No. 20141. ZATERDAG 7 NOVEMBER Anno 1925. Officieele Kennisgevingen. STADSNIEUWS. Het voornaamste nieuws van heden. ANISTERDAMSCHE ANTHRACIET NIIJ LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER 4DVERTENTIEN: 30 Cis. per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren pnjs. Kleine Adverfenti6n, uitsluitend bij vooruitbetaling, Woensdags en Zaterdags 60 Cta., bij een maximum aantal woorden van 80. Incasso volgens postrecht. Voor eventueele opzending van brieven 10 Cis. porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cis. Bursau Noordeindsplain Telefoonnummer» voor Olraotla an Administrate 2500 Redactie 1507. Postehèqua- en Girodienst No. 67055 Postbus No. 54 PRIJS DEZER CODRANTi Voor Leiden per 8 maanden ƒ2.86, per week HtO.ia Buiten Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week 0.18. Franco per post 2.86 portokosten. Dit nummer bestaat uit VIER Bladen EERSTE BLAD. KOEPOKINENTING. Burgemeester en Wethouders van Lei den brengen ter algemeene kennis, dat de koepokinrichting in het plisabethshof aan den Oude-Vest tot nadere aankondiging is jèslolen. 6199 N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRYEN, Secretaris. Leiden, den 7den November 1925 HINDERWET. Burgemeester en Weihouders Van Lei den, brengen ter algemeene kennis, dat door hen vergunning is verleend aan: a. M. van Leeuwen en rechtverkrijgen den, tot het oprichten van een palingrookerij in het perceel St. Aaglenstraat No, 9, ka dastraal bekend Gemeente Leiden, Sectie B. No. 279; b. B. Pijnakker en rechtverkrijgenden, iot het oprichten van een palingrookerij in het perceel St.-Aagtenstraat No. 11, kadastraal hekend Gemeente Leiden Sectie B No. 278. N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRYEN, Secretaris. Leiden, 7 November 1925. HINDERWET. 6200 Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien het verzoek van de N.V. Textiel fabrieken v.h. Gebrs. van Wijk en Co., om vergunning lot uitbreiding van de fabriek van sajetten, garens en wollen dekens in het perceel Vestestraat Nis 40/58. kadastraal heleend Gemeente Leiden, Sectie I. Nis 2633, 2109 en 2112. Gelet op de artt. 6 en 7 der Hinderwet; Geven bij dezen kennis aan het publiek, dat genoemd verzoek met de bijlagen op de Secretarie dézer gemeente tor visie gelegd is; Alsmede dat op Zaterdag den 21en No vember e.k. des voormiddags ie halfelf uren op het Raadhuis, gelegenheid zal worden ge geven om bezwaren tegen dit verzoek in te 1 brengen, terwijl zij er de aandacht op vesti gen, dat niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinder wet voor het gemeentebesluur of een zijner leden zijn verschenen, teneinde hun bezwa ren mondeling toe te lichlnn. N. C. DE GIJSELAAR, Burgemeester. VAN STRYEN, Secretaris. Leiden, 7 November 1925. 6201 Maatschappij der Nederl. Letterkunde. In de gisteravond, onder voorzitterschap fan prof. dr. H. T. Colenbrander, gehouden maandelijksche vergadering hield dr. B. Becker, hoogleeraar in de geschiedenis te Leningrad, thans te Amsterdam, een voor dracht over: „Coornhert, de 16de-eeuwsche apostel der volmaaktbaarheid." Spr. ving aan met op te merken, dat men gewoonlijk in Coornhert ziet den piëtist, voorlooper der Remonstranten, Christelijk stoïcijn, Erasmiaan, „libertijn" of spiritua list. Maar hel oorspronkelijke, eigenaardige van Coornhert ligt in zijn perfectie-leer. Geen enkel der 16de-eeuwsche schrijvers, die tot de perfectisten kunnen gerekend worden, heeft die leer zoo uitvoerig en dik wijls behandeld als de Haarlemsche notaris. Altijd heeft hij beweerd, dat het mogelijk is. door Gods genade in Jesu Christo, de geboden Gods volkomen hier op aarde te onderhouden; haast in ieder zijner talrijke geschriften is cr sprake van. Toch is hij nooit een voorstander geweest der absolute, d.w.z. goddelijke volmaaktheid; ook erkent hij, dat de alwetendheid slechts een hoe-' danigheid Gods is. Hoe de mensch de menschelijke vol maaktheid kan bereiken ziet men het best uit Coornherts heilsleer. God, die de liefde zelf en het volkomen goede is, heeft den mensch tot zaligheid geschapen. Zonder goed te worden, kan nie mand zalig worden. De mensch is ten goede geneigd; maar het verkrijgen van het goede wordt belemmerd door onverstand. Wij zon digen, indien wij iets tegen de bekende wet Gods of der natuur willen; alle zonde ge schiedt willens, anders is het geen zonde. Het vleesch met zijn aangeboren neigingen i3 niet kwaad; de begeerten zijn het wel. Het onderscheid tussclien neigingen en be geerten heeft Coornhert dikwijls en uit voerig behandeld. De vrije wil zondigt dus fen keert zich af van God. Van groot belang voor Coornhert's heils leer is zijn eigenaardige klassificatie aller menschen. Hij onderscheids zes staten der menschen: hardnekkigen, goddeloozen, slag- vreezende knechten, loonzuchtige huurlin gen, zwakke kinderen, sterke mannen en i-oiZV'aders. behulp van Gods genade hot rrrto^Z°^aar a^a^en v&n het kwade en f e ?0(?n.; Doet hij dit uit vrees voor doet 'hii^hif -ï uen sla^Treezende knecht: h i At i ?op op l°on' 200 behoort Hij tot de loonzuchtige huurlingen. Heiden zijn nog zondaren; slechts door berouw, ge loof en wedergeboorte kunnen zij den staat der kinderen Gods bereiken. Deze zijn nog zonder manlijke oefening; zij kunnen daar- pm nog zondigen, d.w.z. dolen. Toch wan delen zij in het licht en zullen ingaan in het Rijk Gods. In de „mannen" werkt God niet slechts den goeden wil, maar ook het vermogen; zij overwinnen het kwade en doen het goede. Eindelijk zijn er nog wijze „vaders", die God volkomen onderdanig zijn. De mensch wordt-dus niet in één oogen- blik vernieuwd, overal spreekt Coornhert van een trapsgewijze volmaaktheid; bijna altijd zal men bij hem het woordje „allengs- kens" ontmoeten, wanneer sprake is van vernieuwing, verandering of wedergeboorte der menschen. Wat betreft de heilsverzekering en vol harding, zoo zijn de heiligen kinderen, mannen en ouderen zich bewust van de verandering, die in hen heeft plaats ge had; zij kunnen ook nooit van Christo af vallig, met wien zij onafscheidelijk veree- nigd zijn. Nooit heeft Coornhert beweert, dat de mensch uit zichzelven de deugd volbrengen, de volmaaktheid bereiken kan; zonder Christo kan niemand zalig worden. Maar het geschiedt ook niet zonder ons werk van gelooven, van ons kruis op te nemen en Christum na te volgen. Van menschelijke verdienste kan geen sprake zijn, daar ieder mensch een eeuwig schuldenaar Gods is. Het spreekt vanzelf, dat wie van alle zon den verlost is en Gods geboden houdt, ook ootmoedig blijft en niet hoovaardig zijn kan. De bewijzen, die Coornhert gebruikt, om de mogelijkheid der volmaaktheid te staven, put hij uit den Bijbel en verwijst naar Gods geboden, beloften, verkiezing der heiligen het einddoel van Christi komst en lijden. Als Christus niemand waarlijk, niet waar lijk, geneest, zou hij niet de ware medicijn meester der zielen genoemd worden, maar 13 hij een kwakzalver en bedrieger geweest; dan moet men met de Joden nog op de komst van den waren Messias wachten. Gaarne haalt Coornhert ook uit het Oude en Nieuwe Testament die mannen en vrou wen aan, die Gode volkomen gehoorzaam zijn geweest. Nooit trouwens heeft Coorn hert zich er op beroemd, dat hijzelf de vol maaktheid bereikt heeft, zooals zijn tegen standers beweerden. Op de perfectie-leer steunt ook Coorn herts critiek en bestrijding der Kerkgenoot schappen en Kerkgebruiken. Zij is ook de grondslag van de „Wellevenskunst", daar volgens Coornhert w e 1 leven gelijk is met gehoorzaamheid aan Gods geboden Dat zij mogelijk is, wordt herhaaldelijk ook in dit werk beweerd en bewezen. Als bronnen van Coornherts volmaakt- baarheidsleer kunnen genoemd worden het stoïcisme, de Duitsche middeleeuwsche mystiek en het spiritualisme. Coornherts invloed op de Remonstranten in het 5de artikel der Remonstrantie is sprake van de overwinning der zonde door de ware geloovigen cn vooral op de Me thodisten moet nog nader worden onder zocht, aldus besloot spr. zijn betoog. Indië's Staatkundige Ontwikkeling. Voordracht van mr. Graaf van Limburg Stirum. De laatste der drie lezingen aan de Uni versiteit alhier, uitgaande van de Commis sie voor de „Indische Week", is, hoewel ook de twee voorgaande goed slaagden, een waar succes geweest Als spr. was aange kondigd mr. J. P. Graaf van Limburg Sti rum, oud-gouverneur van Nederlandse h- Indië, met het bovengenoemd onderwerp Deze vergadering werd in het Groot-Audi torium der Academie gehouden, dat zóó be- zet'was, dat hier en daar nog stoelen moes ten worden bij geplaatst. Onder de aanwezi gen waren ook de curator mr. J. Limburg cn de secretaris van het College van Cura toren mr. J. E. Boddaerl, benevens een aantal hoogleeraren en personen uit andere plaatsen, die interesse voor het onderwerp hadden. De voorzitter van de Commissie voor de „Indische Week", prof. dr. A. W. Nieuwen - huis, leidde met een kort woord den spr. bij du vergadering in, waarna deze aanving inet de opmerking, dat hij gaarne de uit- noodiging, om hier dit onderwerp te behan delen, had aangenomen, minder met het doel om uilen naar Athene te dragen, dan wel om wenken te kunnen geven, aan de genen wier toekomst in Indië ligt. Spr zet dan uiteen, dat Indië voor Nederland een bijzondere beteekenis heeft. Nergens vindt een Nederlander een land, waarin hij zijn taak op zoodanige tfijze kan vervullen, reeds hierom, omdat hij er zich van zijn eigen taal kan bedienen en er werkende, een ge voel van saamhoorigheid met anderen ver krijgt. Maar dan moet bij hem tevens het besef ontwaken, dat er in dit land oen toe komst legt, voor hem zelf en voor zijn stand en dat de daar te verrichten arbeid tot ver meerdering van den bloei van Indië kan strekken. Men hoede zich evenwel voor zelfoverschatting en voor de meening, dat er een belangenstrijd zou bestaan lusschen het Westen en het Oosten. In die meening. in daden omgezet, ligt een gevaar voor ons land en mede voor Indië. Naast een niet te ontkennen zucht tot verzet van den Mo hammedaan, leeft bij den Oosterling de ge dachte van achteruitzetting. In de zware jaren van den oorlog heeft het Westen ge bruik gemaakt van Aziatische krachten, die daardoor meer vertrouwd zijn geraakt met dt> Westersche toestanden en tegelijk meer gevoel van eigenwaarde hebben verkregen Wanneer daarmede geen rekening wordt gehouden, schuilt daarin een gevaar, dat niet te gering geschat moet worden. Er is noodig een verplaatsing van het gezag var» het moederland naar Indië zelf. Het beset van meerdere zelfstandigheid moest onwil lekeurig invloed uitoefenen op de verhou ding van beide naties. Aan de hand van de Staatkundige geschiedenis"van de laatste jaren en van de werkingssfeer van den Volksraad, toont spr. aan, hoe er allengs een verschuiving van invloed is tot stand ge komen. De directeuren dienen hun voor stellen zelf in den Volksraad in, wat leiden moet tot meerdere zelfstandigheid, omdat zij daarmede ook hun eigen beleid verde digen. Ook de positie van den Raad van Indië en tegelijk die van den Gouverneur-Generaal heeft zich allengs in die richting gewijzigd, dat de invloed van de besturende lichamen in Indië zelf minder afhankelijk is van de Regeering in Nederland dan vroeger en meerdere zelfstandigheid geniet, wat door spr. van harte werd toegejuicht. Het uitgangspunt van onze koloniale po litiek moet zijn, dat de inheemsche bevol king dezelfde rechten behoort te hebben dan dé uitheemsche. De opvatting van ex tremisten, dat de inheemsche invloed moet predomineeren, wrakend, stelt spr. den re gel, dat naarmate de ontwikkeling van de inheemsche bevolking toeneemt, zijn in vloed moet vermeerderen. Deze politiek zal ook blijken in het be lang der economische ontwikkeling van In dië en van de rust van het land te zijn. Nederland is dit ook tegenover het buiten land verplicht. Het Staatsbestuur moet meer en meer op medezeggingsschap georiënteerd zijn. Zij, die in het moederland meenen, dat de be weging naar meerdere medezegginschap 't werk is van onverantwoordelijke leiders, vergissen zich. Deze geven uiting van wat er leeft in de bevolking en het ware zeil- misleiding te meenen, dat deze leiders niet uit het voRrzijn voortgekomen. De jeugd oriënteert zich vooral in deze richting, en waar zij meerdere ontwikkeling geniet, dan die hen voorgingen, zal zij stellig later deze medezeggingschap begeeren. Nederland moet met deze factoren reke ning houden. Komende «Dl de wijze van regeeren der inlandsche bestuurslichamen, verdedigt spr. een federatief systeem, waardoor er geen tegenstelling tussch'en de verschillende on derdeden zou kunnen ontstaan. Het is bovendien niet vanzelf sprekend, dal Java, als het dichtstbevolkte eiland, de kleinere eilanden zou moeten blijven over- heerschen. De verschillende eilanden die nen een organisch verband te vormen. Met als zijn gevoelen te uiten, dat de Volksraad zelfstandig beslissingsrecht behoort te be zitten, weel hij een vraagstuk te hebben aangeroerd, dat veel stof heeft opgejaagd. In Engeland wil de Regeering van het land de landvoogden van de koloniën geen instructies geven/zelfs desgevraagd niet, hier moet de Gouverneur-Generaal zijn aanwij zingen van de Regeering ontvangen en zij kunnen hem zelfs spontaan worden gege ven. Voor een goed bestuur hangt hier ech ter veel van de persoonlijkheid van den be windsleider xif. Op het oogenblik, dat ingezien en erkend wordt, dat door zelfontwikkeling der in heemsche bevolking haar Staatkundige rechten versterkt behooren te worden, moet Nederland geleidelijk de teugels laten vie ren. Aan het versneld tempo van den maat- schappelijken polsslag, ook in Indië, moet de - Staatsmachine zich aanpassen. Alvast zou spr. wenschen twee inlandsche leden in den Raad van Indië door den Gouver neur-Generaal te benoemen. Spr. verdedigt dit als een eisch van recht en levens ook als wenschelijk voor de practijk. Het gaat bovendien niet aan ia theorie zelfbestuur wenschelijk te achten en niet metterdaad de bevolking medezegging schap te verleenen. De Indische belangen zullen daarmede worden gebaat. In Nederland predomineeren dikwijls partijbelangen, die met de koloniale belan gen weinig of niet geiheen hebben. De ko- 'oniale paragraaf in de partijprograms ple gen dan ook meestal slechts algemeenheden te bevatten. Het Nederlandsche volk stelle kapitaal en personen beschikbaar, noodig voor de ontwikkeling van Ned.-Indië en late de ver dere bemoeiingen over aan hen, die daar toe bevoegd zijn. Hel wordt meer cn meer door de leiders erkend, dat de inlandsche bevolking niet de suprematie begeert. Daarom moeten wij thans reeds streven naar een harmonische samenwerking. Doen wij het niet, dan zal dit ons tot een on^rwinbare schade zijn en ook voor Indië zullen de gevolgen moei lijk te zijn overzien. Een zinlooze nabootsing van de Euro- pcesche wijze van regeering zou zeer ver keerd zijn. In dit verband behandelde spr. de toe- kortis'ige inrichting van het hooger onder wijs in Indië. Nederland schrome niet om radicaal den weg op te gaan, door spr. aangewezen. Het zal daardoor kunnen voorkomen, dat zich symptonen van verzet zullen voor doen of een doffe berusting over de bevol king komt, waarvan geen krachtige ontwik keling zou kunnen uitgaan. De eenige juiste weg is: geldig maken de harmonie, de samenwerking van beide ras sen, door ook den inlander inzake het re geeren bestaansrecht toe te kennen. Spr. eindigde zijn met aandacht gevolgde en aan het slot toegejuichte voordracht met een aanhaling van het conservatief En- gelsche parlementslid Birkenhead in hei Engelsch parlement uitgesproken, waarin ten opzichte van het koloniaal bestuur en beheer in denzelfden geest werd gesproken als thans door spr. gedaan en welke woor den hem uit het hart zijn gegrepen. De rector-magnificus, prof. dr. W. de Sit ter, sloot, nadat hij namens de Universiteit den spr. had bedankt voor deze klare uit eenzetting van Nederl and's roeping in In dië', waarna hij de Indische Week 9loot. Officieele in-gebroik-neming nieuwe installatie van Volks- en Schoolbad aan de v. d. Werf straat. Gistermiddag heeft in tegenwoordigheid van eenige gemeentelijke autoriteiten de officieele in-gebruik-neming van %de nieuwe installatie van het Gemeentelijk Volks- en Schoolbad aan de Van der Werfstraat plaats gehad. Onder de gonoodigden merkten wij o.m. op de heeren J. B. Meynen, wethouder de zer gemeente, ir. Drieesen en ir. De Blaauw, respectievelijk directeur en adjunct-direc^ teur van Gemeentewerken, Rosier, referen daris ter Secretarie, en Groeneveld, lid van de Commissie van Bijstand. Dc directeur van den Gemeentelij kon Ge neeskundigen Dienst, dr. M. D. Horst gaf, na allen welkom te hebben geheeten, een korte uiteenzetting van de verschillende beweegredenen, welke geleid hadden tot het aanbrengen der nieuwe installatie. Het grootste bezwaar, dat zich in de laatste twee jaren duchtig deed gelden, was wel, dat het rendement, ondanks een vrij hoog kolen- en waterverbruik ,te laag bleef. Er werd terzake toen overleg gepleegd met de Lichtfabrieken, waarop de bedrijfsleider dier fabrieken, de heer Hagemans de plan nen voor een nieuwe, meer-economisohe in- I stallatie ontwierp. Gelijk bekend werdeo j deze plannen door den gemeenteraad goed- gekeurd en f 3000 voor de uitvoering gevo- teerd. En thans, nu het bedrijf nog slechte korten tijd in vollen gang is, kan reeds ge constateerd worden, dat de verandering een grooto economische besparing betee- kent. Daar water- en kolenverbruii® tot op de helft gereduceerd werden, steeg het nuttig effect met bijna vijftig procent. Door een ingenieuze vinding van den heer Hagemans, die in de achoolbaden een z.g.n. strooidouche liet inbouwen, is het baden voor de kinderen veel behaaglijker gewor den. Het water komt niet langer zooals vroe ger van een vrij groote hoogte op het kin- derlichaam neer, maar valt thans als een zachte regen op de juiste temperatuur op borst en rug, waardoor het baden een wer kelijk genot voor de kinderen is geworden. Hopelijk zal deze* nieuwe vinding er ook het hare toe bijdragen om het klasgewijze bezoek van onze Leidsche schoolkinderen in het belang der volksgezondheid en volks- hygiëne aanmerkelijk op te voeren. Be treft het voorgaande nog slechte een on derdcel, zij het don ook een belangrijk, bij onzen verderen rondgang bleek, dat er van de oude installatie niet zoo heel veel meer overgebleven is. Dat het bedrijf ondanks deze ingrijpende veranderingen slechts twee weken stilgelegen heeft ie voornamelijk te danken aan de goede samenwerking tus- schen den heer Hagemans en den badmees ter van Ingen Schenau, wien dr. Horst hiervoor hartelijk dank zegt. Tenslotte iets over do installatie zelve: Van de duin-waterleiding, waarin het water door middel van eeo flotter op peil gehou den wordt, wordt het allereerst gevoerd door een z.g.n. ijzerkrullenfilter, waarin de zuurstof, die in te groote hoeveelheid in het duinwater aanwezig is, door het ijzer I geoxydcerd wordt. Hierdoor wordt het co:- 1 rodeeren der ketels voorkomen, wier levens duur dientengevolge aanmerkelijk verlengd 1 wordt. Geheel nieuw is ook dc voorwarmer, j waardoor het water vervolgens geleid wordt Daar de rookgassen der zes badkachels l voorheen per groep van twee kachels door j den schoorsteen ontweken met een tempe- ratuur van gemiddeld 40O gr. Celsius; ging j een geweldige hoeveelheid warmte verlo ren, die zeer nuttig gebruikt kon worden. Door het aanbrengen van den voorwarmer worden deze gassen nog productief ge maakt; de afvoerrookgassen van elke ka chel komen thans in een centrale leiding aangesloten op een watervoorwarmer, waar van de uitlaat weer in verbinding staat met den schoorsteen. De gemiddelde tem peratuur der gassen, die thans den schoor steen verlaten is nu 120 gr. Celsius, zoodat de warmte, die voorheen verloreD ging, thans in het badwater wordt opgenomen, waardoor een aanzienlijke brandstofbespa ring bereikt kan worden. Door de firma J. Degens en Scheeren, l'trechtsche Veer alhier, werd de doclmat»- BINNENLAND. „Meyendeü" behonden ais nainannonix- ment en ontspanningsoord. Yoorloopig Verslag Tweede Kamer betref- lende het wetsontwerp tot verlenging van den termijn art. 88a Tabakswet. Arbeidstijd in broodbakkerijen. BUITENLAND. De Gezantenraad en de Duitsche ontwa pening. Toch Amerikaansche geld voor Frankrijk beschikbaar. Het Engelsche spoorwegpersoneel treedt niet toe tot den bond van vakvereenigingen. RECLAME. Hccrcnalngel MIK. Tel. No. ÏIO. PRIMA KWALITEIT. VERZEGELDE ZAKKEN. 40? 6 ge isolatie van asbest aangebracht cn <re uitstraling van de kachels, ketels en leidin gen tot een minimum beperkt, hetgeen ook al weer aan de warmte van het badwatej ten goede komt cn waardoor de tempera tuur in de stokerij teruggebracht is van 38 gr. Celsius tot 21 gr. Celsius. Van den voorwarmer komt het water in één van de beide boilers, die elk drieduizend Liter kunnen bevatten, van waaruit het ten slotte naar de diverse badgelegenhe- den gedistribueerd wordt. Door de isolatie, die rondom de boiler* is aangebracht, is het mogelijk, des mor gens reeds warme baden te verstrekken, zonder dat dien dag nog gestookt is. De verschillende machinerieën werden ge leverd en geplaatst door de firma J. P. Janssen, Zandstraat alhier. Na den rondtocht verzamelde het gezel-" schap zich in één de lokaliteiten, waar ver- verschingen werden rondgediend. Namens het college van B. en W. dankte hier de heei Meynen nog den heer HagemanB voor zijn tallooze bemoeiingen en de vele offers, die hij zich ook in zijn vrijen tijd in het belang der zaak getroost had, waarmede de plechtigheid was afgeloopen. Het keurige badhuis heeft wederom een belangrijke verbetering ondergaan, die te vens, en dit is nog het beste, in het toeken der algemeene bezuiniging riant. Stagnatie om de veemarkt heen. Er bereikten ons gisteren van verschil lende zijden klachten over groote opstop ping bij de ingangen van de veemarkt met Dame aan den Oude-Singel en Oude-Vest en aan den Stationsweg en Steenslraat. zoo dat het vee zelfs een eindweegs op den Itijnsburgersingel .was geplaatst. Aan dpn Oude-Singel hadden dc bewoners soms moeite om hun woningen te verlaten of om er in te komen. De redenen daarvan lagen, vooral jn het feit dat gisteren juist nu de drukke najaarsmarkten begonnen, de markt een uur later is geopend. Tot dusver begon de veemarkt om zeven uur. gisteren voor het eerst om acht uur. Door de wet der traagheid, die ook en vooral bij veehandelaren en veehouders haar werking doet gevoelen, kwamen df veebooten en veetreinen gisteren reeds vóór zeven uur aan om het vee te lossen. En waar de toegangen tot de markt eerst tegen acht uur werden geopend, moesten de die ren zoolang elders worden opgehouden. Naar men ons verzekerde, werd vóór acti- len reeds een drukke handel gedreven en koeien verkocht, die niet op de markt kwa men en waar du9 geen marklgeld van werd betaald. Men vreesde, dat op deze wijze de markt zou verloopen en Rotterdam er van profileeren. Van de zijde van den marktdiensl werd ons verzekerd, dat dit een gewoon najaars overgangsverschijnsel is-r De directeur van den Markt- eh Havendienst maakt tijden te voren door middel van circulaires en aan plakbiljetten de verandering van de opening der markturen aan belanghebbenden be kend, maar er wordt te weinig nota van ge nomen Door de practijk schijnt men het te moeten leeren. En dat is na een paar we ken reeds het geval. Erkend wordt, dat er inderdaad, vooral op den Oude-Singel. een lastige verkeersbe- lemmering* plaats heeft en er worden plan nen beraamd daarin verbetering te brengen. Dat de markt in het najaar eerst om acht uur en later te halfnegen wordt geopend vindt zijn oorzaak hierin, dat het vee door d£n geneeskundigen dienst vooraf moet or den gekeurd en daarvoor hebben de vee artsen behoorlijk licht noodig.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 1