De herdenking van het 350-jarig bestaan der
Leidsche Hoegescheal.
No- 20023.
MAANDAG 22 JUNI
Anno 1925
Officieele Kennisgeving.
Olympische Spelen
Amsterdam 1928.
STADSNIEUWS.
Het voornaamste nieuws
van heden.
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
30 Cts. per regel. Bij regelabonnement belangrijk lageren prijs.
Kleine AdverlentiSn, uitsluitend bij vooruitbetaling, Woensdags en
Zaterdags 60 Cts., bij een maximum aantal woorden van -30.
Incasso volgens postrecht. Voor eventueels opzending van brieven
10 Cts. porto te betalen. Bewijsnummer 6 Cts.
Bureau Noordelndsplels Telefoonnummers voor
Directie en Administratie 2500 Redactie 1507.
Postchèque- en Girodienst No. 57055 Postbus No. 54
PRIJS DEZER COURANTi
Voor Leiden per 3 maanden 12.85, per week0.18,
Builen Leiden, waar agenten gevestigd zijn, per week' „0.18,
Franco per post 2.35 portokosten.
Dit nummer bestaat uit TWEE Bladen
EERSTE BLAD.
GEMEENTELIJKE VISCHVERKOOP.
Aan den gemeentelijken vischwinkel,
Viscbmarkt 18, tel. 1225, is DINSDAG ver
krijgbaar: SCHELV1SCH a f 0.16—10.30
SCHOL a f 0.16, TARBOT a f0.55 per pond
gn NIEUWE HARING a 6 ct. per stuk.
N. C. DE G1JSELAAR, Burgcm.
Leiden, 22 Juni 1925.
Tot op heden hebben ^wij ontvangen:
f2303.911/'.
Nog steeds nemen wij giften, groot of
klein in ontvangst, welke dan in ons Blad
verantwoord worden.
DE DIRECTIE.
De ontvangst der reünisten.
Na wekenlange voorbereiding is heden
de dag aangebroken, waarop de 70ste
lustrumviering door het Leidsch Studenten
corps een aanvang neemt.
liet verlangen werd door velen uaar de
leesten uitgezien, niet alleen door de stu
denten zelveo en door allen, die tot de
Universiteit in betrekking staan, maar ook
door velen uit de burger^ Het leven en
het lot der Hoogescüooi toch is als het
ware saamgeweven met dat der burgert).
Denk voor een oogenblik de Universiteit
'hier wegt De stoel zou üeel veel van haar
ba teekenis hebben verloren en van naar
belangrijkheid een groot deel nebben inge
boet. Dat wordt als bij1 intuïtie door de
Leidsche bevolking gevoeld en daarom leeft
op hoogtijden als deze voora! de burgerij
dier stad met de Academieburgers mee. Dat
deed zij in den tijd, toen de kostbare
maskerade het hooldnummer van het lustrum-
programma uitmaakte, en de menschen als
het ware tot deelneming opriep; dat doet
nog, nu een openluchtspel de belang
stelling concentreert op één punt der stad.
Do feestelijke stemming, z'.ch voornamelijk
uitoud in het uitstoken van vlaggen en in
het druk verkeer op Se hoofdstraten, reeds
op den eersten dag, is daarvoor liet bewijs.
Door de straten en langs de grachten
aion wij, ondanks het vrjj gure weer, al
vroeg de studenten trekken, die zioli ge
reedmaken om de oud-leden van het L. S. iC.
on do Senaten van bevriende Corpsen waardig
te ontvangen.
De studenten-eerewacht stelt zich op in
die Morschpoort-kazerne, de leden van het
L. S. C. verzamelen zich mert hun vaandels
aan de Academie,
De samenstelling van den stoet kost veel
djjCi en wordt door veel belangstellenden bij
gewoond. Voorop gaat de muziek van de
Boiersche Kapel, onder leiding van den heer
H. Ulrich, waar achter de pedel van L.S.C.
Daarop volgt de eerewacht „Pro Patria"
met vaandel, onmiddellijk daarachter rjjdt
de eerste assessor van het Collegium te
paard, het Corpsvaandel dragende, gevolgd
door het voltallig Collegium eereleden van
het Collegium en de Lustrumoommissie. Er
achter heeft een Stedelijk Muziekkorp zjjn
plaats gekregen, onder leiding van den kapel
meester den heer Van Wijk. En dan volgen
de besturen van Studentengezelschappen en
vereenigingea, zooals „Arena Studiosoruui",
„Sempre Crescendo", „Morphy" „Njord",
„Leidsch Studententooneel", enz., elke Ver-
eeniging met haar vaandel, terwgj tal van
leden van het L.S.C. den stoet sluiten.
In optocht begeeft zich deze naar het
station zijn weg nemende langs Rapenburg,
Kort-Rapenburg, Prinsessekade, Steeaschuur
"en Stationsweg naar het Stationsplein, over
al langs den weg gadegeslagen door een
talrijke menigte.
Alet de treinen uit de richtingen Den
Ha^g en Amsterdam waren de reamisten
en de Senaten der erkende Studentencorpsen
inmiddels aangekomen en werden in de
wachtkamer 1ste klasse door het Collegium
begroet .waaronder er velen waren, die
ook onderling de kennismaking hernieuw
den.
De gasten nemen achter de lustrumcom-
missie in den stoet plaats, die zich vervolgens
weder in beweging stelt en langs Stations
weg, Steenschuur, Blauwpoortsbrug, Prm-
se.j&ekade, Kort-Rapenburg, Rapenburg,
burg. Steenschuur Noordzijde, Breestraat
naar de Stadszaal gaat, die ais feestgebouw
is ingericht en in denzelfden stql als het
tooaeel voor het AZ-spel is aangekleed.
Deze aankleeding is stemmig-deitig. In de
zaal z$n om de lichtkronen reusachtige
kappen aangebracht, waardoor het licht zaï
worden gedempt en vooral bij' avond de
saa^ een tooverachtigen aanblik zal op
leveren.
Rede van den Praeses Collegü.
anneer allen hebben plaats genomen,
houdt de Praeses Collegii, de heer G. O. D.
baron van Hardenbroek, de openingsrede,
waarin hg. zich vooral richt tot de reünisten.
Hoe schoon is de taak, heden het woord
tot U te mogen richten, aldus ving spreker
aan. Hoe aangenaam tfe plicht, te mogen
spreken tot zulk een talrjjke schare, die in
f blijde, feestelijke stemming bijeenkomt om
do stichting barer Universiteit te herdenken.
Hoe dankbaar de opdracht, lieden iü plech
tige bijeenkomst het TOste lustrum te mogen
openen.
Wel is waar weet ik, zoo ging de feest
redenaar voort, dat gij hier gekomen zijt
om officieel te arjh en zoude ik mij moeten
verontschuldigen, dat gij allereerst naar deze
i vergadering wordt geleid, gij', di9 brandt
i van verlangen.' ontslagen te zijn van iederen
i knellenden band, gij', die niets liever wenscht
dan in vrooljjk samenzijn uw terugkomst io
i Leiden te vieren, maar toch geloof ik, dat
het Corps van ondankbaarheid en onhoffe
lijkheid beticht zou moeten worden, indien
het niet vóór alles aan zijn roünisten 'het
welkom toeriep.
Het welkom in de stad, waaraan gg door
zulke schoone herinneringen gebonden zijt,
het welkom in den kring, die uw eigen
i tijd voor u zal doen herleven.
Welkom zijt gij ons allen, daar uw komst
ons bewijst, dat liet L. S. C. nog leeft in
uw harten, dat gij nog met vreugde terug-
i denkt aan uw tijd, dat gij het devies:
„Virtus Concordia Fides" tot het uwe koost.
Maar is het noodig u een welkom toe
te roepen?
Het groote aantal Corpsleden tocli aan
het station gaf reeds voldoende van onze
blijdschap blijk.
Erkentelijk zijn wij u, dat gij heden in
grooten getale u hebt opgemaakt om met
ons te getuigen van uw liefde voor het L.
S. C. Of eigenlijk, wij zijn u niet -zoozeer
erkentelijk, dat gij uw oude plaaiis weer
komt innemen, maar dat gij in ons uw op
volgers wilt zien, wal gij bewijst door met
ons in vereenigde vergadering bijeen te zijn.
Dib stemt ons tot groote dankbaarheid. Dit
toch is het eenige moment, waarop reünis
ten en Corpsleden één plechtige Corpsver-
gadering beleggen, waarin, zij gezamenlijk
getuigen van hun aanhankelijkheid aan
hun Corps.
Want, he eren reünisten, aldus spr., het
Corps beslaat immers niet uitsluitend uit
zijn in Leiden sludeerende leden, maar de
groote kracht van het L. S. C. vormen de le
den, die, wijd uiteen <ft'er de geheele we
reld, ieder oogenblik klaaT staan om voor-
hun Corps in de bres te springen.
Waimeer niet over geheel Nederland en
daarbuiten een groot aantal oud-Corpsleden
was verspreid; wanneer niet op de meest
verschillend© plaatsen voorvechters voor
het Corps werden gevonden; mensohen,
die, uit Leiden weggegaan, den Leidschen
geest bewaren en eeren, dan zou het Corps
niet anders zijn dan een toevallige groep
leerlingen van de Leidsche Hoogeschool.
Maar er is meer! Ons Corps heeft een
specialen geest. Een eigen karakter, dat
zich niet ondier bepaalde bewoordingen laat
brengen, maar dat door een ieder, die het
voorrecht heeft het te begrijpen en aan te
voelen, als iets zeer belangrijks en waarde
vols wordt erkend. Gij zijt hier niet uilslui
tend om uw oude vrienden weer te zien en
uw souvenirs op te halen. Gij komt uit lief
de voor uw Corps. MaaT hoe kan ik die lief
de omschrijven Hoe kan ik datgene defi-
niëeren, wat in ons hart omgaat en waar
van de waarheid onwrikbaar voor ons vast
staat? Laat de charme van een oud rele-
quie, of de schoonheid van een bloem zich
onder woorden brengen? Slechts een dich
ter is het gegeven deze fijne sentimenten
te uiten. In ons allen is dit zelfde gevoel;
wij allen hebben dezelfde emotie, maar te
vergeefs zoeken wij naar woorden. Laat ik
dan toch mijn geweten niet bezoedelen, door
ze onzuiver uit te spreken l riep spr. uit.
Gij zijt naar Leiden gekomen, om dezen
geest weer te proeven en te genieten en het
is inijn vurige wensoh, dat gij zult kunnen
constateeren, dat de op u volgende rij der
generaties gevoelen, dat daarin dé kracht
van het Corps ligt en in staat is gebleken
dit specifiek Leidsche te handhaven en hoog
te houden.
Heden mogen wij het voor u uitspieken,
heeren reünisten, dat, zoolang gij hier blijft
komen en zoolang gij met tevredenheid op
uw algeloopen lustrum terug ziet, het Corps
op den goeden weg is gebleven en zijn ka-
rakter heeft gehandhaafd,
Met den móesten nadruk spreek ik den
wensch uit, dat' gij later ook aan dit lustrum
met voldoening zult terugdenken. Heeren
reünisten, gij moet, dunkt mij, Leiden
weer binnen zijn getreden, met het gevoel
van hem, die door jarenlauge afwezigheid
terugkeert in de strèek, waar hij zijn jeugd
heeft doorgebracht; die dagen le voren ver
langend reeds uitziet naar hel oogenblik,
waarop hij het oude terug zal zien; maar
wiens vreugde wordt geremd door den be-
kleminenden angst of hij het oude huis met
zijn omgeving vol dierbare plekjes zal
wedervinden en of hetgeen hij zal aantref
fen aan zijn herinneringsbeelden zal be
antwoorden.
Deze angst doet hem aarzelen. Maar toch
gaat hijHet verlangen blijkt sterker daü
de vrees. Zoo ook kon niets u weerhouden
om lieden naar Leiden terug te keeren. Da
delijk bij het station werdt gij getroffen door
een vroolijke begroeting en reeds onder het
wandelen door de stad, ziet gij langzamer
hand weer beélden voor 11 oprijzen. Uw
hoop groeit aan, dat gij werkelijk deze dagen
uw eigen Leidsche jaren weer opnieuw zult
beleven. Wel is waar zal er van tijd tot
lijd voor u reden tot critiek zijn en voora! de
jongeren onder u, die nog de meest concrete
voorstelling van hun eigen tijd hebben, Zlil-
len wellicht het ergst verontwaardigd zijn
over een verandering, maar toch heeft de
blijde herinnnering van vroeger jaren bij u
overhand; immers zijt gij niet gekomen om
j ts genieten van uw ergernissen. Gij zijt niet
gekomen om met bitterheid te zoeken naar
i wat desnoods ook anders had kunnen zijn;
I gij zijt gekomen om op te gaan in uw vreug
de. Overal vindt gij punten, waar gij uw
heerlijke herinneringen aan vast kunt knoo-
pen. Misschien hadt gij op dit eerste waar
lijk na-oorlogsche Lustrum een maskerade
verwacht en veroordeelt gij een openlucht
spel, als niet op zijn plaats. Ik hoop echter,
zeide spr.. dat gij het zült kunnen zien, als
een kraehlig- pogen van ons Corps, om als
één man iets waarlijk belangrijks te pres-
teeren; iets, waaraan allen gelijkelijk hun
krachten kunnen geven. Wellicht zult gij
ook andere instellingen missen en verande
ringen zien, die in uw oog geen verbeterin-
j gen zijn, de uitbreiding en verbouwing der
j stad zullen u mogelijk een onaangenaam
aandoen en uw beeld van Leiden vertroe
belen.
Maar wat let u dit alles, indien gij er
slechts in zoo'n milieu bevindt, dat uw
eigen- studententijd voor u herleeft en de
vele gehandhaafde gewoonten u weer duide
lijk voor den geest brengen de jaren, waar
aan gij steeds met zulke blijde dankbaar
heid terugdenkt. Uw vriendenkring ziet u
weer voor u, waarvan gij reeds velen zoo
juist de hand hebt mogen drukken.
Doch wellicht mist gij op deze reünie een
vriend, die onafscheidelijk met al uw her
inneringen verbonden was en zonder wien
uw Corpsjaren leeg waren geweest.
Toch zijt gij gekomen en ik ben er dan
ook van overtuigd, zeide spreker, dat gij juist
heden hem met te meer dankbare vriend
schap zult gedenken, die in uw studiejaren
zoo ontzaglijk veel voor u is geweest. Gij
zoudt hem onrecht doen, indien gij niet ge
komen waart, want juist door uw komst her
leeft zijn beeld des te zuiverder voor u.
Zijn uw eerste elkaar verdringende in
drukken voorbij en begint gij rustiger uw
gedachten te ordenen, dan gaat gij als van
zelf uw eigen studiejaren na; dan ziet ge
u weder, na een succesvol eindexamen, ka-
mërs zoekend, gij zijt angstig-nieuwsgierig
naar het vele onbekende, dat het nieuwe
u brengen zal. Den groentijd ondergaat gij
gewillig, maar gij herademt als de drie ver
lossende hamerslagen van den praeses u
inaugireeren tot lid van het L. S. C.
Den eersten tijd nemen uw nieuwe vrien
den u geheel in beslag en' in zwaarwichtige
gesprekken waant gij, dat gij u een oordeel
kunt vormen over ieder en alles-. Op onnoo-
dig scherpe wijze becritiseert ge uw omge
ving, zonder recht te weten wat u doet; sluit
ge u voor sommigen, die uw vriendschap
zoeken, en eerst veel later ontdekt gij toe
vallig welk een steun gij met dédain hebt
afgewezen. Voor een vriendschap houdt gij
het, uw naaste omgeving te wijzen op dat
gene, wat u in hem aaftètaat.
Als een zenuwachtige jachthond snuffelt
gij links en rechts, zonder le weten welke
richting gij nemen moet. Maar allengs kal
meert uw duizelig enthusiasme en behoeft
gij het anderen niet zoo vaak meer te her
halen, dat gij. lid van het L. S. C. zijt om er
U zeiven van te overtuigen. Langzamer
hand gaan ook de Vereenigingen en gezel
schappen van u eischen en waar men gaat
eischen, wordt ge bedachtzamer. Ge ziet in,
dat ge u moet beperken en uw speurlust
meer bepalen.
Ook uw houding ten opzichte van ande
ren verandert; gij scheidt niet meer met
meedoogenlooze critiek uw sympathie en
antipathieën, maar hebt leeren inzien, dat
gij al die verschillende karakters hebt te
accepteeren. De eerste verbijstering is voor
bij en uw oogen hebben zich aan het licht
gewend.
Dan volgen de jaren, waarin gij meer
door u zelf dan door anderen in beslag
wordt genoman. Dezelfde critiek, die gij
eens tegen anderen misbruiktet, doet nu
beter werk en laat u inzien, hoe weinig
recht gij hebt om anderen te beoordeelen,
waar gij u zelf nog slecht begrijpt,
Het Corps vraagt van uw lijd en vol
vreugde geeft gij u er aan, want gij zijt
dankbaar te mogen geven, waar gij tot nu
toe slechts hebt ontvangen.
En zoo snelt jaar na jaar voorbij. En is
eindelijk uw laatste examen achter den rug
en hebben uw menden hel droevig lied:
„,Ze zijn voorbij, die zes verdomde jaren",
toegezongen, dan gevoelt gij u eindeloos
eenzaam. Doch eensklaps wordt ge u be
wust. hoe men u een schat heeft gelalen:
een vonderkleed. Dit kleed aldus spr.
geeft u de macht, om, waar ge ook zijt,
Leiden met tooverslag te doen herrijzen.
En zoo komt het, dat men soms op de
meest verrassende wijze Leiden terugvindt
in Zeeland, Achterhoek of Friesland.
Maar de toovermantels zijn niet allen
dezelfde. Niet iedere mantel is even hecht
van weefsel, even krachtig van kleur. Er
zijn er, die slechts een dun pluizig ragje
medenemen, dat bij iedere hindering, die
hun weg versperde, waardelooze flarden
achterliet. Ook heeft niet ieder ziin loover-
kleed voldoende gewaardeerd; ver ten ligt
het soms ergens, wie weet waar! Maar als
ge zoo iemand tegenkomt, dan ergert ge u
en voegt hem verbolgen toe: Weet ge dan
niet, dat vrouwe Minerva, onze oude kui-
sche spinster, van een enkel draadje heele.
nieuwe mantels weeft?
Welk een voorrecht, Mijne Heeren le mo
gen constateeren, dat zoo groot een schare
niet lot de achteloozen behoort. Gij weet
nog het. mysterieuze huis te vinden, waar
men uw mantel, zoo noodig, wonderbaar
lijk wel herstelt. Maken wij ons dan op.
aldus besloot de praeses zijn rede om
onzen tocht door het zoo vurig geliefde land
te beginnen cn laat ons tot aanvang krach-
lig ons strijdlied aanheffen, het Io Vivat!
Nadat het lo Vivat luide door de zaal had
geklonken nam namens de reünisten de
oud-gezant te Washington, mr. Aug. Phi
lips, het woord, om voor de hartelijke ont
vangst te danken.
Versieringen.
Do studenten-societeit „Minerva" is met
groene slingers versierd en boven den ingang
is een baldakijn aangebracht, terwijl het ge
bouw des avonds zal illumineeren.
„Huize Feenstra" aan het Rapenburg,
waar de Utrechlsche Senaat gedurende de
Lustrumweek resideert, is ook met groen ge
tooid, terwijl het Wapen van het Ulrechtsche
Corps aan den gevel prijkt.
Ook in hotel-restaurant ..Central", waar
de bevriende studentencorpsen uit Amster
dam en -Delft verblijf houden, heeft den ge
vel versierd en zal 's avonds illumineeren.
De Groningsche Senaat heeft hotel „Du
Commerce" aan den Stationsweg tot zijn
verblijf gekozen en ook dit hotel heeft voor
een passende versiering gezorgd.
Wenken voor bezoekers van het A—Z-spel.
In verband met mogelijke koude neme
men flinke jassen en mantels mede.
In verband met miogélijke regen IJ eed e
men. zich ook daarop, om parapluies, die
i bij gebruik anderen toeschouwers hinderen,
thuis te kunnen laten.
Verder wijzen wij er op, dat houten ban
ken na twee uur zittens erg hard lijken,
wat men door heb spel vergeet, maar in de
pauzen merkt. Misschien geven kussentjes
hier uitkomst.
Als hoofddeksels gebruike men oude,
kleine hoeden, terwijl oude jassen ook aan-
I beveling verdienen. De mogelijkheid be
slaat n.l., dal deze, indien de wind ongun
stig en het vuurwerk vochtig is, sporen van
het feest bewaren zullen.
Eerste Leidsche Klucht- en Revuegezelschap
Zaterdagavond gaf hel Eerste Leidsche
Klucht- en Revuegezelschap in de groote
zaal van café „Zomerzorg" in besloten kring
een uitvoering. Zooals gewoonlijk bij deze
Vereeniging het geval is, was ook dezen
avond de 'belangstelling weer groot, zoodat,
toen de voorzitter, de heer A. G. Velthuij-
zen, den avond opende, de zaal uitstekend
bezet was. De Vereeniging is nog slechts
jong; ruim twee jaren geleden werd zij op-
gerioht'en dat zij in dezen korten tijd zich
in een der-gelijken bloei mag verheugen,
komt in de eerste plaats door de groote toe
wijding en den ijver, door de leden steeds
op de repetitieavonden betoond. Door steeds
meer te repeteeren en nog eens te repetee-
ren kan het niet anders, of een Vereeniging
waarin een dergelijke geesb heerscht, moet
succes hebben en het peil der uitvoeringen
stijgt steeds hooger. Werd in het begin van
het bestaan der Vereeniging helaas wel
eens door de leden hun toevlucht genomen
tot zoutelooze en vaak laag-bij-de-grónd-
sche moppen. Wij konden tot ons genoegen
cons labeeren, dat ook het gehalte van het
gehodene meb de ontwikkeling der Vereeni
ging gelijken tred hield.
Eén ding - moet ons echter nog van het
hart en wed het volgende: laat hot bestuur
in het vervolg or voor zorg dragen, dat op
tijd begonnen wordt. Wanneer het aan-
vangsuur op acht uur is vastgesteld, geefltf
het geen pas, de uitvoering eerst om twin
tig minuten voor negenen te doen beginnen.
Ten eerste werkt dit verkeerd op de stem
ming van het publiek en ten tweede krijgt
men direct van een Vereeniging, waarin,
ook op dit punt orde en regelmaat heerscht,
een aangenamen indruk.
De Voorzitter opende den avond met een
woord van welkom tot alle aanwezigen. De
Vereeniging streeft er steeds naar de avon-
BINNENLAND.
Begin van de Lustrumfeesten; ontvangst
der reünisten.
De roeiwedstrijden van de Koninklijke.
BUITENLAND.
Uitbreiding der staking in België.
Mussolini trekt van leer tegen den vroege-
ren minister van bnitenl. zaken Sforza.
De toestand in China blijft onverminderd
ernstig.
den zoo gezellig mogelijk te maken en ver
trouwt er op, dat ook dezen avond dit het
geval zal zijn.
Spr besluit met den wensch uit le spre
ken, dat deze avpnd zal bijdragen tot den
voorlid urenden groei en bloei van het E. L'«
K. en R.-gezelschap. (applaus).
Allereerst traden de heeren Ravensber-
gen en Van Egmond voor liet voetlicht, die
met hun mooie liedjes spoedig de gewensch-
te stemming er in hadden gebracht, waar-»
voor hun dan ook een hartelijk applaud
deelachtig werd.
Een aardig strijkje onder de beproefde
leiding van den pianist, den heer Kloos, be-i
korbte op aangename wijze de pauzes tus-».
schen d'e nummers.
Een goede kracht toonde de Vereenigmg
ook te bezitten in de 15-jarige zangeres,
mej. Korenhof, die op zeer verdienstelijko
wijze eenige liederen ten gehoore bracht,
en al was de ernstige inhoud van de liede
ren nu niet direct in overeenstemming met
haar leeftijd, het hartelijk applaus dat haau
na afloop 1cn deel viel, was alleszins ver
diend.
Ook het volgend nummer, de militaire
klucht in één bedrijf „Hannes wordt inge
kwartierd'', oogstte veel bijval. Een speciaal
woord van hulde verdienen hier zeker de
personen, die de rollen vertolkten van Han
nes cn Geert, de dienstmeid. Het optreden
van liet mondharmonica-gezelschap, onden
leiding van den heer J. Sloos, droeg even
eens niet weinig bij tot het weblagen van
den avond.
Na de pauze werd hetzelfde programma
afgewerkt als daarvóór, met dien verstande,
dat door de respectievelijke „artisten" an
dere voordrachten gedaan werden.
Het vooraanstaande nummer vormde del
dolle klucht „Snoepers", waarom herbaal-*
del-ijk hij open doek werd gegierd van hetJ
lachen.
Een geanimeerd bal, dat tot diep in den
nacht duurde, onder leiding van den heer
H. Koet, vormldé het waardig slot van dezen
genoeglijken avond.
Op de voordracht voor leeraar in heb*
Nodcrlandseh, Engelsch en aardrijkskunde
aan de Zeevaartschool te Delfzijl komt voor
de heer P. A. R. J. Bom, alhier.
Zooals wij eenigen tijd geleden mede
deelden, dreigde er een slaking bij dë N. V,
Gebrs. Van Hoeken's Houthandel, Waard-
straat alhier, waarbij een 120 werklieden,
aangesloten hij Neutrale, Clir. en R.-K. or
ganisatie, betrokken 2ijn. Het geschil liep
over hét loon.
Bij het heden ingaande collectief contract
wilden de organisaties een Joonsverhooging.
Naar wij vernemen had de firma de bespre-:
kingen in handen gegeven van den Ned.
Houtbond. Naar men ons van do zijde der:
werklieden meedeelt, is in een Zaterdag ge
houden gemeenschappelijke conferentie een'
schikking getroffen, waardoor de loonen
met f 1.20 tot f 2 per week zullen omhoog
gaan.
Te rekenen van 20 dezer zijn de rar-
nizoenen Haarlem en IJmuiden, voor vat
de militaire rechtspleging betreft, geacht le
behooren tot het garnizoen alhier.
Gisteren bezochten ongeveer veertig
leden van den Doovenkring „I-laga", fe
's-Gravenhage, onze stad cn omgeving. In
Leid'en bezichtigden zij hel Academie
gebouw, den Hortus, het monument Ier her
innering aan de herdenking van het 350-
jarig bestaan van de Leidsche Univusiieit
en het tooneel voor hel Openluchtspel aan
den Zoeterwoudsche-Singel. Vervolgens
werd een bezoek aan Xoordwijk-aan-Zee
gebracht.
Na terugkeer in Leiden werd een gemeen-,
schappelijk diner gehouden in „Zomer-
zorg", waar -ook aanzat de Oud-Directeur;
van het Rotterdamsche Instituut voor Doof
stommen, de heer P. J. Fehmers, thans wo
nende te Oegstgeest. Aan dit Instituut heb
ben deze dooven, op enkele uitzonderingen,
na, hun opleiding le danken.
Hedenmiddag van 12 lot 3 uur reci
pieerde de directie van het geheele nieuw
gerestaureerde café-restaurant „Zomerzorg",
Door velen werd van deze gelegenheid fe-