No. 20122.
LEIDSCH DAGBLAD, Vrijdag 16 October
Derde Blad. Anno 1925.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
De Reisgeiioofe
Voorioopig Veislag Bnitenlandsche Zaken.
Verscheidene leden gaven als hun mee
ning te kennen, dat de llegeering ten aan
zien van liet buitenlandsch beleid nog
steeds niet die mededeelzaamheid betracht,
welke zonder schade yoor 's lands belang
mogeiijk zou zijn.
Vele ledan hadden met genoegen gecon-
itateerd, dat op de laatstgehouden Volken-
iondsvergadering de Nederlandsche dele
gatie van een gezond initiatief heeft blijk
gegeven. In het bijzonder hadden zij hier
bij op het oog het optreden van den gede
legeerde Loudon en het door hem gedane
voorstel inzake het ontwapeningsvraagstuk.
Gevraagd wetd of het niet gewenscht zou
zijn, dat de Nederlandsche llegeering meer
dan tbt dusver contact zoekt met de Regee
ringen van andere kleine landen, ten einde
gezamenlijk en aan de hand van een be
paald plan het hare bij te dragen lot de
bevestiging van den aigemeenen wereld
vrede en daarbij tevens het oog gevestigd
te doen houden op de bijzondere positie, die
de kleine Staten innemen, en de bijzondere
belangen, die daaruit voor hen voortvloeien
Het gevaar bestaat, dat de invloed van de
kleine mogendheden in den Volkenbond
daalt En het is juist van groot belang, dat
die invloed stijgt. Aangedrongen werd door
vele leden op de voortzetting van 't sluiten
van arbitrageveiöragen.
Meer dan één lid verklaarde te betreuren,
dat bij de samenstelling van de Nederland
sche delegatie nimmer is gegaan buiten de
kringen van diplomalen en geleerden.
Sommige leden brachten opnieuw de
vraag ter sprake of het niet gewenscht zou
2ijn Ned.-Indiö bij den Volkenbond te doen
vertegenwoordigen, doch andere leden ver
klaarden nog steeds afwijzend tegenover dit
denkbeeld te staan.
Gevraagd werd, of de Minister kon me-
dedeelen, hoe het in België staat met de be
handeling van het verdrag tusschen dat
land en Nederland.
De wensch werd uitgesproken, dat de me
morie van antwoord niet zal verschijnen,
vóórdat de Belgische regeering haar ont
werp zal hebben ingediend. Het voeren van
nadere onderhandelingen naar aanleiding
van hier le lande en in Bèlgië geopperde
bezwaren werd, zoo dit nog niet is geschied
den minister dringend aanbevolen.
Verscheidene leden gaven uiting aan hun
gevoel van ongerustheid over de protectio
nistische politiek van andere landen.
Benige loden achten zich, hoe groote
waardeering zij in liet algemeen ook had
den voor den arbeid van den Minister, ver
plicht te conslateeren, dat deze naar hun
meening,' waar het onze economische rela
ties met Duitschland betreft, niet zoodanig
is opgetreden als men na de ten vorigen
jare door hom gedane toezegging had mogen
verwachten.
Gevraagd werd, of en zoo ja, welke stap
pen de Regeering gedaan heeft, om zoo mo
gelijk een einde te maken aan de bevoor
rechting door de Duitsche spoorwegen van
de Dyitsche zeehavens ten nadeele van de
Nederlandsche, door toepassing van spe
ciale, lagere tarieven voor goederen, naar
en van de eerstgenoemde havens te ver-
yoeren.
Sommige leden stelden de vraag, of het
in 's Ministers bedoeling ligt, thans de lot-
stand-koming van een handelsverdrag met
Rusland te bevorderen. Andere leden ver
klaarden nu reed9 hun slem aan een der
gelijk ontwerp niet te zullen kunnen geven.
Gevraagd werd, welke naar 's Ministers
oordeel de grens tusschen Suriname en
Britsch-Guyana is en op welke gronden die
opvatting sleunt.
Algemeen werd de wensch te kennen ge
geven, dat zoo spoedig mogelijk zal worden
overgegaan tot afschaffing van het pas
visum, dat door Nederland en Duitschland
nog van wederzijdsehe ondeidanen wordt
gevorderd.
Ter sprake werd gebracht de intrekking
van een pasvisum, verleend aan den Rus
Rossolapov, op instructie van den Gouv.-
Gencraal van Ned -Indië. Den Minister
werd verzocht le willen helpen bevorderen
dat slechts bij de alleruiterste noodzakelijk
heid door weigering of intrekking van een
pasvisum de toegang tot Ned.-Tndië wordt
ontzegd aan hen, die zich daarheen voor
handelsdoeleinden willen begeven. Dat in
het onderhavige geval van zoodanige aller
uiterste noodzakelijkheid mocht worden ge
sproken, meende men te mogen betwijfelen,
gezien de houding der Britsche autoriteiten,
die wel visum verleenden.
Gevraagd werd of de Minister bereid is
met zijn ambtgenoot van financiën in over
leg te treden over de quaestie der terugbe
taling van Duitsche leeningen, die vóór den
oorlog in ons land zijn geplaatst
Gaarne zou men vernemen, welke het
resultaat is geweest van 's Ministers be
moeiingen inzake de onjuiste voorstelling
in het boekwerk Les armées frangaises dans
la grande guerre, als zouden in Augustus
1914 Duitsche legereenheden over Neder-
landsch grondgebied zijn gelrokken.
Gevraagd werd, of de Regeering steeds
haar volle aandacht gevestigd houdt op
handel en wandel van den hier te lande
wonenden ex-keizer van Duitschland en of
zij over voldoende middelen beschikt om te
verhoeden, dat deze, zoolang hij hier te
lande gastvrijheid geniet, zich inlaat met
aangelegenheden van internationale poli
tiek.
Van verschillende zijden werden klach
ten geuit over de werkwijze van de directie
van economische zaken, en over de totaal
onbevredigende wijze, waarop deze afdee-
ling zich kwijl van dat deel van haar taak,
dat bestaat in het geven van inlichtingen.
Sommige leden zouden gaarne worden in
gelicht omtrent de verdere voornemens der
regeering in zake het vraagstuk van de
ambtswoning van den Minister.
Inlichtingen werden gevraagd omtrent de
noodzakelijkheid van een diplomatieke ver
tegenwoordiging in Egypte.
Verscheidene leden verklaardep zich voor
de opheffing van het gezantschap bij den
Pauselijken Stoel. Onder hen bevonden zich
sommigen, die deze opheffing voorstaan op
principieele gronden. Deze leden achtten
het gezantschap bij het Vaticaan krenkend
voor het Proteslantsche volksdeel. Anderen
vroegen of het Vaticaan nog kan bogen op
den titel van te zijn een diplomatiek milieu
bij uitnemendheid, nu de bijeenkomsten te
G-enève herhaaldelijk de voornaamste staats
lieden en diplomaten in die stad bijeen
brengen. Ook waren er leden, die het ge
zantschap zouden willen opgeheven zien
louter om redenen van bezuiniging. Vele
andere leden verklaarden hun stem aan dit
onderdeel der begrooting te zullen geven.
Opheffing zal alleen kunnen plaats hebben,
indien zou kunnen worden aangetoond, dat
het belang van het geheele volk het voort-
beslaan van het gezantschap niet eischt.
Eenige leden vroegen, of de consulaire
examens niet zouden kunnen vervallen.
Andere leden achtten den eisch van een
doctoraal examen te hoog.
Wijziging Ziektewet
Verscheidene organisaties hebben van
den Minister van Arbeid, Handel en Nij
verheid het volgend schrijven ter beant
woording ontvangen:
In verband met de voorbereiding van een
wijziging der Ziektewet, zou ik gaarne
van u inlichtingen ontvangen over de vol
gende aangelegenheden:
In tal van collectieve arbeidscontracten
komen bepalingen voor met betrekking tot
ziekengeluduitkeeringen, verschuldigd in ge
val van ziekte, van een onder het contract
vallenden werknemer. Gaarne zou ik ver
nemen, wat u betreffende deze bepalingen
bekend is.
In het bijzonder houd ik mij aanbevolen
voor beantwoording der volgende vragen:
Zijn u klachten omtrent de naleving van
bepalingen als hier bedoeld ter oore ge
komen?
Heeft over het algemeen in geval van
ziekte een vlotte uitkeering van ziekengeld
plaats of moet door ziek geworden arbei
ders dikwijls op uitkeering worden aange
drongen?
Op welke wijze worden geschillen om
trent ziekengelduitkeering beslist en ko
men zoodanige geschillen veel voor?
Rijkscommissie Werkverruiming.
De Rijkscommissie-Werkverruiming ver
gaderde dezer dagen onder voorzitterschap
van prof. dr. W. H. Nolens.
Besproken werd de Waterstaatsbegrooting
voor 1926 voor zoover zij betrekking heeft
op de uitvoering van werken, welke voor
de werkverruiming van belang zijn, een en
ander in verband met de passage in de
Millioenennota met betrekking tot de finan
ciering van Rijkswerken. Besloten werd in
een volgende vergadering hierop terug te
komen.
Inlichtingen werden verstrekt omtrent de
plannen van het Prov. Bestuur van Noord-
Holland met betrekking tot de verbetering
van het wegennet.
De aandacht der Commissie werd er op
gevestigd, dat in de toonzalen van gas- en
eleclricileitsbedrijven de producten van de
Nederlandsche nijverheid niet altijd vol
doende zijn vertegenwoordigd. Stappen zul
len worden gedaan om hierin verbetering
te verkrijgen.
Door de commissie werd weder in tal van
gevallen bemiddeling verleend, om te bevor
deren, dat aan Nederlandsch fabrikaat zoo
veel mogelijk de voorkeur werd gegeven.
Bij de vermelding dezer gevallenT)leek dat
nog telkens bestellingen aan het buitenland
ten deel vallen, omdat de opdrachtgevers
niet welen wat als binnenlandsch en wat
als buitenlandsch fabrikaat moet worden
aangemerkt
Met de besturen van verschillende ge
meenten en groote instellingen, welke groo-
tere hoeveelheden kolen en cokes moesten
aankoopen, werd overleg gepleegd om te be
vorderen, dat aan de producten der Neder
landsche nijverheid voldoende aandacht zou
worden geschonken. Veel sleur, vooroordeel
en onwetendheid kan uit den weg worden
geruimd.
Aan enkele ondernemingen, welke van
Rijkswege belemmeringen ondervonden bij
een voorgenomen uitbreiding, werd door de
Commissie bemiddeling verleend.
Circulaire Staatsloterij.
Op de vragen van den heer Staalman be
treffende verlenging van den termijn, be
doeld in de circulaire van den directeur der
Staatsloterij van 18 September 1.1. inzake den
verkoop van loten door collecteurs en col-
lectrice9 onderling, heeft minister Golijn ge
antwoord, dat het hem niet bekend is, dat de
circulaire van 18 September 1925, no. 3-1878
door den directeur der Nederlandsche Staats
loterij aan de collecteurs en collectriccs dier
instelling gericht, velen dezer functionarissen
in groote ongelegenheid heeft gebracht. Hij
meent trouwens, dat die ongelegenheid niet
zoo groot zal zijn, omdat bij die circulaire is
bepaald, dat genoemde directeur gemachtigd
is om op verzoek van collecteurs en collec-
trices toeslemming te verleenen om meer
dan het bij die circulaire loegestane getal
van twintig loten aan ambtgenootcn te ver-
koopen.
Reeds aan verschillenden hunner is dien
overeenkomstig het verkoopen van een groo-
ter aantal loten toegestaan, niet alleen voor
de eerstvolgende, maar ook voor verdere lo
terijen, zoodat te hunnen aanzien door ge
leidelijke vermindering van het aantal aan
ambtgenooten te verkoopen loten het met
de circulaire beoogde cloel zal worden be
reikt.
Ofschoon, zooals uit hét antwoord op de
eerste vraag blijkt, er voor de collecteurs cn
collectriccs gelegenheid beslaat, om door de
in dat antwoord omschreven geleidelijke ver-'
mindering de door bedoelde circulaire te
hunnen aanzien te rijzen moeilijkheden zoo
veel mogelijk te voorkomen, is de Minister
bereid, om de bij die circulaire gegeven voor
schriften eerst toe te passen voor de 441ste
loterij, indien dit door een collecteur of col-
lectrice wordt verzocht. Den directeur der
Nederlandsche Staatsloterij is hiervan mede-
deeling gedaan.
Optieden dei politie te Schoonoord.
Op de vraag van den heer Schaper be
treffende het instellen van een onderzoek
naar het optreden van de politie op 14 Sep.
tember te Schoonoord heeft minister Schok
king geantwoord, dat hem uit een inge
steld onderzoek is gebleken, dat het par
ket te Assen reeds doende was een onder
zoek in te stellen naar het optreden van
de politie (Rijksveldwacht en marechaus
see) in den nacht van 14 op 15 September
1.1. na afloop der kermis te Schoonoord, ais
in de gestelde vraag bedoeld.
In zijn ambtsbericht deelt de officier
van justitie te Assen mede, dat het hein
gewenscht voorkomt, dat tegen do betrok
ken politie-ambtenaren een instructie ge
opend worde. Met dit oordeel kan de Mi
nister zich na van de resultaten van het
tot nu toe ingestelde onderzoek konnis go-
nomen te hebben, vercenigen. Het ligt in
zijn voornemen, te bevorderen, dat liet
rechterlijk vooronderzoek zal loopen over
alle feiten, waarover blijkens de ontvangen
berichten geklaagd wordt.
De resultaten «-au bet rechtorlijk onder
zoek zullen derhalve dienen te worden af
gewacht.
Opsporingsbevoegdheid gouden en
zilveren werken.
Ingediend is een wetsontwerp tot herrit*
ning van de bepalingen nopens opsporings
bevoegdheid met betrekking tot den waar
borg en de belasting der gouden en zilve
ren werken.
In dc memorie van toelichting ^urdt er
op gewezen, dat art 90, twoede lid, der
wet omtrent den waarborg en do belasting
van do gouden en zilveren werken van 18
September 1852 voorschrijft, dat het pro
ces-verbaal wegens overtredingen van dio
wet, behoudens enkele uitzonderingen, door
ten minste twee ambtenaren moet zijn op
gemaakt en onderteekend. Nu echter ui
dezen tijd zuinigheid zoozeer is geboden,
meent de Minister van Financiën, dat hierin
verandering moet worden gebracht. Door
de kleine zaken, waar goud- en zilverwerk
slechts bijkomstig wordt verhandeld, door
slechts één ambtenaar te doen visiteeren,
zal men op de reis- en verblijfkosten be
zuinigen en den vrijkomenden ambtenaar
voor andere diensten beschikbaar kunnen
houden.
De uitkeering aan het Overheidspersoneel.
Gisteren heeft de reeds aangekondigde
bespreking plaats gehad tusschen een com
missie uit de R.-K. Kamerfractie en de
R.-K. Centrale van Burgerlijk Overheids
personeel.
Aan de bespreking, die ruim anderhalf
uur in beslag nam, werd deelgenomen door
de Kamerleden mej Myer cn de heeren
Van Sasse van Ysselt, Van Schaik, Kuiper
en Suring Voor de R.-K. Centrale waren
aanwezig de heeren von Frijtag Drabbo,
Guit, Van den Broek cn De Broer.
Breedvoerig werd aan de hand van offi
cieel© stukken betoogd, dat de Regeering
zelf bij het personeel do verwachting heelt
gewekt, dat in October van dit jaar een
financieele maatregel ten gunste van het
Rijkspersoneel zou worden getroffen cn dat
bij de bepaling van het bedrag dier voor
ziening een factor, van overweging zou uit
maken, zoowel het verloop der middelen
als het indexcijfer op het oogenblik der
uitkeering.
De aandacht werd gevestigd op het feit,
dat de Regeering bij de herziening vun
het Bezoldigingsbesluit de Centrale Com
missie voor georganiseerd overleg wcnscht
te binden aan het bedrag van drie millioea,
waardoor herziening feitelijk onmogelijk
-wordt en het overleg niet tot resultaat kan
leiden.
Resultaat der bespreking was, dat de
commissie zioh bereid verklaarde in do
fractie een Yegeling te bespreken, waar
door zoowel het standpunt der Regcering
nis de wensch der organisatie tot hun recht
zouden kunnen komen.
Uit den aard der zaak kon de commissie
geen bindende toezegging doen.
Afschaffing Verdedigingsbelasting IL
Verschenen is het wetsontwerp tot af
schaffing van de verdedigingsbelasting II.
Ter toelichting van het ontwerp verwijst de
Minister van Financiën naar de nota be
treffende den toestand van 's lands finan
ciën.
Hel stempelen van eieren.
Dinsdagmiddag is op het Departement van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw een bij
eenkomst gehouden van vertegenwoordigers
der Regeering met belanghebbenden bjj den
eierenhandel, ter bespreking van wat moet
worden gedaan in verband met de plannen
der Engelsche regeering in zake het stem
pelen van eieren.
In totaal waren ongeveer 30 personen
aanwezig, vertegenwoordigend o.m. de vol
gende organisaties: Beurs voor den Eieren-
handel, Aig. Ned. Pluimvee-vereeniging,
10. P. G, to Enschedé, Ohr. Boeren- en
Tuindersbond, G. 0. Bond van Bierhande
laren, Vor. van Bierhandelaren Bar nevoid
0., Rotterdamsche Grossiersvereeniging,
Eiermijn Roermond, Nod. Pluimveefederati^
Tilburg, Kon. Ned. Lnndbouwcomité, Gel-
dersche Eicrveiling, R.-K. Boeren- en Tuin
dersbond, Ver. ter behartiging van de b>
langen van don eierhandel in N.- en Z.-
Holland, cn Noord-Ned. Coop, te Leeuwarden.
Deze vergadering werd geleid door den
Jiecr Kakebeeke. Medec waren aanwezig de
Heeren Mcnsholt van de afdeeling Handel
en een vertegenwoordiger van den Mnis'.er
van Arbeid.
Een algemeen debat over het al of met
wenseheljjke ven het stempelen, waarbij zoo
wel voor- als tegenstander het woord voerden
kon de klove tusschen beide richtingen niet
ovtrbruggon. De Regeering zal ton slotte
moeten overwegen, wat ze, gehoord de cio-
batton, zal doen. Voor het geval de Regeering
tot do wederindiening van eon stempeltje
mocht overgaan, sprak:n enk.de vertogfn-
woordigers zch uit voor zoo'n wet, on
afhankelijk van wat Engeland in deze zou
besluiten. De meerderheid wenscht© het ver
band met de Engelsche plannen echter niet
te verbreken eo verzocht een bepaling, dat
de Nederlandsche wet in werking zou treden
tegelijk met de Engelsche bepalingen.
De heer W. J. Kudde, te Devonter, ves-
tigdo do aandacht der Regeoring daarbij
op een bericht, waarbij do verwachting werd
uitgesproken, dat do Engelsche wet eerst
geruimen tijd na 1 Januari 1926 in wer-
zou treden, wolk bericht hem bg informatie
te Londen werd bevestigd.
Nog word breedvoerig gediscussieerd naar
aarleiding van een vera>ek van de Coop.
Eierveilingen te Roermond, Leeuwarden en
Enschedé, om Regeeringpmaatregclen legen
het feit, dat koelhuisoieren voot versche
worden verkocht.
De eierhandel nam tegen dit verzoek
krachtig stelling en gaf te konnen, dat de
handel zonder overheidsinmenging tegen deze
fraude wel zou kunnen optreden.
De heer Jansen, Amsterdam, secretaris
van de Ned. Eierbeurs, verwees naar markt
berichten en weekoverzichten, waaruit bleek,
dat de handel voor gespeculeerde eieren
niet denzelfden prijs betaalde als voor ver
sche eieren.
Het resultaat dor discussie waa, "dat de
vertegenwoordigde organisaties gezamelgk
zullen streven naar oen bescherming van
den naam van het Nederlandsche ei, spe
ciaal in het buitenland, op den grondslag
als met het Iersche ei geschiedt en zonder
inmenging van de overheid. Namens de Re
geering werd verklaard, dat ten deze oen
afwachtende houding zal worden aangename».
Echter werd de moreel© steun der Regeering
bij dit stroven toegezegd.
Binnen weinige maanden kan een bijeen
komst tegemoet worden gezien, waarin regels
zullen worden vastgesteld om alle bedrog
in den eierenhandel togen te gaan.
Bezuiniging op de Bnrgerwachten.
Naar ,,De Tel." verneemt, heeft do Mi
nister van Binnenl. Zaken en Landbouw
aan de burgemeesters medegedeeld, dat de
burgerwachten over het vierde kwartaal
1925 aan oefeningsgelden slechts aanspraak
kunnen maken op ton hoogste 4/5 gedeelte
van het bedrag, dat over hetzelfde kwar
taal van 192-4 in rekening is gebracht.
De opheffing van de School voor Bouw
kunde, Versierende Kunsten en Wetenschap
pen te Haarlem, zal dit jaar nog niet ge
schieden, maar de Minister heeft den direc
teur bericht, dat hij geen nieuwe leerlingen
meer moet aannemen. Het is het voornemen
bij opheffing van de School de leervakken
over te brengen bij de Academie voor Beel
dende Kunsten te Amsterdam.
De Raad van Rotterdam besloot tof
hernieuwde vaststelling van de verordenin-f
gen op de heffing en de invordering eener
belasting onder den naam van „zakelijke
belasting op het bedrijf".
Bij de opengestelde inschrijving op de
de 4l/»-pCt - leening, groot f 8 millioen, ten
laste van de gemeente Groningen, is voot
een bedrag van f7,525,000 ineschreven.
(Uit 't Fransch van GUY CI1AN1EPLEURE).
Geautoriseerde vertaling van W. H. C.
61)
16 iMaart.
Willem heeft me-een stapel gc-ld gebracht.
Ik zei:
Wat wil je, dal ik met al dit geld doe?
Wel, net wat je er mee wilt doen,
Phylleke.
Nolans Baudin daclii, dal het je aange
naam zou zijn, van af heden die som te
hebben.... Trouwens, niets is gemakkclij-
:cr dan in het bezit te komen van een bij
openbaar testament toegewezen fortuin.
Heb je met no'aris Baudin gesproken
over dc lijfrente voor mijn arme, oude juf-"
frouw Ribes?
Ja. dat is In orde
Daar ben ik blij om.... Notaris Bau
din is heel vriendelijk en jij ook, Willem.
Geldzaken zijn voor mij nooit eenvoudig.,
en mijn liefste wensch is om me cr nooit
mee te bemoeienWat een geluk toch
om in de macht van een echtgenoot te zijn
en alleen maar te behoeven onderteekcr.en
zonder ic lezen.
't Is altijd verkeerd om te onderteeke
nen zonder te lezenten minste in be
ginsel.
De bankbiljetten lagen-op tafel, naast me.
Ik weet niet waaraan ik zooveel geld
zou kunnen besteden.in elk geval nu
niet. Ik geloof, dat we on9 leven anders
moeten gaan inrichten.
Ons leven? zei Willem; maar ik heb
niet geërfd.
Ik, dat ben jij0, Willem, als dat
forluin me in één opzicht een werkelijke
voldoening heeft geschonken, dan is het,
omdat ik
Omdat wat?
Omdat ik je niets meer zal kosten.
Je bent zoo goed, zoo edelmoedig voor me
geweest.
Terwijl" ik, zooals altijd, weer onnaden
kend sprak, begreep ik, dat wat ik in een
zoo natuurlijke opwelling van mijn hart zei.
onhandig was geweest.
Hij haalde lichtelijk zijn schouders op.
keek me koel aan en ging. zonder een woord
te spreken, aan zijn bureau zitten.
Ik kwam bij hem staan.
Willem, heb ik je verdriet gedaan?
■*- Jaheel veel.
O. wat spijt me dat wat spijt me
dat.. 't Was heusch mijn bedoeling niet.
Hij zweeg steeds, thans net doende of hij
geen acht meer op me sloeg en in papieren
bladorde. ailsof hij iets heel ge wichtigs en
onvindbaars zocht.
Willem zei ik met beslistheid, ik weet
niet en begrijp niet waarom, maar het
schijnt, dat je boos bent wegens-heigeen er
is gebeurd en dat het je hindert. Mocht je
het wenschen, dan zou ik al dat geld, waar
aan ik nooit heb gedacht, kunnen weige
renIk geef er niW om, rijk le zijn, als
je het onaangenaam vindt helzelf te zijn, of
wel. dat ik het ben.
Willem keerde zich naar mij. toe. Met
een plotselinge beweging legde Ijij zijn nu
ontroerde gezicht op mijn handen en ik
roeide, dat zijn lippen trildtenToen hief
hij zijn hoofd weer op en glimlachte:
Neen, kindMcf, voor niets ter wereld
zou ik willen, dat je afzag van de nalaten
schap van juffrouw Arguin.En je weet,
dat een vrouw een erfenis noch mag wei
geren, noch aanvaarden zonder toestem
ming van haar man.... Misschien geef je
er thans niet om, rijk te zijn, omdat je zoo
vatbaar bent voor indrukken van hot ©ogen
blik en omdaMe toewijzing van dial fortuin
plaats greep onder omstandigheden, die je
gevoeligheid schokten, omdat je wat ont
roerd en wat in de war bent en vooral om
dat je nog niet goed begrijpt, over welk een
macht je door dat fortuin zult kunnen be
schikken. Maar weldra zafl je er anders
over denken. Men geraakt er gauw aan ge
wend „rijk te zijn", zooal9 je "het noemt.
En je znlU weer kunnen genieten van een
ieven van weelde, van elegantie, van genoe
gens, waarvoor je nu een maai geboren
bent! Dan is er nog iets, wat we geen van
beiden mogen vergeten, dat is de innige
wensch, de uitdrukkelijke wil van je pleeg
moeder, zij heeft hot me zelf aoht dagen
vóór haar dood gezegd dat dit fortuin
voor jou bestemd was. Door het testament
van juffrouw Arguin te aanvaarden, voldoe
je aan den wensch van je pleegmoeder,
Phyllis-.En daar ik, evenals aJle Bre-
tagners, wel eens mijn mystieke oogenblik-
ken heb, kan ik er niets aan doen wel eens
te denken, dat, nu je geen geldzorgen meer
heht en je toekomst verzekerd is, zij nog
meer in vrede zal rusten.
Ik had al geen geldzorgen meer.
Zeker, betrekkelijk.... Maar hoe
veel ontbrak je toch nogl O, dat weet ik
maar al le goed! Vergeet niet, dat ik slechte
mijn salaris heb. En als me eens iets
overkwam? Ik heb wel voor een JevensveT-
zekering gezorgd, maar.
Ik moet zeggen, je bont wel vroolijk,
riep ik uit.
En ik begon le huilen.
Maar, meisje, wat ben je toch zenuw
achtig! zei Wi'Meon.
Maar hij trachtte niet me le troosten,
26 Maart
Ik geloof, dait Willem een beetje wroeging
heeft over zijn knorrigheid.
Phylleke, wat heb je er eigenlijk aan,
om een rijke Vrouw le zijn?.... Ik wou
zoo graa* eens een wensch van je hooren..
Nu, goed dan, zei ik. Er is iels, dat ik
al lang wensch.... Mijn pleegmoeder wil
de er niet vain hooren, omdat zij er bang
voor wasZou ik een auto kunnen krij
gen, oen eigen autoen heel gauw?
Wel zeker Daarvoor is het geld
ten minste goed, dat je bijna alles er voor
kunt krijgen en gauw ook.
Natuurlijk wil ik een Palain heb
ben. Wil jij een goede voor me uitkie
zen, Willem? Ik wil een heel gemakke
lijke limousine hebben.... en van veel
paardekracht om in den komenden
zomer mot jou op reis te gaan.
0, ik.maar, kindlief, ik heb voor
reizen geen tijd.ik moet werken. Maar
van al morgen zal ik voor je auto zorgen.
Hij vroeg welke eoort carrosserie ik hel
liefst had.... Ik hoop maar, dat we toch
samen op rei9 zullen gaan.
28 Maart.
Hij werkt hard, dal is waar, te hard en
dat zich overwerken maakt hern zenuw
achtig Iïij ziet er vermoeid uit....
bijna of hij ziek is.
Gisteren telefoneerde men mij, dat hij
niet thuis kwam om te eten en den gan-
schen nacht ra de fabriek zou blijven, fle
sliep geen twee uren en jk haalde me ver
foeilijke dingen in mijn hoofddie ük
met eens wil opschrijven.
Vanmorgen, toen ik om tien uur in cte
eetkamer alleen zat te ontbijten, is hij
thuis gekomen, heel bleek, heel vermoeid
en met schitterende oogen.
Ik snelde met een onwillekeurige hevig
heid naar hem toe.
O, Willem, doe dat nu niet weer.
'1 Is heusch genoeg, als je den ganschen
dag werkt.... en dan nog 's nachts niet
eens thuis te komenl
Zijn vermoeide trékken verhardden zich
en werden treuriger.
Wat kan het je toch schelen of ik niet
thuis ben. terwijl je slaapt? vroeg hij me<t
een ironisch gezicht, waaraan ik zoo'n
hekel heb. Ate mijn niot-thuis-komen je niet
le voren was gemeld, dan zjou je er zeif9
niete van hebben geweiten
Als je thuis bent en ik slaap, zei ik
zachtjes, dan zie ik je wel niet.maar ik
voel, dat je er bent.en ik 9laap ru9tig.
Lichtelijk haalde hij zijn echou/devs op en
toen veranderde hij van toon, terwijl zijn
oogen weer schitterden.
Ik kon onmogelijk thuis komen....
O, Phyllis, ditmaal, ditmaal.... werd het
kleine schijnsel een zegepralend licht...,
ditmaal geloof ik tc hébben gevonden; erin-
deflijk, eindelijk!
Ik uillte eeri kreet van vreugde.
Wat vind ik dat heerlijk!En jij
bent rvu zeker ook heel gelukkig, niet
waar?
Vaag en in weerwil van mezelf dacht ikr
„Al9 je heel gelukkig be«t, dan zal je on
getwijfeld ook weer heel goed zijn,...
Daar zou ik Wij om zijn-
(Wordt vervolgd).