeek ving zijn rede aan met in enkele trekken het ontslaan van den strijd te schetsen. Vóór de Revolutie was de open- barp volksschool aan de Hervormde Kerk. In de Revolutiedagen werd zij gcarnpiëerd door den Staat. De Schoolwet van 1800 liet ruimte voor godsdienstig onderwijs op de Openbare School, maar ontnam haar het dogmatisch-Gereformecrd karakter. Op vele plaatsen bleef de school goed-christelijk, maar met de opkomst van liberale en mo derne theologie veranderde dik Or.der voor wendsel. dat de school voor kinderen van Roomschen en Joden niet aanstootelijk mocht zijn, werd zij godsdienstloos gemaakt. Zoo ontstond de strijd voor de godsdienstige opvoeding van de kinderen van ons volk. Groen van Prinsterer streed eerst voor een verbetering der schoolwet en der openbare school. Op verlangen van Koning Willem III zou Minister v. d. Brugghen die verbetering geven, maar mede onder invloed van Libe ralen en Roomschen. bleef een strikte neu traliteit der openbare school gehandhaafd (wet van '57). Nu begon Groen hoe langer hoe meer voor vrijheid van onderwijs te ijveren. Maar in 't laatst van zijn leven keerde hij terug tot waarmee hij was be gonnen: splitsing van de openbare school naar de verschillende godsdienstige gezind heden. Dr. Kuyper, die Groen opvolgde, aan vaardde de neutrale staatsidee en eischte dan ook in zijn program, dat de openbare school alléén zou opleiden tot waarheids liefde, zindelijkheid, etc. De schoolstrijd werd nu een strijd, niet meer voor de open bare school, maar voor subsidieering van de biizondere. Zelfs vonden vele voorstan ders der Bijz. school nu. dat hoe slechter de Openbare school was, des te beter. In dit verband begrijpen wij het woord van Hoe- demaker, dat de Bijzondere school, die van middel tot volksbehoud, het doel was ge worden. waarvoor Kerk en volk werden op geofferd. dreigde de afgod dor natie te worden. Toch waren er nog Christenen, die de Openbare school niet konden prijsgeven. Dr. P. J. Kromsigt hield in 1913 een referaat over Chrislianiseering der Openbare School. Dr. Bavinck en de tegenwoordige minister Rutgers bestreden hem. maar niet op prin- cipieele gronden. In 1914 sprak ds. v. Ei jok v. H. in ..Volksonderwijs" vóór hetzelfde, maar vond ook weinig bijval. Steeds was het bezwaar: de overheid i9 immers neu traal. En zóó spraken zuljcen. die anders den mond vol hadden van-hun ..Christe lijke" regeerin^l Zoo kwam 't tot de financieele gelijkstel ling van de Openb. en Christ, scholen (wet- De Visser). Maar nog bleef de vraag hoe moet nu de Christelijke regeering met dc openbare school aan? Men kon haar godsdienstloos laten, rnaar dit paste kwalijk bij de leus „Christelijk". A BINNENLAND. De Pers over de nieuwe opdracht aan dr. De Visser. Te Amsterdam is overleden ds. N. vaa Schouwenburg. Vergadering van de Vereeniging „D( Narcis". Memorie van Antwoord inzake de Bios» coopwet. Onderhond van spoorwegambtenaren met minister Bongaerts. De Minister van Arbeid heeft bepalingen vastgesteld voor het inhalen van verzuim in wasscherijen en stiijkinrichtingen en in schoenenfabrieken. BUITENLAND. De laatste actie inzake de Locarno-ver' dragen. De Volkenbondsraad regelt het jongste Balkan-conilict en behandelt Mosoel verder. Koch probeert in Dnitsohland de groote coalitie tot stand te brengen. Een eerste echec voor Lonchenr, den Franschen minister van financiën. Men kon haar een algemeen godsdien stig karakter geven, maar de Room schen juist hadden haar dit ontnomen. Men kon haar geheel opheffen. Dien laatsten weg wil men nu van Coali- liezijde op. De leus is danhet onderwijs behoori alleen aan de ouders. „De Bazuin" (Van Kampen) schreof, dat de Vaderen zoo iets i hadden gewild. Dat is niet waar. De „Va- j deren" achtten liet de taak van de Overheid om te zorgen voor godsdienstig schoolonder wijs. Wat men nu wil is niet Gereformeerd, maar Independcntsstelsel. Ook het bijblad van „Dc Nederlander" schreef in den geest van „De Bazuin" (25 J Mei 1925). Wat spreker betreft, hij erkent dat il j alles, óók in den schoolstrijd, Gods Raads besluit is vervuld, maar niet, dat alles is gegaan onder leiding van Gods Geest. Spr. erkent immers geen onfeilbare Kerk, maar j nog veel minder een onfeilbare Christelijke partij. Wat betreft de Christelijke (Bijzondere) i school, spreker ziet niet voorbij het goede, door haar gewerktI Doch hij laat ook ds i openbare school niet los. Men zegt- die on- góloovige meesters weten van den Bijbel niets; hoe kunnen zij godsdienstonderwijs i geven? Spr. meent: dat is dan de schuld van de Christelijke regeering, die de ontlcr- wijzers van alles leerde behalve wat zelfs een ontwikkeld Mohammedaan van hel Christendom behoort te welen. Maar dat wijst ook aan in welke richting de verbe tering der openbare scliool moet worden ge- zocht. Spr. eindigt met den wensch, dat in ons 1 Nederland het Christendom niet als een af gescheiden zaakje moge worde erkend, maar dat de Christelijke Godsdienst de Nationale i moge zijn als van ouds, en het ongeloof afgescheiden. Een warm aplaus beloonde den sprekel i voor zijn vlot betoog, waarna de 9amen j komst met dankgebed cn het zingen vais Ps. 81 15 en 18 werd gesloten. Propagandaiecstavond A.J.C. Gisteravond hield de afdecling Leiden van de Arbeiders-Jeugd-Cenlrale in de gróoü Stadszaal een propaganda-feestavond. De be langstelling voor dezen avond was dusdanig, dat de zaal behalve de voorste rijen vrijwel geheel gevuld was, zoodat ook ir. dit opzicht j de avond als uitstekend geslaagd kan wor- den beschouwd. Nadat door de leden staande liet A.J.C.-lied gezongen was heette de af deel ingsvoorzitler, de heer Elkerboul allen hartelijk welkom om vervolgens uiting tc ge ven aan zijn vreugde over ©en dergelijk; massale opkomst. Spr. zag hierin niet alleen dat de jonge groep heel wat kon presleeren, doch constateerde bovenal met veel genoe gen, dat er een hechte band bestond tus schen ouderen en jongeren# Laat deze band, zoo zeide spr., steeds inniger worden opdat, wanneer eenmaal daartoe de lijd gekomen is de jongeren de (aak van de ouderen op waar dige wijze kunnen overnemen. Juist daarom ook was spr. zoo ingenomen met de aanwe- zigeid van zoovele ouders, omdat de film, die zoo aanstonds vertoond zou worden, die van het Pinksterfeest der A.J C. op de Veluw» nabij Nunspeet, zoo bij uitstek geschikt was om de ouderen te doen kennismaken me het eigen feest der A.J.C. Spr. besloot zijn openingswoord mot een krachtige opwekkin/ om het jeugdwerk te steunen door zich op te geven als lid of donateur der afdeeling Leiden. Alvorens de eigenlijke film' wafge-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 1