J. C. VAN DER STEEN Co., Pieterskerkgracht 18
HET NOODLOTTIGE GAS
CENTS
5 VRAAGT STEEDS
DE
No. 19991.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag 13 Mei Tweede Blad. Anno 1925.
Het 50 Jarig bestaan van „De Zeeland"
DE
ZWITSERS.
KWALITEITSreep
EsigrcBS 7940 Engros
Verkrijgbaar bij de Firma
FEUILLETON.
7
HL.
De tocht door Walcheren,
het dal tnsschen de deinen.
Zang en dans.
Wij reden in hoogst moderne gezelschaps-
auto's, wagens, waar men gemakkelijk der
tig passagiers in mee neemt. Zoo gingen wij
in een stoet van zeven auto's.
Op dien smalten stillen weg, die van
Vlissingen voert naar Koudekcrke; een weg,
waarlangs de boomen. in hun top een koe
pel vomen, die den stTaatweg overhuift,
in de stilte van dien zonnlgen Zaterdag
ochtend was er In ons verzet teg-.n het ge
ronk van al die motoren, wier gerikketik de
stemming van het land verstoorde, het
land, dat aan de binnenzij der duinen om-
ploegd lag in het voorjaarsvervrachten en
waarhoven heele vluchten van leeuweriken
hun juichenden morgenzang kwinkeleer
den. Ons schoot te binnen, wat dr. Rilter
eens van Zeeland scheef: „Het is een we
reld op zichzelf, van ons gescheiden door
de wijde eenzaamheden van zeeën, waarin
de eenzame hemel vervloeit, van ged-wille
stranden, die ven-loeien in de traag-uit-
kabbelende golven. Gij gaat er lieen om de
eenzaamheid terug te vinden, de eenzaam
heden van het landschap en de eenzaam
heden van uw eigen ziel. Omgeven door
de wijde ruimten, waar alleen de Hemel
Souverein is en de Zee, ligt Zeeland daar
als aan het eind der aarde, een beeld van
levend verleden met zijn vreemde oude
aleden, met zijn witte dorpen, waar de kleu
rige menschjes bewegen als voor eeuwen".
Wij hadden die vreemdelingen in óns mid
den, moeten rijden in een stoet van kleuri
ge ZeeuwTSC'lie hiiifwagens, de strakgespan
nen witte ronde kap over de groene kar,
dde dfr veeren ligt, deze wagentjes getrokken
door de glimmende groote paarden, wier
koppen schuil gaan in de zware manen.
Dan zou over het land de regelmatige stap
hebben geklonken op het steenen paadje in
het midden dezer landwegen en zou de
stilte dezer bezaaide velden zijn geëerbie
digd. Zóó hadden wij den Duilscher en den
Zweed Zeeland moeten laten zien! Maar
een dergelijke rit is voor een excursie de>zor
tijden uit den booze. En, toegegeven er
zou een dag voor noodig zijn geweest, en
ons waren slechts enkele uren gegeven. Dan
klimt de moderne mensch in een ampliithc-
atexs-gewijs oploopenden auto, zóó lang van
bodem, dat het onderstel op zes wielen
steunt en een motor van locomotief-capa
citeit wordt aangezet om het reuzen-ge
vaarte, dat vanwege de reclame vuur-rood
is geschilderd, in gang te brengen. En ge
prezen zij deze uitvinding onzer eeuw, want
een gezelschap van 150 personen wordt in
drie uur rondgetoerd van Vlissingen over
Weslkapelle naar Domburg en van daar
over Serooskerke weer naar Middelburg en
via Oo^f-enWest-Soeburg wc maar VihsLn-
gen tc-iug.
In een Zecuwsohe huifkar zoud.m daar
zeker tien uur mee gemoeid zijn geweest.
De rit ging dan eerst naar Koudekerke;
hier werd door de boeren van het dorp
een ringrijderij gehouden, een volksarau9e-
ment, dat voor de Engelschen en de Duit
se hers natuurlijk volkomen vreemd was en
op hen, ook al door de schilderachtige
kleedij van de boenen en boerinnen, een
bijzonderen indruk maakte. Hoeveel kieken
er van het kerkpleintje in Koudekerke ge
maakt zijn in die twintig minuten, dat wij
er stil hielden, is niet te schattenI Van
Koudekerke naar Biggekerke, langs groene
hagen, waarachber de hofsteden schuil gaan.
Toen langs den duinrand naar Zoutelande,
waar de dorpsstraat niet berekend is op
auto's met zes wielen, en de chauffeurs al
hun stuurmanskunst moesten aanwenden
orn tueschen de huisjes door te 9chuiven.
Wat een kabaal van die zeven toeterende
-wagens, die het aandurfden om de plech
tige stilte van dit kleinste dorpje in Neder
land te-verbreken. Van Zoutelande naar
Westkapelle en daar den Zeedijk op naar
Domburg. Tweede halte in den tocht.
In het badhotel, dat er nog niet aan denkt
z'n deuren voor het zomerseizoen te openen,
en waar dan ook nog de rust van den win
ter hing, wachtte ons een conce.t, gegeven
door het Zuid-Bevelandscue (gem?ngde)
koor; in de cetmal op het duin, met een
schitterend uitzicht op de volle Noordzee,
stonden veertig boeren en boerinnen uit het
land van Goes. Zij vormen eeo koor in den
trant van de Wognummers; en zij zjj'n stellig
een heel eind op weg am dit helaas op
geheven koor te ovenaren. Wat keken de
buitenlanders hun oogea uit aan de Zuid-
Beveïandsclie kleedij, die vooral domineert
in de hoofdkap der boerinnen. Dit koor
uit het Goessche land zong Hollaudsche en
Engelsche liedjes, vier-stemmig. Enkele He-
deren gezongen door de vrouwen, waarbij
de mannen met z.g. bromstemmen accom
pagneerden. Een onzer collega's uit München
verklaarde, dat hij zeldzaam verrast was
door de hooge sopranen en byzoodar zware
bassen en toog er onmiddellijk: op uit om
bij den dirigent, een eenvoudigen Zeeuw-
sciten boer, te informeeren hoe deze dit
woader-mooie ensemble Ml bij elkaar ge
kregen en welke opleiding deze zmagers
genoten hadden.
Wig hebben eonig vermoeden, dat de
veirassing van den Mücchener journalist tot
het allerhoogste zal zija gestegen, toen hij
yernara, dat bij dit Zuid-Bevelandsch koor
geen conservatorium, geen muziekschool en
geen speciale lessen aan huis, op de nofstee,
zijn te pos gekomen. Het was alleraord gst,
om te zien welke emotie bij de Engelschen
werd gaande gemaakt, toen bet koor, na
dat drie Hollandsche liederen geao; gen wa-
ren, plotseling een bekend wiegeliedje in
hot Engelsck aanhief, en dit zong mei een
gemakkelijkheid van uitspraak alsof het den
boeren en boerinnetjes "om hef even was,
Hollandsch of EngeLsch te zingen. Het koor
haa'een ware ovatie in ontvangst tö nemen;
bet geestdriftig applaus wilde niet tot be
daren komen. Het oorspronkelijke plan
was, dat er vjjf keer"zou worden gezongen,
maar ten slotte Zijn bet wel negen lie
deren geworden, die daar Zaterdagmorgen
door het stille badhuis van Domburg klon
ken. En na afloop het hooge duin op
voor de photografenf En voor bioscopen-
opnamen. Er hielp niets aan.
men moest het koor nog éénmaal hooreo.
En togen een duinheuvel opgesteld, zongen
de ^uid-Bevelanders het Zoeuwsche Volks
lied, zóó enthusiast en zóó schallend, dat
het van de duinen de stille verlaten straatjes
van Domburg meet hebben ingeklonken, want
over allo duinpaadjes kwamjiT do inwoners
naar zee toe. Da excursie-leiders waren
echter mannen van deldok en mot horfoges
in do band, werd er voor gewaakt, dat
nergens ook maar éên enkele midgut ver-
i leren gang en zoo werd precies op
het uur van twaalf „vertrekken" geblazen.
I De roode autotrein slingerde weldra Langs
Westhoven, door Oost-Kapelle en Seroos-
kerken naar Middelburg, waar eerst alle
i singels werden omgereden, om vervolgens
I het eigenlijke stadje- binnen te trekken,
i In de Abdij, op hel geheel omsloten Abdij-
plein, waar in de hooge boomen ontelbare
j duiven koeren, werden door klein boertjes
i en boerinnetjes (allemaal op blank-gp-
I sciliuair.de klompjes), zoo van tien tot 1G jaar,
I boerendansen uitgevoerd, op de maat van
een strijkorkest, dat verscholen zat achter
palmen en heesters, en dus niet le zien
was door de toeschouwers. Men had van het
rustige Abdijplein voor deze dansen den
hoek gekozen bij de ambtswoning van den
Commissaris" der Koningin, wiens familie
voor de geopende ramen het schouwspel
gade sloeg. Men liet de boerenjeugd ver
schillende eenvoudige dansen en dansrijen
uitvoeren, zooals die ook nu nog wel in bet
Zeeuwsohe land op de boe renh oefs te den
steden worden gedanst bij bijzondere fees
telijkheden. Nu wil het toeval, dat voor ail
deze dansen allerbekoorlijkste melodieën
geschreven zijn, en alleen het luisteren
j naar die dansmuziek is reeds een genot op
zichzehf. Men had voor de uitvoering der
j dansen natuurlijk boertjes en boerinnetjes
I uitgekozen met slenk ihylhmisch gevoel; zij
I zelf hadden verbazend veel schik in hun
bewegingen en deden hun uiterste best om
zoo gracieuzelijk mogelijk met elkander in
paren of wel groepen, le dansen. De buiten
landers in ons gezelschap stonden eenvou
dig pafeerst due verrassing van een Zeeuw
sohe ringrijderij in Koudekerke daarna
dat indrukwekkende koorgezang op Dom
burg. hoog boven de zee en nu in de
schilderachtig? Abdij van Middelburg deze
boerendansen in kleederdracht op muziek,
die zoo beminnelijk was en eenvoudig
wat al schoonheid in deze enkele uren. wat
al rijkdom in de natuur en welk een poëzie
onder het volk van dit land!!
Van uit de Abdij Middelburg weer verla
ten langs den Stationsweg, den ouden steen
weg op naar Oost- en West-Souburg, de
kleine dorpjes gelegen aan den anderen
kant van het eiland, geheel in het Oostelijk
deel, Daarmee werd het Iaal9le traject van
de excursie op IIoHandsch grondgebied af
gelegd. De rit ging nu naaT Vlissingen,
waar achter het slation in de haven een
extra-mailboot van de „Zeeland" aan de
touwen lag, de „Prinses Juliana", die de
deolnemcrs zou meenemen, de fcee over,
naar Folkestone. De gewone maildienst was
een halfuur eerder vertrokken, thans volgdo
de extra-dienst als feestbcol, lol in de hoog
ste topmasten gépayoiseerd met de vlaggen
van de voornaamste landen. Toen de eerste
excursisten langs de wallrap op de mailboot
kwamen, hiel de muziekkapel, die aan
boord was, de volksliederen aan: liet Wil
helmus", gevolgd door de Duitstfhe, Engel-
soke, Fransclie en Zweodschc hymnen. Dat
was alweer een verrassing! Niemand, die
er op bedacht was. En aUe liederen werd
met ontbloot hoofd meegezongen, óók door
de vele Vlissingers, die naar den ponton
waren gekomen om van het vertrek der
boot getuigen te zijn. Op den wal stonden
verder de bemanningen van de in Vlissin
gen gc9lalk>runeerdc oorlogsschepen, het per
soneel van de andere in de liaven/gemeerde
booten, het personeel van liet station-Vlis-
sLogen, de beambten van de douane, ia één
woord, op de groote steigers zag men een
talrijke menigte bijeen, die de mailboot een
goede reis kwam toe-roepen.
Even na tweeën ging de „Prins Juliana"
onder bevel van den oudsten kapitein van
de „Zeeland", den-heer Ree, van wal. De
muziek op liet promenade-dek speelde het
„Wien Neerlandsch Bloed" en honderden
hoeden en zakdoeken wuifden de wegglij
dende boot de groeten van 't vaste land toe.
De excursie zou verder in Engeland wor
den voortgezet, lusschen Folkestone, Dover,
Ramsgate en St.-Margaret'9 Bay.
Onze builenlandsche collega's raakten ge
durende de zeereis niet uitgepraat over den
auto-tocht van Zaterdagmorgen. Het bezoek
aan Heemstede hadden zij zeer interessant
gevonden, maar de rit door Walcheren ging
vér boven alles uit.
Er waren ook Hollandsche journalisten,
die in deze bewondering deelden en royaal
erkenden, dat zij niet geweten hadden, dat
Walcheren zóó mooi was. Er waren er, die
thans voor het eerst in Zeeland kwamen,
en het tot dusver niet verder hadden ge
bracht dan Roosendaal, dat zijpasseerden
op een internationale reis.
Het is wel merkwaardig, dat.men de Ve-
luwe kent, al woont men er uren sporens
vandaan; even merkwaardig, dat men óók
Limburg kent, al woont men desnoods in
Den Helder of Harlingen. Maar aan Zee
land i9 men nooit toegekomen Dat noemt
men „ook zoo ver gelegen" al spoort men
met genoegen een halven dag langer om in
Limburg te komen. Zeeland schijnt voor
velen een vergeten provincie te zijn, een
landstreek, waar men dood-loopt en dus
niet zoo gauw naar toe gaat. Zeeland, dat
is zoo iets als de eenzaamheid. En de een
zaamheid is heden ten dage voor velen een
gruwel. Als het niet minstens de Scheve-
ningsche seizoendrukte is, of iets, wat daar
heel veel op lijkt, dan is het onmiddellijk
geschrapt als vervelend, naargeestig, dood.
Een Hollandsch journalist, die Zaterdag
voor het eerst Iets van Walcheren zag. In
vogelvlucht nog maar en nog slechts zéér
ten deele (Valkenisse werd niet aangedaan,
ook Vrouwepoldcr niet, noch Veere, Ritthem
overgeslagen en mèt Ritthem nog eenige
andere punten) verklaarde, dat deze tocht
voor hem een „openbaring" was geweest,
die hem stil had gemaakt; beschamend en
verlangend. Verlangend om in Zeeland eens
rustig te dwalen ,zoo in vacantie-9temming,
wat zou een verblijf op Walcheren, zoo te
gen de duinen aan, bezinking brengen en
weldadige kalmte, vooral voor levens, waar
in het dagelijksche rumoer en 's werelds
RECLAME.
799*
N.V.HÖLLANW
CHOCOLADE - F,
ïjdelhedon lot het hoogste punt zijn opge
klommen. Deze tocht een openbaring van
wonderlijke pracht en van aanbiddelijke
stille.
Na zes uur varens de zon begon te
dalen naderden wij de Engelsche ku3t.
Toen de krijtrotsen van uit zee oprezen en
allen aan dek werden geroepen, om van dit
onbeschrijflijk-mooie panorama le genieten
hier en daar een groene vallei lusschen
de grijze bergen, waarop het avondlicht
glansde zette de muziek het Engelsche
volkslied in. Het eerste wellekom! Ter wille
van de vele vreemdelingen aan boord werd
eerst regelrecht op Ramsgate aangevaren,
om daarna le draaien en van daar de kust
te volgen lot Folkestone, langs Dover.
Het was zonsondergang geworden:
Het welig licht was afgekomen
En lei zich aan de kim le rust.
De groote zee begon le droomen
En spoelde heur rozeroode zoomen
Over de stil vergulde kust.
wmmim.
Aanvulling van de Kieswet.
Blijkens het voorloopig verslag over het
wetsontwerp tot aanvulling van de Kieswet
juichten verscheidene leden de indiening
van het ontwerp toe.
Sommige leden, die op z'chzolf t gen het
ontwerp geen bezwaar haddon, verklaarden
hun stem niet vóór dat ontwerp to kunnen
uitbrengen, indien daaruit niet de bepaling
dat men zich na de stemming nog op
gewetensbezwaren kan beroepen, zou wor
den geschrapt. Deze bepaling kan en zal
aanleiding geven tot het voorwenden van
gewetensbezwaren door hen, die io werkelijk
heid zoodanige bezwaren niet hebben.
Vele andere feden verklaarden de nood
zakelijkheid van do voorgestelde aanvulling
niet te kunnen inzien. Zg konden zich be-
grgpen, dat wat gewetensbezwaren hoeft
tegen heit stemmen, maar gewetensbezwaren
tegen het zich begeven naar het stemlokaal
en het weigetren van een stembiljet in de
dtaarvoor bestaande bus achtten zg niet be
staanbaar. Intusschen verklaarden een aan
tal der hierbedoelde loden wel aan de tot
standkoming van de voorgestelde regeling
te willen medewerken.
Verscheidene leden hadden bezwaar tegen
de beperking van de redenen voor vrijstelling
bot godsdienstige bezwaren. Deze leden meen
den, dat ook de bezwaren van politieken
aard (b|jv. van anarchisten) tot vrijstelling
moeten kunnen leiden.
Overeenkomsten met de S.S. en de H.IJ.S.M.
Versohenen is het Voorloopig Verslag be
treffende het wetsontwerp Bekrachtiging
van overeenkomsten met de Mpij. tot Expl.
van Staatsspoorwegen en de IIoll. IJzeren
Spoorweg-Mpij- omtrent afschrijvingen en
vergoeding voor postvervoer.
Sommige loden, die de strekking van dit
wetsontwerp, nl. om tot een juister inzicht
te komen omtrent de werkelijke resultaten
van het spoorwegbedrijf en van het Staats
bedrijf van de Posterijen, de Telegrafie en
Telefonie, toejuichten, waren van meening,
dat daarbij consequenter te werk had moe
ten worden gegaan. Wil men welen, in hoe
ver oen bedrijf winstgevend is dan wel ver
liesgevend, dan moet men de afschrijvingen
bepalen geheel onafhankelijk van de resul
taten, die zich voordoen bij de aanvaarding
van juiste afschrijvingscijfers. Door zich
goed rekenschap té geven van de werkelijk
heid, worden de werkelijke verliezen niet
groolcr.
.Het is beter, een verlies op dé spoorwe
gen le erkennen, zij hel dan dat men voors
hands geen mogelijkheid ziet, het te dekken
door inkomsten, dan dat men een sluitende
spoorwegrekening krijgt, doordat men de
lasten lager voorstelt dan ze inderdaad zijn.
Andore leden waren van meening, dat de
financieele verhouding tuosohen het Rijk en
de Spoorwegen door dit wetsontwerp aller
minst tot oplossing wordt gebracht. Zij be
treurden, dat dit wetsontwerp niet naar oen
bijzondere commissie was verzonden, die
deze verhouding nauwkeurig had kunnen
bestudecren. De Slaat draagt niet alleen het
verlies, dat op het spoorwegbedrijf geleden
wordt, maar ook het bekort in ondernemin
gen als het hoogovc-nbedrijf en verschillen
de tramwegmaatschappijen, waarin de No-
der landsche spoorwegen deel gerechtigd zijn.
In elk geval moet een scheiding worden ge
maakt lusschen het kapitaal, in liet eigen
lijke spoorwegbedrijf vastgelegd, en het ka
pitaal, in andere bedrijven gestoken.
De hier aan het woord zijnde leden be
toogden voorts dat de spoorwegen niet de
r.oodige zuinigheid hebben betracht bij hot
uitvoeren van herstellingswerken.
Sommige leden vroegen waarom het wets
ontwerp is ingediend, onafhankelijk van het
rapport der Staatscommissie-Patijn voor het
vervoervraagstuk.
Opgemerkt werd dat het irililulé van de
wet niet in overeenstemming is met de
considerans.
Oorspronkelijke detective-roman
door R J BRANDENBURG.
25)
„Dc garage ligt echter naast onzen
vleugel", zei Dagny, „het is dan niet to
verwonderen dat ik den brand het eerste
bemerk. Straks gaan we alarm slaan. Ieder
een zai natuurlijk naar buiten vliegen. Ik
ga in onze auto aan -het stuur zitten. En don
komt jou taak. Jij moet Van Til schaken en
lrem met geweld in dc aulo sloepen. En dan
gaan we er vliegensvlug van door. Donk er
om je mag hem wel met je revolver in be
dwang houden".
„Ja, maar hij zal tooh wel begrijpen..."
„Er is geen lijd voor uitvoerige explica
ties en je onderschat nog steeds de macht
der gravin".
Op dit oogenbLü: zagen wij door de ramen
een rooden gloed. Wij deden hot licht uit om
beter te kunnen zien. De vlammen sloegen
uit het dak dor garage en toekenden hun
lelie tongen tegen den donkeren nacht
hemel af. Ik had mijn werk goed verricht.
Het juiste moment was gekomen om de
bewoners van het huis in hun slaap te sto
ren. Wij holden door de gangen, bonsden,
op de deuren onder hot geroep van: Brand,
brand! I
Spoedig zagen we kneohb en meiden in
nachttoilet te voorschijn komen. Een dikke
keukenmeid In een gebloemd katoenen
Daghtgewaad kreeg het op haar zenuwen.
Even later kwam de gravin toegesneld,
een avondmantel over liaar kimono gewor
pen, op den voet gevolgd door kapitein Van
Til. Ook de Freiherr verscheen ten loo-
neale.
Hot was een tooneel van verwarring,
men liep heen en weer, schreeuwde door
elkaar.
„Waar is de brand?"
„In de garagel"
„Neen jiier in huis!"
„Nee, neet"
Men liep naar buiten.
Ik volgde Van Til ais een schaduw.
Toen hij naar dc garage wilde snollen en
langs onze auto kwaim, greep ik hem on
verhoeds aan on beet liem in 't Hollandsch
in liet oor: Kapitein Van Til, u verkeerd in
gevaar.
Hij worstelde tegen, maar ik had hem
stevig vast en wist hem in de auto te krij
gen, naast Dagny, die reeds aan het stuur
rad zat.
Staande op dc treeplank, drukte ik hein
do revolver tegen z'n slaap. „Verroer je niet
of ik hen genoodzaakt te schieten".
Tegelijkertijd gal Dagmy volop gas: de
auto sprong naar voren.
Ik zag de Freiherr toesnellen, zijn hoofd
dook vlak naast Dagny op.
Ik vuurde en d» man viel achterover, ©et
de airoen naar boven slaand».
Onder luide kreten steven wij weg.
Het werd eetn wilde rit.
Dagny haalde alles uit den wagen wat
er in zat.
Ik wist tenslotte in het kattebakje terecht
te komen en had toen een makkelijker
plaatsje dan slaande op de treeplank.
Steeds hield ik Van Tii met den revolver in
bedwang.
Hij protesteerde.
Dagny antwoordde kort dat het nu niet
d» lijd was om tekst en uitleg te geven.
Straks, als wo in veiligheid waren zou dat
wel geschieden.
Zoo vlogen we voort, langs gehuchten,
door bat open veld, langs donkere bossohen.
De liohtbundiels van onze lantaarns
boorden ons een weg door do duisternis.
Er werd geen woord gewisseld.
Dagny had ai haar aandacht bij het
chauffeuren, ik bij de bewaking van Van
Til. En deze? Ongetwijfeld moeten sombeie
gedachten door zijn Iroofd hebben go-
spookt.
Wij reden Zuidwaarts in de richting van
Thorn. Hot bogon te schemeren en do ooste
lijke hemel tooide zich met rose en oranje
linten; de dag was aan gebreken, het was
omstreeks zes uur.
Eenige uren later wisten we gelukkig on
gehinderd d» Fonische grens te pas3eercn.
We waren in veiligheid.
Nu liet Dagny de auto stoppen en in d»
Irissohe buitenlucht lichtte zij kapitein Van
Tii volledig in. We «telden cm» voor en Ik
toonde de papieren en volmachten, die mr.
Van W. ons had veieohaift. Nu moést kapi
tein Van Til overtuigd zijn.
Zooals te verwachten was, maakte bet
gehoorde op hem een geweldigen indruk.
Gedurende den verderen rit zat hij in som
ber stilzwijgen ter neer.
In een Poolsch dorpje verkwikten wij om»
in een .onooglijke heiberg met een teug
brandewijn, want de morgenkilte had on»
huiverig gemaakt
En toen ontbeten we met ham, gebakken
eieren en brood .Het was een vorstelijk
maalj want we waren uitgehongerd. Met
we bedoel ik Dagny en mijn persoonkapi
tein Van Til wilde niets nuttigen. Alloen
een sigaret stak hij van me op.
„Het was voor u werkelijk zoo het beste",
zei Dagny om hom aan het spreken te krij
gen.
Hij knikte.
Hij zat zwijgend, met doode oogen voor
zich uit te staren, het gelaat doodsbleek
Langzaam eerst zou het besef, dat de
vrouw die hij had liefgehad, die hij nog
liefhad cn waarvan hij had geloofd, dal ook
zij hem beminde, dat die vtouw hem verra
den had, met hem had gespoeld, tot hem
doordringen. Welk een bilterwreede ont
goocheling.
In Lods seinden wij aan mr. Van W. don
gelukkigen uilslag van ons werk en onlvin-
gen later in Krakau oen telegram met gc-
lukwensohen.
De scherpzinnige man had reeds geraden
dat we niet door Duitscfhland, maar a-ia
Oostenrijk-Hongarije, Zwitserland on Fran
krijk de terugreis naar het vaderland luid
den ondernomen.
Gelukkig dat indertijd hij het versohaüen
van '>uze passen ep alle mogelijke' omstan
digheden gerekend was.
Gedurende de reis bleef kapitein Van Ikl
Ln zich zelf gekeend. Toen we de Holland-
eche grens passeerden kroeg hij een ern
stig» zemuw-criaia on in Den Haag moest
hij terstond ln een ziekenhui» worden opge
nomen.
Het is frier wed de plaats om te vermel
den, dat hij zijn proefnemingen voorloopig
alet zal kunnen voortzetten. Misschien zal
dat zeil nooft meer kunnen gebeuren. De
geneesheer geelt weinig hoop op algeheel
herstel,
En toen ik eemgo dagen geleden eens een
bezoek bracht aam den kapitein, om te zien
hoe het er mee stond, zag ik, dat hij een
menschehjk wrak was geworden.
Besluit.
Dit is de geschiedenis van hel noodlottige
gas. Er is weinig moor aam toe te voegen,
(Behailve natuurlijk hel naspel, dat die
scherpzinnige Lezeres al van den aanvang
af voorzien heedt). Hel resultaat van onze
bevindingen bewees dat de veronderstel
lingen van Dagny juist waren geweest.
Des middags na onze aankomst in Den
Haag, zaten we in do gezellige werkkamer
van mr. Van W. aan dc Laan van Mecixier-
voort.
Hier deed Dagny uitvoerig verslag. En ik
vulde het hier en daar aan, want ik vond
dat zij zichzelve te veel op den achtergrond
hield en van haar hoofdrol een bijrolletje
wilde maken.
In een holfolijk specchjo bracht mr. Van
W. daarna Dagny hulde voor haar scherp
zinnigheid en energie.
Dagny hoog het hoofd cn bloosde.
Ook zeide hij dat de regeoring ons work
zeer op prijs ateide en one zeer dankbaar
was voor Iret welslagen onzer pogingen. Hij
deelde mee dat met het oog op het goheimo
karakter dezer zaak oen otlioicele huldiging
moeal achterwege biijv-zn, maar gaf toch te
kennen dat Nederland aan jullrouw Dagny
de Bruin groote verplicht in gem had. Ook
over meinc Wenigkoit gal mr. Van W.
eenige vleiende opmerkingen ten beste, die
ik hier wiel zal herliaten, alleen vond ik
zijn lof aan mijn adres veel te groot in ver
gelijking van mijm geringe verdiensten in
deze zaak, (Slot voVgt),