Kalender!
Het Foto-Mysterie
No. 20159.
LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag 28 November
Derde Blad. Anno 1925.
De „Foire aux Croütes''.
UIT RUSLA1VD.
AP0THEKER5DIJK-27'
FEUILLETON.
BUITENL. WEEKOVERZICHT,
Locarno wordt geteekend
Koningin Alexandra f
De Fransche crisis Waar-
cm sovjet-Rnsland tegen
Locarno? Europa's in
vloed in Azië aan het ver
dwijnen.
Met Locarno is het in orde. Op 1 Dec.
zal te Londen de ratificatie plaats hebben,
daaraan kan moeilijk worden getwijfeld,
nu de Duitsche Rijksdag in meerderheid
zich daarvoor heeft uitgesproken. Het laat
ste redmiddel, door de Duitsch-nafcionalen
aangegrepen, n.l. de bewering, dat voor
aannemen ten 2/3 meerderheid noodig was,
is heel logisch terzijde geschoven en even
min heeft fuooes gehad een poging ora het
toetreden tot den Volkenbond uit te stellen,
waardoor van Locarno immers ook niets
was gekomen, daar beide onafwendbaar aan
elkaar zijn verbonden. Van Duitsch-natio-
nale zijde heeft men tenslotte zelfs niet ge
schroomd Stresemann een landverrader"
te noemen, daarmee oproepend de booze
geesten, waaraan Rathenau ten offer i3 ge
vallen. 't Is eens weer een der bewijzen van
de verwording der politiek te meer. In-
droevig!
De feestelijkheden, waarmee do ratifica
tie zou gepaard gaan, zijn echter afgelast.
Dit tengevolge van het overlijden van een
ware Koningsvrouwe, do moeder van don
huidigen koning, Alexandra, die zich in het
hart van het Engelsche volk, zonder onder
scheid van rang, stand of politieke kleur,
een eerozuil heeft veroverd, tengevolge van
haar staan temidden van dat volk, niet hoog
zich plaatsend daar boven. Feestelijkheden
©p haar verjaardag, 1 Dec. zou zij 81 jaar
zijn geworden, hadden niet gepast bij het
nationale verlies, door Engeland geleden.
Een droeve samenloop der dingen, want
Locarno belooft overigens wel een mijlpaal
te worden in de geschiedenis dezer tijden.
Zoo de geest van Locarno doorwerkt, kan
men spreken vanvan Locarno begint de
victorie
De onderteekenaars te Locarno zullen
ook to Londen komen, om door het zetten
van hun naam het verdrag definitief levens
vatbaarheid te geven. Alleen Mussolini zal
ontbreken. Het komen boven do Alpen
blijft voor hem gevaarlijk en zijn ontvangst
zou verre van hartelijk zijn in een land,
,.dat de vrijheid lief heeft, voor wie het
Britons never will be slaves" meer is dan
een ijdele leus. Voor Briand zal do komst
echter moeilijk zijn, daar de inwendige cri
sis in Erankrijk of niet of nauwelijks zal
zijn opgelost. Ook daar is een politieko ver
wording aan den dag gekomen, als bijkans
niet te geloovcn is. Het land is aan gevaren
blootgesteld als niet zijn te overzien, ge
varen van inflatie etc.. Alleen een snel cn
krachtdadig optreden kan deze afwenden.
In plaats daarvan echter allerlei partij- en
persoonsbelangen en belangetjes
Painlevé's ministerie is ten val gebracht
in de Kamer, doordat steeds meer afgevaar
digden het Kartel den rug toekeerden. Ver
bazen deed het niet, men zag het aanko
men. Direct wer<J Briand aangezocht een
ministerie te vormen, een soort concentra
tie-kabinet, doch voor hem was de tijd nog
niet rijp. Hij bedankte. Toen volgde Dou-
mer, wiens politiek verleden werd opge
rakeld'hij is een socialistische afvallige
en Het- zich door rechts als tegencandidaat
stellen voor het presidentschap in strijd
met Fallières, een 20 jaar geleden, zij het
zonder succe9 en daarom geen kans had.
Toen scheen Herriot de redder in den nood,
maar per slot van rekening lieten de so
cialisten hem in den steek en ook hij ver
dween van liet toonecl. Daarop is men tot
Briand teruggekeerd en het laat zich aan
zien, dat thans voor hem het moment is
aangebroken tot het vormen van ècn uit#
heb middenblok samengestelde regcering.
Welke hot evenwel allesbehalve gemakke
lijk zal hebben, bestookt van rechts ea
links, zoodat een lang leven ook zoo'n kabi
net niet beschoren lijkt. Doch wanneer
handhaafde zich in Frankrijk een regeering
lang? Niet te eontroleeren geruchten spre
ken van Putsch-plannen van links en van
gevormde facistisclie benden, gekleed in 't
blauw. Het schijnt ons vooralsnog overdre
ven, maar dat spoedig ingrijpen noodzake
lijk ia, lijdt geen twijfel. Al lager zakt de
franc 1 Briand zelf «al thans buitcnl. zaken
echter niet laten varen
Van Russische zijde volhardt men er bij
om Locarno als legen de sovjets gericht te
kwalificeercn, alle tegensraak van Duit
sche, Engelsche, Fransohe zijde ten spijt.
En van één standpunt uit bezien, hebben
de sovjets gelijk. Locarno biedt Europa d e
kans om uit het moeras te kornen, zoo men
er gebruik van weet te maken. Doet men
dit, dan treedt voor geheel West-Europa in
een periode van vredes-verzoening, van
„Aufklarung". En dat druischl in tegen het
sovjet-belang, dat immers in Europa alleen
maar gedijen kan in ellende en onrust. Het
schijnt, dat Tsjitsjerin thans nog een laatste
poging wil doen om de in menig opzicht
uileenloopende belangen van Engeland en
Frankrijk legen elkaar uit te spelen; van-
daar zijn bezoek aan Frankrijk. Doch de
j gemeenschappelijke belangen, vooral daar,
I waar het bolsjewisme al zijn krachten geeft,
en niet zonder resultaat, zullen o.i. het nog
wel winnen, zoodat we Tsjitsjerin weinig
kans geven. Die gemeenschappelijke heian-
gen zijn gelegen buiten Europa, speciaal in
1 Azië, cn vandaar ook de komst van den
nieuwen Hoogen Commissaris van Syrië, de
Jouvenel, naar Londen.
Het gaat den bolsjewisten in dat wereld-
deel niet slecht. Handig gebruiken zij de
internationalisten pur sang, het nationalis
me om eigen zaak te dienen, o, contra Jiefio
in terminis. Turkije durft, dank zij hun
I steun want daarop kunnen de Turken
rekenen tegenover Engeland een zeer
fermen loon aanslaan wat Mosoel betreft,
wel wetend, dat John Buil eerst in de uiter
ste noodzakelijkheid tot wapengeweld zal
durven overgaan, waar hij in Brilsch-Indië
zich niet safe gevoelt. Zoo wordt het prestige
van deze Westersche mogendheid onder
mijnd. Het verzet der Druzen in Syrië, dat
van veel grooteren omvang is dan dc offi-
cieele Fransohe berichten het willen doen
voorkomen heet het niet, dat al onder
handeld wordt over Syrië's onafhankelijk
heid met Fransche voorkeur-verdragen?
schaadt Frankrijk's positie. Ook in Noord-
Afrika. En ook daar steunen de bolsjewisten
de nationalistische beweging, voor zoover
zij kunnen. Dringend gewenscht is daarom
een Engclsch-Fransch samengaan!
En in China gaat het den .bolsjewisten
eveneens naar den vleeze. De macht van
Tsang-lso-lin is aan het tanen, die van den
z.g. Christen-generaal Feng, die met de bol
sjewisten sympathiseert, wint veld. De
douane-conlerenlie te Peking is een soort
slag in de lucht, waarom China zich bitter
weinig bekommert. China voelt, dat het
vanzelf in den schoot zullen vallen al dc
vruchten, waarover thans op die conferentie
nog wordt gestreden en die nu te verwer
ven zijn tegen zekere vergoeding.
Europa's macht buiten 't eigen wereld
deel neemt zienderoogen af. En aan de
overzij van den Oceaan ziet Uncle Sam
genoeglijk toe, hoe door twist en tweedracht
zijn macht groeit cn bloeit.
- In den goeden ouden tijd toen Monlmartre
nog Montmartre was, d. w. z. het eenige en
waarachtige kunstenaars-centrum van Pa
rijs, toen daar nog werkelijk kunstenaars-
vreugde heerschte, werkelijk kunstenaars-
leed geleden werd, toen was een van de
vele karakteristieke kunstenaars-eigenschap
pen daar ook de kunstenaars-arraoedc.
Groote mannen worden altijd miskend
door haar eigen tijdgenoolen dat is een
bekende waarheid. Maar daarom is het om
gekeerde nog niet altijd waar, cn is ieder
door zijn eigen tijdgenoolen niet-gewaar-
deerd schilder daarom een groot man. Dit
denkt echter gaarne ieder schilder, die geen
succes heeft. „De menschcn begrijpen mijn
werk niet, ze zijn er nog niet rijp voor 1
Wacht maar eens lot over honderd, twee
honderd jaar dan zullen kunstkenners
elkaar mijn werk betwisten bij opbodI" En.
zoo dachten vele van al die niet-gewaardcer-
de Montmartre-schilders, en leden armoe
met frotsch opgeheven hoofd, leden de
gróótste armoe soms, hadden nauwelijks geld
om hun atclicr-huur le betalen, hadden
schuld bij bakker, slager, kroegbaas en
vrinden.
Op een goeden dag echter kreeg een zeer
hongerig Monlmartreschilder den moed om
deze dingen met een practischen blik onder
do oogen te zien. En hij kwam tot dit resul
taat. Hij riep zijn kunstbroeders bij elkaar,
en zetten hun uiteen, dat het dwaasheid was
om honger te lijden uit kunstenaars-trots.
Dat het dwaasheid was le wachten op de
waardccring van de enkele grooten onder dc
tijdgenoolen. Dat een kunstenaar nederig
hoorde to zijn, en zich niet te hoog moest
achten om met zijn werken te gaan tot de
eenvoudigen van geest, tot „de mcnschen
van de straat", omdat er onder die „men-
schen- van dc straat" wel onbewuste ele -
menten konden schuilen, wier waardecring
een band kon vormen tusschcn hen, kunste
naars van heden, en de toekomende tijden
van algehééle waardecring en volkomen be
grijpen. En dus, zoo besloot hij zijn beschou
wingen, laten wij kunstenaars in alle nede
righeid en in allen eenvoud onze werken
gaan vertoonen aan het volk, het publiek,
aan het doodgewone, allcdaagsche straatpu
bliek.
Uit deze en dergelijke theoretische over
wegingen was het, dat eindelijk practisch
het initiatief genomen werd (ot dc eerste
schildcrijcn-markt op Montmartre, die de
kunstenaars, om toch vooral ook aan het
publiek hun absolute nederigheid le tooncn,
gedoopt hatlden tot de „Foire aux croütes",
„Korslenmarkt" zou het woord vertaald lui
den, want oen croüte, een korst, is een
schildersterm voor een slecht schilderij.
En zoo nederig als de betiteling was, zoo
nederig was ook dc uilvoering. Op een van
de karakteristieke Monlmarlre-plcintjes, de
Place Constantin Pccqueur, daar groepeer
den dc schilders zich op een goeden dag möt
hun schilderijen, die ze ophingen zoo maar
tegen de hoornen van het pleintje, zoo maar
tegen dc huizen, zoo maar tegen het hek van
den métro-ingang; of die ze ook wel zoo
maar plat op den grond legden, bedekt met
een paar steenen aan de vier hoeken (tegen
het wegwaaien), lün als nederige marktkra
mers stelden ze zich naast hun „koopwaar"
op on wachtten af.
Het geheel leverde inderdaad een pitto
reske, een zeer bohöme-aehlige en een zeer
ongewone aanblik op.
En natuurlijk was de toeloop groot, na
tuurlijk trokken ze veel publiek lot zich.
Nieuwsgierigen vooral, kijkers. Maar toch
ook, precies zooals ze eigenlijk wel gedacht
(cn gchóópt!) hadden, waren er onder die
kijkers ook enkele koopers. Wat een bewijs
was voor de schilders, die verkochten, dat
er onder liet groote, bêle, achterlijke publick
toch wel enkele begrijpende zielen scholen,
voorboden van een glorierijke toekomst. En
dan vonden ze het natuurlijk toch ook wel
een beetjo aangenaam, dat die waardeering,
uitgedrukt werd in eenfge zeer nuchtere, ba
nale, doodgewone francs, die hen in staat
zenden stellen om le vuldoen aan ecnigc
zeer nuchtere en banale, maar zeer nood
zakelijke allcdaagsche behoeften, zooals daar
is bijvoorbeeld de behoefte van broodkoopen,
een biefstukje, een kop koffie, een glas wijn.
En dan de atelier-huur, die betaald moet
worden, zoolang de eigenaar van dat atelier
niet voldoende kunst-waardeerihg bezit om
liet gratis" af te staan aan de kunstenaars der
toekomst!
Zoo ontstond de Montmarlresche „Foire
aux Croütes". Want die eerste schilderijen-
markt werd weldra gevolgd door een tweede,
die tweede door een derde. En ten slotte
wisten de schilders van Montmartre niet be
ter of het hoorde zoo, dat je op straat je
schilderijen tentoonstelde en verkocht, zoo
als andere marktkramers hun polten en pan
nen uitstallen en verkoopen aan de voorbij
gangers. Ten slotte was de „Foire aux
croütes" één geworden met Montmartre,
hóórde er bij, kreeg mèt Monlmartre mee
haar wereldberoemdheid. Leest er uw Bae
deker maar eens op na in het Fransch,
Duitsch, Engelsch, Italiaansch of SpaaCJch,
dat doet er niet toel
Gevolg: zelfs vanuit Amerika, o vooièl
vanuit Amerika kwamen kunstliefhebbers
cn -liefhebsters grasduinen op de „Foire aux
croütes", en kochten op, wat hun een goede
geldbelegging toescheen, en betaalden in
dollarsl In dollars! I weet u, beseft u, wat
dat zéggen wil voor een Franschman, voor
een arm Fransch kunstenaar? en vooral,
beseft u, wat dat nu op het óógenblik zeg
gen wil, bij den tegenwoordigen stand der
Fransche francs
In mijn vorigen brief vertelde ik u van
de concurrentie tusschen het oude Mont
martre en het moderne Monlparnasse; ver
telde ik u, hoe Montpamasse steeds meer de
overhand kfijgt, steeds méér kunstenaars
naar zich toetrekt, steeds meer kunstenaars
van Montmartre wéglrekt; en hoe het geen
raiddel ontziet om gehéél de overhand te
krijgen. En daértoe, ten einde düt doel te
bereiken, heeft het zelfs niet geaarzeld om
op hSAr beurt een „Foire aux croütes" in
te stellen, d. w. z. dc „Foire aux croütes"
van Monlmartre nü te apen, cn op mo
derne manier, zooais behóórt bij een mo
dern quartierl een „Foire aux croütes" op
z'n Amerikaansch! dit werd ervan! een
paskwil natuurlijk, of een up to date vol
making al naar den kant vanwaar men
de zaak bekijkt. Doch d&&rover een volgende
keer!
M. DE ROVANNO.
RECLAME.
(Nadruk verboden).
De boitenlondscho handel van de
Sovjet-Unie.
Kamenew. dc ondervoorzitter van den
raad van volkscommissarrissen, hield 16
October te Moskou een voordracht over dc
resultaten van dc beraadslagingen van het
Centrale Comité der bolsjewistische par
tij. Het was een zeer belangrijke program-
redevoering, waarin uitvoerig werd mede
gedeeld, hoe de regeoring (want Kamenew
gaf de meening van de regeerÏDg weer) over
de belangrijkste vraagstukken van het eco
nomische en politieke leven der Unie denkt
en waarin Kamenew den vinger legdo op
verschillende pijnlijke plekken, die gewoon
lijk onbesproken worden gelaten. Wij wil
len nu de mcening van do Russische re
gcering over den buitenlandschen handel,
zoo als deze door Kamenew uiteengezet
werd, hier in het kort weergeven (wij ci-
tceren de verslagen in de „Ekonoraitsjes-
kaja Zjiznj" cn de „Izwcstia").
Do Russische invoer is verdeeld als volgt:
62 pCt. machines, werktuigen, half-fabrica-
ten en grondstoffen, 20 pCt. voorwerpen
voor den landbouw (hieronder zijn ook land
bouwmachines begrepen, 13 pCt. dc overige
waren (thee, koffie, tabak enz.). Dc uit
voer van het land is verdeeld'als volgt: 42
pOt. graan, 14Vfc pCt. producten van vee
teelt, 8 pCt. vlas en henuep, 7,pCt. produc
ten van vischvangst cn jacht, het overige
wordt geleverd door hout, olie enz.
Deze verhouding is volkomen duidelijk
en bewijst dat Rusland nog steeds een land-
bouw-staat is al doet het nu zijn best een
i landbouw en industrieel land te worden.
Onder dergelijke omstandigheden, zei Ka
menew, heeft dc.inkrimping van den uit
voer zeer nadeel) ge invloeden voor de zich
ontwikkelende industrie. Wij zijn niet in
staat haar (d.w.z. de industrie) datgene te
geven wat zij hard noodig heeft, n.l. ka
toen, looimiddelen, verfstoffen, machines,
enz.die wij uit het buitenland moeten be
trekken, vooral zijn wij niet in staat dc
noodige materialen bijtijds uit het buiten
land te betrekken, hetgeen niet alleen voor
dc industrie, maar ook, en in nog sterkero
mate, door de boerenbevolking veel nadeel
medebrengt, wijl de boeren of in het ge
heel geen fabricaten kunnen krijgen of te
gen zeer hooge prijzen.
Wanneer men over den buitenlandschen
handel van de Sovjet-Unie spreekt, kan
men niet het bewind van den ,,Wnjesjtorg"
onbesproken laten, wijl deze instelling den
buitenlandschen handel van het land leidt.
In het afgeloopen jaar heeft de „Wnjesj-
torg" voor 1 milliard roebels aan waren
omgezet; in het I October begonnen boek-
j'aar zal de Wnjesjtorg zijn actie aanzien
lijk moeten versterken, wijl de omzet 2V£
maal grooter zal moeten worden, althaus
zoo is de bedoeling van den Gosplan.
Een dergelijke opvoering van de transac
ties van deze instelling maakt natuurlijk
zekere wijzigingen in de structuur van de
instelling noodig en de speciaal hiervoor
ingestelde commissie heeft een program
EEN FOTO
BLIJFT HET
IBE5TE ST-NICOLAAS
GESCHENt\^ fr
^RECLAME
VANOUDS EONGENAAR TEL308 I
7020
uitgewerkt voor de aan te brengen wijzigin
gen. ilet principe van do sovjet-politiek
op handelsgebied, n.l. het monopolie van
den buitenlandschen handel wordt echter
door de loden der regcering of van het
centrale comité der bolsjewistische partij
ah onaantastbaar beschouwd en op dit ge
bied i.ai heb zeer moeilijk, haast onmoge
lijk zijn, Concessies van de regeerendc par
tij tc verkrijgen. Kamenew drukte zich uib
als volgt: Juist nu wordt het monopolie
van den buitenlandschen handel een vatf
de hefboomen van onze politiek. U ziet, dat
de weg tusschen den landbouw en dc socia
listische opbouw van de maatschappij leidt,
hoe vreemd heb ook raogo schijnen, over
de buitenlandsche markt. Wij moeten naar
heb buitenland overschotten aan graan,;
haver, gerst enz. uitvoeren om daar machu
nes te kunnen koopen. Daarom is het rao-*,
nopoHe van 4en buitenlandschen handel
juist van zooveel belang voor ons. Alleen
met behulp van het monopolie kunnen wij1
den in- cn uitvoer onder toezicht houden
cn zorgen dat er niet teveel uitgevoerd
wordt en dat er alleen dat wordt ingevoerd,;
wat wij het meest noodig hebben.". Indien
dus het principe van het monopolie van den
buitenlandschen handel onaantastbaar
moet blijven, zoo geldt dit echter niet voor
de vormen, waarin dit principe verwezen
lijkt wordt. Het centraio comité van do
bolsjewistische partij heeft daarom beslo
ten (zooals bekend, is in Rusland de wenseli
van dab comité efen wet), dat dc verschil
lende ondernemingen meer vrijheid van be
weging zullen krijgen en zelfstandig op de
buitenlandsche markt de noodigo goederen
zullen mogen aankoopen. Om echter de
eenheid van optreden te behouden worden
do vertegenwoordigers van de verschillen
de ondernemingen in het buitenland ver-*'
ecnigd in tén bureau. Kamenew geeft do
volgende verklaring voor de noodzakelijk-;
heid van het handhaven van de eenheid in
het buitenland: ,.Wij kunnen niet al onzo
economische organen zoo maar naar heb
buitenland laten gaan, wijl deze lieve in
stellingen ook in het binnenland voortdu
rend met elkaar vechten. Hier kunnen wij
ze in bedwang houden, maar wanneer zij
in het buitenland met elkaar ruzie krijgen,*
dan zullen alleen do buitenlandsche koop-!
lieden hiervan profijt hebben. Daarom rooefe
het eenheidsfront in heb buitenland, ten
koste Vein alles, gehandhaafd worden." Wij
zien dus, dat Kamenew geen bijzonder hoo
gen dunk heeft van do leiders van do ver
schillende Russische economische lichamen,
die met liet geld van de belastingbetalers
werken.
Waarom dan den tegenwoordigen toe
stand veranderen? Nu toch is die eenheid
volmaakt, althans op papier! Hierop geeft
Kamenew het volgende antwoord: „Het is
onmogelijk den tegenwoordigen toestand te
Uit hel leven van den beroemden Engelschen
delective Ilerbcrl Porter.
Vrij bewerkt naar het Engelsch door J. H.
(Nadruk verboden).
5).
Toen Else baar atelier weer binnentrad,
week zij geschrokken terug. Het vertrek lag
in de diepste duisternis. „Wat is dit? .Waar
bent U, rar. Porter?"
Een zacht lachen antwoordde baar. Van
de openstaande ramen kwam een scherp
gefluit; Het licht gloeide weer aan.
..Wat beleokent dat?"
..Niets. Niets bijzonders. Alleen maar een
bericht aan mijn assistent beneden op
straat, dat hem zegt: „Geef acht. Hij komt."
..Aan Uw assistent? De man, die on3 zoo
tuist verlaat, wordt dus ook verder ia het
oog gehouden?"
Als eenig antwoord gleed een korte glim
lach over het gelaat van den detective.
,.Mag ik tiet eerlijk zeggen, mr. Porter?"
het meisje keek aarzelend naar hem en een
helde blos kwam over haar gezicht, „Ik
fvas at een klein beetje verwonderd, dat
Udie mijnheerhoe zal ik het zeg
gen. pit iet 00. verloor."
^Herbert Porter knikte kort, Ik was eerst
van plan geweest in de lift met hem naar
beneden te gaan. Maar U hebt gehoord welk
ven vijandigen toon hij aansloeg, toen ik
probeerde met hem tc praten. Er is geen
twijfel aan; hij zou mijn gezelschap onver-
biddellijk hebben afgewezen. Daarom deed
ik maar geen moeite er was mij veel
aan gelegen geen argwaan to wekken."
De detective had dit geheele gesprok ge
voerd zonder het jonge meisje aan le zien.
Hij was aan het vcnsler blijven staan en nu
pas bemerkte Else, dat hij onafgebroken
scherp naar de straat keek.
„Maar dat is toch merkwaardigviel
hij zichzelf plotseling in de rede.
„Wat danvroeg zij, doordal de
toon van .zijn stem haar angslig had ge
maakt.
„Wel Uw klant verschijnt niet."
„Wat bedoelt U daarmee?"
„Hij. moest allang beneden zijn. Maar ik*
wacht vergeefs, dat hij het huis verlaat. Is
er misschien nog een tweede uilgang?."
„Neen."
„Zijn aulo slaat er nog steeds. En de
chauffeur kijkt onafgebroken naar de huis
deur hij is ook verwonderd over het
lange uitblijven van zijn passagier."
Met een plotselinge beweging draaide hij
zich om: „Excuseer me een oogenblik. Als
ik me niet vergis, is er iets'niet in orde."
„Wilt U me alleen laten, mr, Porter?.'1
„Ik moei."
Zij haaide diep adem en drukte de liand
legep haar harL „Neen, dat kan ik niet, in
deze ongerustheid alleen blijven."
„Goed dan. Gaat U dan maar met me
inee."
Een oogenblik laler stonden zij op Eet
trapportaal.
We kunnen met de lift naar Eeneden,"
zei ze. Hij knikte.
De lift was nog beneden. Else drukte op
den knop. Zij hoorden het gezoem van het
naderende toestel en met een klik hield het
ojThun verdieping stil.
Zij drukle den kleinen sleulel in het slot
cn opende de deur.
Met een gil wel zij terug. Haar oogen
openden zich wijd met een starre uitdruk
king van ontzetting en haar sidderende
hand wees in de verlichte kleine ruimte
van de lift. Op den grond lag, met het ge
zicht naar heneden, onbeweeglijk, schijn
baar dood, de bezoeker van zooeven.
„Dus tóch," mompelde Herbert Porter.
„Dus tóch. Wees zoo goed om Uw atelier
weer open te maken dan kunnen we
hem naar binnen dragen."
Met buitengewone voorzichtigheid nam
hij het bewegingloozc lichaam op en droeg
het zonder eenige zichtbare inspanning naar
de woning van de fotografe, waar hij het
behoedzaam op den divan neerlegde. Daar
op boog hip zich over het slachtoffer.
„Hetzelfde wapen," fluisterde hij, „waar
mee Uw collega Weingarten is neergeslagen.
Vermoedelijk een gummiknuppel."
„Is hij dood?"
„Neen; alleen maar verdoofd. Haalt U
even wat water, zoo koud ah maar kan, en
een spons."
Elso verscheen na eenige seconden met het
verlangde en de detective begon het achter
hoofd en de slapen van den bewusteloozen
man te bevochtigen.
Hij liet een onderzoekenden blik over de
gestalte van den patient glijden. Daarna
haalde hij hem de portefeuille uit den bin
nenzak. Een groote som in groot bankpapier
bevond zich er in: vijftien duizend gulden.
Overigens was da portefeuille leeg.
Else had vol angst de bewegingen van
Porter gevolgd." Hierin heeft hij zoo pas do
foto gedaan", fluisterde zij met heesche stem.
„Het negatief en den afdruk". Herbert Por
ter knikte. „En nu heb ik nog wat azijn noo
dig".
Else ging naar de keuken en terwijl zij
daar bezig was, klonk de deurbel. Zij kromp
ineen van schrik cn vloog naar builen.
De detective stolde haar gerust", liet is
mijn assistent Ik heb hem een toeken ge
geven om boven tc komen."
Else deed open.
„Hallo, Morris", bcgroelle Porter hem" Er
gebeuren hier leuke dingen!"
„De man is niet naar builen gekomen", be
gon de assistent aarzelend.
„Dat geloof ik graag. Ilij ligt namelijk bin
nen bewusteloos met een wond aan zijn
hoold. Is er, behalve hij, het laatste kwar
tier iemand binnengekomen of uitgegaan?"
„De portier heelt het huis verlaten; hij is
in groote haast in de richting van den Ko
ninklijken Schouwburg gegaan. Kort te vo
ren kwam er een heer met een vollen baard
met een pakkot in de hand".
„Heeft die het huis weer verlaten?."
„Tot nog toe niet".
„Wie heelt jou binnengelaten?"
„Weet ik niet. Op mijn bellen ging de deur
open".
„Laten we naar beneden gaan. Ik wil den
portier wel eens spreken. Juffrouw Hoff
mann, ik moet U verzoeken U een oogenblik
je met dien mijnheer d&ir le behelpen. Gaat
U maar voort met zijn hoofd met koud water
te wasschen. Maar laat hem niet alleen
verlies hem zelfs geen oogenblik uit het oog."
Else knikte werktuiglijk. De beide mannen
holden de trappen af.
De portier stond heneden met ec-n pakket
in de hand en keek met verbaasd en
gen gezicht naar hen.
„Hebt U oen mijnheer met oen vollen
zwarten baard gezien, die dit huis is binnen
gekomen?"
De portier schrok en knikte." Dat i - da
man, die
„De man, die.i
„Die mij lieeft weggestuurd, naar liet Ify-i
lel Deulscher Hof pp het Raadhuisplein."
„Aha! Vertel dat tens een beetje uitvoeri
ger."
Hij had mij vanmiddag een aar
schoenen gebracht; daar moesten eer: uaar
gummihakken onder worden gemaakt IJ
moet namelijk welen, voor bijverdienste
doe ik zoo'n beetje aan schoenmaken. De
schoenen zouden legen den avond gehaald
worden. Een haltuur geleden komt die
mijnheer weer en geelt me vijl gulden.
„Hier," zegt hij. „Breng die schoenen direct
naar Hotel Deutscher Ifo(. Zeg maar, hel
is voor de mijnheer van No. 41. Ze moeien
direct mee ingepakt worden."
„En heb je gedaan, wat je gev aagd
werd."
De portier krabde zich achter hel oor.
„Menschen van mijn soort verdienen
niet zoo gemakkelijk vijl gulden, mijnheer.
En dan, waarom zou ik niel?"
„Je moest toch op je post blijven ea
de deur openmaken?"
„Ja, dat heb ik ook tegen die mijnheer
gezegd. Daarop begon hij te lachen. „Maak
ja maar niet ongerust, baas," zei hij; „dat'
baantje zal ik wel even voor je waar
nemen."
Herbert Porter wierp een blik in de por
tiersloge. Daar was een kleine sclmcn-
makerswerkplaals. Alles wees er op. daï
de portier een nuttig gebruik van zijn vrijea
Lihj maakte. j
(Wordt vervolgd)'.