„Een beetje geel, een tikje rood". Van alles Wat. CORRESPONDENTIE. ^5: genoeg om die juffrouw en Grietje ten slotte weer te bevrijden, ai had hij genoten van rijn kwajongensstreek. Maar terwijl hij dit alles bedacht, gebeur de wat zij vreesden en toch eigenlijk ver nngden: het touw knapte door en de deur van nummer -f6 vloog open, omdat er juist op dit oogenblik weer eens heel hard aan gerukt werd. Een jonge meneer stoof naar buiten cu in hun vaart om weg te komen, botsten de i jongens juist tegen hem aam. Hij viel bijna over Ab en schold dadelijk SchavuitenM'n moeder is heel ziek en wilde hiernaast den dokter opbellen, maar door jullie dollen streek zou 't wel eens te laat kunnen zijn!" Meteen liep hij weg en ging naar num- Vjer 44, maar ook de juffrouw had willen telefoneeren om de politie te waarschuwen. I Ook de juffrouw en Grietje kwamen nu naar buiten en zagen de twee jongens, die afdropen. Op den hoek stond Dirk te kij ken naar wat er gebeurd was. Toen ze de gezichten van de juffrouw en Grietje zagen, lachten ze alle drie... maar 't duurde slechts even. de échte pret was er af. „Als die moeder eens dood ging?" Die gedachte overschaduwde alle jolig heid en een beetje bedrukt vertelde Jaap aan Dirk wat de jonge meneer gezegd had, terwijl hij zoo haastig -t huis uit kwam. ,,0, 'k dacht, dat^ie jullie een pak slaag wilde geven 1" zei Dirk. ,,Had-ie dat maar gedaan eigenlijk hebben we 't dubbel en dwars verdiend!" vond Ab schuldbewust. ,,Ik dacht alleen aan de pretzei Jaap en had een hekel aan zichzelf, maar hoe kon je nu ook bedenken, dat er iets ergs kon gebeuren door zoo'n grap en heusch... daar dacht je nooit over, terwijl je 't deed... toch was 't akelig, hoor! Ze hadden nu alle drie wat spijt van dat deurtjes-vastbinden en betreurden het, dat het niet bij het „zoeklichten" was geble ven. Er was evenwel niets aan te doen, 't was gebeurd en niet meer ongedaan te maken. Ze gingen naar huis en waren dien avond zóó bedaard, dat Jaap's moeder er verwonderd over was, want meestal kwa men ze thuis met verhalen over alles wat ze uitgevoerd hadden. Ditmaal konden ze -t niet als een helden daad beschrijven en daarom zwegen ze maar liever en ook, omdot se niet heelemaal ge- 'rust waren. Den volgenden morgen gingen ze alsof 't vanzelf sprak eens kijken naar nummer 46 in de LÏan. Er was niets bijzonders aan 't huis te ziengelukkig leefde die moeder dus nog Die gedachte vloog onmiddellijk door Jaap's hoofd en hij vond het een heele rust dat te weten. Hij zei zachtjes tot de anderen: „D'r is toch niets gebeurd, ai heeft hij niet dadelijk dien dokter kunnen opbellenDaar ben ik blij om, hoor!"- De anderen knikten en even was 't stil tusschen hen drieën, terwijl ze nadachten over wat had kunnen gebeuren. Toen zagen ze Grietje aankomen en dat verdreef in eens hun gedruktheid. Juist vóór ze naar binnen ging, riep Ab ondeugend „Zijn de inbrekers gesnapt?" Grietje verwaardigde zich niet antwoord te gevenzo herkende de bengels van den vorigen avond en deed met een smak de deur toe. Toen liepen ze weer naar huis en er werd besloten aan den meneer van nummer 46 een briefje te schrijven. Daarin werd excuus gevraagd voor de belegering en den wensch uitgesproken, dat meneer's moeder er geen schade dooc geleden had en dat zij weer beter zou wor den, en medegedeeld, dat het hun speet-, dat ze meneer juist op dat oogenblik lastig waren gevallen, 't Briefje werd 's avonds in de bus gestopt, toen het schemerdonker was en ze keken alle drie even ernstig, ter wijl Jaap 't met een wat plechtig gebaar uit_zijn zak haalde en in de bus schoof. Nooit hebben ze er iets op gehoord. „Hij zal 't wel"gek gevonden hebben.!" zei Jaap later, maar 't kon hem niets sche len hij had immers zóó weer goed willen paafeonnadenkendheid mée- ischien verkeerd had gedaan. En nadat 't briefje geschreven was, hadden ze afge sproken, dat ze in 't vervolg maar niet meer ■."■uren zouden vastbinden. .,Je kunt toch nooit weten, wat er achter ê-beurt!" meende Ab. „En wat er van komt!" vulde Jaap aan. De koningin der elven geeft een Imsfrijk zomerfeest zooafe er in het heele land nog nooit een is geweest! De bloemenkinderen wijd en zijd in veld en Bosch verspreid, zijn uitgenoodigd tot 't festijn, het wordt een drukke tijd! Geen bloempje vindt zich mooi genoeg dat 's zeker en gewis het stoof zoo veel, het was zoo warm, geen kleedje is meer frisch. Gelukkig is het elvenvolb, als altijd bij de hand; met een palet vol kleuren trekt -het ijv'rig door het land. Een beetje geel, een tikje rood _en hier een veegje blauw, zoo prijkten al de bloemetjes in veld en bosch weer gauw Met kleuren frisch en tinten fijn ter eere van het feest en nooit nog is de zomertijd zoo heerlijk schoon geweest HERMANNA. (Voor Meisjes). Wat men van leege eierdoppen maken kan. Bloemhangertjes. Prik een gewoon kippenei van boven en van onder met een naald door. Blaas het vervolgens voorzichtig uit. Haak hierom heen nu met roode zijde eea netje van stokjes en kettingsteken, dat juist groot genoeg is om de helft van het overeina staande ei to bedekken. Neem nu van den bovenkant een zoogenaamd „hoedje" af- Bevestig dezen fraaien hanger door middel yaa-drie .fijne eoatai-dec koordje* sm toev- ringsteken aan de zoldering van je poppen- kamer. Vul ten slotte den hanger met mos cn kleine bloempjes of plantjes. Een ander soort bloemenhanger krijg door een ei met een flinken slag in het mid den stuk te slaan en wit en dooien er uit te laten loopen. Is de leege schaal droog geworden, dan neem je er de ééne helft van, haak er een netje van groene rij om en vul het eveneens met mos en kleine plantjes of bloempjes. Je kunt het nog aardiger maken door er fijn gras uit te laten hangen. Natuurlijk moet ook dit alvorens het gevuld wordt van koordjes worden voorzien. Jukie hebt zeker ai begrepen, dat deze week de kindercourant Donderdags ai zóu komen, daar S Oct. op Zaterdag vaR en er dap geen courant komt. Ik moet mij deze keer dus wat haasten en kaai daarom mis schien niet zóó uitvoerig antwoorden ais sommigen wel zouden wensahen. Ais jullie dit leest, beai ik al in Leiden en blijf er tot Maandagmorgen. Laten we allen met elkaar hartelijk hopen en wensahen dat het 3 Oc tober mooi droog weer zai zijn voor alle feestelijkheden den geheelen dag. Ik wensch afien heel veel plezier en ik zal het heel aardig vinden, ais ik eamge van mijne raadseljeugd zal zien. Wie mij ziet zander dat ik het roest, mag mij gerust even komen begroeten, heel1 aardig, ml tk diart randen. Annie van Leeuwen, dank voor je mooie briefkaart uit 'sAJnavenfflande, p-wttig dat je mij toOb een groet stoorde nu je deze week niet mee kont doen. Iiem de Graaf, dat begrqp ik, dat bet Schuttersveld belaas allemaal pteosem rul len zijn, het (beeft ook Bar veel geregend den kaatsten tijd; fiê ate het nu Zaterdag xHaar niet zegent, Louis de Hertogh, ja, de een wmdt een vrooHjk grappig veahaad hert mooiste en een ander heeft liever iets amstigs, daarom staan er gelukkig ook verhaten van aüeitei soort in de kindercourant, dart is bet beste. Johcm Imrrronk, je bent zraj Vffttec. Jacobus Brouwer, eveneens wetbom voortaan. Conté van Leeuwen, je moet niet al je mooie plaatjes aam mij sturen, dat is jam mer. Dat is een grappig boek, vindt je met, dart je nu aan bet toen. bent. Hannie Mieloo, weet je nog van bet pat. tret uit de kindercourant boe ik er uitae, kijk dan maar goed boor, en ik heb een bruinen mantel aan en een bramen 'hoed op. Jopje Waldkofcter. vreesehjk jammer voor je, dart je poesje niet terug is gekomen, mis schien is het beestje, wel ergens heel goed aangeland en wist het den weg naar jouw huis niet terug te vinden. Nellie Broers, wat je mij vraagt, heeft toch heusch eens duidelijk: in de contant ge staan, ondier mijn portret, hermmer je je dat niet? je ttóbt unij toen ook nog gefeliciteerd, M-icirela en Lena de Vleeshouwer, wat een grappige anecdote stuurde je mij daar, ik zal die zeker eens plaatsen. Emanuel Eljou, zorg dan nu voortaan maar, dat de courant niet zoek raakt, dan kan je de raadsels weer trouw oplossen, zoo- als je gewend was. llarie, Piet en Lena, Kükier, gaan juSie goed naar mij uitkijken'? als je diam meent diat je mij hebt ontdekt, kom dan maar even naar mij toe, behalve als ik bijvoorbeeld in een traim zat en julfie op straat loopt, dtan kan het niet. Betsy de Graaf, van af 7 October, mag je natuurlijk bij de grooteren behoaren. Be feli citeer je nu vast met je verjaardag. Stuur liever eens een raadsel in dat anders is, van, dit raadsel vind1 ik de opga/we van de eerste lettergreep minder aangenaam voor som mige mensohen. Coba Bergmagi, waar was dat feest verle den Zaterdag toen al voor 3 October schreef je, dat begrijp ik niet goed, het nas toen toch pas 26 September, het feest voor 3 October moet nog komen. Louis Hartkamp, als er feestelijkheden daar achter, je buis,op ihet land zijn,.kan je alles, jhtael' gamafcfceiülg «k ffiedf. Stoft- SlyÜsÉ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 15