20150. WOENSDAG 18 NOVEMBER Anno 1925. STADSNIEUWS, Het voornaamste nieuws van heden. lo. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER AD VERTE NTCEN: 80 Cis per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren pnja. Kleine Adverlentiën, uitsluitend bij vooruitbetaling, Woensdags en Zaterdags 50 Cts. bij een maximum aantal woorden van 30. Incasso volgens postrecht Voor eventueele opzending van brieven 10 Cts porto te belalen. Bewijsnummer 5 Cts. Bureau Noordelndsplefn Telefoonnummer» voor Directie en Administratie 2500 Redactie 1507. Postchèque- en Girodienst No. 67055 Postbus No. 54 PRIJS DEZER CODRANTi Voor Leiden per 8 maanden 8.86, per week ...-rttststifi K0.18, Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week ,,\,w „0.18, Franco per post 2.35 portokosten. |ii nummer Bestaat uit DRIE Bladen EERSTE BLAD. Officiate Kfinnisnevimsen. gemeentelijke vischverkoop. j Aan den gemeentelijken vischwinkel. Vischmarkt 18. tel. 1225 is DONDERDAG jcrkrijgbaar- SCHELVISCH a f 0.11f 0.21 «HOL a f 0.14f 0.35, GEH. KABEL- JtUW a f 0 20 en TARBOT a f0.65 n pond. N. C. DE GT.TSELAAR, Burgemeester. Leiden. 18 November 1925. G698 DRANKWET, Burgemeester, en Wethouders van Leiden rengen ter openbare kennis, dat G. Wan- linkLof, le Leiden, een verzoek heeft inge land ter bekoming van verlof voor den ver loop van alcohol houdenden anderen aan Iterken drank voor gebruik ter plaatse van |erkoop. in h^t perceel Hoogewoerd 111 N C DE GIJSELAAR. Burgemeester. VAN STRYEN, Secretaris. I/;iden 18 November 1925. G705 KINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden tangen ter algemeene kennis, dat de be- lissing op het verzoek van de N.V. Leidsche eubelindustrie, firma Seesink en Co., om orgunning tot oprichting van een inrich- ng lot het vervaardigen van meubelen in et perceel Maredijk Nis 87 en 89. kadastraal :kend Gemeente Leiden. Sectie L. No. 512. verdaagd N C DE GT.TSELAAR, Burgemeester. VAN STRYEN. Secretaris. Leiden 17 November 1925. G704 mej. D. M. J. Coebergh, H. J Cohen, P. L. Dessens, prof. dr. B D. Eerdmans, A. W. Frenlzen. N. C. F. van Ginkel, J. A. van Hamel, H W. Hannivoort, G. C. D. baron van Hardenbroek, ds. C. Hartwigsen, J. W. Henny, B. J Huurman.' mr. J. Klein, C. Korteweg, W. van der Laan, mej. M. La sonder, J. B. Meynen, B Moolenburgh A. Mulder, ds E L. Nauta, J. H. Nijhuis. mr. P A. Pijnacker Hordijk, L. Questroo Jr jhr. W. HoeII, mr. dr. J. Schokking, A J. Sehoneveld, E. R Schultz, H. Simonis, prof. i dr D. de Sitter, J. Splinter Gzn,, mr dr G E van Stryen, K. Sytsma, J H. van Wa- veren, Th. B. J. Wilmer, A. I. Witmans Mzn. Het zilveren huwelijksfeest van H. M. de Koningin. Op den 7dcn Februari 1926 zal het 25 jaar leden zijn, dat het huwelijk werd vol- okken tusschen Hare Majesteit Koningin ilhelmina der Nederlanden, Prinses vaL ranje-Nassau en Zijne Koninklijke Hoog- c'vd Prins Hendrik der Nederlanden, Hertog 'an Mpcklenburg. Daarvoor heeft zich hier ter stede een omité gevormd, dat in een circulaire aan e burgers zegt: Het zou zeker verwondering hebben geb ekt indien niet aanstonds stemmen waren pgegaan om dit Zilveren Huwelijksfeest op aardige wijze le gedenken. En terecht, ant welk rechtgeaard Nederlander is niet trotsch op dit Vorstenpaar, is niet met in- ige dankbaarheid vervuld voor alles wat are Majesteit onze Koningin voor Haar Volk heeft gedaan. Hef is de wenscli van het Zilveren Hu- elijkspaar om, gelet op de nog steeds niet ormale tijdsomstandigheden, het feóst op de minst kostbare wijze te vieren Daarom heeft het onlangs opgerichte Na tionaal Comité, op wiens verzoek zich we der Provinciale en Plaatselijke Comité's heb ben gevormd, besloten gelden in te zamelen, ten einde aan Hare Majesteit en Zijne Ko ninklijke Hoogheid een eenvoudig souvenir nan te bieden, beslaande in het door den eer Van der Hem geschilderd portret, voor- lellonde de Koninklijke Familie Inlusschen behooren de gelden te worden bijeengebracht door allen, die met hef Ko ninklijk Echtpaar sympathiseeren derhalve door alle rangen en standen der maat schappij. Om daartoe te geraken heeft het Plaatse lijk Comité besloten tot een aantal ingeze- enen een circulaire te richten, vergezeld van een inteekenbiljet en met verzoek in dat biljet te vermelden het bedrag hetwelk zij voor vorenstaand doel wenschen be schikbaar te stellen en bovendien een schaalcollecte te doen houden 25 en 26 ovember, aan welke collecte verschillende names en heeren hun welwillende mede werking zullen verlcenen. Die collecte zal dan dienen om iedere in gezetene in de gelegenheid te stellen tol het geschenk bij le dragen, terwijl de inleeken- bi'jetten in het bijzonder zijn voor hen, die hun bijdrage liever rechtstreeks aan den penningmeester willen doen toekomen. Meerdere invullingsbiljelten zijn intus- nen bij den penningmeester verkrijgbaar worden ook gaarne op verzoek toegezon den. Het Plaatselijk Comité acht een nanbeve- hng voor deze inzameling overbodig; ook zonder deze verwacht, neen weet het dat iedere ingezetene, die het Koninklijk Echt paar eert en liefheeft, gaarne tot het op 7 obruari aan te bieden geschenk zal bij dragen. Het Oranje-Comité Leiden is aldus samen gesteld: Jhr mr. dr. N. C. de Gijselaar, burge- eester, eere-voorzilter; Aug. L. Reimerin- t r, voorzitter; J. F. X Sanders, vïce-voor- uter; F. G. Rosier, secretaris: R M. Sasse, ^ningmeesler. greeslraat 61. Telef. 2353, Tv» rfkening 43041; M.A.A. Steyns, vormend ae| dagelijksch besTuur. Haak, prof. mr. A. J. Blok, prof. dr. Blok, C. Th Breebaart," C. L van Buu Een 40-jarig jubileum. r' IL Buurman, D. ten Cate Brouwer. A. W. PIKAAR. Zooals" wij reeds eenigen tijd geleden meldden, herdacht heden onze stadgenoot, de heer A. W. Pikaar den dag, waarop hij veertig jaar geleden in dienst trad bij de 1 N.V. Ned, Fabrieken van wollen dekens, I voorheen J. C. Zaalberg en Zoon. In die jaren, waarvan hij het grootste deel werkzaam was in de dekenstrijkerij, heeft Pikaar zich doen kennen als een ijve rig en kundig werkman, die steeds tot volle tevredenheid van zijn superieuren zijn ar beid verrichtte. Het lag dan ook in den lijn der verwachting, dat het heuglijk feit van heden voor den kranigen jubilaris niet ge heel onopgemerkt voorbij zou gaan. Toen hij hedenmorgen «voor deze fees telijke gelegenheid eerst om elf uur op de fabriek kwam, weed hij op het privé- kantoor ontboden, waar hij door den direc teur, den heer Zaalberg, werd toegesproken, die hem complimenteerde met dezen dag en hem prees om zijn getrouwe plichtsbetrach ting. Als stoffelijk blijk van waardeering liet de heer Z. zijn woorden vergezeld gaan van een enveloppe met inhoud. Den verderen dag had de jubilaris vrijaf om het feest in den huiselijken kring le her denken. Vergadering van de Evangelische Maatschappij. Waarom niet in de Gehoorzaal. Gisleravopd werd in:de Pieterskerk een vergadering'gehouden, belegd door de aid. Leiden van de Evangelische Maatschappij, waarvoor als sprekers waren aangekondigd ds. A. G. H. van Hoogenhuyze. Ned.-Herv. predikant te Amsterdam en dr. J. F. Bee- ren9, idem te Utrecht, beiden leden van het Hoofdbestuur der Maatschappij, met mede werking van een solo-zangeres, onze stad- genoote mej. Annie v. d. Reyden, en den organist den heer C. B. Duyster. Ondanks de lage temperatuur, die er in het groote, onverwarmde kerkgebouw heerschte, was hel bezoek groot. Onder de aanwezigen merkten wij ook eenige vooraanstaande R.-Katholieken op. De waarnemende voorzitter, ds. E. L. Nauta, alhier, opende de bijeenkomst met een zeke»e verontschuldiging, dat het be stuur de belangstellenden m dit onver warmde kerkgebouw had bijeengeroepen. •Liever had men de bijeenkomst in een ver warmde zaal gehouden. Het bestuur had dan ook in het einde der vorige maand daarvoor de groote Stadsgehoorzaal aange vraagd. Tot zijn bevreemding kreeg het tot antwoord, dat het College van B. en W. de Stadsgehoorzaal niet voor de Evangeli sche Maatschappij kon openstellen. Onmiddellijk richtte het bestuur zich met een schrijven lot B. en W. met de vraag wat van deze uitsluiting de reden mocht zijn, daar nimmer eenig bericht dienaan gaande hel bestuur bereikt had, noch aan het hoofdbestuur der Ev. Mij", bekend was. In dit schrijven werden tevens doel en werkwijze der Ev. Mij. genoemd en de. na men der beide sprekers van 17 Nov. mee gedeeld. In het antwoord van B. en W., op 10 Nov. door het bestuur ontvangen, werd de Stadsgehoorzaal, gezien de beide sprekers, alsnog toegankelijk gesteld voor de bijeen komst; als reden van de uitsluiting werd opgegeven een strooibiljet, dat vanwege het Hoofdbestuur in het begin dezes jaars al hier was verspreid en dat aanstootgevend voor Roomsch-Kalholieken en opruiend door B. en W. werd geacht. Dit biljet bevatte echter uitspraken van gezaghebbende Roomsch-Katholieken tegen het Protestantisme. Alles was intusschen al geregeld en de Gemeentecommissie der Ned.-Herv. Kerk had dit statig gebouw reeds bereidwillig af gestaan. Hel bestuur behoefde dus nu niet meer gebruik te maken van de Gehoorzaal. Spr. betuigt namens de afdeeling zijn groote erkentelijkheid aan de Gemeente-commissie en dankte de sprekers, dat zij hier hadden willen optreden en hoopte dat Gods geest hen mocht bezielen en dat dezen avond hun woord mocht strekken tot rijken ze gen. Bij voorbaat dankte hij mej. Van der Reyden en den heer Duyster voor hunne medewerking en de talrijke aanwezigen voor hun, opkomst. Hij deelde verder nog mede, dat hier met geen enkel geschrift zal worden gecolpor teerd, geen inteekenbiljet aangeboden. Wie zich wenschl aan le melden als lid, kan zich na afloop in de consistoriekamer op geven. Hij hoopte, dat het velen mogen zijn en beval de collecte, die bij het verlaten van het kerkgebouw zal worden gehouden, warm aan. De aanwezigen zongen vervolgens Psalm 105 2 en 3, waarna onder begeleiding van het orgelspel mej. Van der Reyden achter eenvolgens met een mooie, volle stem, die doordrong lot in alle hoeken van het grooie gebouw: „Selig, wer an Jesus denkt", van J. S. Bach, en ,,Im AbendTol", van Schu bert, waarna ds. Hoogenhuyze, na een zegenbede, het woord nam en sprak over: Roomsche propaganda. Deze ving zijn toespraak aan met te zeg gen dat als wij op het verleden zien hoe de bodera van ons vaderland met het bloed der martelaren is gedrenkt, ontroering ons aangrijpt, als wij zien op de to e- komst, die ondanks alles in des Heeren hand is. hoop onze ziel vervult, maar als wij verleden en toekomst laten rusten en het oog op het heden vestigen wij niet 5ipnder zorg zijn. i In onze dagen beijvert Rome zich om aan macht en invloed te winnen. Dat wij j allen ons bewust mochten zijn van de ver- I anlwoordelijkheid die op ons rust dat wij I geboren zijn als Protestanten in een Pro- testantsch land. dat wil zeggen dat wij vrij j zijn, niet gebonden door menschenlecr en J uitspraken van concilies en pausen, dat wij den Bijbel bezitten als Gods onfeilbaar i woord. Van den kant van Rome dreigt gevaar. Voor Nederland dat zullen wij straks zien maar niet voor Nederland alleen. Rome is een internationale markt. Op 't oogenblik is Rome bezig in de niet-Room- sche landen 'vaji Europa stelselmatige pro paganda te voeren tot uitbreiding van haar Kerk, en tot romaniseering van de protes- lantschc landen. In den breede gaat spreker na wat dienaangaande is op te merken in Duitschland en staaft dat door uitspraken van de „Germania" en de „Osservalore Ro mano", en- haalt uitspraken aan van den oud-minister Noske, en den legeraanvoerder Ludendorf, die waarschuwen voor de ver- roomsching van Duitschland. In Engeland ziet men hetzelfde, waar de Anglo Catholic Church steeds meer „high" wordt. Straks is in de staatskerk het Protestanfsch karak ter geheel verloren gegaan. Ook Scandina vië, voornamelijk Zweden*geheel Lu- thej*sch is een voorwerp van Rome's zorg, waar niet het minst door Nederland- sche pastoors en bisschoppen een krachtige actie wordt gevoerd. In IJsland ziet men hetzelfde. In aile landen heeft de Paus le beschik ken over machtige invloedrijke groepen in de Parlementen en al die partijen rekenen het zich een eer, zooals graaf B. Mestrem namens het Centrum verklaard heeft, om de trouwste groep van Zijne Heiligheid den Paus te zijn, In Nederland ook is de Roomsche propa ganda op onmiskenbare wijze aan het werk De Roomsche kerk is bezig Nederland to verroomschen. Dr._ Brom heeft in zijn Beiaard verkondigd: Rome wil Nederland bekeeren. Moet heel het Protestanlsche Nederland niet opstaan en zeggen: dat niet. Men ziet dat het heerlijk enthousiasme weer gaat ontwaken. Het dreigde zoo dor en zoo doodsch te worden. De geestdrift ontbrak. Maar nauwelijks is men zich bewust ge worden dat er gevaar dreigt of men heeft zijn lauwheid afgeschud, men is opgeko men voor zijn heilig recht. Men is weer gaan zingen: zij zullen het met hebben, de goden van den tijd. Er zijn menschen, die, op een Hervor mingsdag b.v., wel willen spreken en hoo- ren spreken van Rome uit de 16e eeuw, maar liever willen zwijgen van Rome uit de 20e eeuw. Spr. is er van overtuigd, dat. als de groote'Hervormers hun stem nog kon den laten hooren, zij ook waarschuwen zou den tegen de wassende macht van Rome, tegen de verroomsching van ons vaderland en van de protestantsche landen van Europa. Als wij nu opkomen voor onze Protes- tansche beginselen en tegen den toenemen- den invloed van Rome, dan treden wij oiet op tegen den Individueelen Roomsche. Het zijn dwalende broeders en zusters, die de liefde hebben van ons hart, die wij zoo gaarne den Bijbel willen In de hand geven, opdat zij door het ^Woorchin den geest ge leid worden tot omhelzing van het zuivere Evangelie van Jezus Christus. De strijd tusschen het zuivere Protes tantsche beginsel en de dwaalleer van Ro me's kerk ligt op theologisch terrein. Op dat terrein moet die uitgestreden worden. Maar in onze dagen zijn andere dingen -aan de orde. Rome is een wereldmacht, een politieke organisatie, met een kerkelijk ver nis overgoten Het hoofd der Roomsche kerk, do paus te Rome, wil zijn macht uitbreiden verre buiten de grenzen van zijn kerk. Heel de wereldpolitiek moet bevorderen de glorie van do Roomsche kerk. Op Nederland vooral vestigt Rome het oog. Nederland moet Roomsch worden. Roomsche processies op onze straten, Room sche wellen in ons Wetboek, Roomsche in vloed op ieder terrein, zoowel van het hui selijk, als van het maatschappelijk, als van het politiek leven. Daartegen hebben wij, Protestanten, ons in de bres te stellen en de erfgoederen der vaderen le verdedigen. Is dat gevaar echter niet denkbeeldig? zoo vraagt spreker. Hel ontkennend beantwoor den van die vraag gaat spreker verdedigen door in groole-trekken de Roomsche prac- tijken in ons vaderland te gaan beschouwen. Rome's bekeeringsijver, dat allereerst. Aan de hand van wat de Nederlandsche Je zuïet, pater J. van Ginniken in het October- nummer 1924 in de „Stimmen der Zeit" heeft geschreven, gaat spreker na hoe de propaganda in Nederland wordt ter hand ge nomen en doorgevoerd Hoe mén succes heeft in de hoogere standen en ook onder liet lagere volk, maar hoe. moeilijk het werk is onder den middenstand Daarom bewrkt men daar bijzonder de kinderen. Hoe neu traal-humoristische blaadjes systematisch de Roomsche leer uiteenzetten. Hoe voor drachten over Roomsche onderwerpen alleen voor niet-Roomschen in bad- en uitspan- nmgsplaatsen worden gehouden. Hoe re traitehuizen worden ingericht, waar oele- ningen worden gehouden, waaraan met groot succes 25 niet-Roomsche dames met 15 Roomsche vriendinnen deelnemen. Verder wijst spreker er op, dat de kloos ters cn missiehuizen in ons vaderland ver meerderen, hoe allerlei vreemde orden binnen onze grenzen hun intocht deden, hoe steeds meer kerken worden gebouwd en parochies gevormd. Maar naast den bekeeringsijver moet de aandacht er op gevesiigd worden, dat op economisch gebied, zoowel in den boeren stand als in onze groote "steden, de Room- schen zich op een voor de Protestanten ge vaarlijke wijze aaneensluiten. Geen ver- eeniging, geen genootschap, op welk gebied ook van handel, van nijverheid, van kunst, van sport, of het woord „Katholiek" komt er voor en met het woord Katholiek komt men onder het patronaat van den priester, onder hel gezag van de kerk. Het kapitaal van de doode hand. steun verleenend^ aan Roomsche firma's, maakt de concurrentie van Protestantsche firma's steeds moeilijker Altemaal bewijzen, dat ook op economisch en maatschappelijk gebied Rome vooruit gaat Op politiek gebied vooral is de macht van Rome wassende. Rome heeft zich kunnen inrichten als vrije kerk in een Proteslantsch land en heeft zich kunnen ontwikkelen in de richting van hel katholieke ideaal, waar door zij de politiek van het Protestantisme in ons land heeft geknakt. Vervolgens heeft zij door ruime subsidies uit de staatskas haar instellingen tot bloei weten te bren gen. Haar politieke constellatie heeft Rome steeds zoo weten in le richten, dat zij zelf er het meeste voordeel van had. Dr. Ohle- müller, de secretaris van de „Evangelische Bund" in Duitschland. heeft onlangs ge zegd: „Of het links of rechts is, dat Rcme helpt, het meest links of het meest rechts, het kan haar niet schelen, als zij er de vruchten maar van plukt". Het gezantschap bij den Paus is nu af gestemd, hoe de crisis zal worden opgelost blijve hier onbesproken, een nationaal Ka binet zou de beste, misschien de eenige op lossing zijn. Maar nog meer vraagt onze aandacht. De poging tot opheffing van het processie-verbod zal zeker wel worden her haald. Aan de Roomsche universiteit is een belangrijke jaarlijksche subsidie verleend. Heeft mr. Bomans in zijn brochure „de Kerkelijke Politiewetten" niet gezegd, dat de Zondagswet, do huwelijkswetgeving, de wet op de Kerkgenootschappen en het re-' glement in zake de Zenjkng in Roomschen geest moeten worden gewijzigd 'I Roomsche gevoeligheden worden ontzien, terwijl met Protestantsche gevoeligheden geen reke ning wordt gehouden. En zoo zijn er aller hande dingen op te nierken die ons met zorg vervullen. Waar spreker de Roomsche Propagan da" heeft tc bespreken, is zijn taak hier mede afgeloopen. Wat daartegen moet wor den gedaan is het onderwerp van den vol genden spreker. Hij eindigt met den wensch dat all* Protestanten de oogen open heb ben, de handen ineen slaan en vertrouwen de op de hulp van God, den Potentaat der Potentaten, een dam gaan opwerpen tégen de toenemende macht van Rome. „God van den hemel die zal het ons doen gelukken, en wij Zijn knechteD, zullen ons opmaken en bouwen", aldus besloot epr. zijn met na druk uitgesproken rede, die met groote aan dacht was gevolgd. Mej. Van der Reyden ïong vervolgens BINNENLAND. Vijf-en-twintigjarig bestaan der Rijks- politie-Vereeniging. Opbrengst van 's Rijks middelen ia October. Arbeidstijd in sigareniabrieken. De Nederlandsche Bank is met de nitgltts san gonden tientjes begonnen. Ernstig vliegongelnk bij Den Helder; IwM dooden. BUITENLAND. De Dnitsche regeering besluit het Lacarno- verdrag te aanvaarden. Het slot van het Dnitsche Cenltum-congre» De Belgische minister Tandervelde ever de bnitenl. politiek. Vrede gesloten lasschen twee Chineesche generaals. nog een tweetal nummers „Wende Dich zu mir", van Dvorak cn „Ucbernacht" van Wolf, waarna dr. Beerens het spreekge stoelte beklom en sprak over: Onze taak. Wij hebben zoo ving spr. aan van de Roomsche propaganda een en ander ge hoord. Wat moeten wij daartegen doen? Of moeten wij niets doen, afwachten in lijdelijk fatalisme? Neen natuurlijk niet. Aan 't Protestantisme zijn groote geestelijke schat ten toevertrouwd (Bijbel, vrijheid, heilsver- zekeidheid). Die moeten wij trachten te be. waren en le verdedigen. „Houd wat gij hebt, opdat niemand Uw Kroon roove" Daarvoor moeten wij lo goed-Piotes- tantsch zijn. Juichen over opheffing van 't gezantschap bij den Paus is niet voldoende. Wij moeten leven uit de beginselen, die door de Reformatie op den voorgrond zijn ge plaatst' en alleen op geestelijke wijze niet door aardsche machtsmiddelen onzen te genstander bestrijden „Geestelijke slroormn. gen heelt ds. Riemens terecht gezegd kunnen alleen door geestelijke middelen wor den gekeerd". Maar juist als wij goed-Protestantsch zijn. voelen wij dat wij, een bijzondere laak heb ben in dezen tijd. lo. Moeten wij meer gaan kennis nemen van de leerstukken en de praktijken der Roomsche Kerk. Wij moeten niet bang we zen (als wij ten minste een eigen overtuii ging hebben) om Roomsche boeken, tijd schriften, bladen en traclaten te lezen. Vree» is altijd een kenmerk van zwakheid. Dan zullen wij zeker iels moois ontdekken, iet» waaraan wij ons geestelijk nog verwant ge- voeten. Want 't Evangelie leelt toch ook nog al is het op velerlei wijze verduisterd en omhuld in de Rocmsche Kerk voort. Wij mogen nooit vergeten, dat daar ook' geleerd wordt, de Apostolische geloofsbelijdenis de 10 geboden, het Onze Vader. De R.-K. Kerk is toch ook voortgekomen uit de oude Apos tolische Kerk. m Maar wij zullen dan ook heel veel ontdek, ken, waarover wij ons niet alleen verbazen, maar dat ons tegenstaat en wij als minder waardig beschouwen. (Dit wordt door ver* schillende voorbeelden aangetoond) Zoo wor den wij door bestudeering van het Roomsch- Katholicisme juist versterkt in onze protes tanlsche geloofsovertuiging. Dan moeten wij in de 2e plaats steunen en beschermen do protestanten in overwegend Roomsche stre ken die 't daar economisch dikwijls zoo ont zettend moeilijk hebben Hier woidl gewezen op de arbeid der Gustaaf-Adolf-Vereenigin» van de Maatschappij tot bevordering van welstand", „Hulpbetoon" en Unitas". Maar tot bescherming en verweer mogen wij ons niet beperken. Wij moeten in onze dagen ook agressief optreden, onze pro< testantsche beginselen op allerlei wijze trach" ten te verbreiden, m a.w. getuigen, tier en vrij van 't geloof, dat in ons leeft. Maar daarvoor moeten wij Protestanten ophou den voortdurend elkaar te bekampen. Niet tegenstaande de verschillen, die ons scheiden moeten wij ons bezinnen op 't geen wij ge meen hebben. De conferentie le S'. zkholrn heeft ons in deze een verheffend voorbeeld gegeven. Bij dit alles wil U behulpzaam zijn de Evangelische Maatschappij, waarvan doel en middelen nader worden uiteen gezet. Sluit U bij deze vereeniging aanl Laat de geest- driftige propaganda der Roomsch-Katholid- ken. ons protestanten niet beschamen. In ge sloten gelederen voorwaarts tot handljavin» van 't Protejtantsch karakteT van one Va derland. Ook deze rede werd met aandacht g«- volgd. Den aanwezigen werd nu verzocht fg zingen Gezang 237 4 waarna dr Beer eng nog een kort slotwoord sprak en met dank» zegging sloot, waarna na hel zingen ratf bet bekende Lutherlied de vergadering I» ruim tien uur uiteenging,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 1