HET NIEUWSTE
Het Foto-Mysterie
No. 20155.
LEIDSCH DAGBLAD, Dinsdag 24 November
Tweede Blad. Anno 1925.
UIT DE PERS
BINNENLAND.
VOOR'
FEUILLETON.
Het program van mr. Merchant.
Van de Katholieke bladen schrijtt „D e
Maasbode" o.m.:
„De Katholieke Staatspartij zal.ongetwij
feld met evenveel belangstelling van mr.
Merchant's program kennis nemen als van
de „voorwaarden" door ir. Albarda gedic
teerd. Maar er op reageeren, heeft voor haar
geen zin.
Qui casse, paiel Doch wie bij een ander
de ruiten ingooit steekt niet door het ge
broken glas de hand naar binnen om den
benadeelde te wenken, hem te helpen aan
het herstel van de schade.
Wij kunnen ook dit gebaar-voor-de-lri-
bune van mr. Marchant rustig laten voor
wat het ts."
„D e T ij d" (R.-K.) haalt nog een ver
klaring van Mgr. Nolens aan, welko deze
indertijd betreffende een evenlueele samen
werking lusschen sociaaldemocraten en
katholieken, heeft afgelegd. In die verkla
ring werd o.a. gezegd:
Deze vraag (der samenwerking) kan theo
retisch en praclisch gesteld en beschouwd
worden.
Theoretisch in dezen zin; of er ooit een
geval zich zou kunnen voordoen, of ooit
hot land in een politieken toestand zou ko
men te verkeeren, waarin een samengaan
met die partij in overweging zou kunnen
genomen worden. In dien zin kan die vraag
bevestigend beantwoord worden onder de
volgende voorwaarden:
Xo. dat de samenwerking niet gezocht
wordt, maar door den uilersten nood worde
opgedrongen
2o. dat niet alleen do Katholieke Partij
maar ook eventueel bestaande andere par
tijen daartoe overgaan;
8o. dat niet een deel, maar do geheele
Katholieke Kamerclub van de noodzakelijk
heid overtuigd zijn.
Het katholieke orgaan zegt dan:
„,\Vij vestigen de aandacht van de heeren
Albarda. Vliegen, mr. Marchant c.s. in het
bijzonder op de derde door mgr. Nolens ge
noemde voorwaarde.
De heeren zijn nuchter genoeg om te be
seffen, dat aan deze voorwaarde ook nu
niet is voldaan. Integendeel, de fractie in
haar geheel heelt vóór 11 November één
stemmig vastgelegd, dat door de aanneming
van het amendement-Kersten met den steun
van de Vrijzinnig- cn Sociaal-Democraten,
de weg naar samenwerking met deze groe
pen voor de Katholieken is afgesloten."
„Het Centrum" (R.-K.) schrijft o.a.
„Nog duidelijker dan die der S. D. A P.,
heeft thans ook de leider der vrijzinnig
democraten zich uilgesproken voor samen
werking mot de katholieken.
Tot in bizonderheden heett hij daartoe
zelfs een program uitgewerkt.
En op dat program komt o.a voor: Hand
having van hot gezantschap bij den Pause-
Iljken Stoel.
Handhaving dus van den begrootir.gspost,
tot schrapping waarvan èn de vrijzinnig-
democraten én sociaal-democraten nog
maar weinige dagen geleden eenparig hun
medewerking verleenden!
Het is wc! een snelle wisseling van sland-
punt!
En karaktcriscerend voor het Kamer
votum van IV November.
Onnoodig te zeggen, dal naar onze over
tuiging de eiscli van het gezantschap ook in
een „democratisch program" volkomen op
zijn plaats is".
Maar wij zouden er tevens den nadruk
op willen leggen, dat het hier een zaak be
treft, waarmee geen politiek spel te spelen
is, maar dio men heeft te waardeeren en te
aanvaarden om zichzelf, als een zaak van
hooge beleekpnis en algemeen belang, aldus
besluit het Utrechtsche orgaan, waar. naar
men woet. oud-minister Aalberse lid der
hoofdredactie is.
-
—Van de liberale bladen spreken ..Han
delsblad" en „N. Roll. Courant" beide over
■een „politieke vrijage".
Het ..II a n d e 1 s b 1 a d" merkl op:
„De linksche democratie heeft nu een
anderen „Braulwerber" gezonden; de heer
Marchant, door den hoer Albarda achteraf
gehouden, komt op den voorgrond.
Hij heelt in het bouquet, dat zijn linker
hand draagt, bloemen van wat minder felle
tint Een ander aroma .ontstijgt aan den
ruiker. Zal daardoor in het hart der bruid
de schroom worden overwonnen, die haar
weerhoudt, zoo kort nog na de stellige al-
wezing van XO November?"
Het blad gelooft dit laatste niet: zelfs de
verlokkende beloften van den heer Mar
chant komen nog niet op het psychologi
sche juiste moment.
Het Rotterdamsche orgaan begint zijn
commentaar met de opmerking: „De heer
Marchant is verliefd, hopeloos verliefd. Of
schoon de jonge dame, om wier hand hij
dingt, hem heelt teruggewezen, houdt hij
hardnekkig vol, en hij heeft gelijk, want het
komt meer voor, dat de aanhouder wint en
het derde aanzoek ten slotte wordt aange
nomen.
Voortgaande, lezen wij dan o. m.:
„Zoo wij een veronderstelling mochten
wagen, zouden wij denken, dat mgr. Nolens
bij den formateur van een kabinet meer
beginselvastheid, en minder politieke bere
kening zal willen zien. Maar de heer Nolens
slaat tegenover de manoeuvre in ieder ge
val nog wel wat anders dan wij. Zal hij
niet huiverig moeten zijn, zich toe te ver
trouwen aan een staatsman die op overwe-
gingen buiten de zaak om het eene oogen-
j blik de Roomsch-Kalholicken ten hevigste
i grieft en dan bot daarop ze weer honing om
l den mond smeert? Kan hij zich onderwer-
pen aan een leiding, wier momenteel? be
slissingen niet door beginsel, niet -foor het
belang van de zaak, die in besprek is. doch
door politieke bijoogmerken worden be
paald? De vraag staat niet aan ons ter be
slissing. maar ons dunkt, dat de heer No-
lens, zoo hij voor de lokslem bezwijken
mocht, dat alleen zal doen, omdat hij, als
het pas geeft, bereid is, van hetzelfde laken
een pak aan te melen. Hij heeft immers,
zoo politiek opportunisme over de samen
stelling van een kabinet en zijn program
mag beslissen, ook nog wel eenige pijlen op
zijn boog".
De N. Rolt. Courant besluit zijn artikel
met de volgende opmerking:
Er is, om het met mr. Marchant in koop
manstermen te zeggen, voor een door de
vrijzinnig-democraten gepresenteerden wis
sel vooralsnog geen fonds. Zulk een wissel
behoeft, meenon wij, niet te worden geac
cepteerd. Daarom voorzien wij. dat mr.
Marchant nog voorloopig in de rol van den
verliefden jongeling zal moeten blijven. De
jonkvrouwe heeft de serenade gehoord, zij
is er misschien door geflatteerd, doch zal
ten slotte, verwachten wij, van haar balkon
den hunkerenden bard trakleeren op een
badje koud waler.
„De Rotterdammer" (A.-R.),
voegt aan zijn opmerkingen over het pro
gram de volgende zinsnede toe:
De processies slaan er nog niet bij. Maar
ook die zal de heer Marchant, als het moet,
natuurlijk gaarne toestaan.
„De man, die op 11 November uil zuiver
polilieke berekening voor het amendement-
Kersten stemde, biedt dus thans de ge
krenkte R.-K. Staatspartij het gezantschap
weer aan.
Wij zijn benieuwd le welen of dr. Krom-
sigt. ds. Lingbeek, ds. Graverfleijer, de heer
Nieuwenhuijsen. ds. Kersten cn t.q. ook dit
nieuwe vrijz.-dem. concept-regeeringspro-
gram aan hun volgelingen zullen voorhou
den als iets. waardoor God Zijn werk doet.
De ergerlijke taal, die zich speciaal eerst
genoemde heeft veroorloofd, wordt door dit
vrijz.-dem. program zoo scherp als maar
mogelijk is als pure blasphemie, d i. gods
lastering iu het licht gesteld, aldus hel
a. r. blad.
De (clir. hist.) „Nederlander"
vraagt, of het program van mr. Marchant,
niet om le watertanden is. daarbij speciaal
wijzende op do handhaving van liet pause
lijk gezantschap en art 120 van het Ind.
Regeeringsreglement. Hel blad zegt o.a.:
„Zulk een aanbod wordt zelfs een ge
woon mcnsch laat slaan een politieke
partij niet alle dagen gedaan; en dat niet
in een onder onsje, maar zoo maar in hel
openbaar, voor oor en oog van hel geheele
Nederlandsche volk. Men zou zeggen op zulk
'n aanzoek kan geen blauwtje volgen"
Vrijzinnig-Democratische Bond.
De jaarvergadering van den Vrijzinnig-
Dcmocratischen Bond werd Zondag te Rot
terdam in de Tivoli-bovenzalen voortgezet
Des morgens werd onder leiding van den
Doopsgezinden predikant ds. Gorter een wij-
dingsbijeenkomsl gehouden.
De vergadering droeg een huishoudelijk
karakter. Besproken werden de verkiezings-
aclie, het jaarverslag van den secretaris, do
rekening en verantwoording van den pen
ningmeester en de begrooting van inkom
sten en uilgaven voor 1926. Het aantal af-
deelingen bedraagt, volgens het verslag,
238, te zamen tellende 11925 leden, tegen
232 afdeelingen met 11290 leden op 1 Oc
tober 1924.
Naar aanleiding van een voorstel van de
aldeeling Ierseke werd met grooter geest
drilt besloten om met ongerepte handha
ving van het beginsel der pacificatie, een
krachtige aclie en propaganda te voeren
voor de Openbare School en voor een betere
uilvoering der financieele gelijkstelling tus-
schen het Openbaar cn Rijzonder Onder
wijs.
Tot leden van hel hoofdbestuur, in de
vacatures van de aftredende niet herkies
bare leden mevr. H. W. B. van IlallieVan
Embden cn de heeren mr. W. H. M. Werker
cn C. A. Zelvelder werden bij meerderheid
van stemmen gekozen mevr. M. Ketelaar
Van Goch (Amsterdam) en de heeren 1.
Kortland (Schoonhoven) en prof. dr. D van
Embden, Amsterdam. Waar lol de aftre
denden ook behoort mr. Werker, zal een
nieuwe voorzitter door en uit het hoofdbe
stuur nog worden gekozen. Als zoodanig
zal naar alle waarschijnlijkheid worden aan
gewezen prof. mr. R. Kranenburg (Araster
dam).
In de openbare vergadering, welke te
halttwee werd geopend kwam allereerst aan
dn orde een inleiding van Mr. S. J. L. van
Aalten op den brief van de Ver. voor Vrijz.-
Dem. Gemeenteraadsleden naar aanleiding
van de medewerking van V.-D. Gemeente
raadsleden tot het ontslag van gehuwde on
derwijzeressen te Winschoten en Apeldoorn.
Over de houding dezer leden werd leed
wezen uitgesproken cn de nadruk werd er
op gelegd, dat Vrijzinnig-Democraten nier
kunnen medewerken aan het tot-stand-ko
men van regelingen, waarbij voor de viou
welijke ambtenaressen andere bepalingen
gelden als voor de manlijke.
Aan de discussie over deze zaak werd ook
deelgenomen door den lieer Ilarm Kraal,
die op de .practische zijde van het vraag
stuk wecs'en constateerde, dat verschillende
schoolhoofden de gehuwde onderwijzeres
niet in het belang achten van het onderwijs.
De voorzitler sloot de discussie mei de
opmerking, dat de vergadering accoor l ging
met de inleiding van mr Van Aalten
Een voorslel van de afdeeling Sneck,
waarbij door de algemeene vergadering aan
de Kamerfractie werd opgedragen om le
bevorderen, dat ten spoedigste een wettelijke
regeling van bet Staatspensioen, zoonis dol
door den Bond voor Staalspensionneering
wordt voorgestaan, lot stand komt werd,
met het praeadvies van het hoofdbestuur,
dat de Kamerfractie aan het denkbeeld van
het Staatspensioen al haar aandacht zal
blijven schenken en ter verwezenlijking
daarvan zal doen, wat de politieke omstan
digheden toelaten, werd door het hoo'.obe
stuur overgenomen
In behandeling kwam hierna een voor
slel Olst om in punt 3 der Beginselverkla
ring te laten vervallen de woorden „cn in
de organisatie van het bedrijf"
Het voorslel werd verworpen mei cp één
na algemeene stemmen. Eenzelfde lot onder
ging een geüjksootrig voorstel van de afdee
ling Haren
Naar aanleiding vsn een voorst"! Amers
foort i. z. de regeling van den rechlslocsland
der ambt.'i'STen, wees mr. Marchant er op,
dat een voorstel over deze ma'eric in d"
Kamer gereed ligt Hel gaat er om dit be
handeld Je krijgen Een nieuw initiatief
voorstel zou de zaak Schade doen
Onder gelach wtrd opgemerkt, dat hel
aanbeveling verdiende cr punt 17 a'an het
Regecrïngsprogram van Marchant van te
maken
RECLAME.
T004
De heer Ouwehand (Vlissingen) verklaar
de, dat hij er nog niet zoo gerust op is, dat
het tractaat NederlandBelgië niet zal
worden aangenomen Daarom moet «*r langs
alle kanten stemming gemaakt worden t»"gen
dit tractaat. dat in zijn huidigen vorm e-11
ramp zou beteekenen voor het vaderland.
Spr. ging len bewijze eenige bepalingen van
het tractaat na. Vooral legde spr dm na
druk op het gevaar, dat de dijken van Zee
land bedreigt als België de vrije hand wordt
gelaten in het uitbaggeren van dj vaargeul
in de Schelde. En dat nog wel mede op kos
ten van Nederland. Het tractaat is een
blanco wissel aan België voor medebetaling
aan een werk, dat millioenen zal kosten.
Spr. vreest, dat Nederland door dit tractaat
gedwongen zal worden tot het betalen van
miliioenen voor de Belgische zeehaven on
niets zal overhouden voor het onderhoud
van zijn eigen groote havens. Even cala-
miteus is de regeling van het binnen-
scheepvaartkanaal naar de Roer. Dit trac
taat komt eigenlijk neer op het volgende
Twee wonen naast elkaar. Nu is bij den een
de vloer in het huis verrot en deze zegt
dan tot den ander: „geef mij maar uw
vloer". En als deze dan zegt: „ja, maar dat
gaat niet, wat moet ik dan doen", dan krijgt
liij ten antwoord: „maak jo maar niet on
gerust. Dat overbrengen van den vloer mag
jo ook mee betalen". Overal en op cllre
wijze moet, volgons spr., stemming gemaakt
worden tegen dit tractaat, dat een ramp zou
beteekenen voor ons vaderland.
In ziyi antwoord wees mr. Marchant er
op, dat hij de nadere uillegging van het
tractaat door de Bèlgische Regeering niet
secuur genoeg acht, om het tractaat te aan
vaarden. Want een van de twee. Of die
nadere uitlegging zegt niet .meer dan hot
liactaat en dan heeft ze geen waarde. Of
ze zegt wel meer dan het tractaat. Maar
in dit geval wordt de toestand voor ons ge
vaarlijk. Want wie zal ons verzekeren, dal
men zich dan later niet zal houden aan
liet tractaat alleen Bij de beobrdgeling van
dit tractaat moet men in het oog houden
de omstandigheden, waaronder dit verdrag
tot stand kwam. Wij zijn minister Van Kar-
nebeek dank verschuldigd voor de wijze,
waarop hij hel gevaar van het annexionlsmo
hoeft bezworen. Doch zit nu nog te veel
vast aan die omstandigheden, om voldoende
rekening te houden met den sindsdien go
heel veranderden geest in de*, internationale
verhoudingen van Europa. Daarom is het
beter, dat de afwikkeling van deze zaak
niet door hem geschiedt. Overigens hebben
wij met dit tractaat geen haast le m'iLvn.
De toestand is voor ons zonder hel tractaat
beter, dan deze onder het tractaat wezen zat.
Wij doen goed met de ratificatie tc wachten,
tot het niet meer afwijsbaar is. Dan za!
het resultaat der bestudeering van het trac
taat ook tot uiting kunnen komen.
Aan het slót der vergadering werd door
prof. Kranenburg hulde gebracht aan den
scheidenden voorzitter, mr W. II M Wer
ker. Wij zien u, aldus sprmet groot leed'
wezen gaan. De partij is u gruoten dank
verschuldigd.
Mr. G. J. Schilthuis sloot zich namens d<?
afdeeling Rotterdam bij deze woorden aan,
Spoorwegpersoneel.
Te Utrecht vergaderde de vakgroep trein'
personeel, thans vakgroep van den Centra-»
len Bond van Spoor- en Tramweg personeel,
Het bestuur werd als volgt samengestelds
F. Ileus, voorz.; M. A. Witvliet, secr. N. Ve-«
ger, penningm.; F. C Coelen en J. Wals
Voor het hoofdbestuur werd F. Heus aan*
gewezen en indien deze tot D. B. lid van dca
Bond zou worden verkozen, zal M. A. Wit*
vliet namens de vakgroep in liet H. B. zitting
nemen.
Na afhandeling van verschillende punten,
der agenda, sprak de Bondsvoorzitter, de'
heer Cramer over de loonregeling en heï
R.D.V.
Zaterdag 1.1. constitueerde uit de Bonden,
welke door fusie lot den Cenlralcn Bond van
Spoor- cn Tramwegpersoneel zijn gevormd,
zich de vakgroep administratief personeel,
In het bestuur werden gekozen: P. C. v. d,
Klashorst, C. Jansen in de Wal, A. Blokker,
W. Ghr. v. d. Hoorn en A. Ketelaar. Als H.B,
lid werd A. Kelelaar aangewezen, doch in*
dien deze op het congres van den Bond tot
D. B. lid mocht verkozen worden, zal W,
Chr. v. d. Iloorn nzmens die vakgroep in
het H.B. plaats nemen.
Door den heer A. Ketelaar werd een over-#
zicht gegeven van liet verhandelde inzake)
loonregeling en II. D. V.
Als gevolg der fusie, waaruit de Centrale;
Bond van Spoor- en Tramwegpersoneel tot
stand kwam, werd de vakgroep werkplaats-#
personeel opnieuw i-amengesteld in een Za*
lerdag 1.1. gehouden vergadering, welke ook
werd bijgewoond door de Hoofdbestuurders
Cramer, De Haan en Keielaar. Het bestuut
der vakgroep werd als volgt samengesteld: F,
D. Wismeijer, Haarlem voorz.; W. Bloemen-»
daal, Zwolle seer.-, H J. Welle, Utrecht pen*
ningm.; W. G. Jansen, Tilburg en W.Wagens
veld. Amersfoort.
Voor het Hoofdbestuur werd F. D. Wis*
meijcr aangewezen.
Toepassing Dierst wei go rings wet.
De Minister van Oorlog heeft een bove?'
ligend antwoord gegeven op de volgend*
drie vragen van het lid van de Eerste Ka*
rner, den heer Slolemaker de Bruine:
1. Heeft de Minister kennis genomen van
de sentenlie van het Hoog Militair Gerecht?»
hof d.d. 12 Juli 1925. waarin een schrijven
van het departement van oorlog wordt aan
gehaald d.d. 27 Mei 1925, 1ste afd. no. 99,
volgens hetwelk een dienstweigeraar, dia
zich op de Dienslweigeringswet beroepen
zou, van verre niet kan vermoeden, wan
neer ongeveer hij eventueel bij een anderen
tak van staatsdienst zal worden te werk
gesteld?
2. Is de Minister niet van oordeel, daf
Uit liet leven van den beroemden Engelschen
detective Herbert Porter.
.Vrij bewerkt naar liet Engelsch door J. H.
(Nadruk verboden).
X)
De portier van hel Palaee-Hotel trad de
spreekkamer binnen. „Daar is de dame",
Mr. Porter", zei hij, terwijl hij eerbiedig aan
zijn pet tikle.
De aangesprokenè stond op.
Achter de binnentredende sloot de deur
geruischloos. De portier wierp nog een
nieuwsgierigen blik door het glas in de deur
en verdween in hel gewemel'der ga3len, die
de groote hal van het hotel vulden.
De Engelsohman sloeg een blik op het
Visitekaartje, dat hij in de band hield.
„Juffrouw E'se Hoffman?" zei hij, terwijl
bij do jongedame vragend aankeek. Zij
knikte, terwijl een lichte blos haar wangen
kleurde.
De detective liet de grijze oogen mei wel
gevallen op dc jongedame rusten. Hel was
een frisch meisje, blond en slank, flink in
hear optreden en toch schuchler. Haar don
kerblauw wandelpak was goed van snit en
zij maakle gelicel den indruk lot den gegoe
den burgersland te behooren.
„Will U niet gaan zitten?"
De jongedame knikte en zette zieh op
naar gemakkelijke manier in den aangebo
den clubfauteuil, terwijl zij langzaam den
b'ik bet zinken.
Weer keek Herbert Torter vluchtig naar
het visitekaartje. „U bent beroepsfotograaf,
nietwaar julfrouw Hoffman?"
Else keek op en knikte toest-.amend. „Ik
heb een klein atelier in de Lindenallee."
„Undenaüec", herhaalde do detective
nadenkend. „Die is, als ik mij nieL vergis,
hier vlak bij. bij de Kaiserplatz?"
„Juist, zij verbindt de binnenstad met de
haven. Ik heb me pas sedert kort gevestigd;
het is jeen gelukkig toeval, dat ik dat atelier
gevonden heb Het is op de vierde verdie
ping, maar.ik heb een lilt. De huur valt
nogal mee en ik zit er vlak bij de drukste
buurten. Ik ben pas een haltjaar gevestigd,
du3 U kunt begrijpen, dat de opdrachten
maar mondjesmaat komen. Iedere nieuwe
bestelling beleekent een kleine feestelijk
heid voor me.
„Dat laat zich begrijpen", antwoordde
Herbert Porter. „En ik vermoed, dat een
dergelijke bestelling de oorzaak is, dat U bij
mij komt?"
De jongedame zag den Engelschman een
oogenblik zwijgend aan. Daarop zei zc lang
zaam, terwijl zij diep ademhaalde:
„Ja, mr. Porter. Een bestelling is inder
daad de oorzaak. Een bestelling, die ik van
morgen kreeg en die mij meer en meer on
begrijpelijk ik zou bijna zeggen, griezelig
voorkomt."
„Het is dus zéé, als ik het wel heb, dat
vanochtend iemand in Uw atelier kwam
zich te laten iotografeeren?"
„Neen, Tiet moest een opname buiten
zijn."
die U dus, zooals ik hoor, zoo op
windt. Is heigeen gefotografeerd moet wor
den, zoo iets buitengewoons?"
„Integendeel, het is zoo alledaags als het
maar kan."
„Wal is hel dan
„Het zijn de bijkomende omstandigheden
die mij vreemd voorkomen; ja, die mij
angstig maken.
„Wilt U er wat meer van vertellen?"
„We zijn alleen," zei de detective rustig.
„Vanmorgen om halflien kwam een heer
hij mij en vroeg, ol ik bereid was onder zijn
leiding een buitenopname le maken. Het
was een grapje, een amaleursopname, en hij
moest de conditie maken, dat ik een heel
klein toestelletje zou gebruiken, zoodat de
genen, die gefotografeerd werden, er abso
luut niets van zouden merken, tk zei legen
dien mijnheer, dat ik zoo een klein toestel
niet bezat."
„Dat heb ik wel gedacht." zei hij lachend
en (rok uit den zak van zijn overjas een
kodak, die ik direct als een zeer duur toestel
herkende. De camera was zéé klein, dat
men haar gemakkelijk in zijn handtaschje
kon steken. „We zullen de opname direct
vergrooten," verklaarde hij; „dat is heel
gemakkelijk. De hoofdzaak is, dat de zaak
discreet behandeld wordt, zoodat de mop
niet mislukt Ik moet ongeveer een hal
ven dag de bschikking over U hebben," ging
hij voort. „Wat ben ik U schuldig voor dien
tijd?"
Mijn bezoeker begon te lachen. Dan ant
woordde hij mij: „Wel. juffrouw, U stelt
Uw eischen veel le laag."
Omkort te gaan, wij worden het ten slotte
eens op honderd vijftig gulden.
„Ik verlang goed werk en ik betaal een
goeden prijs", verklaarde mijn bezoeker. En
ikwel, ik had geen reden om ontevreden
l'o zijn."
„Natuurlijk niet. Noemde Ide heer zijn
naam?"
„Neen.".... De hoofdzaak Is, zeide hij"
dat U voldoenden tijd meebrengt, om een
paar uur mei mij te kunnen wachten. Want
ik kan U niet precies zeggen, wanneer de op
name zal gebeuren. Wilt U zoo goed zijn U
direct aan le kleeden en met mij mee te gaan
Mijn auto wacht beneden. En U behoeft niet
bang te zijn voor risicohier hebt U vijftig
gulden als voorschot op Uw honorarium."
liet duizelde mij. Dat was een gelukje, zoo-
als ik er in mijn korle praktijk nog geen had
durven hopen. Ik nam mei een vaart bord
en mantel en vijf minuten later zaten wij
samen in een auto, die voor de deur had ge
wacht
De rit ging door tel Westen van de stad,
langs het groote park, naar de voorstad Klau-
senhurg. Hier, bij een klein plantsoen, te
genover den breeden Augusta-boulevard,
stopte de auto. Mijn geleider zei: „IVe zullen
hier wachten", en bet het raampje zakken
De Auguslaboulevard was op dit morgenuur
geweldig druk; er was epn reusachtig ru
moer van venters en allerlei slraatkooplie-
den. Ik wierp een blik op den man tegen
over mij. Mijn royale klant zat rustig op zijn
plaats en keek onverschillig naar de drukte
vóór ons. Men kon zien, dat hem dit altes
niet interesseerden.
De tijd ging ontzettend langzaam voorbij.
In de nabijheid is de St.-Jozefskerk; ik hoor
de de torenklok ieder kwartier slaan. Lang
zamerhand werd ik moe en kreeg ik honger,
maar ook daaraan had mijn geleider gedacht.
Hij haalde een groot rol chocolade uit zijn
zak". Eet er maar zoo veel van, als U lust,
dat verdrijft den honger en maakt U weer
opgewekt en frisch."
Plotseling, het zal ongeveer twaalf uur
geweest zijn, zag ik, dat hij opschrok. Ik
volgde de richting van zijn oogen, maar ik
kon absoluut niets bijzonders ontdekken
hoogstens dat een paar menschen in de hui
zén uit- on ingingen, die hij mei de grootsto
aandacht scheen te beschouwen.
Weer ging een lange lijd voorbij, waarin
niels bijzonders gebeurde.
Er verschenen een paar straathandelaars
met handkarren uit tegenovergestelde rich
tingen en die posteerden zich juisl tegenover
oits, precies voor een van do huizen, waar
mijn metgezel zoo gespannen naar keek
En wéér zag ik icLs bijzonders: op bet
oogenblik, dat bij de karrevoerders. dis
groote stapels appelen op hun wagens had-
den, in de gaten kreeg, merkte ik. dat hij
een onrustigen blik op mij wierp. De beide
kooplieden begonnen hun waren luidkeels
aan lo prijzen, om de aandacht van do
voorbijgangers ie trekken. Al cn toe blecl
er een staan om een paar appelen le koo-
pen; nu bij den een. dan weer bij der»
ander. En nu kan hel wel zijn. dal de eer-
meer kracht in zijn longen had dan de
ander ol dal zijn koopwaar er aantrekke-
yijker uitzag: kort cn goed. de een kan wel
een reden gehad hebben om woedend la
zijn op den ander, want plotseling zalen
die beiden elkaar in de haren, waarbij zij
allebei een ongelooflijke keel opzetten Ecu
paar menschen bleven staan, deels geamu
seerd. deels een beetje bang. Dc beide hoe
ren rolden vechtend over het trottoir en
worstelden volgens de regelen der kunst.
Verschillende vensters werden opengemaakt
en lachende gezichten keken naar da
slraat. Allerlei aanmocdigingskrelen weer
klonken.
Eindelijk nadat zij er beiden blijkbaar
genoeg van hadden, gingen zij weer, alsof
er niets gebeurd was, naar hun karren
terug om den verkoop voort le zetten.
(Wordt vervolgd).