Dr. J. SGHOKKING No. 20028. LEIDSCH DAGBLAD. Zaterdag 27 Juni Derde Blad. Anno 1925. OE „FOIRE VAN SAINT-GERMAIN". VOOR DE HUISVROUW. Stemt Woensdag 1 Juli op No. 1 van I ij s t 14 den Candidaat der Chr. Historische Unie FEUILLETON. De Hand met het Litteeken, P BUITENL. WEEKOVERZICHT. Veiligheidspact binnen- landsche onzekerheid over al 't koloniale vraagstuk. Veel, zeer veel is er geschreven en ge praat over het veiiigheidspact. Gelukkig was daarbij nog niets, dat ernstig gevaar zou kunnen doen ontstaan voor een volslagen mislukking, ai kan niet worden ontkend, dat reeds zeer veel ook in zich draagt ae sporen van een niet-aanvaarden, gelijk het plan de campagne geworden is na het Fransch-Engelsche, feitelijk Fransche ant woord op het Duitsche aanbod. Zelfs Qham- berlain heeft in een weinig nieuws gevende, in menig opzicht, vage verklaring in het En- gelsche Lagerhuis nog eens duidelijk doen uitkomen, hoe men pas in het beginstadium is van de besprekingen. Hoe vaag zijn ver klaring overigens ook was, er sprak tevens o.i. uit, dat ook Chamberlain of wil men liever de Engelsche regeering nog gaarne wel het een en ander anders zou willen zien. In Duitschland. waar de regeering thans dmk gewikkeld is in binnenlapdsche moei lijkheden van economischen aard als een tariefwet, verhooging van rechten enz., ls men nog druk bezig de nota te bestudeeren en die studie zal ook nog wel niet direct zijn geëindigd Aan Frankrijk zijn reeds eenlge nadere gegevens gevraagd en deze zijn ge geven. De atmosfeer schijnt geschikter te wor den voor een compromis door het feit dat Frankrijk medio Augustus wil overgaan, naar het lijkt, tot ontruiming van het Roer gebied, iets, waartoe het trouwens verplicht k', daar deze ontruiming geheel afhankelijk is gesteld van een nakomen der Dawes-plan- nen. En dat Duitschland deze nagekomen is, werd nog onlangs officieel door de Commis sie van Herstel vastgelegd. Niettemin geelt die ontruiming heel wat opluchting en ais de ontwapeningsgeschiedenis nu ook nog gauw lot een bevredigende oplossing zou kunnen worden gebracht, dan leek de atmos feer wel bijzonder helder en geëigend om za ken te doen, als het Duitsohe veiligheids pact-aanbod bedoelt, dat houde men goed m 't oog. Of in Frankrijk het kabinet-Painlevé ech ter pog wel de besprekingen verder zal voe ren. is twijfelachtig, daar de breuk tusschen cartel en socialisten nog altijd gaapt. Welis waar heeft JPaiiïlevé in een rede over het Fransche standpunt inzake Marokko, waar- bi] hij op de socialisten een zeer ernstig be roep deed, nogmaals gezegevierd en werd de officieele breuk voorkomen, maar daar mee is hij nog lang niet safe. In de eerste plaats blijft Marokko voor de socialisten, be stookt als ze worden door de communisten, een zeer la9tig en netelig vraagstuk en kan ieder oogenblik opnieuw iets plaats vinden, dat de Marokko politiek op den voorgrond brengt. De oorlog is toch immers lang niet uit, integendeel heeft het er alle schijn van, dat deze nog pas is begonnen. Successen hebben de Franschen niet; met veel moeite houden zij zich staande kapitalen zl]n er reeds mee gemoeid en de franc blijft in. dalende lijn. Een verdedigingsoorlog, zegt men officieel; een koloniale ooTlog is het van socialistisch standpunt bezien en die term zegt voldoende. En in de tweede plaats zijn er de finan- cieele plannen van Caillaux, waarover ern stig verschil van meening heerscht. Veel tijd om naar een compromis te zoeken heeft men niet bovendien, gelet op de haast, die vereischt wordt voor het eindelijk goedkeu ren der begrooting voor dit jaar. Zijn de postambtenaren al niet in verzet gekomen, al duurde hun staking slechts kort? Het is zeer de vraag, of de socialisten wel met Caillaux' plannen zullen kunnen meegaan. Dus al zou Marokko niet scheiden aan nog dreigt Caillaux. Een breuk in het cartel, officieel geconstateerd, zal Painlevé moei lijk kunnen doen aanblijven. Of, als hij eens van 't tooueel verdween, voor Briand de weg open zou zijn, met Caillaux naast zich in een meer naar rechts georiënteerd ka binet? Al is Painlevé's verder meepraten in het veiligheids pact dus ongewis, er is een nieu we „medeprater" gekomen, doordat in Bel gië een kabinet-Poullet tot stand is ge bracht met den socialist Vandervölde als minister van buitenl. zaken. Deze zal onge twijfeld een duit in het zakje willen doen, ook om op een aanval van zijn voorganger Jaspar een daadwerkelijk antwoord te ge ven, en die duit zal denkelijk een bijzonder Engelschen aanblik toonen, hetgeen het al gemeen aspect er niet minder op maakt. De regeeringsverklaring, waarmee het democra tische ministerie-Poullet voor de Belgische Kamer is getreden, was overigens zeer ge matigd, zelfs zoo, dat de oppositie erg boos is, dat haar niet meer gelegenheid lot aanval is gegeven. Poullet schijnt vooreerst dan ook safe tot in 't najaar groote binnen- I landsche kwesties zullen komen aanklop pen en bij het socialistische feest (40-jarig bestaan der partij) kan daarom hoog van den toren worden geblazen. Inzake de Chineesche affaire is er voor de Westersche mogendheden met Japan nog allerminst aanleiding voor dit laatste. De situatie is allesbehalve opgeklaard. Meer en meer treedt naar voren dat het werkelijk China's bedoeling is, los te komen van het juk der economische overheerschers met hun talrijke voorrechten waarbij het speciaal i blijft gaan legen Engeland en Japan. Een i oplossing zal heel moeilijk zijn, daar de gu- bc-urtenissen feitelijk met de hoofdkwestie al bitter weinig uitstaande hebben. Boven dien nemen die gebeurtenissen een zoodam- gen vorm aan'door molesteeren van offi cieele Japansche personen als anderszins dat er voor Japan niet zoo heel veel meer behoeft bij te kómen om alle aanleiding te hebben voor een gewapend ingrijpen Van oorlog kan moelijk sprake zijn, gezien de krachtsverhouding. Zoo Japan niet be vreesd was te veel op de vingers te worden gezien door Amerika, zou het o.i. al wel zoover gekomen zijn. Maar hoe zal op zoo'n optreden gereageerd worden in de Chineesche binnenlanden, waar men allen steun van sovjet-Rusland kan verwachten en hoe zal verder in Azië, Afrika etc., in alle z.g. koloniën de stem mingen zich toespitsen. Zoo ooit, dan zal het koloniale vraagstuk binnen afzienbaren tijd in al zijn geledin gen aan de orde worden gesteld algemeen en uit noodzaak. Vrij algemeen is overigens de toestand binnenslands- vrij critiek te noemen. Enge land zucht 'zwaar onder de malaise en ziet als sombere dreigwolken conflicten in mijn en spoorwegnijverheid al nader en nader komen. De loonen in deze bedrijven zijn slecht, maar de bedrijven zelf staan zeer slecht.Het is eens weer een pracht pro- paganda-middel voor het communisme, dat daarvan dan ook gebruik maakt. België heeft zijn arbeidsconflict in de melaal-nij-- verheid en Griekenland heeft opnieuw een revolutie in zak-formaat doorleefd. De mili taire elementen, die daar den boventoon voe ren, hebben het noodig geoordeeld, de regee ring van Michalakopoelos ten val te bren gen. De totdusver bloedeloos verloopen coup d'état draagt een nationalistisch karakter van republikeinschen vorm, maar de bewe ging heeft zich nog niet voldoende afgetee- kend, om de gevolgen reeds te kunnen over zien. Ieder jaar schijnt Oud-Hellas toch zijn re volutie te moeten hebben, naar het zich laat aanzien: 1922 1923, 1924; 1925 ontbrak nog. 't Is nu in orde. Wie in deze dagen naar Parijs komt om-de groote tentoonstelling van de „Arts Décora- tifs" te bezoeken, waar te bewonderen is wat de moderne tijd voor schoons biedt op het terrein van toegepaste kunst, moet vooral niet verzuimen als tegenstelling met al die moderne kunst, even een kijkje te gaan ne men op hét groote plein voor de kerk Saint- I Sulpice. Want daar zal hij vinden de herle- ving van de grijze oudheid, van den tijd onzer voorvaderen. Daar wordt gehouden een soort markt, een soort „kermis", indien men het liever zóó noemen wil, die al da- teert van uit de middeleeuwen. Een van de j Fransche koningen stelde die markt toen in. j ten bate van de monniken van Saint-Ger- main vandaar den naam. (De abdij van j Saint-Germain, waarvan nu nog maar al leen de heel oude kerk over is, de oudste kerk van Parijs, bevond zich namelijk op 5 minuten afstand van de St.-Sulpice-kerk). Daar vond men indertijd, zooals oude kro nieken beschrijven, „een staaltje van alle wereldwonderen te samen". Daar kwamen inderdaad van heinde en verre, niet uit Frankrijk alleen, maar tot uit Ooslersche landen zelfs, de kooplui hunne schoonste waren tentoonstellen en te koop aanbieden. En daarheen trokken uit alle streken van Frankrijk, en uit alle landen van Europa, en van verder nog, niet alleen vakmenschen, als zilversmeden, juweliers, borduurders en boekbinders, maar ook gewone rijke burgers en kasteelheeren, en zelfs koningen, die daar eensdeels kwamen om handel te drijven, anderdeels om er inkoopen te doen, om er edelsteenen te koopen, kunstvoorwerpen, schilderijen en kostbare sloffen, waarmee ze hunne huizen sierden, hunne kasteelen en paleizen. Daar, op die markt van Saint-Germain was het ook, dat het Fransche theater zijn hoogtij vierde. Daar is zelfs ontstaan de nu nog beroemde „Opéra-Gomique" van Parijs, evenals het „Thé&lre de l'Ambign", en het "Marionetten-theater. Veel van de theater voorstellingen werden in de open lucht ge houden. En hier en daar, op eenvoudige planken stellages stonden de minnestreels en dc vèrtellers, en droegen daar hunne zan gen en liederen voor. En natuurlijk waren daar ook de tenten en kramen, waar voor de meest uitgezochte spijzen en dranken gezorgd werd. Op een kermis, die door koningen en edellieden be zocht wordt, mag het inderdaad aan niets ontbreken I Vanaf de middeleeuwen bloeide die foire de Saint Germain. En eerst door de Fran- "sche revolutie, die een eind maakte aan de macht en de pracht van koningen en edel lieden, raakte de markt in verval, raakte aan het kwijnen, en in 1806 hield ze ge heel op te bestaan. Het terrein, dat eeuwen lang gereserveerd was gebleven voor deze ^vonderschoone wereldmarkt, werd nu het eigendom van de stad Parijs, die het een voudig omvormde tot een keurig groot plein met een mooie fontein in het midden. - Zoo bleef het plein daar liggen, meer dan honderd jaren lang, en nog slechts in kro nieken en geschiedenisboeken vond men de herinneringen terug aan de eertijds wereld beroemde markt van Saint-Germain. Tot voor eenige jaren een energieke en oudheidlievende „maire" van Parijs, het initiatief nam om die oude markt te doen herleven. Niet echter in dien geest, als ze in onzen tijd zou zijn geworden, indien ze was blijven bestaan, was blijven doorleven, en noodzakelijkerwijs zich zou gemoderni seerd hebben; maar in den geest zooals ze was in haar groolsten bloeitijd, tijdens de regeering van Lodewijk XIII. En zijn idee is wonderwel geslaagd. Als men op het plein van de Saint-Sulpice de oude middelecuwsche ingangspoort is door gegaan, staat men ineens in een omgéving van vele eeuwen terug. Overal tenten en kramen, waarin voorwerpen uit vroeger tijden worden te koop aangeboden, oude gouden en zilveren sieraden, oude kant. oude stolfen, oud borduursel, oude meube len, oude tinnen gebruiksvoorwerpen, oud bewerkt leer, oude gebeeldhouwde meubels, oude fijn-versierde wapenen. Een speciale afdeeling is de ..afdeeling van het boek", waar een pracht-collectie oude werken bijeengebracht is, oude op perkament ge schreven boeken in prachtige oud-leeren banden; oude, aardige drankliedjes in tekst, muziek en teekening; en oude misboeken, die versierd zijn met ongelooflijk mooie fijne schilderingetjes. en waaraan iedere letter op zichzelf een kunstvoorwerpje is. Daar vindt men ook weer terug het thea ter uit vroeger eeuwen. Daar staat weer, als vroeger, op eenvoudige -houten stellages minnestreels en vertellers hun zangen en liederen voor te dragen. Daar is weer het oude marionetten-theater. En het theater, waar oude hofballetten en oude graeieuse menuetten gedanst worden. En de oude komieken zijn er weer, de kermis-narren, die het voorbijtrekkende publiek met hun grappen en opmerkingen amuseeren. Wat de illusie vergroot nog de ver- koopers en verkoopsters, de tooneelspelerfl en komieken, ze zijn allemaal gekleed in kostumes uit den tijd van Lodewijk XIIL En zelfs ziet men wandelaars, bezoekers zou men zeggen, die kleeding van datzelf de tijdperk dragen, en met langzame gra- ciou6e passen zich voortbewegen door de gangen tusschen de kramen<i Overal, bij iederen voetstap, is wat te genieten voor oog, of voor oor. En voor de tong zelfs. Want evenals in \roeger tijden is er ook nu weer gezorgd voor ten ten en kramen, waar honger en dorst te stillen is, en waar meest ouderwetsche ge bakken ook meer moderne snoeperijen zelfs te krijgen zijn dat eigenlijk een beetje jammer is, uit den toon valt: stel u voor een lolly op een middeleeuwsche markt!. Ze ligt daar zoo bescheiden, die foire de Saint-Germain, op den stillen linker Seine-oever, en op een plein, waar in ge wone dagen maar weinig pasöago is (wei nig voor Parijs dan altijdl)-u een plein, waar je nooit over komt, tenzij je daar in de buurt bepaald iets te doen hebt en toch is die markt een van de karakteris tieke Parijsche jaargebeurtenissen, een echt-Fransche traditie-handhaving, een her leving van de historie, van hunne historie, waar met recht de Franschen zoo trotsch op mogen zijn. En voor vreemdelingen, zoo die er al niet meer hun eigen land terug vinden, zooals vroeger het geval was, vopr hen is deze oude foire dan toch nog altijd een zeldzaam aardig kijkje terug, de moge lijkheid om een paar uur lang to leven, zelf persoonlijk rond te wandelen in lang ver vlogen eeuwen, in ver vervlogen tijden, die doen denken aan een sprookje, dat begint met „Er was eens M. DE ROVANNO. Parijs, 15 Juni 1925. Eerst even ie beloofde recepten van P u f f e d-ric el Wanneer u deze rijst als ontbijt-gercctot voor uzelf of de kinderen klaar wilt ma ken, moet u haar één of twee minuien in een matig warmen oven op een bord of on diep schol eitje zetten; daar worden, de kor rels bros en knappend van; maar u moet opassen, dat zij niet schroeienI Daarna kunt u het opdienen met een scheutje room en wat suiker of met melk. Het is ook heel lekker, om deze rijst met versche of gesloof de vruchten te oten. Anderen weer prefe- rceren hel met gesmolten boter en zout. Maak wat boter heet, doe daar zout bij en roer hier de bros gemaakte rijst doorheen. Laat het daarna op een vel papier afkoelen. Het is een speciale Kinderlrabtatie en veel beier voor hen dan snoeperij. Ten slotte kunt u er volgens zeggen van de Quaiker Oats Company, noga mee fabri ceer en. Ook hiervoor moet de rijst eerst goed bros worden gemaakt. Kook dan één kop witte suiker, */a kop water en 1 thee lepel azijn gedurende 5 minuten en voeg daar 2 eetlepels stroop aan toe, voorïs een klontje boter zoo groot als een noot en V» theelepel zout. Kook dit mengsel net zoo lang tot een paar druppels in koud water hard en bros worden. Neem dan de pan van het vuur. roer er V* pak vooruit bros gemaakte puffed rice door en giet hel mengsel op een schotel uit om af te koelen Veel kinderen vinden het heerlijk, als Moeder er een eigen limonade op na houdt, een soort „specialité de la Mai- son", zoo iets als je nergens anders krijgt dan thuis! Ilier heeft u er oen paar recep ten voor, die kleine variaties geven. Amerikaansche limonade. Neem een groot limonade-glas, vul dit met stukjes ijs, knijp er een heelen citroen in uit, voeg er anderhal ven eetlepel poeder suiker bij, vul nu het glas verder op met een mineraal-lafelwater (Perrier is héél goed!), schudt het glas terdege, terwijl u het met een glazen plaatje of schoteltje houdt afgesloten en leg er bovenop een schrijf je citroen vóór het gebruik. Het is heerlijk verfrisschend. E i e r-1 i m o n a d e. Neem weer zoo'n groot glas, doe er een klein "beetje ijs in, daarna een Hinken eetlepel poedersuiker, het sap van een halven citroen en een versoh rauw ei; schud het mengsel flink, zeef het over in een ander glas, doe er spuitwater bij en laat er een paar aard beien op drijven. RECLAME. 143 Sinaasappel-limonade. Vul een groot limonade-glas voor een derde met ijs, doe er een theelepeltje poedersuiker bij, een half wijnglas met orangeade-siroop en het sa.p van een hal ven citroen. Bijvullen met soda-water. Goed schudden en opdie nen met een paar vruchtjes er in: aard beien, frambozen, druiven, ananas, pisang of sinaasappel. Denk er om, dat voor de kinderen het „rietje" een van de grootste attracties van de limonade vormt; zorg dus, dat u daar steeds voel van in vooraad heeft, zoodal zij altijd kunnen zuigen, als zij er lust in heb ben. In „De Hollandsolic Huisvrouw" las ik dezer dagen twee wenken, die ons allemaal te pas kunnen komen. In de eerste plaats over het schillen der aardap pelen, een naar werkje, omdat je er zulke zwarte vingers van krijgt, en dat toch, dank zij den dienstbodennood, tegenwoordig door menige huisvrouw zelve gedaan moet wor den. Wanneer u met nabte handen en een nat mesje de aardappelen nat schilt, en ze in een bakje water naast u zet, wanneer u bovendien telkens vóór u aan een nieuwen aardappel begint handen en mes nog eens flink onderdompelt, zult u er geen last van hebben, dal u zwarte vingers krijgt. De tweede wenk betrof de bij en door het strijken verzengde plek ken in het linnengoed. Men kan die met een oplossing van chloorkalk ver wijderen: 250 gram chloorkalk op V/t L. water moet een halfuurtje koken; dan laten afkoelen, afschuimen cn de violetkleurige vloeistof zorgvuldig door een trechter in een flcsch afgieten, zoodat er niets van het bezinksel in de flesoh komt. Deze vloed- stof moet op een donkere plaats bewaard worden. Wanneer het linnengoed nu bij ongeluk geschroeid is, eventjes bruin ziet dus (na tuurlijk mag het weefsel niet doorgebrand of verkoold wezen!) dan bevochtigt u een schoon lapje met deze vloeistof en wrijft daarifïee over de verzengde plek. Deze wordt dan onmiddellijk helderwit. Nu moet u dit punt echter direct goed uitwasschen. want anders zou het zuur verder gaan en het weefsel aanvreten. Ook maakt het zuur, indien het er niet gohecl is uitgewassohen, den strijkbout zóó 9lroef, dat hij niét over Uit het Engelsch van Baronesse ORGZY. (Geautoriseerde vertaling van A. T. 34) „Mijn moeder is in den laalston lijd on gesteld. Uw Edelheid weot misschien niet, dat zij een tijdlang Lord Saye and Sele verzorgd heeft, toen hij ziek was. Zij heoft sedert dien tijd al-Lijd een soort genegenheid voor de familie behoudenwaaroin, weet ik nietr^Maar het is gunstig voor de plannen vam Uwe EdeLhoid, want nu zij op haar beurt ziek Ls, komt Jim Fiennes haar bezoe ken. Najtuurlijk aitijd in mijn afwezigheid, en d'k heb hem no>g niet gezien, want hij is zoo onvindbaar en vlug aJs eon hagedis; op een oogenblik is hij hier en het volgende weer verdwenen. Maa/r gisteren, bij zons ondergang, kwaim ik toevallig mijn huis door de deur binnen, terwijl de Hoogwelge boren Jim het door heit venster verliet, ein ik hoorde de klagende stem van mijn moe- dier hem naroepen: „Kom mij we or eens bezoeken, jonker Jim, het is het eendge ge noegen, dat ik in dezen tijd heb. Kom mor gen weer, Tubal zal van huis zijn." Waar op jonker Jim antwoordde, en dat hoorde ik heel duidelijk: ,',lk kom morgen op dit uur weer zonder mankeeren." Daarna verdween hij in h-c*t'donker, en ik deed alsof ik niets mists gehooid hadwamt ök geloof zeker, dat gijjn moeder liever haar rechterhand zou afhouwen, dan dat eon der Fienmes iets kwaads zou overkomen." Het is niet mogelijk, ten volle recht te doen aam hot koude cypisme, de wreedheid vol haat, waarmede Tubal Longshantes zijn verhaaJ van verraad aam kolonel Scrape vertelde. Barbara, in haar schuil plaats, voelde een walging over den afschu- welijkem handel en de lage gedachte, di>e er uit sprak. Zij wist voor het oogenblik niet, wien vam de twee mannen zij het meest verachtte: den man, die sprak, of hem, die luisterde. Zij hoopte een oogen blik, dat. kolonel Scrape zijn verontwaardi ging slechts in bedwang hield, en dat hij het volgend oogenblik den lagen verklikker op zijn mond zou slaan. Maar nieis hiervan gebeurde, en Barbara had nog juist genoog geestkracht, om haar tegenwoordigheid niet door een kreet vam afschuw te verraden. Rex lag half op den grond en half op haar knie, en zij hield zijn bek stijf met haar beide hamden dicht, opdat geen geluid van ■hem hen beiden zou verraden. Een zeker instinct ried haar, stil te blij ven zitten, te luisteren en verdere bijzon derheden van den schandelijken hamdel te hooren, waarbij kooper en verkooper even laag stonden. Wat zij straks doen zou, als zij alles gehoord had, kon zijn raiet dadelijk beslissen. Daarvoor zou nadenken en gebed noodrig zijn. Gebed boven a'llesl Zou God toelaten, dat deze duivelsche koop voort ging, of zou Hij de twee schurken neder- Werpein op de plek, waar zij stonden? Wat was de aaide afschuwelijk! Wat waren de hartstochten der mensöhen laag, hoe on uitputtelijk laag! Hebzucht, wellust, eer zucht, haat, wraak, de leelijke zusters, die elkander het bezit der mensehelijke ziel be strijden, zegevierden, nu een mensch hot leven van een medeschepsel verkocht en een ander het kocht. Omdertusschen ging de schandelijke on derhandeling voort. Het scheen, dat God ndet tussohenbedde wilde komen. „Luister eens, kerel," zei kolonel Scrape ten slotte, „ge liegt misschien wel weer. De Hemel helpe je als dat zoo is, maar zoo ge de waarheid gesproken hebt, zal ik je de twintig pond geven, die ik je beloofde. Ga nu. Maar zoo ge me bedrogen hebt, volg dam mijn raad op en leg een honderd mijlen tus schen u en .mij, want ik zweer je dat ik je laat ophangen." „Uw Edelheid is zeer genadig," antwoord de Tubal met een grijns. „Waarom zou ik togen u liegen? Laten uw maimen van avond bij zonsondergang aan mijn huis zij® en dan kom ik morgen mijn twin-tig pond halen." Na nog een paar woorden keerde kolonel Scrape zich om en verliet den stail. Barbara hoorde den klink op de deur, en daarna zijn vasten stap op de steenen vam het pleinzij bleef ademloos zitten, terwijl Tu bal nog scheen te wachten of te luisteren. Barbara had het govoei, dat dót het ver schrikkelijkste oogenblik van haar leven was. Haar eigen hulploosheid verschrikte haar. Zij. die zich altijd beroemd had op haar vastberadenheid, haar onafhankelijk heid, voelde zich nu zwakker, onmachtiger dan haar hond. Zij bleef langen tijd in het stroo gehurkt, liefkoosde Rex, en luisterde met een half oor naar de geluiden buiten; de stem van den kolonel op een afstand, die zijn mannen riep, het gehinnik en gestamp voet van de paarden in hun stallen en de korte, scherpe ademhaling van Tubal aan i den anderen kant van het hok, terwijl de duivel zeker zegepralend naast hem stond. Wat een koop! Wat een laagheid! Wat een daad, vermeldenswaardig in het diepsle der hell Tubal vloekte luid; dat scheen de span ning te verlichten, die hem vasthield op de plek, waaT 'hij zijn schanddaad bedreven had. Hij maakte eon snelle beweging, en Barbara hoopte, dart 'hij heen zou gaan; zij had het gevoel, dat zijn hatelijke nabijheid de lucht rondom haar zóó bedierf, dat zij bedwelmd zou neervallen naast Rex, in de verpeste omgeving. Maar juist op dat oogenblik moest iels zijn argwaan gewekt hebben, want, in plaats van uit de stallen te gaan, keerde hij zich om en duwde de deur van het hok open Toen hij Barbara daar neergehurkt zag. begon hij luid em wreed te lachen. Hij rieip: ,,lk vermoedde half, Mevrouw, da-t gij ons beluistoidot." Zij antwoordde niet, maar keerde haar hoofd af en streelde Rex. „Hebt ge het gehoord?" vroeg hij ruw. „Zij knikbe: „Ja!" „Dit is oen onaangenaam geval voor u, Mevrouw," ging hij met een scherpen lach" voort. „Wat zult ge doen?" „Zij keek naair hem op en zed kalm: „Wachten op de leiding van God." „Ge zult niet veel tijd hebben, en in ieder geval kunt ge Jim niet waarschuwen." „Waar wilt ge hom vinden?" vroeg hij. „Zij antwoordde niet; wat kon zij ook zeggen? Haar hulploosheid overslelple haar voor het oogenblik geheel. Een heel kort oogenblik voelde zij een vurig verlangen om nog oens een beroep op hem te doen, te 6meeken, te overreden,t le knieden als liet moest, den beker van vernedering tot den bodem toe le ledigen, als z ij den verklik ker slechts van zijn afschuwelijke daad kon afbrengen. Maar gelukkig behield haar ver stand die overhand; zij kon evongoed een beroep op een s'.een als op dezen ma-n doen.' Zij zeide dus niels en ging door mot Rex le sbreelem, en trachtte haar hanid niet te doen heven, terwijl zij over zijn zacht zijdeachtig haar streek. Tubal stond enkele oogenblikken met zijn hand aan de deur op haar neder te zien; het scheen bijna, of hij haar gedachten las. Hij grinnik le zachtjes. „Ik heb u laatst oen goed bod gc-daan," zei hij, „toen u voor Jim kwam pleiten. Ge had wijzer gedaan, Mevrouw, mot het aan te nemen." Zij wilde nog niet opkijken, zij scheen te doen, alsof hij er niet was, cn hij vroeg er met kwaadaardige woede bij: „Nu zult ge voor dien zweepslag op mijn gezicht beta len. Gij of Jim. Het kan me niet schelen, wie. Maar iemand moet betalen. Toen keerde hij zich om en ging heen. Barbara stond even te luisteren; zij hoorde hem hot plein oversteken, cn toen in de richting van het poortgebouw gaan. Zij waohtte nog even een paar minuien, lol hij uit hot geziaht was; toen sprong zij op en liep de stallen uit. In de hall vam het kas teel vond zij kolonel Scrape. Hij zat aam een lessenaar te schrijven. Zijn ordonnans stond dicht bij, op bevelen te wachten. Bar bara wachlle haar tijd af; vijf minuten gin gen voorbij, misschien tien. Kolonel Scrape had haar niet gezien. Toen zij klaar was ■met schrijven, gaf hij eenige papieren aan den ordonnans, die groette en d»e hall ver liet. Toen Stond de kolonel op en zag Bar-» bara. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 9