Het verdrag tussehen Nederland en België. HET NOODLOTTIGE GAS No. 19980. LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag 30 April Tweede Blad. Anno 1925. Trelorn Tennis- en Sportschoenen G. VAM DONGEN, BINNENLAND. FEUILLETON. Bij de Tweede Kamer is het wetsont werp ingediend tot goedkeuring van het op 3 April 1925 le 's<2ravenhage tussehen Nederland en België gesloten verdrag tot herziening van eenige bepalingen van het op ^9 April 1839 te Londen tussehen beide Staten gesloten Yerdrag en tot het treffco ▼an eenige regelingen ten behoeve van de wederzijdsche belangen, alsmede aan de bij het verdrag gevoegde overeenkomst no pens de procedure met betrekking tot de daarin voorziene scheidsrechterlijke oplos sing van geschillen. Aan do Memorie van Toelichting wordt het volgende ontleend: Het op den 3den April 1925 tussehen Belgic en Nederland geteekende. verdrag, idafc aan de Sfcaten-Generaal ter goedkeu ring wordt voorgelegd, is het uitvloeisel van de in 1919 na afloop van den oorlog aan de orde gekomen herziening-der ver dragen van 1S39. De verdragen vsn 1839. Deze verdragen waren drielc^-r en om vatten het scheidingsverdrag tussehen Bel gië en Nederland, benevens dc verdragen door ieder dezer beide Mogendheden voor zich met Frankrijk, Groot-Brittannië, Oos tenrijk, Pruisen en Busland gesloten, waarbij op den voet derscheiding, de Verhouding geregeld werd tot de Mogend heden, die indertijd de toevoeging van de Zuidelijke Nederlanden aan het Koninkrijk hadden bewerkstelligd en dienaangaando met Koning Willem I waren overeengeko men. Bij deze verdragen werden de echei- tlingsregeling en het staatkundig 6tatuut van Bo'gic gesteld onder den waarborg dier Mogendheden. Aan de scheiding lag, wat Nederland betreft, liet beginsel ten grondslag, dat, hetgeen aan Nederland was toegevoegd, daarvan weder zou wor den losgemaakt, zonder dat aan eenig ïeeht van Nederland, hetwelk in de jar on 1813 en 1814 zijn onafhankelijkheid zelfstan dig had herwonnen cn zich opnieuw als souvereine staat had geconstitueerd, werd geraakt. Wat de garantie betreft, deze werd Diet elechts in het. belang van België en het algemeen politieke evenwicht, maar ook in het belang van .Nederland in het leven geroepen. De Opperste Raad dei Geallieerden. In Februari 1919 nu maakte België bij den Conseil Supreme des Allies een her ziening van deze verdragen aanhangig, mot het gevolg, dat een commissie in het leven werd geroepen onder voorzitterschap yan den heer Tardieu met opdracht ter zake rapport uit to brengen. Overeenkom stig de conclusie van dit rapport werd don 8stcn Maart door den Conseil Suprème een besluit genomen van den volgenden inhoud: a. De Verdragen van 1839 zullen in hun geheel moeten worden horzien op het gemeenschappelijk verzoek van do Mogendheden, die deze herziening nood zakelijk achten. b. Nederland zal aan deze herziening moeten deelnemen. c. Diegene onder de g.arandeercndo Groote Mogendheden, die hun verplich tingen zijn nagekomen, zullen aan die herziening eveneens moeten worden ge associeerd. d. Dc ter Vredesconferentie vertegen woordigde Groote Mogendheden met al- gemeene belangen zullen er ook aan moe ien deelnemen. e. Het algemeen doel van deze hcr- 'ziening is overeenkomstig de strekking van don Volkenbond België te bevrijden van de souvereiniteitsbeperkingen, welke het door de Verdragen van 1639 zijn op gelegd en ten behoeve zoowel van België als van den algemeenen vrede, de ge varen cn de verschillende bezwaren weg te nemen, die uit gezegde Verdragen voortvloeien. In verband met dit besluit werd aan de Nederlandachö Regeering daarop een uifc- noodiging gezonden om voor den Conseil Suprème haar standpunt ten aanzien der revisie te doen uitéénzetten. De Wielingenkwestie. Herinnerd wordt aan het daarop gevolg de verloop van zaken, o.a. aan het feit, dat in Maart 1920 de revisie haar beslag zou hebben gekregen, indien niet door de opwerping der Wielingenkwestie, de finale afwikkeling der aangelegenheid ware ge stuit. Gelijk bekend, werd in Augustus j.l., van Belgische zijde blijk gegeven van een ver langen de besprekingen weder op to ne men cn de Wielingenkwestie te laten rus ten. Nadab de Regeering zich bereid ver klaard had daartoe mede te werken, op den grondslag der rroeger ontworpen re gelingen, werden dezen winter, in den geest van verstandhouding nadere onder handelingen gevoerd tussehen België en Nederland, welke, nadat de regelingen aan een tweede lezing waren onderworpen, tob finale, overeenstemming leidden met be trekking tot het den Sden April door beide Mogendheden geteekend tractaat. De finale overeenstemming. Ter beoordecling van het resultaat wordt volstaan met in herinnering to brengen, dat de Belgische aanspraken, gesteund door het ropport-Tardieu deels van politieken, deels van eoonomischen aard waren. Voor zoover de politieke aanspraken niet betrof fen het wegnemen van de beperkingen, die in 1839 aan do Belgische souvereinitoib wa ren opgelegd (neutraliteit en positie van de haven van Antwerpen), maar gericht waren op oogmerken, die met do souverei- niteifc en territoriale rechten van Neder land onvereenlgbaar waren, kon uit den aard der zaak geen medewerking wordan verleend. Dientengevolge werden over dracht of afstand van hoogheidsrechten op de Schelde e>n Zecuwsch-Ylaanderen en in stelling. van cenig speciaal veiligheidsre giem in Limburg nadrukkelijk afgewezen, terwijl, ondanks den aandrang tier mo gendheden, in militaire aansprakelijkneucn cn verbintenissen aiieb werd getreden. Daarentegen werd op economisch gebied, bereidwilligheid betoond tob overweging cn onderzoek van Belgische behoeften, waarvan, met inachtneming van Ncder- landseho desiderata, de bevrediging voor oen duurzame goede verhouding tus3chen de beide staten in de toekomst van belang kon zijn. De uitkomsten van het overleg zijn neer gelegd in het thans aangeboden verdrag en toegelicht in de daarbij bchoorende uitvoe rige memorie. Voor zoover tot recht begrip der getroffen regeling nog eenige verkla ring noodig mocht zijn wordt deze in hot kort gegeven ten aanzien van sommige punten. A. Scheldeiegiem. Het Schelderegtem wordt thans in dien zin gewijzigd, dat do Schelde van Antwer pen tot in Volle zee, voor zoovool de belan gen der scheepvaart betreft, onder beheer komt van een Belgisch-Nederlandschc com missie, welke tot taak zal hebben liet vaar water te allen tijde te doen beantwoorden aan do aangroeiende eïschen der scheep vaart. Haar besluiten zullen, behoudens in spoedeischende gevallen, c-nderworpen zijn aan do goedkeuring der beido regeeringen. Bij gemis aan overeenstomming, hetzij in den boezem der commissie zelve, hetzij tus sehen de beide regeeringen, zal de beslis sing worden ingeroepen van een commissio van arbitrage, voor ieder geval te vormen voor do urgente zaken wordt een penna- Den arbicragecollege in het leven geroe pen. De uitvoering der besluiten blijft in den regel toevertrouwd nan de nationale administraties; alleen in spoedeischende gevallen kan de commissie zelve de uitvoe ring ter hand nemen. Voor zoover Nederland bij deze regeling binnen zekere grenzen uiSgavon op zich neemt, die tot dusver door het land niet worden gedragen, mag het belang daarvan met het oog op onze hoogheids!echten, die Nederland in dit geding geroepen was met nadruk te doen gelden, niet uit het oog worden verloren. Naar 's ministers overtuiging verdient het gewijzigd regiem, dat een zuiver ad- minstratief karakter heeft behouden en met een condominium even weinig gemeen heeft als het vroegere stelsel, alle aanbeve ling met het oog op de daarbij betrokken Belgische bclangon en de goede betrekkin gen tussehen beide landen. Het stelsol kernt cenerzijds aan Belgische bezorgdheid tegemoet en verzekert anderzijds onze sou vereine rechten. Het heeft het voordeel, dat de zorg voor de bevaarbaarheid der rivier eon Nederlandsch-Bclgische aange legenheid blijft en internationalisatie of beheer door een internationale commissie met dcelncning van niet-oev-erstaten, gelijk tegenwoordig bij andere internationale ri vieren het geval is, wordt buitengesloten. B. Loodsdisnst op de Schelde. Volgens het tractaat -van 1339 is deze dienst geregeld op den voet van gelijke rechten en vrije concurrentie. De nieuwe regeling komt hierop neer, dat de concur rentie behouden is gelleven, voor zoovir de vaart van Antwerpen naar zee betreft. In omgekeerde richting is ccn splitsing ge maakt, naarmate de schepen door de Wie lingen de Scheflde binnenkomen of d:»:r liet Ooslgat dan wel de Deurloo; in hot eerste geval zal de Belgische, in het tweede geval de Ncderlandsehe loosdienst bij uit sluiting bevoegd zijn IJct loodsen van cn naar Ncderlandsehe havens op Neder landsen gebied, blijtt inbusschen geheel aan den Nederlandschen loodsdienst voor- fa.di ouden Met leirekkig tot deze regeling zij be dacht. dat de positie d'or het regiem van 1839 was geprèjudieieerd en dat mat ver kregen Bf-lgische rechten en met liet Bel gisch ?.elang bij het loodsen naar An' wer pen viel rekening to houden Onder deze omstandigheden kon een oplossing sLvhls gevonden worden in den vorm van een in deeling, waarbij de aangenoemen regeling liet meed voor de hand lag. Een aanzien lijke bezuiniging zal voor Nederland, zoo wel als voor België, van deze regeling het gevolg zijn. C. Kanalen. Ten aanzien van een eventueel kanaal van Antwerpen naar Ruhrori werd in her innering gebracht, dat inhet verdrag van 1839 reeds aan België een land- of water verbinding door Limburg met Duitschland in beginsel wa3 toegestaan. In 1S73 had wel is waar België zijn keuze op ccn spoor wegverbinding laten vallen en was daar mede zijn bevoegdheid verwerkt, maar niettemin lieeft later een waterverbinding een punt van overleg tussehen beide regee ringen uitgemaakt en werden in 1912 on zerzijds toezeggingen tot medewerking ge daan. Aangeleekend zij nog, dat met dit ka naal in het vredesverdrag van Versailles is rekening gehouden en dat dienaangaande daarin voorzieningen getroffen zijn. ook wat de kosten betreft, zonder dat Neder land daarin werd gekend. Het trekken van deze aangelegenheid binnen de rfeer van dc Nederlandsen-Belgische onderhandelin gen lieeft liet voordeel gehad, dat zij in ge meen overleg tussehen België cn Neder land kon worden geregeld en een behoor lijke verbinding met de Maas kon worden verzekerd, terwijl onzerzijds tegelijkertijd een verbetering van de Zuid-Willemsvaart en'dc aanleg van een verbindingskanaal tussehen'de Zuid-Willemsvaart en de Maae, ter hoogte van Maesbracht, konden wor den bedongen. Wat een eventueel kanaal Antwerpen Moerdijk betreft, waartegen da- Regeering gemeend heeft geen bezwaar te moeten ma ken, zij er aan herinnerd, dat toen de Oos- terschelde vendel als een bij do scheiding beslaande verbinding tussehen Schelde en Rijn. ingevolge artikel IX par. 8 van het verdrag van 1839, in een andere verbinding moest worden voorzien, welke tot stand kwam in den vorm van het kanaal door Zuid-Bevel and. De vraag zal zijn of een eventueel kanaal AntwerpenMoerdijk bo ven het begaande kanaal voor België de voorkeur zal verdienen. D. De wateraftappingen uit de Maas. Mot betrekking tot de wateraftappingen uit de Maas is met de belangen van beide landen rekening gehouden. België stelt zich verantwoordelijk voor de werken, die noo dig zullen zijn om te verhinderen, dat Noord-Brabant van het naar België af- slroomend water overlast ondervindt. In aansluiting daaraan is levens een regeling voorzien betreffende den waterafvoer in het gebied van Dommel, Mark en Roosendaal- "Sclien Vliet, waardoor overs troomingen worden voorkomen; in de noodige werken zullen beide landen bijdragen naar den maatstaf van beider belang. De Wielingen. De met betrekking lot de quaeslic van de Wielingen bij gelegenheid van de on- derteekoning van het verdrag gewisselde verklaringen worden in afschrift bij het voorstel gevoegd. Met het oog op het be lang van Nederland bij hel bolioud Van een zuidelijken toegang lot den lot het Nederlandsch gebied behoorenden Scholde- mond en gelet op de aanspraken op heer schappij over do gehoele Schelde, welke in het geding werden geformuleerd, kon Ne derland van zijn gevestigde historische rech ten niet zoo maar afstand doen. Nu door België niet werd ingegaan op do verschil- Inede door Nederland voorgestelde oplos singen der quaestie, verheugt het onze Re geering, dat België zich bereid heeft ver klaard, deze quaestie, welke in het .verleden tot geen practische moeilijkheden heeft aanleiding gegeven, t? laten in statu quo," gelijk vroeger reeds dezerzijds in overwe ging was gegeven. Engeland en Frankrijk.^ Voorts wordt afschrift overgelegd van do notawisseling, die tegelijkertijd heeft plaats gehad tussehen de Ncderlandsehe en Belgi sche Regeeringen eenerzijds cn de Britecho cn Transche Regecringen anderzijds; een notawisseling, waarbij laalstgenoemdo twee regeeringen, na kennis te hebben genomen van het verdrag, zich bereid verklaren de op 19 April 1339 te Londen met Nederland en België gesloten collectieve verdragen, te laten vervallen. Over den vorm, waarin dit zal geschieden, wordt nog overleg gepleegd. Ofschoon de Mogendheden aan evenbedocld? verdragen geen andere aanspraken konden onlleenea dan op medezeggenschap in wij- j zlgingen, dia het poliliek slaluut van Bel- giö raken, voor zoover dit om redenen van algemeen politieken «aard weid in het leven geroepen, lieeft Nederland niettemin bij meer dan één gelegenheid ondervonden, dat het in zijn verhouding tot België, voor zoo ver die overigens in het Verdrag geregeld wa3, niet voor bemoeiing der Mogendheden was gevrijwaard. De revisie maakt aan de zen toeshand een einde cn daarin ligt haar belang, niet slechts voor Nederland alleen, maar ook voor de verhouding in het alge meen tussehen Nederland en België onder ling, welke beide landen voortaan op voet van gelijkheid en zelfstandigheid in engere verstandhouding hun betrekkingen zullen kunnen regelen. RECLAME. GI.KTAI.HKRI)7277 Het meest aanbevelenswaardig merk, Breest ra at 173 - Telefoon 1320 (Halte Steenschnn») Diocesane Federatie van het Wit-Gele Krui# in het Bisdom Haarlem. Ia het gebouw ,,St.-Bavo", te Haarlem, werd Dinsdag de jaarvergadering gehouden van de Diocesane Federatie van het Wit- Gele Kruis in het Bisdom Haarlem. Dei voorzitter, dr. Cacao, te Bovencarspcl, opende de vergaderi-ng met den Chr. groet en heette alle aanwezigen welkom, inzon derheid kapelaan Kitselaar, uit 's-Hcrto- genboseh, die als spreker zou optreden. Ook de voorzitter der Nationale Fcdcra. tie werd nog welkom geheeten. De secretaris, de heer Lommen, uit Cas. tricum, las de notulen. Deze werden goed gekeurd. Vorvolgeua het jaarverslag, waar uit bleek, dat de medewerking steeds be ter wordt. In een 13-tal Parochies wordt gepoogd een afdeoling op te richten. Deze Parochies hebben de aandacht van het be stuur. St-eun werd toegezegd door Z.D.lï. den Bisschop van Haarlem. De rekening cn verantwoording, nagezien door afgevaar digden van Blokker en Lcidschend.nm en' aecoord bevonden, wees een batig saldo aan van f 149.10%. De bogrootmg voor 1925 sluit in inkomsten en uitgaven met een be drag van f 449.10%. Bij do behandeling de zer begrooting zegt de afgevaardigde van Blokker de contributie voor een afdeeh'ng als die te Blokker met 2700 leden en waar steeds met een nadcelig saldo gesloten wordt, te hoog to vinden. Spr. pleit voor een lagere contributie. Ook de afgevaardig de uit Delft met 3200 leden is deze mea ning toegedaan. De afgevaardigde uit Leid- sclicndam meent, dat voor zuyke groote af- dcelingen de contributie niet zoo'n bezwaar zijn kan. De kleinere afdeelingen hebben met de grootste moeilijkheden te kampen. Delft meent, dat voor deze af te dragen contributie men zelf gemakkelijk kan doen wat anders door middel der Federatie kan geschieden. Do voorzitter der Nationale Federatie zegt, dat mea federatief elkaar moet helpen. Het punt oontributie zal nog maals ccn punt van overweging uitmaken' bij het bestuur. Vervolgens krijgt kapelaan Kitselaar het' woord, om het doel en streven van de Diocesane cn Nationale Federatie uiteen' te zetten. Spr. zet zeer uitvoerig uiteen waarom de Vereeniging It.-K. moet zijn. Door flink applaus gaf do" vergadering instemming met het gesprokene. Verschil lende vragen werden nog gedaan door de aanwezigen, die zoo goed mogelijk beant woord weiden, o.m. deze of hot niet wen-» schclijk was dc zetel over te brengen van' Noord- naar Zuid-Holland. Het bestuur zal dit met andere zaken in érnstige overwe-» ging nemen cn nog eens e±tra propaganda maken. Met een woord van dank werd dan de vergadering op de gewone wijze gesloten. Het conflict in de sieenindnsirie. Gisteren heeft, onder leiding van dojf Rijksbemiddelaar, den heer H. A. van IJsselsteyn, op het Departement van Ar beidI, Handel en Nijverheid in Den Haag opnieuw oen vergadering plaats gehad van werkgevers en werknemers in de steonin-» dustrie. Het resultaat is, dat er tussehen heC hoofdbestuur van den Bond van "Waakteen- fabrikanten en de besturen der verschillen de bij het conflict betrokken arbeidersorga. nisatie3 volledige Instemming is verkregen De hoofdpunten van verschil zijn geregeld als volgt: 1. De looncn zullen met 5 pOfc. wordcfi verhoogd. 2. Aan volwassen arbeiders en aan kosc-» winners, die op 1 December in dienst zijn, zal met 1 Januari f 5 worden uitgekeerd. 3. De arbeiders zullen berusten in een arbeidstijd van 50 uur per week tot 30 September 1925. Een voorloopige overeenkomst zal nog deze week door partijen worden geteekend, Het ultimatum tot Btaking is in verband hiermede ingetrokken. Oorspronkelijke detective-roman door R. J. BRANDENBURG. li) Alleen licl oude heerenhuis en eenige hec taren grond heeft zij overgehoud-m en hier •wit trekt zij natuurlijk geenerlei inkom sten. Wat zij misschien nog aan houtver koop of andere opbrengst van den grond ontvang!, gaat weg san onderhoud. Door haar royale en-excentriquc levens wijze geraakte de gravin spoedig op zwart zaad. Geholpen door haar bijzondere char- nre, wist zij eon lijd lang het hoofd boven 'water te houder., maar langzamerhand moei dit toch wel tot d-a lippen zijn geste gen. Wat is nu waarschijnlijker dan d.vt onze vijanden haar medewerking hebben ge kocht.? Ze zal hun er grof voor laten'betalen. ■Maar wal deert dal? Zij bobben ondoenlijke schatten «achter zich. Ik heb heel voorzichtig bij de Duitschc ambassade laten ir.formeeren naar de ver blijfplaats van da schoor.e gravin. Zij is reeds een halt jaar op Hohensfein. Vermoedelijk is Van Til daar heen ge roerd. En wij zijn thans op weg naar de ver- fclijfplaate der gravin om dit nader U? on- werzoeken. ..Tk meende dat je gezegd had dat «ie bolsjewiki zich wa.urschijnlijk zou interes- seeren voor Van Til's uitvinding. Hohen- slcin ligt in Oost-Pruisen, waarom hebben zij hem dan maar niet ineens naar Rusland gevoerd, dat was voor hen toch veel vei liger?" merkte Charles op. „Ja maar, de gravin is niet gek. Ik ver moed dat de Russen haar nog een geooio som gelds hebben geho«iec, wanneer het plan slaagt. Daardoor hebban zij haar aan het lijnt je en is zii gedwongen haar uiter ste best to doen. Wanneer het gezelschap zich nu in Rusland bevond, zou de gravin vrij zeker naar «tl gaid kunnc-n fluiten. Zij heeft zich dus verzet tegen de overbren ging daarheen. Bovendien ligt Hohenslein niet zoo tot va® de Russische grens, een dagreis in een auto en men is in veilig heid. Nee, dit zaakje slaat prachtig op pooten. Is bet gas samengesteld, dan krijgt de gra vin het geld, de schurken verdwijnen en Van Til, ja daarmee, zal men vermoedelijk korte metten maken", „Ik kan liet nu ailes nog niet goed inden ken. Alles lijkt me zoo vreemd. Maiar je liébt het knap gewonden. Ik zou bet nooit kunnen", zei Charles bescheiden. „Ik weet het tenslotte ook niet zeker". Maar toch lijkt het me moer dan een hypothese". „Dat is het zeker. De gravin von Hohen slein was bijvoorbeeld do twee dogen die aan de verdwijning voorafgaan in Amster dam. li vermoeide wel zoo iets en héb in alle hotels de lijsten der gasten doorgezien. De gravin heeft gelogeerd in het Arnstol- hotel". „Zoo..," Charles uitte een zuch'l va* Be wondering. Wat Dagny hem bad vertold, bad hem eigenlijk allemaal zoo eenvoudig toegesahenen, dat hij vreesde dat het niet waar zou zijn. Hij dac-Iilt nog eens na over alles wat hij gehoord had, z'n voorhoofd rimpelde zich bij dit inspannend werk. Toen kwam hij met de votgende vrij on benullige opmerking. ,.Ia, maar, hoe zonder, ze dan met die passen hebben gedaan". „Je vergeet dal de gravin machtigen in vloed bad in Berlijn. Men kan aam de grens zijn ordeT3 hebben- gehad. Ik vergat ook nog te zeggen dat de Haagsohe ambassade niet op de hoogte wa3 van het verblijf der gravin in ons land. Anders zouden ze dat op mijn informaties zeker hebben verleid". „Maar hoe stel je je nu voor dat het alles in z'n werk is gegaan. Ik moot je eerlijk bekennen, dat ik or geen flauw idee van heb", „Ja, dal moeten wij nu juist gaan uitzoe ken". „De gravin zou dus da htod kunnen hebben getal in Van Til's plotselinge ver dwijning". „Kijk eens, het ia wel waarschijnlijk da?. Van Til dein avond to voren bij dto gravin heeft doorgebracht. Dezo was natuurlijk niet in Amsterdam om naar do Nachtwacht te gaan kijken. De knecht kon het mij niet zeggen do gravin heeft zooais van zelf spreekt geheimhouding verzocht tegen over iedereen. Wet wist hij zich te herinne- ran «Jat Van Til dien bewuster, dig den ge- heelem avond uitgeweest ls. De gravin kan nu den kapitein hebban overgehaald er met baar van «foor te gaan; n aar Hohensteln". i „Dan had hij toch eerst verlof moeten vragen". „Alsof hij daaraan gedacht heeft", zei Dagny een beetje kribbig. Zij was blijkbaar overtuigd d'at dienst voor «Je liefde moet whkan. Gharles niet. „Het is ook mogelijk dat zo hem dan volgenden morgen hooft opgewacht, plotse ling. Hem b.v. heef', aangeboden om heen naar de HemLrug te brengen. In ieder geval atol tk me voor dat de auto van do gravin, hetzij in ons land, hetzij over de grens, op een stiller, weg zooge naamd is overvallen. Van Til is gablindoeki! en in een anderen auto weggevoerd. Naar Hoiionstein, maar dat weet hij natuurlijk niet. Daar zet men hem gevangen, laat hem honger lijdlen of zoo en als hij dan zoo zwak a's een lammetje is, zal men de gra vin wel aan het werk zefiten om hem te be werken do proeven voort te zetten", „Dat zal Van Tü nooit'. „Ja onderschat de macht van do gravin!" Otarles haalde de schouders op. „En als je uitgemergeld bent. Ze zaïen een poos zwijgend. Dagny keek hot raampjo uit en zag het landsohap vooitij glijden. Do avond viel, de schemering kroop over hot land. Oharles keek naar het mêisje tegenover hem. „TocIT een flinke meid", dacht hij, „en ze is heel lief". Dan speelde «Je geschiedenis van. de gra vin Iieen weor door het hoofd. „Het lijkt me ailes toch we! lieel erg ro mantisch", zei hij. Dagny meende critiek in zijn woerden te liooren en antwoordde vrij scherp: „Ja; maar hot leven is vaak romantisch" Toch bad Ohartas gelijk, zooals uil hel vervolg blijken zal. De lichten der Berlijnsehe voorstad vlo gen voorbij. Da trein verminderde plotseling zijn vaart en even kuier schoven ze tussehen «Je huizenmassa's door, waarvan de verlichte ramen als vurige oogen waren. Berlijn! Einde van het Eerste Deel, TWEEDE DEEL. HOOFDSTUK IX. Danzig. De volgende hoofdstukken zijn onfleenj van een beschrijving, welke luitenant Yan G. in zijn. dagboek, dat hij in Danzig weder voortzette, op-nam. Hij schrijft. We zijn in Danzig aangekomen, de c-nde Banze-siad aan do Oostzee. In hof el Impe rial stapten we af; het is een uiislekc-nd hotel, met al de modern? comfort, d,e men dekken kan, ook de keuken ai i roemen. Dagny commandeert en ik lieb r.iets te vertellen. Ze spreekt tiaar Ecgelseh heef eed. We waren in de internationale om geving, het hotel was gevuld met Dui'.- 9chors, Polen, Russen, Frac.schor, en Engc-J- schen, geenszins misplaatst. De vreemdelingen zijn voornamelijk zx- kenmensotam. l '(Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1925 | | pagina 5