PUROL
BINNENLAND.
Scheren
Burgerlijke Stand v. Leiden.
RECHTZAKEN.
LONDENSCHE BRIEVEN.
b. het inrichten van waschhuizen, waar
voor de arbeidersvrouwen gelegenheid be
staat haar wasch zelf te behandelen.
Tegen beide systemen geldt, principieele
bedenkingen daargelaten, als voornaamste
bezwaar de zeer aanzienlijke uilgaven,
welke de op- en inrichting zouden mee
brengen en het groote risico, dat zou worden
geloopen, zonder de zekerheid, dat een der
gelijke proef zou slagen.
Een besluit tot op- en inrichting van een
gemeentelijke waschinrichting of van
waschhuizem zouden B. en W., alleen al
met het oog op de gemeentelijke financiën,
in strijd achten met het belang van de ge
meente.
Op grond van een en ander is hun Col
lege van oordeel, dat bestendiging van het
waschbureau in zijn tegenwoordigen vorm
gewenscht is, d. w. z. dat het waschbureau
als „tijdelijke" instelling blijft behouden,
zoodat, mocht te eenigen tijd blijken, dat
het waschbureau niet meer in die mate in
dc behoefte van de burgerij voorziet of voor
de gemeente financieele nadoelen mocht
medebrengen, een nadere beslissing zal kun
nen worden genomen.
Wordt dienpveTeenkomstig besloten, dan
moei worden overgegaan tot vaststelling van
een verordening, waardoor een administra
tieve en financieele regeling wordt verkre
gen, welke meer in overeenstemming is met
de voorschriften van Gedeputeerde Staten
en de bepalingen der Gemeentewet.
Demping van een sloot aan den Morschweg,
aanleg van een Plantsoentje, enz.
Geruimen tijd werden reeds onderhande
lingen gevoerd met den Minister van Oorlog
om te kunnen bevorderen dat aan onze ge
meente de aan het Rijk tocbehoorende
noordelijke helft van de sloot langs het Mili
tair Ijospitaal werd afgestaan, teneinde tot
een behoorlijke verbetering van het gedeelte
van den Morschweg daar ter plaatse te ge
raken.
Nog voordat B. en W. van den Minister
van Oorlog eenig antwoord mochten ont
vangen, bereikte hen een schrijven van den
heer T. Groeneveld, als secretaris van de
Sociaal-Democratische Raadsfractie, waarin
de wenschelijkheid werd uilgesproken om bij
demping van de sloot langs het terrein van
het Militair Hospitaal den voortuin van dat
'Hospitaal in 'te richten tot wandelpark.
Aangezien B. en W. voor dat denkbeeld
wel iets gevoelden en de gemeente, indien zij
de beschikking over den voortuin voor het
beoogde doel kon verkrijgen, bovendien ont
slagen zou zijn van de plaatsing van een
kostbaar ijzeren hek op sleenen voet, ter
afscheiding van het terrein van den open
baren weg, wendden zij zich tot den Rijks
gebouwendienst, met verzoek te willen be
vorderen, dat de voortuin van het Militair
Hospitaal lot wederopzeggens aan de ge
meente in gebruik werd gegeven, ten einde
tot wandelpark te worden ingericht. De zaak
is tot een goed eind gebracht.
Het Rijk verklaart zich thans bereid de
hem toebehoorende helft der sloot vóór het
Militair Hospitaal aan de gemeente in eigen
dom af te staan tegen betaling van een som
van f 10 en onder cenigc voorwaarden, waar
tegen dezerzijds geen bezwaar bestaat.
EvcneeDS is het Rijk genegen den voortuin
van het Militair Hospitaal aan onze ge
meente tot wederopzeggens in gebruik te ge
ven, ten einde tot wandelpark te worden in
gericht, zulks legen betaling van eene jaar-
lijksche recognitie ad f 100 en onder voor
waarde, dat rond de in den voortuin slaan
de portierswoning met bijbehoorend tuintje
een eenvoudig hek wordt geplaatst, terwijl
ter weerszijden van het Hoofdgebouw ter
afscheiding van het achterterrein een twee
tal eenvoudige hekken dient te worden ge
maakt. Het onderhoud van hel wandelpark
komt uit den aard der zaak voor rekening
van de gemeente.
Indien de Raad met ons van oordeel is,
dat de voorwaarden aan dezen koop en deze
ingebruikgeving verbonden, aannemelijk zijn
kan tot de voorgenomen verbetering van het
gedeelte van den Morschweg gelegen tus-
schen de Paul Kmgerslraat en de Morsch-
poortbrug, alsmede tot de inrichting van het
wandelpark worden overgegaan.
De kosten, verbonden aan de demping van
de. sloot langs den Morschweg en van een
gedeelte van de sloot langs den Morschsin-
gel, die van straatvcrbrceding, van inrich
ting van het wandelpark, van het plaatsen
der hekken enz., worden door den Directeur
der Gemeentewerken geraamd op f 14550,
terwijl de jaarlijksche kosten van onderhoud
van het park naar de meening van de Com
missie van Fabricage kunnen worden be
paald op f 400, verhoogd met het bedrag der
jaarlijksche recognitie ad f 100.
RECLAME.
PfKTPR'c 7alf verdrijft onuitstaanbare
ruóicnd LClll kwellingen van Aambeien
en gaat ontsteking tegen. Inderdaad een pro
baat geneesmiddel p doos f 1.75, p.tubc f 1.
5335
Onderscheidingen.
Benoemd zijn tot commandeur in de
Oranje-Nassau-orde mr. E. O. J. M. baron
van Hövell tot Westerflier, Commissaris der
Koningin in de provincie Limburg; tot rid
der in den Nederlandschen Leeuw M. J. H.
If Paulusscn, lid der Gedcp. Staten van
Limburg te Maastricht; tot ridder der Oranje
Nassau-orde G. J. Beckers, wethouder te
Roermond; mr. dr. K II. M. van Oppen, ad
vocaat-procureur te Maastricht; J. N. E.
Deckers, mededirecteur van het agentschap
der Geldersche Credietvereeniging te Maas
tricht; mevr. OldeweltOtten, kasteel
„Heyen", gemeente Bergen (L.); J. N. Snac-
kers, voorzitter der Kon. Zangvereeniging
Roermondsch Mannenkoor te Roermond;
tot officier in de Oranje-Nassau-orde Raden
Adipali Arioc Dhipokocsoema, regent van
Poerbalingga; is toegekend de ©eremedaille,
verbonden aan de orde van Oranje-Nassau:
in goud aan A. Basting, commandant bri
gade maréchaussee te Maastricht; J. H.
Stohr, idem te Roermond; J. J. E. Banser,
opzichter 1ste kl. gemeentewerken te Maas
tricht; in zilver aen J. C. Dirks, fitter gem.-
gasfabriek en W. Keizer, bode prov. griffie
van Limburg, beiden Maastricht.
Samenwerkende Zendingscoip oraties.
De hoofdbesturen der samenwerkende
Zendingscorporaties hebben besloten om in
het vervolg een gemeenschappelijk jaar
verslag uit te geven. De onmiddellijke aan
leiding tot dit besluit is de drang, om zoo
veel mogelijk te bezuinigen. Een gemeen
schappelijk jaarverslag kan beknopter zijn
dan de som der afzonderlijke jaarversla
gen, ook al worden, zooals het behoort,
de Zendingsvelden elk afzonderlijk behan
deld.
Het gemeenschappelijk overzicht, loopen-
de van 1 Juli 1924 tot 30 Juni 1925, is thans
verschenen en vormt een vrij lijvige bro
chure. Achtereenvolgens worden de werk
zaamheden er in behandeld van het Zen
dingsconsulaat, dat zich een bijzondere
plaats in heb zendingswerk heeft veroverd;
van het Ncd. Zendeling-Genootschap, op
Oost-Java, de Minahassa, Bolaa,ng-Mongon-
dou, Posso en Deli; van de Ned. Zcndings-
vereeniging, arbeidende in West-Java en
Zuid-Oost Celebes; van de Utrechtsche
Zendingsverecniging met haar gebieden op
Nieuw-Guinea, Halmahera en Boeroe; de
prediking op de SaDgi- en Talaud-eilan-
den, alsmede van de Rijnsche Zending eD
het Zeist er Zendingsgenootschap.
Uit het verslag blijkt tevens, dat ook van
het binnenland in 1924/25 een groote actie
is uitgegaan.
Een verslag van den laatsten cursus van
de Nederlandschc Zendingsschool besluit
het overzicht.
Uit de financiën blijkt het volgende:
Het Ncd. Zend.-Gen. opende met een na-
deelig saldo van f 2190.55, had aan uitgaven
f296.066.55, aan inkomsten f241.747.77,
zoodat het sluit met een nadeelig saldo van
f 55.449.33.
De Ned. Zend.-Vcreen. opende met een
voordeelig saldo van 133.928.18 en sloot met
een nadeelig saldo van f24.671.58.
De Utrechtsche Zendingsver. opende met
een voordeelig saldo van f 20.529.605, uitga
ven 1235.273,38, inkomsten 1191.882.80®,
nadeelig saldo f 22 860.97.
Het Sangi- en Talaud-Comilé opende met
een nadeelig saldo van f 28.070.06®, uitgaven
f86.416.61®, inkomsten f 116.314.04®. voor
deelig saldo f 1827,36®.
De Rijnsche Zending. Doel 1 60.000; te
weinig over 1923 f 2400, wordt voor 1924
f G3.400, ontvangen f 57.266,69®, mindér
f 6133,30®.
Zeister Zend Gen. Doel f 25.000, te wei
nig over 1923 f 8500, wordt voor 1924
133.500, on tv. f36.490,10®, meer f2990,10®.
Sterke drank in het klein voor logeergasten.
Bij Kon. Besl. is bepaald, dat, om voor
een vergunning voor den verkoop van ster
ken drank in het klein ,in een logement
alleen aan logeergasten, in aanmerking te
komen, een logement o.m. aan de volgende
eischen moet voldoen
Het logement moet ten minste bevatten:
in gemeenten met meer dan 1CO.OOO zielen,
acht; in gemeenten met meer dan 50.000
en ten hoogste 100.000 zielen zes; in ge
meenten met meer dan 20.000 en ten hoog
ste 50.000 zielen, vijf; in de overige ge
meenten, vier uitsluitend voor logeergasten
gestemde slaapvertrekken; een en ander
met dien verstande, dat toeneming der be
volking ten aanzien van logementen, waar
voor ©en vergunning voor den verkoop van
sterken drank alleen aan logeergasten
geldt, geen verhooging van minimum mee
brengt.
Slaapkamers, welke niet onafhankelijk
van andere slaapvertrekken bereikt kunnen
worden, blijven ten aanzien van de toepas
sing van het bepaalde bij het eerste lid
buiten aanmerking. Eveneens blijven daar
bij buiten aanmerking slaapvertrekken in
kelders, sousterrains of cp zolders, waar
van het dak niet. behoorlijk is beschoten ol
op andere wijze voldoende beschutting
biedt tegen hitte, koude en vochtigheid.
Id het logement moet bovendien, kenne
lijk uitsluitend of in hoofdzaak ten behoe
ve der logeergasten, aanwezig zijn, een
lokaliteit, waarin desverlangd avondbrood
cn ontbijt kan worden gebruikt.
De slaapvertrekken moeten door metsel-
of pleisterwerk of geploegde planken van
elkander zijn gescheiden en op dezelfde
wijze door een plafond zijn afgedekt; zij
moeten aan de binnenzijde op voldoende
wijze kunnen worden afgesloten. Indien
twee slaapvertrekken met elkander in di
recte gemeenschap staan, moet de verbin
dingsdeur in beide vertrekken op voldoende
wijze kunnen worden afgesloten.
De slaapvertrekken mceton door venti
latieopeningen of beweegbare ramen of
deuren rechtstreeks in verbinding staan
met de buitenlucht, met dien verstande,
dat de gezamenlijke doorlaatruimte niet
minder bedragen mag dan een twintigste
deel van de vloeroppervlakte dier vertrek
ken.
In elk slaapvertrek moet ten minste aan
wezig zijn een voor onmiddellijk gebruik
gereed zijnd bed met toebehooren, een
waschgelegenheid, benevens dc in een slaap
vertrek onmisbaar te achten meubelen. De
slaapplaatsen in eenzelfde vertrek mogen
niet boven elkander zijn aangebracht.
Van iedere der bepalingen van dit be
sluit kan, op schriftelijk verzoek, afwijking
worden toegestaan door den inspecteur van
de Volksgezondheid, belast met den dienst
der drankbestrijding.
Dit besluit treedt in werking met ingang
van 1 Nov. a.s.
Uit de Communistische Partij.
Het presidium van de C. P. H. had het
ncodig geoordeeld, aldus „De Tribune", par
tijgenoot Wijnkoop uit te noodigen tot een
conferentie. Nadat de conferentie verschil
lende malen op de vastgestelde data, door
verhindering van Wijnkoop, niet kon door
gaan, verscheen Wijnkoop eindelijk in de
presidiumvergadering van Maandag 19 Oc-.
tober, vergezeld van zijn partijgenoot J.
Mulder.
Op de mededeeling van hel Presidium,
dat J. Mulder niet was uitgenoodigd, zeide
Wijnkoop, dat hij J. Mulder had medegeno
men, om voor hem aanteekeningen te ma
ken van hetgeen hij zcide.
Tegen een dergelijk optreden meende het
Presidium bezwaar te moeten maken. Na
kort beraad besloot het Presidium, dat het
gesprokene in dc conferentie met Wijnkoop
door een lid van het Presidium (Wins) ge-
protocoleerd zou worden en dat dit protocol
Wijnkoop, voordat hij de conferentie zou
verlaten, ter lezing ter eventucele correctie
zou woeden gegeven.
Wijnkoop wenschte met deze regeling geen
genoegen te nemen, doch volhardde bij zijn
eisch, dat J, Mulder de Presidium ver gade.
ring zou bijwonen.
Het Presidium kon op dezen eisch niet in
gaan. Wijnkoop, in dit geval niet bereid tot
een bespreking met het Presidium, verliet
de vergadering, waardoor de door het Pre
sidium bedoelde conferentie niet kon plaats
vinden.
Waar het in de bedoeling van het Presi
dium heeft gelegen, om, in opdracht van het
partijbestuur, met Wijnkoop, diens stelling
neming ten opzichte van de partij-politiek
te bespreken en dit door het ondisciplinaire
en onpartrjgenoolschappelijke optreden van
Wijnkoop onmogelijk is geworden, was het
Presidium genoodzaakt Wijnkoop het vol
gende schrijven d. 20 dezer te doen toe
komen;
Ingevolge uw weigering om met het Pre
sidium, onder uilsluiting van derden, een
bespreking te houden, zien wij ons genood
zaakt u te verbieden in het openbaar voor
de partij en de partij-instanties zoowel als
in de partij-afdeclingen op te treden, zoo
lang bedoeld onderhoud niet heeft plaats
gevonden.
„De Tribune" bevat nog de volgende me
dedeeling:
Het Presidium van de C. P. H. heeft het
noodig geoordeeld, het bestuur van de afd.
Rotterdam der C. P. H. uit zijn functie te
ontheffen en de leden van dit bestuur als
lid der C. P. H. te schorsen, op grond van
handelingen in strijd met de belangen van
onze partij.
De aanleiding lot dezen maatregel schijnt,
volgens het verslag in „Voorwaarts", te
zijn geweest een vergadering, op 11 dezer
te Rotterdam gehouden, van eenige partij
bestuurders en de bestuurders van het ge
west Zuid-Holland. Toen de voorstellen van
het partijbestuur verworpen werden, moet
de heer Wins den heer Van Burink een
slag in het gelaat gegeven hebben, wat weer
lot gevolg heeft gehad, dat de heer Wins
zich eenigen tijd later aan hel ziekenhuis
aan den Coolsingel kon aanmelden, om een,
blijkens onze inlichtingen, onbeduidende
hoofdwond te'laten verbinden, die „wel met
een hamer kon zijn aangebracht"!
..Hel Volk" is eens met den heer Wins
gaan praten, die in strijd met het boven
staande. vertelde, dal die vergadering inder
daad had plaats gehad, dat het Parlijbe-
stuursvoorslel met algemeene stemmen was
aangenomen en dat de vechtpartij niets met
de vergadering uitslaande had. Hij gaf toe,
naar het ziekenhuis aan den Coolsingel tc
zijn geweest. Maar niet alléén.
Verdere inlichtingen wilde hij niet ge
ven; als publicatie noodig was, zou dat wel
in „De Tribune" geschieden.
Het bestuur bestond uit de heeren dr. Van
Ravesteyn, Van Burink, Den Ouden en
Hoogcarspel.
H. M. de Koningin heeft met ingang
van 15 Oct. mej. A. Schoch benoemd tot
directrice van Harer Majesteits particuliere
zaken voor Het Loo en omstreken.
Dr. Heynsius, wonende op de Laan
van Meerdervoort in Den Ilaag, is gisteren
aan het Ververschingskanaal zoodanig met
zijn fiets gevallen, dat hij een hersenschud
ding bekwam en in bewusteloozen toestand
naar het ziekenhuis moest worden gebracht.
Zonder nog tot bewustzijn te zijn gekomen,
is hij daar in den ouderdom van 64 jaar
overleden.
Dr. C. E. Heynsius heeft gestudeerd aan
de Leidsche Universiteit, waar zijn vader,
de bekende prof. II. Heynsius werkzaam
was als hoogleeraar in physiologie. Na eerst
assistent te zijn geweest bij prof. Hector
Treub, vestigde dr. Heynsius zich aanvan
kelijk te Schoonhoven en daarna in Den
Haag, waar hij thans ruim dertig jaren een
drukke practijk heeft gehad, welke zich voor
een zeer belangrijk deel op het gebied der
verloskunde bewoog. Met dr. Heynsius 19
voor vele Hagenaars een beminde en zeer
gewaardeerde huisdokter heengegaan.
De Amsterdamsche Raad besloot tot
uitvoering van Ziekenhuisbouw en tot sloo
ping Yan het Pesthuis.
Daar voor de betrekking van onder
wijzer met verplichte hoofdakte aan de Chr.
Ilerv. School te Lage-Zwaluwe geen enkele
sollicitant is geweest, is het bestuur over
gegaan tot benoeming van een tijdelijk on
derwijzer.
Voor iijdelijken dienst (3 of 5 jaar)
worden als Gouvernemer^sarts bij den dienst
der Volksgezondheid (voorheen Burgert. Ge-
neesk. Dienst) in Ned.-Indië 15 Nederland-'
sche manlijke artsen gevraagd, w. o. 2 bac
teriologen.
RECLAME.
Door de hui-dverzaohtendie en buad-
versterkendo eigenschappen van
Purol kan me® het stukgaan en
naschrijnen voorkomen als men vóór
(hot inzeopen zich telkens inwrijft
met een weinig
30—60—90 et, 6W3
GEBORENPieter Z. v. E. Smifc on H.
Polman. Daniel, Z. v. T. Zitman en'J.
de Graaf. Abraham Engelbertus, Z. v.
H. Habraken en Offerman. Jacobus,
Z. v. D. v. d. Bos en G. Nievaart. En
gelbertus Theods. Corns., Z. v. E. T. C. v.
Welbergen en A. H. v. d. Reijden. Mar-
tinus, Z. v. M. Levorht en A. Molenaar.
Catbarina Hendrika, D. v. C. v. Haasteren
en M. C. J. de Vrind. Hendrika Beren-
dina, D. v. K .J. Boeijinga en A. G. K.
Bouwes. Jacobus, Z. v. W. v. d. Brink
en J. Sonneveld. Cornelia Maria, D. v.
P J. v. Dissel en C. G. Cornelisse. Wil-
lemke, D. v. L. Klinkhamer en J. Gemser.
Willem Andries Carel, Z. v. W. C. Ligt-
voet en C. Kahre. Jacqueline Henrictte,
D. v. I. Zandvoort en M. Blankenaar.
Cornelis, Z. v. C. de Mey en H. C. Ver
mond. Jan, Z. v. G. Zitman cn C. Stou
ten. Gecrtruida Hendrika, D. v. W.
Bink en G. v. d. Doorn. Alida, D. v.
S. G. Krassenburg en M. S. La Lau. Cato
D. as. G. J. Uiterdijk cn G. Boontjes.
Theodorus Petrus Coenraad, Z. v. (J. Na
gel en H. H. J. Kessels. Clasina,.D. v.
P. Chaudron en A. Hannaart. Catharina,
D. v. C. v. d. Zeeuw en J. G. Koene.
Petrus Johannes, Z. v. A. v. d. Broek en
L. de Jong. Hendrica Catharina, D. v.
G. Wagemaker, en E. Steenbergen. Ja
cobus Corns. Willem, Z. v. W. C. J. v.
Haasteren en P. v. d. Wiel. Jacobus, Z.
v. J. J. den Os en M. E. Groeneveld.
Johanna Theresia Maria, D. v. P. Meiman
en C. M. v. Houten. Willem Hendrik
Andreas, Z. v. J.. W. Hartman en J. J.
Bakker.
GEHUWD: J. Vleerbos jm. cn M. Korb
jd. M. Daniels jm. en J. Snik jd. J.
G. v. Heuzen jm. en A. Bij jd. W. A.
Klein jm. en T. G. Schmidt jd. D.
Schouten jm. eh C. L. Blom jd. J. Ra-
mak jm. en S. J. Behrens jd. B. P. Kra
mer jm. en J. Erades jd. C. Ginjaar jm.
en M. C. Doornik jd. A. J. Ruitenbeek
jm. en C. M. Segaar jd. S. J. Florisson
jm. en B. v .d. Reyden jd. P. Ciere jm.
en M. v. Westbroek jd. M. Bol jm. en
M. VeermaD jd. C. Segaar jm. cn 1. D.
Stapersma jd.
OVERLEDEN: C. D. M. de Wilde, z.
23 j. M. C. J. Hartkamp, d. 61 j. N.
Garrer, z. 76 j. J. DuyvermanSloos, vr.
77 j. D. Kost, m. 64 j. N. Maasdijk
v. d. Wiel, vr. 21 j. J. Ooienbrander
Syborets, wede. 35 j.
KANTONGERECHT TE LEIDEN.
Voor de strafzitting van Woensdag ston
den 30 zaken op de rol, waarvan 26 be
stemd voor openbare behandeling en 5 kin
derzaken.
G. V. stond terecht, terzake dat hij niet
voldaan zou hebben aan de verplichtingen
hem krachtens de invaliditeitswet opgelegd
n.l. het plakken van 13 rentezegels voor
den bij hem in dienstbetrekking zijnden
C. van Leeuwen. Bekl. ontkende, dat hij
13 rentezegels had moeten plakken; Van
Leeuwen was slechts gedurende 7 weken
onafgebroken bij hem in dienst geweest.
Bovendien was bekl. bij den Raad van Ar
beid geweest-, waar men hem antwoordde,
dat het wel in orde zou komen. De direc
teur van dien Raad, dc heer Goslinga, als
getuige gehoord, zegt het evenwel anders.
Toen bekl. niet betaalde, had hij hem
een waarschuwing doen toekomeD, gevolgd
door een dwangbevel, maar bekl. had niets
van zich laten hooren. Ook tegen de beta
ling van 13 zegels heeft bekl heelemaal
niet geprotesteerd.
De bewuste werkman C. van Leeuwen
weigert den voorgeschreven eed af te leg
gen; hij „gelooft niet"! Een desbetreffen
de verklaring wordit dan door hem getee-
kend. Overigens ontkent hij geenszins de
mogelijkheid, dat hij slechts 7 weken on
afgebroken heeft gewerkt.
De Ambtenaar van het O. M. eischt
hierna f 10 boete voor iedere week, waar
voor niet geplakt werd en vraagt vrijspraak
voor de weken, waarin Van Leeuwen niet
in beklaagdes dienst stond.
C. J. en H. J. van-1, en A. T., verzeke
ringsagenten hier ter stede waren gedag
vaard dat zij tezamen in verceniging te
Leiden den handelsnaam „Algemeene As
surantie Associatie" hebben gevoerd, die
in strijd met de waarheid aanduidt, dat dc
handelszaak zou toebehooren aan een of
meer kooplieden, handelende als een ven
nootschap onder firma of aan een naamloo-
ze vennootschap of aan een wederkeerige
verzekeringmaatschappij.
De beklaagden beweren zich meermalen
tot den secretaris van de Kamer van Koop
handel te hebben gewend met verzoek tot
in schrijving van dezen naam in het han
delsregister. Deze had blijkbaar niet goed
geweten, hoe hij er mee aan moest, men
hoorde eenigen tijd niets van de zaak cm
toeoi was ineens het proces-verbaal geko
men.
Dc secretaris der K. v. K., mr. P. G.
Knibbe zegt, dat beklaagden in ieder ge
val meermalen handel hebben gedreven a!s
een soort vennootschap of maatschappij,
waarop de ambtenaar f 10 boete, subs. 10
dagen hechtenis tegen iederen beklaagde
eischte.
De Kantonrechter ried de heeren aan nu
maar direct met den heer Knibbe de zaak
in orde te brengen.
Beklaagden wilden niets liever, zeiden zij.
N. de M., student te Leiden had met
eenige vrienden te Katwijk-aan-^ee een
feestje gevierd en daarbij ook een glaasje
gedronken.
De drank scheen zijn tong bijzonder los
te hebben gemaakt; hij voelde zich al
thans gedrongen bij het tramstation een
toespraak tot het publiek te houden. Hij
deed dit staande op het balcon van een
tramwagen; later hadden ze hem naar bin
nen geduwd en toen hij vanuit het coupé-
RECLAME.
©Tabletten, WüW
TLGK\' HOEST V y
5357
raam zijn speech willen voortzetten. Toen
bij dit echter naar beneden wilde schni.
ven, was dit gebroken, met het gevolg, dat
hij zich nu hiervoor verantwoorden moest.
De beklaagde zeide in geen geval dron
ken te zijn geweest; bovendien had hij het
raam niet geopend, doch alleeu wat naar
beneden geschoven: het stond al op een
kier. Hij geloofde niet de ruit gebroken te
hebben, want, van rinkelen had bij niets
gehooid.
De tramconducteur, W. van Rijn ver
klaarde, dat dc ruit gebroken was, doordat
beklaagde zich over den rand heenboog en
op het glas leundo.
Nadat nog als getuige was gehoord een
vriend van bekl. J. J. Stienstra, eischte de
Ambtenaar een boete van f 3 subs. 3 dagen.
C. de K. stond terecht, terzake dat hij
met een motorrijtuig gereden zou hebben
over een brug, toebehoorende aan den heer
A. van Delft te Oegstgeest. Bij die brug
staat een bord met „verboden toegang",
zooals de heer v. Delft vertelde.
Tegen den niet verschenen beklaagd^
werd f 3 subs. 3 dagen geëischt.
W. W., winkelier in tweedehands-boeken*
was gedagvaard terzake dat hij van den
minderjarigen P. C. de Boer een drietal
boeken had gekocht, die bij nader onder
zoek afkomstig waren van diefstal.
De rechercheur W. G. Vrouwenvelder»
was door den onderwijzer van den jongen,
die hem had zien loopen met een aantal
boeken, gewaarschuwd. Deze heeft toen
onmiddellijk een onderzoek ingesteld, waar
bij bleek, dat de boeken van een stalletje
op dc markt gestolen waren. Eisch f 10 of
5 dagen.
Voor een zelfde feit werd tegen J. G. G.
bij verstek eveneens f 10 of 5 dagen ge-
eischt.
J. K., koopman te Leiden, had voor zijn'
kar een hond gespanneD, die niet voorzien
was van een muilband.
Beklaagde was vergeten, dat zulks moest,
zcide hij.
Een flinke boete zal je geheugen wel
scherpen, zei de Kantonrechter.
Eisch f3 of 3 dagen.
Tenslotte werd tegen P. L. wegens het
fietsen in een verboden straat n.l. de Pie-
terskerkkoorsteeg f 1 boete subs. 1 dag
hechtenis gewaagd.
Uitspraak in al deze zaken over twee
weken.
KRIJGSRAAD TE 'S-HERTOGENBGSCH.
Het doodelijk ongeluk in het kamp te Laren.
Voor den krijgsraad te 's-Hertogenbosch
heeft terecht gestaan P. Th. S-, 22 jaar,;
vaandrig bij den Vrij willigen Landstom tö
Hilversum, beklaagd, dat hij 15 April in de
legerplaats bij Laren, bij het geven van
onderricht niet een mitrailleur, door zijn
schulde den soldaat F. E. M. Lammers
door een schot uit dien mitrailleur in het
hoofd heeft getroffen en zoodanig verwond,,
dat L. na een korten tijd is overleden.
Spr. eischte één maand hechtenis voor
waardelijk.
De verdediger vroeg vrijspraak.
Van onzen Londenschen Correspondent*
(Naar aanleiding
van Lord Grey's Herinneringen).
Een zeer belangwekkende aanvulling tot
de bekend gowordeo geschiedenis van den
grooten oorlog wordt gegeven in de Her
inneringen van Lord Grey of Falloden, die
een paar dagen geleden in boekvorm zijn
verschenen. Ik lees er in: „De oorlogs-
commissie heeft met mijn volle instemming
besloten er niet op in te gaan". De woor
den slaan op de eerste officieel© poging
van neutraal Amerika om aan den Euro-
peeschen oorlog een einde te maken. De
mededeelingen in het boek over dit incident
zijn van het hoogste belang voor de wereld
van deze dagen; want ze tooDen aan, dat
de staatslieden aan beide zijden zonder hoop
op ontsnapping in de wreede oorlogsmachine
zaten vastgebonden. Toen die machine een
maal aan den gang gebracht was, werd het
verraad aan den bondgenoot, aan beide
zijden, om zelfs het denkbeeld te koesteren
ze- stop te zetten; hoewel ze de geallieerde
en centrale mogendheden gelijkelijk en ver
schrikkelijk kneusde. In het begin van
1916 verscheidene maanden voordat de
slachting op groote schaal werkelijk was
begonnen deed president Wilson een
ernstige poging aan den strijd een einde
te maken, aider voorwaarden, die geen der
partijen volledig zou hebben vernederd. Zjjn
idee voor een grondslag voor onderhande
ling was, dat België aan zijn volk zou
worden teruggegeven, dat Elzas-Lotharin-
ger. naar Frankrijk t. rug zou keeren en dat
deze afstand van gebied door Duitschhnd
zon worden schadeloos gesteld met de toe
wijzing van gebied ergans buiten Europü.
Wilson's plan was de geallieerden en Duitsch-
land te polseo over hun bereidwilligheid op
dezen grondslag een vredesconferentie te
beginnen. Iudien de vredesconferentie tot
sta na zou komen en Duitschland haar zou
laten mislukken door te veel te eischen,
bad Wilson beslot:» Amerika tcrstönd aan de
zrjdo der geallieerden in den oorlog te
brengen.
Bad men de dingen toen maar zoo dui
delijk kunnen zien als nu. Want nu kunnen
wij allen zien, wat Europa bespaard zou
rijn gebleven, indien Wilson's poging was
geslaagd. .Veel meer dan de helft der doodeof
zou nog in leven zijn. De mogendheden zou
den zeker elk voor zich met drukkende
nationale schulden ritten; maar niet a>o